'Over 9/11 moet je blijven schrijven' Bosch terug bij' politie Forest Gump op de fiets BOEKEN 'Leo schrikt niet terug voor schaamte en doodsangst' Elegast en misverstand Boeken top-io Succesvol schrijverspaar Foer/Krauss ZATERDAG 25 JUNI PLUS@NHD.NL Het was hun Nederlandse uitgever die ze aan elkaar voorstelde. Sindsdien onafscheidelijk en inmiddels zijn ze getrouwd. Een schrijversechtpaar dat nu eens nadrukkelijk niet samen hun boeken schrijft, leder twee romans nu. Een dubbelinterview, op twee achtereenvolgende dinsdagen, want ook reizen doen Nicole Krauss en Jonathan Safran Foer apart. „Kus jij Jonathan namens mij volgende week?" In de tweede roman van Jonathan Safran Foer (1977) is de hoofdrol weggelegd voor Oskar Schell, een jongen van acht jaar die op 11 sep tember 2001 zijn vader verliest bij de aanval op Twin Towers. Hij be gint aan een bizarre, even vaak ko mische als aangrijpende speurtocht door New York om de dood van zijn vader betekenis te geven. Oskar heeft wonderkindachtige trekjes. Menigeen meende al lezend in 'Ex treem luid ongelooflijk dichtbij' niet in de geest van Oskar te verke ren, als wel in die van de 28-jarige auteur. „Ik heb niet een poging gedaan een levensechte jongen te scheppen. Ro mans hoeven niet realistisch te zijn. Journalistiek wel. Evenals geschied schrijving en wetenschap. Fictie heeft de taak zaken op te roepen. Fictie moetje boos maken of laten huilen of lachen. Fictie moet zorgen datje ergens bij betrokken raakt. Daar moet je als schrijver de reali teit voor opgeven. Oskar moest ie mand zijn die gevoelens losmaakt. En dus is hij vaak te slim voor zijn leeftijd en andere keren weer te na- ief. Dat alles om de lezer te laten on dervinden hoe het is met hem te verkeren." De onderwerpen van zijn boeken zijn echter zeer realistisch. De oor log en de verwerking ervan in zijn debuut 'Alles is verlicht'; de aansla gen van 11 september in 'Extreem luid ongelooflijk dichtbij'. „9/11 is zo ongeveer de meest irreële reële gebeurtenis van de laatste jaren. In de wereld is niets objectief. Twee mensen die naar dezelfde gebeurte nis staan te kijken, hebben na af loop elk een eigen verhaal, een ei gen versie, een eigen visie. Dat kan heel pijnlijk zijn. Maar juist dat maakt ons menselijk. Mijn boek is voor geen twee mensen gelijk; 9/11 al helemaal niet. Iedereen heeft een andere ervaring." Wantrouwen Wat Foer verbaast is dat zo weinig auteurs tot nu toe over 9/11 geschre ven hebben. „Hoe meer mensen over 9/11 zouden schrijven, hoe be ter. Hoe je er op duizenden manie ren over kunt denken en spreken, dat wil ik horen. Maar we zwijgen. Waarom toch? Ik geloof in de kracht van fictie. Fictie, geschiedschrijving, journalistiek, we hebben alles no dig. Maar als je het verschil ziet tus sen het gewicht van fictie en journa listiek. Journalistiek heeft zo veel vertrouwen gewonnen en is zo be langrijk geworden. Als The New York Times schrijft dat er massaver nietigingswapens zijn in Irak, gaan we daar oorlog voeren. Maar wan neer een schrijver over zo'n onder werp schrijft, worden mensen wan trouwend en nerveus." Verdienstelijk Foer ziet zichzelf allesbehalve als een oeuvreschrijver. Hij herhaalt wat hij destijds zei toen 'Alles is ver licht' net verschenen was: misschien komt er geen volgend boek. „Nu meen ik het nog serieuzer." Hij wei gert zich vast te leggen. Hij zou zich wel eens verdienstelijk willen ma ken op de achtergrond van een poli tieke campagne of voor ideële doe len. „Ik ben verbaasd dat ik twee boeken heb geschreven. Ik sprak een schilder. Ik vroeg hem of hij van schilderen hield. Hij zei: ik hou van schilderen, maar ik geniet er niet van. Zo ervaar ik schrijven. Ik kan zonder. Schrijven is een keuze, niet de lucht die ik adem." THEO HAKKERT Jonathan Safran Foer 'Extreem luid onge looflijk dichtbij'. Roman. Vertaling: Gerda Baard man en Tjadine Stheeman. 