'Ik vond haar naakt meteen KUNST CULTUUR De sprankelende klank van het clavecimbel 'Alcesti: Dirigent Vermeulen ontpopt zich als 'redder' van het Bachkoor Optimistische stillevens De schepping volgens de componist Haydn in gema Katwijl Verlinde kiest Annies MAANDAG 30 mei 2005 Bob Geldof. Foto: EPA Rome in het teken van Afrika rome - Rome stond zaterdag in het teken van Afrika en vanzelf sprekend droeg Bob Geldof zijn steentje bij. De man die 20 jaar geleden in het Wembley Stadi on onder de naam Band-Aid actie voerde, speelde nu voor meer dan 100.000 mensen op de Piazza del Popoio in het cen trum van de Italiaanse hoofd stad. Ook op het podium ston den Carmen Consoli. Angelique Kidjo, Raiz, en Mariam Ama dou uit Mali. De opbrengst van de actie is bestemd voor het on derwijs in Afrika. laren/anp - Stralende gezich ten gisteren in het Singer Thea ter in Laren. Musicalproducent Albert Verlinde maakte hier be kend welke tien meisjes de rol van het roodharige weesmeisje Annie gaan spelen in de gelijk namige musical, die vanaf okto ber in de Nederlandse theaters te zien is. Bij de kanshebbers behoort Robin van Virginie uit Wassenaar. De andere negen uitverkorenen zijn Esmee de Boer uit Wirdum, Marieke Swart uit St. Annapa- rochie, Cheyenne Krijgsman uit Arnhem, Stéphanie Verstraten uit Berg en Dal, Stéphanie van Rooyen uit Amsterdam, Kika Wilschut uit Bilthoven, Jennifer Welts uit Den Bosch, Sharon Witsier uit Oss en Neeltje de Vree uit Amsterdam. De laatste speelde onlangs nog een hoofd rol in de bioscoopfilm Lepel. De zoektocht naar de juiste An nies duurde zes maanden. In die periode beoordeelde de au ditiecommissie 1800 kandida tes. De uitverkoren kinderen spelen afwisselend de hoofdrol. Vijftig meisjes kregen zondag te horen dat zij afwisselend de rol len van de andere weesmeisjes voor hun rekening mogen ne men. In de musical zijn ook on der anderen Loeki Knol en Ed win Rutten te zien. Annie gaat 23 oktober in première in Til- burg. muziek recensie Lidy van der Spek Concert: La Primavera. Gehoord: 27/5, Waalse Kerk, Leiden. Ondanks de hitte zijn er nog aardig wat mensen naar de Waalse Kerk gekomen om de Franse vonk te voelen over- springen.Want op het program ma van La Primavera staan dit keer voornamelijk Franse com ponisten rondom de gambavir tuoos, Marin Marais (1656- 1728). Zijn gambastulcken wa ren zo'n driehonderd jaar gele den niet alleen geliefd in Frank rijk (Parijs-Versailles) maar ook in Nederland, Duitsland en En geland. Met zijn intieme mu ziek behaagde hij als hofmusi cus Lodewijk XIV tijdens de co pieuze maaltijden. Marais' gambaleraar was de toen be roemde Sainte-Colombe, en Jean Baptiste Lully gaf hem compositieles. Van Marin die voor en na de pauze op het programma staat wordt ondermeer 'Tombeau pour M. de Sainte-Colombe' gespeeld voor gamba (natuur lijk) en theorbe. Laten we maar stellen dat het een klaagzang op de dood van zijn leermeester is. In welhaast langdradige frasen, weke buigingen, met zo hier en daar even oplaaiende dyna miek, die meteen weer weg kwijnt is het een van de meest desolate stukken van de avond. Ook aan de Eerste Suite van Charles Dieupart is weinig vro lijks te beleven. De klankkleur van de tenorblokfluit van Clé- mence Comte is gevoileerd droef in de Ouverture, ook de Dansen tonen meer melancho lie dan spirituele geestdrift. De gambist Maaike Boekholt zorgt niettemin voor een pittig colo- riet, dat ze diep uit de de sna ren naar boven haalt. Is de theorbe vaak latent aan wezig bij samenspel, in de Cha conne van Robert de Visée, wanneer Regina Albanez solis tisch optreedt, blijkt haar spel frisser, haar klankkleuring ge nuanceerd van lieflijk en zoet tot sterk opbloeiend, bij een aangenaam verende ritmiek. Als Clémence Comte haar so praanblokfluit ter hand neemt, bepaalt zij de toon. Zo klinkt Dieupart's Vijfde Suite veel le vendiger dan zijn melancholie ke eerste suite van voor de pau ze. Comte trekt hier het voor touw met helder, wendbaar spel, in combinatie met de sprankelende klank van het