Verbale burgeroorlog
Frans referendum over EU-grondwet
ZATERDAG
28 MEI
2005
Jacques
Chirac. Foto: Reuters
Drie dagen eerder dan Nederland
gaan de Fransen morgen
(zondag) naar de stembus voor
het referendum over de Europese
grondwet. De campagne was
hard en de hartstochten laaiden
hoog op. Er staat dan ook veel op
het spel: de positie van premier
Raffarin wankelt, de
socialistische partij is gespleten
en de internationale positie van
president Chirac is in het geding.
door Henk Glimmerveen
Het bonte gezelschap is vast van
plan om Frankrijk van de boze
buitenwereld te redden. Iedere
zich zelf respecterende grote of kleine
linkse beweging heeft op de Place de la
République een eigen kraampje met bro
chures, vlaggetjes en t-shirts. Vóór de
kraam delen activisten pamfletten uit. Te
genstanders hoeven niet te worden over
tuigd want die zijn er niet. Ze hebben hun
eigen manifestatie.
Het wordt al gauw een ruilen van dezelf
de op papier gezette standpunten en ei
sen maar dat mag de pret niet drukken.
Hartstochtelijk zingen de paar duizend
aanwezigen het refrein mee dat de thea
tergroep Jolie Möme (Mooie Meid) heeft
ingezet: „Het zwarte schaap is in op
stand, het zwarte schaap zegt geen ja, het
zwarte schaap maakt gehakt van de
wolf."
De ode aan het schaap verwijst naar een
recente uitspraak van president Chirac
die zijn onderdanen waarschuwde dat
Frankrijk, bij afwijzing van de Europese
grondwet, het zwarte schaap van Europa
zou worden, een land zonder invloed.
De president was nog voorzichtig in zijn
woordkeus. Premier Raffarin voorspelde
een maandenlange chaos met onvoorzie
ne economische gevolgen als een meer
derheid van het volk niet deed wat haar
leiders vroegen: in te stemmen met het
verdrag. „Ik dacht steeds dat het de be
doeling was Europa dichter bij de men
sen te brengen. Nu de mensen zich voor
Europa gaan interesseren is het weer niet
goed," grinnikt Pierre (52) tussen de cou
pletten van Jolie Möme door.
Het referendum over de grondwet doet
de hartstochten in Frankrijk hoog oplaai
en. Niet dat Europa plotseling ieders troe
telkind is geworden. Fransen plegen tra
ditiegetrouw bij referenda geen antwoord
te geven op de vraag die hen wordt ge
steld. Ze zeggen in de eerste plaats ja of
nee tegen de president die hen die vraag
voorlegt. Dat was zo bij Charles de Gaul
le, Georges Pompidou en Francois Mit
terrand, dus waarom zouden ze voor Jac
ques Chirac een uitzondering maken?
Knokken
Bovendien is de grondwet bij uitstek ge
schikt om een stevig robbertje met je po
litieke tegenstander te knokken. Vrijwel
niemand heeft de volledige tekst van het
verdrag gelezen. De meeste kiezers gaan
af op hetgeen de televisie en krant aan in
formatie brengen en wat politici erover
zeggen. Dat laatste is inhoudelijk slap. De
aanhangers van ja komen niet veel verder
dan: „Er is geen andere keus."
De nee-adepten hebben het in de ogen
van politiek analist Pascal Perrineau veel
makkelijker: „De kracht van het nee
kamp is dat ze zo heterogeen is dat ze alle
problemen op één hoop kan gooien: alle
vrees, zorgen en boosheid van een meer
derheid van de bevolking." Dat verklaart
de coalitie van anarchisten, trotskisten en
communisten met het extreem rechts van
Jean-Marie Le Pen en de behoudende ka
tholieke plattelandsbevolking onder lei
ding van de edelman Philippe de Villiers.
Op zich zou die samenklontering van
proteststemmen geen di
recte bedreiging voor de
politieke elite hoeven te
vormen. Het grote verschil
is echter dat steeds meer
kiezers van de socialisti
sche partij van plan zijn
tegen te stemmen.
Voormalig studentenac
tivist, nu Europarlemen
tariër voor de Groenen,
Daniël Cohn-Bendit,
heeft daar een verkla
ring voor: „Deels is het
een proteststem tegen
de wankelende rege
ring, deels is het een
uitspraak tegen de
politiek in z'n geheel.
De mensen vertrou
wen de politici niet
meer. Persoonlijk
vertrouw ik Laurent
Fabius niet. Hij was
als minister van fi
nanciën in de rege
ring-Jospin de
meest liberale be
windsman en nu
heeft hij zich in
eens gepresen
teerd als verte
genwoordiger
van nee."
,Het presidentschap is in Frankrijk
voor politici een dodelijk virus. Fabius
was na de socialistische nederlaag in 2002
nergens maar hij had zich voorgenomen
De Fransen gaan morgen naar de stembus. Op de Place de la République wordt tot het laatst actie gevoerd. Foto: GPD/Henk Glimmerveen
om president te worden. Hij wist dat er
een aardbeving in de socialistische partij
voor nodig was om hem die kans te ge
ven. Dus hielp hij een handje om die
aardbeving te veroorzaken."
Schijnoverwinning
De ex-minister werd daarbij ongewild ge
steund door partijleider Francis Hollan-
de die vorig jaar het lumineuze idee had
een referendum in zijn eigen partij te or
ganiseren over de Europese grondwet.