380 blz., 19,95 (pb), 24,95 (geb.) Uitgeverij Anthos/Man- teau. 1. Dan Brown: 2. Dan Brown: 3. Hugo Borst: 4. Baantjer: 5. Charles Groenhuijsen: 6. Dan Brown: 7. Mart Smeets: 8. Philipp Vandenberg: 9. Nicci French: 10.Youp van 't Hek: (Bron: stichting CPNB) De Da Vinci code Het Bernini mysterie Over vaders zonen De Cock en de broeders van de haat Amerikanen zijn niet gek Het Juvenalis dilemma De tour van '80 Het Sixtijnse geheim De verborgen glimlach 166 x Youp Is er een betere, jonge schrijver te vinden in de Verenigde Staten dan Jonathan Safran Foer? Nou, misschien zijn echtgenote. Nicole Krauss. Ze is de schrijfster van 'De ge schiedenis van de liefde' en echtgenote van schrijver Jona than Safran Foer: „We hebben nooit iets bewust afgesproken en we hebben eikaars boeken niet gelezen voor de drukproe ven klaar waren. Iemand is op gevallen dat in onze beide boe ken een blauwe glazen vaas voorkomt. Tja, dat ding staat bij ons thuis op de keukenta fel. Als je al schrijvend een vaas op wilt voeren, dan ligt het voor de hand datje die neemt. Moet ik de vaas dan groen ma ken of zo?" Nu zijn er wel opvallender overeenkomsten aan te wijzen tussen Krauss' tweede roman 'De geschiedenis van de liefde' en Foers tweede 'Extreem luid ongelooflijk dichtbij' dan die vaas. Typografische overeen komsten met name. Beiden werken met hier en daar vrij wel lege pagina's, waar dan slechts een regel of een alinea op staat. Inhoudelijk kan erop gewezen worden dat Krauss' roman trekjes heeft van Foers vorige, 'Alles is verlicht', want in beide gaat het om onder meer een oudere joodse man die door de oorlog gedwongen wordt Europa te verruilen voor Amerika. Eten „We overleggen niets. We pra ten wel over waar we van hou den. Boeken bijvoorbeeld. Maar meer tijd gaat op aan overleg wat we zullen eten." Daar doet Krauss de discussie mee af. „De rest is voor studen ten", zegt ze lachend. Die kun nen zich dan meteen buigen over de vraag welke van de twee romans de mooiste is. Misschien wel die van Nicole Krauss (1974)» want de manier waarop zij het uitermate com plexe verhaal losjes naar het aangrijpende einde voert, ge tuigt van groot schrijverschap. De Poolse jood Leo Gursky heeft in zijn jonge jaren een boek geschreven onder de titel 'De geschiedenis van de liefde', uit liefde voor Alma. Zij heeft, zwanger, naar Amerika moeten vluchten. Als Leo haar vijfjaar later pas in de VS weet te trace ren heeft ze al een andere man en nog een kind. Zijn boek is ook nog eens verloren gegaan, denkt hij. Maar dat is niet zo. Een vrouw heeft haar dochter zelfs naar de Alma in het boek genoemd toen zij het moest vertalen. Gursky zoekt zijn zoon, de jonge Alma zoekt haar naamgenoot. In plaats daarvan vinden ze elkaar, op de laatste pagina's van deze tour de force. „In de lente van 2002 publi ceerde ik mijn debuut', vertelt Krauss. „Ik had altijd schrijver willen worden en toen was ik het. Dat was een raar moment, want de inspanning om schrij ver te worden was geslaagd. Dat wil zeggen: ik had een boek gepubliceerd. Toen het er eenmaal was, kwam de vraag op wat voor schrijver ik wilde zijn. Ik ging over een publiek nadenken. Hoeveel mensen zijn genoeg? Stel nou eens dat het slechts door vijf mensen zou zijn gelezen. Als het boek echt hun leven zou beïnvloe den, is zelfs dat al prachtig. Zo kwam ik op een boek dat welis waar gepubliceerd is, maar ver loren raakt. Eén exemplaar overleeft, en dat verbindt de personages in mijn boek." Toen ze eenmaal 'de stem' van Leo Gursky gevonden had, vloeiden de pagina's uit haar pen. „Ik moest snoeien. Leo was een overbloesemende tuin. Ik herkende veel van mijzelf in Leo. Misschien ben ik een oude man. Als ik over mezelf zou moeten schrijven met een per sonage dat op mij lijkt, in dag boekvorm of een ander soort autobiografie, zou dat niet luk ken." „Dan zou ik het moeilijk vin den te schrijven over zaken waar Leo niet voor terug schrikt, zoals schaamte en doodsangst. Met Leo's stem kon ik dingen