cla vecimbel dat Menno van Delft bespeelt. Iedere dans krijgt zijn eigen ka rakter, en in de Gigue waarin het snelle tempo van de Engel se 'jig'wél overgenomen is maar het voetgestamp keurig is aan gepast aan het verfijnde Franse hof, speelt Comte de zanglijs ters uit hun kooi, ook al heeft haar blokfluit een enkele keer een bijgeluidje. Ook Van Delft soleert een keer, in Fr. Couperin's Vijfde Prélude uit 'de Kunst van het aanraken van het Clavecimbel' (l'Art de toucher le Clavecin), en in 'de Amphibie'. Zijn spel is fraai en afgewogen, met veel krachtig gespeelde versieringen die het tempo zeker niet ophouden. Toch besteedt Menno van Delft veel zorg aan frasering, waarin hij steeds weer de tijd neemt voor mooi uitzingende slotno ten. theater recensie Wijnand Zeilstra Voorstelling: 'Rondom Alcestis1 Euripides door toneelgroep Pe; Zand Regie Wendy Visser en Baars. Gezien: 27/5, Boezemge Katwijk. Jan Wolkers leest voor op eerste editie van de Dag van het Park door Theo de With leiden - In Vlaanderen is het al vijftien jaar een beproefd recept: de jaarlijkse Dag van het Park. Leiden deed gisteren met negen parken mee aan de eerste Ne derlandse editie. Naast de nodi ge activiteiten voor kinderen is er ook veel aandacht voor kunst en cultuur. Jan Wolkers komt voorlezen en het Plantsoen krijgt zijn illegaal geplaatste Venus- beeld terug. Het Kunst Uitschot Team (KUT) liet zich het afgelopen jaar geregeld gelden in de Leid- se regio. Het begon met het be werken van paalhoofden op het strand van Noordwijk. Een jaar geleden verrees het eerste beeld in Leiden. In het Plantsoen werd zonder overleg met de ge meente een vrouwbeeld neer gezet. Later verschenen deze zogeheten 'KUT-kunstwerken' ook op het Stadhuisplein en bij de Burcht. Na een week of vier liet de gemeente niet langer met zich sollen en werden alle illegale beelden verwijderd. Uitschotkunstenaars Merijn Tinga en Joost Haasnoot zaten ondertussen niet stil. Behalve dat ze werkten aan een houten pisbak voor het Leidse cen trum, verzamelden ze ook de positieve reacties van de Plant soenbewoners en leverden die met een petitie in bij het ge meentebestuur. Het effect is dat de Venus gisteren op de Dag van de Park herplaatst is. Er wordt een soort mini-referen dum gehouden, waarbij omwo nenden en bezoekers zich kun nen uitspreken voor of tegen het beeld. 'Schijndemocratie' vindt beeldhouwer Merijn Tin- ga. „De gemeente maakt er nu goede sier mee, maar wij heb ben er een jaar voor moeten knokken om het beeld terugge plaatst te krijgen." Wethouder Rogier van der San- de mag het beeld onthullen. Hij steekt de loftrompet op de vo luptueuze vormen van Venus. ,,Ik vond haar meteen mooi toen ik haar naakt in het Plant soen zag staan. Toch hebben we haar aan het zicht onttrok ken. Er is nu een vergunning voor deze plek aangevraagd en dus zal ze hier wel definitief mogen blijven staan." Als hij het beeld onthult, komt echter niet de verwachte naakte vrouw tevoorschijn. Het KUT heeft haar een decent T-shirt aange trokken. „De vergunning ligt al lang klaar", schampert Tinga als hij het shirt uittrekt en de bovenmaatse borsten, billen en voeten verschijnen. „Dit is een nepreferendum. Vorig jaar heb ben we honderden reacties op onze website gekregen, maar daar heeft de gemeente niets mee gedaan. We werken hier aan mee, omdat we blij zijn dat het beeld hier permanent komt te staan. Daar hebben wij hard voor geknokt." Er is naar zijn oordeel te weinig aansprekende kunst in Leiden. Dat is voor hem het bestaans recht van het kunstenaarsteam. „Er moeten toch eigentijdsere beelden in een stad staan dan een man met een hutspotpan. Bovendien moeten wij als kun stenaars niet afhankelijk wor den van galeries of welstands commissies." Terwijl Van der Sande het Venusbeeld onthult, wordt ondertussen in Park Cro- nesteyn een nieuw beeld neer gezet. Bij de kinderspeelplaats staat sinds gisteren een 'Game- N< Het hoogheemraadschap Rijnland ontsluit de deure het boezemgemaal in Kati Bij gelegenheid van de jaa 'Week van de