Waar velen hem voor gewaarschuwd
hadden, kwam uit: een meerderheid was
voor maar het was een schijnoverwin
ning: 60 tegen 40 procent.
Fabius heeft de maanden erna niets an
ders gedaan dan die 40 procent proberen
te vergroten. Tot woede van HoUande. „fk
hou er geen twee meningen op na, éen in
de oppositie en één als we in de regering
zitten," zegt hij op toemee in de regio Es-
sonne. Voor de voormalige bondgenoten
van extreem links heeft hij ook een sneer:
„Ze hebben ons het presidentschap door
de neus geboord, datzelfde willen ze nu
ook met Europa."
In Lens ontmoeten we Claude (49). Hij
heeft er een hard hoofd in dat hij over
twee, drie jaar nog werk heeft. Europa
moet dat bewerkstelligen, maar de grond
wet is een kapitalistisch schotschrift,
vindt hij. Als we opmerken dat het ver
drag zich baseert op de verdragen die
sinds 1957 door de lidstaten zijn onderte
kend, begint hij te lachen: „In 1957 waren
er nog geen Tsjechen, Polen en Litou
wers. We hadden te maken met Duitsers
en Italianen. Dat waren mensen die we
kenden. Tsjechen en Polen kennen we
niet, maar ze komen wel onze banen in
pikken."
Cohn-Bendit: „Het denken bij links is ja
renlang bevroren geweest. Geen leider
heeft de aanhang durven vertellen dat we
in een markteconomie leven. Dat bete
kent niet dat je de extreme religie van
Thatcher of Reagan moet aanhangen. Een
markteconomie kan best samengaan met
sociale verantwoordelijkheid, maar bij
een groot deel van links dringt dat nog
steeds niet door. Men gelooft dat Frank
rijk nog steeds geregeerd kan worden zo
als in de jaren zestig. Men is er heilig van
overtuigd dat het Franse sociale model
het beste is, ook al faalt het,"
Kem van dat model is de overheidssector.
Iedere poging om veranderingen door te
voeren stuit op keihard verzet. Verwon
derlijk is dat niet aangezien tien miljoen
Fransen direct en indirect van die sector
afhankelijk zijn. Een professor aan de Pa-
rijse Sorbonne-universiteit zei onlangs
dat het hem opviel hoe angstig zijn stu
denten waren, niet bereid om enig risico
te nemen. „Vrijwel iedereen wil na zijn
studie een overheidsbaan. Een gegaran
deerd salaris, goede bijkomende voorzie
ningen en, vooral, je leven lang zeker zijn
van een baan."
Serge July, de hoofdredacteur van de cen
trum linkse krant Libération, begon net
als Cohn-Bendit met zijn politieke activi
teiten tijdens de studentenrevolte van
1968. Volgens hem is het grote aantal po
tentiële nee-stemmers het resultaat van
20 jaar opgekropte woede. „Die woede
heeft nooit een uitweg gevonden. De po
litieke elite is niet weg te branden, on
danks alle leugens, trucs en schandalen.
Zowel bij links als bij rechts. Steeds weer
dezelfde gezichten. Chirac en Raffarin
spelen al jaren een wedstrijd wie het
minst populair bij de bevolking is."
Op de Place de la République liggen de
voorbeelden voor het oprapen. Een aan
hanger van de anti-globalistische organi
satie Attac grijpt terug naar een argument
uit de Duitse Weimar-republiek: „We
moeten korte metten maken met de soci
ale verraders." Een communiste uit Au-
bervilliers: „Sarkozy en Hollande, één pot
nat, mijnheer." Zo veel hoofden, zo veel
zinnen.
Ter rechterzijde zijn de persoonlijke am
bities zo dominant dat er (nog) geen
ruimte voor Nicolas Sarkozy, de enige die
klip en klaar zegt dat Frankrijk hopeloos
achter de mondiale economische ontwik
kelingen aanhobbelt. De laatste dagen
van de campagne is Sarkozy achtervolgd
met geruchten - door het Chirac-kamp
gestuurd, meldt het weekblad Le Canard
Enchalné - dat zijn huwelijk op de klip
pen is gelopen. Dat is bij de traditionele
achterban als vloeken in de kerk.
Burgeroorlog
Waar of niet, Sarkozy is beschadigd. Da
niel Cohn-Bendit heeft nog nooit zo'n
harde campagne meegemaakt als nu. „Ik
ben echt wel wat gewend, maar dit is een
verbale burgeroorlog."
Voor politieke waarnemers staat vast dat
Raffarin na morgen, ongeacht de uitslag,
het veld moet ruimen. Zijn opvolgers lo
pen zich al warm. Dominique de Villepin,
de minister van binnenlandse zaken, lijkt
de beste papieren te hebben, maar Mi-
chèle Alliot-Marie, de minister van defen
sie, moet niet worden onderschat. Zelf
zegt ze: „Het is niet zo dat ik er iedere dag
aan denk, maar als het zich zou voordoen
zou ik erg trots zijn.
Europa, wet, mondialisering, het is alle
maal mooi en aardig maar uiteindelijk
draait het in de Franse politiek maar om
één ding: wie wordt de nieuwe president?
Het besluit van Chirac om het Franse be
sluit te onderwerpen aan een referen
dum, leek ooit een meesterzet. Nu kan hij
nog maar op één ding hopen: dat de opi
niepeilers het bij het verkeerde eind heb
ben en dat de kiezers alsnog van mening
veranderen.
C>Ui
De Franse premier Jean Pierre Raffarin. Foto: Reuters