zeggen die ik zelf niet zou durven. Hij is zo iemand van wie je hoopt dat hem iets goeds overkomt. Dat gaat nu ook gebeuren, want het boek wordt verfilmd. En hij houdt zo van film. Einde lijk, deze man wiens levens doel het was om gezien te wor den, wordt een filmpersonage. Ik was blijer voor hem dan voor mijzelf." THEO HAKKERT Nicole Krauss 'De geschiedenis van de liefde'. Roman. Vertaling Rob van der Veer. 292 blz., 19,95- Uitgeverij An- thos. Harry Bosch is terug bij de politie van Los Angeles. En hoe! In 'Slotakkoord' buigen Michael Connelly's held en zijn oude en nieuwe partner Kizmin Rider zich over een moordzaak uit 1988. En passant vecht Bosch een oude vete uit. Eerst maar even enige onrust bij de talloze fans wegne men. Want 'Slotakkoord', dat doet het ergst voor de toekomst van 's werelds populairste snuffelaar vrezen. Ten onrechte. Bosch kan zijn kunstje nog zo goed, dat hij voorlopig wel bij ons zal blijven. Nee, de titel slaat op de adembenemende ontknoping van dit zinderende avontuur. Na drie jaar vervroegd pensioen en enig, niet oninteressant gerommel in de marge als privé-detective (dat ons twee puike thrillers, 'Verloren licht' en 'Stroomversnelling' bracht), is Bosch op proef voor een jaar weliswaar weer in genade aange nomen bij het LAPD. Hij is gestationeerd op de afdeling onopgeloste zaken. Met nieuwe opsporingsmethoden (dna) trachten Bosch en Rider klaarheid te brengen in het dossier rond de onnatuurlijke dood van de zestien jarige Becky Verloren in '88. Hieronymus 'Harr/ Bosch is er snel van overtuigd dat racistische motieven een rol spelen. Becky is een kind van een zwarte en een blanke ouder. Het dna dat is ge vonden op het moordwapen is van een analfabete cri mineel die behoorde tot een neonazistische jeugdbende genaamd de Chatsworth Dubbel Acht (88 staat voor Heil Hitier). Het enige wat ik hieraan wil toevoegen: zelfs Bosch zit wel eens mis. Maar dat levert extra mooie leesmomen ten op. Voor de verstokte 'Boschofiel' verklap ik tenslot te nog dat Bosch' oude vijand, hoofdinspecteur Irvin S. Irving, opduikt. Een van beiden delft het onderspit. Connelly toont met 'Slotakkoord' nog eens aan tot de allerbeste thrillerauteurs te horen. Aan de vooravond van de zomervakanties maakt dat de keuze voor 'boe ken die mee moeten op reis' eenvoudig. ARNO RUITENBEEK De in Haarlem geboren schrijfster Agave Kruijssen is in Nederland vooral bekend door haar sprookverhalen, die allemaal gebaseerd zijn op een middeleeuws, Nederlands origi neel. Lange tijd vond ze voor die verhalen on derdak bij uitgeverij De Fontein. Onlangs stapte ze echter over naar uitgeverij Lannoo, waar sommige niet meer verkrijgbare sprook verhalen nu opnieuw worden uitgegeven. Een daarvan is 'Elegasfeen verhaal dat gebaseerd is op 'Karei ende Elegasf. Gegoten in een simpele, maar sierlijke vorm geving brengt Kruijssen in dit verhaal het le ven van de ridder Elegast in beeld. Deze is na een misverstand verstoten door zijn heer, de keizer, maar blijft hem desondanks trouw. Als hij het woud in vlucht en gaat roven om aan zijn dagelijks brood te komen, weigert hij de keizer zelf te beroven. Wel komt op een dag de ridder Eggerik door het woud, gevolgd door zijn toekomstige bruid en haar rijke bruidsschat. Pas als de overval al aan de gang is, ontdekt Elegast dat de vrouw in de draag stoel de zus van de keizer is. Dat brengt Ele gast in een lastig parket. 