Zee' wordt vrijheid geboden aan tont groep Peper Zand die hi haar voorstelling 'Rondon cestis' brengt. Een locatieproject dus, wa de imposante apparatuur het boezemgemaal als acl grond voor klassiek Grieks ma dientDe eerste scène daarbij goed gesitueerd. A °F toeschouwers kijken we n boven. Het is een kantoor 1^' te met een markant balko waarop twee Goden hun naties voor de komende \i zing bespreken. Na een kc weinig zeggende onderbrf elders in het gebouw bege toeschouwerstoet zich na koele kelder waar het verli zich verder afspeelt. Bij aankomst zien we de s godinnen met grote kettin in de weer. Niet moeilijk hier het beeld van de levei draad in te herkennen. Dj fraai en klinkt door de zw< nn; van het materiaal indruku lkk( kend. Verder doen de spelgn met de specifieke ruimte35 danig vrijwel niets meer - zien van het feit dat de spj^' over een ruim, langwerpig, speelvlak kunnen beschik Dat is jammer, een echt lo £h' project had misschien noj meer met de aparte speel[ nc kunnen doen. 9 F Peper Zand heeft de Al<nni: Jan Wolkers leest voor in de Leidse Hout. Het publiek hangt aan zijn lippen. Foto: Hielco Kuipers boom'. „Stevig verankerd in de grond", zegt Merijn Tinga. „Dus ik hoop dat het beeld niet meteen wordt weggehaald." Ook bij het theehuis in de Leid se Hout wordt uit een boom stam een beeld gehakt. De be langstelling is daar echter gro ter voor het voorleeshalfuurtje van schrijver Jan Wolkers. Gere geld onderbroken door een krij sende pauw leest hij gedichten en natuurverhaaltjes. Over elke vierkante centimeter van zijn achtertuin heeft Wolkers wel iets boeiends te vertellen.. Pad den, pissebedden, wormen, slakken, ze passeren allemaal de revue. Moeiteloos krijgt de auteur enkele honderden men sen §til. De kenmerkende grijze krullen dos en het blauwe jasje vormen dertig minuten lang het onbe twiste middelpunt van de Leid se Hout. Voordat hij het aan een lantaarnpaal bevestigde bordje 'Terug naar Oegstgeest, 0.725 km' onthult, vertelt hij nog elke meter van dit gebied te kennen. „In de hongerwinter heeft mijn broer hier in het park nog heel veel snoeken uit die vijver gehaald." Behalve natuurkenner betoont Jan Wolkers zich ook een na tuurlijke charmeur. Hij flirt met een vrouwelijke fotograaf als die hem op scherp stelt. „Je hebt kuiltjes in je wangen. Dat is een van de zeven schoonhe den. En ach, je bloost ook nog. Voor mij ben je de Venus van de Leidse Hout." mg T/( muziek recensie Lidy van der Spek Concert: Bachkoor Holland o.l.v. Rob Vermeulen, m.m.v. het Concertgebouw Kamerorkest Gehoord: 28/5, Marekerk, Leiden. B&thkóor Holland'hêeft een metamorfose ondergaan. In de afgelopen jaren is er ook heel wat gebeurd met het koor. Af scheid genomen van Charles de Wolff, nieuwe dirigent aange trokken, Daniël Reuss, na drie jaar weer afgetreden om onop gehelderde reden, gastdirigen- ten uitgenodigd om het lek te dichten, Roy Goodman aange trokken, met de organist Aart Bergwerff voor de cantatecon- certen. Dat alles bij een al die jaren ongewijzigd stichtingsbe stuur. Goodman had te weinig tijd om grondig te repeteren met koor en orkest, dus werd er naar een koordirigent gezocht om Goodman te assisteren. Dit werd Rob Vermeulen, de redder die eveneens de cantateconcer ten gaat dirigeren. Zo hoorden we zaterdagavond in de Marekerk het voorjaars concert van Bachkoor Holland onder leiding van Rob Vermeu len. Juist deze concerten waren een beetje ingedut. Aart Berg werff vijzelde ze al aardig op. Maar Rob Vermeulen heeft ze sinds zaterdagavond het licht doen zien. Een voor deze gele genheid afgeslankt koor waarin alleen de crème de la crème vertegenwoordigd is, zingt de engelen uit de hemel. Twee cantates van Bach leiden de twee grotere werken in van Bach en Handel, de Missa Bre- vis no.3 in g en een Dixit Domi- nus van de 22-jarige jonge hond Georg die bepaald de grenzen van de toenmalige klassieke harmonieleer over schreed. Handel schreef dit werk in Rome, in opdracht van de Karmelitessen orde, waar hij de kunst afkeek van o.a. Fran cesco Durante, toonaangevend Italiaans componist van kerk muziek en leraar van o.a. Per- golesi en Paisello. Durante was dol op een verende contrapun- tische schrijfstijl vol verrassen de dissonaiiten, dynamische en harmonische contrasten. Han del heeft met dit Dixit Dominus geprobeerd hem de loef af te steken en dat is hem aardig ge lukt. Wellicht met dit verhaal in 't hoofd heeft Rob Vermeulen er alles aan gedaan om in dit hele concert een vitaliteit en power te ontwikkelen die flamboyant afsteekt tegen de cantatecon- certen van weleer. Dit heeft o.a. te maken met het snelle voort durende dansende tempo, de verrassend wisselende dynami- mische effecten, de enorme vi taliteit van koor en orkest. Wat nogal eens onderbelicht wordt is het continuum, hier orgel en contrabas. Dit duo legt een spannend constant doorgaan de, swingende lijn onder de muzikale voortgang. Het is een lust voor het oor (én oog) om die twee te horen en te zien; vooral het kruidig orgeltje valt op. Alle solisten, en dat zijn er aardig wat, zijn koorleden die zo elegant en snel mogelijk naar voren treden, uitstekend zingen, en zich weer geruisloos terugtrekken. Naast orgel en contrabas zijn er hoogtepunten te over. Een paar er uitgelicht. De schitterende koorklank en geraffineerde dynamiek van het slotkoraal in Cantate 155 (Mein Gott, wie lang, ach lange), het spontane, evocatieve duet 'Du muszt glauben, du muszt hof- fen', de wanhoop achter zich latend, hopend op de steun van Jezus. Het laaiende, kleurrijk gezongen Kyrie Eleison in de Missa Brevis met warme, zeer overtuigende alten, ijle transpa rante sopranen, even later in opwindende samenzang, met een motief dat steeds hoger moduleert tot een gigantisch fortissimo dat zich in een paar maten weer ontlaadt. De flitsende stemmen die tegen elkaar vonken in het Dixit Do- minus, woorden van de Heer die als hagelstenen staccato kaatsen in 'De torrente in via bibet', ongehoord in die tijd, nu nóg fantastisch spannend. Last but not least het expressieve or kest waarvoor geen zee te ver, geen golf te hoog is. De drama tiek die Vermeulen met koor en orkest gestalte geeft, maakt dit concert (dat soms hier en daar wat overakoestisch klinkt) tot een expressieve, bevlogen hap pening. tekst van Euripides aangei met eigen scènes over de denwereld die hun onderl wedstrijdjes - vaak ten kos van de mensen - uitvecht! inj, klassieke goden worden h 1e geschilderd als een 'groei M veelde hangjongeren', zoi [jf, terlijk in het programmat 05' staat te lezen. In dat licht ook de eerder genoemde strijd met nominaties woi gezien. Om de verveling tt ake drijven heeft oppergod Ze een verkiezing tot beste g( gesteld. Dat op zich niet onaardig! geven verdraagt zich niet iter: der meer met het eigenlijlsan haalgegeven: de dood van Admetus is alleen dan af t wenden, als hij een ander reid zou vinden om in zijl plaats te sterven. Nieman sa'n dat doen, alleen zijn vrou D v cestis wil zich voor hem c 1S ren. Door goddelijke tussi |ep( komst echter haalt Herald 5wa haar uit de onderwereld tl me Helaas vormen die beide ten van de voorstelling ge hecht geheel. Het meest d alk lijk wordt dat bij Herakles als welhaast clowneske fij niet goed valt te plaatsen, 'oe komt nog bij dat de spelei groep zowel in het goden mensengedeelte een rol s] Deze dubbelrollen betekr o._ eel veel verkleedpartijen i ich voorstelling aanvankelijk vertroebelen dan verduid ken. Bovendien halen ze< ute vaart uit het geheel. beeldende kunst recensie Bernadette van der Goes Expositie-, Schilderijen van Tilly Wils. Prijzen: 795 tot en met 2.995 euro. Te zien: t/m 12/6, wo t/m vrij 10-17.30 uur, za 10-17 uur, zo 13-17 uur, galerie Frederick van der Vlist, Nieuwe Rijn 26, Leiden. Het is volop zomer in de Leidse galerie Frederiek van der Vlist. Aan de wanden hangen bloem- stillevens van Tilly Wils. Ge schilderd met olieverf die zij zelf uit pigmenten en bindmid delen vervaardigt. Schilderen is behalve een kunst ook een am bacht. Dat directe contact met de materie is op zichzelf voor kunstenaars