'Elegasf en later dit jaar 'Merlijn' worden heruitgegeven in het kader van de Kinderboe kenweek in het najaar, die als thema 'magie' heeft. Maar ook zonder deze speciale aanlei ding verdienen de sprookverhalen het om be schikbaar te blijven voor kinderen. Het houdt een deel van de Nederlandse geschiedenis le vend, die ook nu nog volop stof tot fantasie biedt. Van een geheel andere orde is 'Geen kusjes van mij' van Marly van Otterloo. Dit prenten boek is bedoeld voor jonge kinderen vanaf een jaar of vijf die direct of indirect te maken krijgen met een scheiding. De kleine Doris wordt erg verdrietig van al dat geruzie van haar ouders. Als die haar echter vertellen dat ze gaan scheiden, schrikt ze toch. Dat was nou ook weer niet de bedoeling. Van Otterloo heeft duidelijk geprobeerd zo dicht mogelijk bij de belevingswereld van het kind te blijven bij het schrijven van dit ver haal, maar ze begaat de fout teveel gebeurte nissen in één prentenboek te willen stoppen. Vader en moeder gaan namelijk niet alleen scheiden, maar moeder krijgt ook nog een nieuwe vriend en gaat zelfs met hem trou wen. Kinderen die midden in het 'rouwpro ces' van een scheiding zitten, moeten er al he lemaal niet aan denken dat hun moeder ook nog eens een nieuwe vriend krijgt. En kinde ren die moeten wennen aan de nieuwe vriend van moeder, hebben het proces van de schei ding die daaraan vooraf ging, al lang achter zich gelaten. Van Otterloo had er beter aan gedaan die twee gebeurtenissen te splitsen in twee afzonderlijke boeken. HANNEKE VAN DEN BERG Agave Kruijssen 'Elegast', uitg. Lannoo, vanaf negen jaar, 10,95. ISBN 90 8568 0611 Marly van Otterloo 'Geen kusjes van mij', uitg. Lannoo, vanaf vijfjaar, 12,95, ISBN 90 8568 081 6 Michael Connelly 'Slotakkoord'. Uitgeverij De Boekerij; .17,50. ISBN 90-225-4192-4 In de roman 'De geheugenloper' van de succesvolle Amerikaanse schrijver en scriptschrijver Ron McLarty trekt de 43-jarige Smithson Ide voor een vakantiehuisje net een zoveelste blikje bier open als hij door een agent wordt benaderd. Zijn ouders, die even daarvoor het huisje verlaten hebben, zijn op weg naar huis verongelukt. Ze zijn onder kritieke omstandigheden opgenomen in twee verschillende ziekenhuizen. Smithson, 279 pond zwaar en immer in de weer met sigaretten en drank, moet van het ene op het andere moment zijn leven oppakken. Hij reist heen en weer tussen de ziekenhuizen maar verliest kort na elkaar zijn beide ouders. Als hij door hun lege huis in East Providence dwaalt, vindt hij een brief waarin de autoriteiten van Los Angeles melden dat het lichaam van zijn zus Bethany in de koelcel ligt. Bethany was het zorgenkindje van de fa milie Ide. Beeldschoon maar geestelijk ui termate labiel. Regelmatig moest ze door vader Ide en Smithson worden opgepikt, omdat ze zich ergens in de omgeving weer uitgekleed had. Dan nam ze een pose aan, aldus Smithson. Of ze beschadigde zich zelf. Uiteindelijk verdwijnt Bethany, kort na haar huwelijk, definitief uit het zicht van de familie. Smitty besluit het lichaam van zijn zus op te gaan halen. Hij vindt in de garage zijn oude Raleigh-fiets en gaat op pad, dwars door de Verenigde Staten. Waar de eenvoudige hoofdrolspeler in de film 'Forrest Gump' (prachtige rol van Tom Hanks) op een dag besluit te gaan rennen, kiest de goedmoedige Smithson voor de fiets. Er gebeurt van alles onder weg - hij wordt van zijn sokken gereden, loopt ongevraagd harde klappen - maar Smitty bereikt uiteindelijk zijn einddoel. Ron McLarty heeft een knap boek geschre ven, waarin de hoofdstukken over het ver leden van de Ides en de fietstocht van Smitty elkaar afwisselen. Hij schetst een buitengewoon sympathiek beeld van een fietsende goedzak in het Amerika van nu. De lezer/-es gaat per pagina meer van hem houden. Datzelfde geldt voor zijn oude jeugdvriendinnetje... Het boek moet, hoe gek dat ook klinkt, troostend zijn voor de zwaarlijvigen in onze samenleving. Twee minpuntjes: uitgever Vassallucci is er niet in geslaagd het boek van een aan sprekende titel en een fraaie voorplaat te voorzien. Zo'n prachtig boek kun je niet in de winkel leggen met een prentje van een kind op een fietsje met zijwieltjes. Krijg daar maar eens een vent van 279 pond op! Dit prachtige boek had een betere titel en een betere cover verdiend! ARIE BERGWERFF Ron McLarty 'De geheugenloper'. Uitgeverij Vassalluc ci, 25.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2005 | | pagina 2