vaak al een bron van inspiratie. En van plezier. Zo ziet het er althans bij Wils uit. Haar bloemen zijn geschil derd in prachtige tinten. Het rood is warm en intens, het geel stralend, het wit zacht en kwetsbaar. Kennelijk geldt voor het bereiden van verf hetzelfde als voor het bakken van appel taart. Je proeft meteen of de taart uit de fabriek komt of zelf is gemaakt. De bloemen van Wils zijn beeldvullend weergegeven. Vaak beperkt zij zich tot het schilderen van een of enkele bloemkelken. Daardoor komt het accent nog meer te liggen op de kleuren, die in brede, on bekrompen penseelstreken zijn aangebracht. Hier en daar geeft zij met zwarte houtskool een vage, speelse contour aan. Maar alleen als dat echt nood zakelijk is. Liever laat zij de vor men en kleuren in elkaar over vloeien. Zodat een bijna ab stract schilderij ontstaat. Bij dit soort werk ligt altijd een gevaar op de loer. Wie het vak niet goed beheerst of te weinig ervaring heeft, vervalt al snel in het maken van decoratieve plaatjes. Lege hulzen, die een eigen visie en diepgang missen. Bij Wils is dat absoluut niet het geval. Haar schilderijen zitten vol leven. Het gaat haar name lijk niet alleen maar om het weergeven van bloemen als ob jecten. Haar stillevens zijn sfeerbeelden. Cruciaal daarbij is het samenspel tussen bloemen en omgeving. Een langwerpig horizontaal doek met de veel- zeggende titel 'Zomerlange len te' bestaat uit rode en gele tul pen tegen een lichtgele en licht blauwe achtergrond. Waardoor het geheel een frisse, opgewek te indruk maakt. Op andere schilderijen is het proces van het bloeien en ver welken uitgebeeld. Dan zien we bijvoorbeeld een oranjerode bloemkelk die helemaal is opengesperd. Of een bloem die op het punt staat haar blaadjes te verliezen. Het aardige is dat dit helemaal geen trieste schilderijen zijn. In tegenstelling tot de herfstachti ge stillevens die de Leidse schil- Hot summer time Publiciteitsfoto der Floris Verster ruim een eeuw geleden maakte, is het werk van Tilly Wils juist hele maal niet triest of melancho liek. Ondanks het verval is de toon optimistisch. Zo is de na tuur nu eenmaal. En dat is goed, want ook dat is schoon heid. muziek recensie Susanne Lammers Concert: Die Schöpfung van Joseph Haydn door Toonkunstkoor Leiden e.o. en het Dordts Kamer Orkest o.l.v. Hans van der Toorn. M.m.v. Claudia Patacca (sopraan), Joost van der Linden (tenor) en Ronald Aijtink (bas). Gehoord: 28/5, Stadsgehoorzaal, Leiden. Het verwachtingsvolle van de voorzomer, de op uitbarsten staande natuur, de wereld vol beloften - dat is de sfeer van Haydns Schöpfung. Levendig en vrolijk, geestig en ontroe rend en maar een heel klein beetje eerbiedig. Hans van der Toorn en zijn Toonkunstkoor maken er een uitbundig feest om het leven te vieren van, een vitale 'heile Welt'. Begeleid door het eminent spelende Dordts Kamer Orkest en bijge staan door drie dragende solis ten maakt het Toonkunstkoor het scheppingsverhaal weer bij na het geloven waard. Van der Toorn laat het orkest suggestief klein, bijna voorzich tig inzetten en de chaos, de oer soep, verbeelden. De lange stre ken van de strijkers lokken frêle houten lijntjes uit en heel gelei delijk komt het ritme erin. Dan, plotsklaps laat de bas het licht worden, en vervolgens ontstaat dag voor dag een betoverende, paradijselijke wereld, de ideale plek voor een jong liefdespaar. Haydn laat de eerste regen en sneeuwvlokken ook werkelijk horen, de eerste bloemen, de eerste walvis, de eerste tijger. Evocatief en prachtig geïllus treerd door het orkest, maar toch in de eerste plaats opge roepen door de zangers. Het koor moet zich voornamelijk beperken tot geestdriftig toeju belen en -juichen, maar dat doet het dan ook met verve. Dat leidt tot onbekommerd vrolijke en expressieve lofzangen met goed geplaatste dynamische ac centen en een warme, meesle pende klank. Bas Ronald Aijtink en tenor Joost van der Linden zingen hun partijen absoluut ade-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2005 | | pagina 10