SPORT •Docos en het dilemma van de doorstroming )e Leeuw van Vlaanderen stopt nu echt AZC vrijwel zeker van finale play-offs S2 Grootste club van Leiden worstelt met keuze tussen recreatief en prestatiegericht voetbal Johan Museeuw vindt wielrennen simpel, afscheid nemen niet L zaterdag 10 april 2004 I Leefmans [iseerlijk, doordacht, gn naïef tegelijk. Do- jtste voetbalvereni- iden, blijft vasthou- I principe dat spelers Ie elftal geen cent [/oor hun prestaties, ijft het aantal spe- hfc beperkt en is door- Mn eigen jeugd van vi- iderlagen op rij is ing van Docos in de danig geslonken, irsclub heeft nog al- papieren om te Dat zou een goe- zijn gezien de on- ;is waarop de selec- \fer de echte ama- at voor Docos om den buiten bereik, [betrokkenen geven g daarover. isor Theo Knijnen- n omvang van de ver- el Docos niet mis- Jtweede klasse. De leen cultuur van Irekken of halen. Er onsors te vinden om ün UVS aan te trek- /fcpits van Katwijk 2, jb heeft driehonderd rf die je in zeker zin ïn door hieraan geld 1. Aanvulling van de lilet dus komen uit de ilng en er is toch niets I «promoveren met ei- js. Het is een bepaal- udie Docos altijd jiteerd en daar zit ^bovengrens aan. We tweede klasse, ioger lijkt me niet rgeet niet dat Do- zo gek lang gele- jjpend familieclubje lerde klasse. Oud- Visser is begonnen }tje prestatief den- jlub in te voeren en Iptentieel van acht eden aan te spreken, noment was de geza- gen ging het snel Docos heeft een accommodatie die in de hoofdklasse niet misstaat. Toch speelt de Leidse club slechts in de derde klasse. Archieffoto: Mark Lamers van de pr-commis- sie Marcel Verburg: „Uiteraard ben ik trots als het eerste elftal promoveert. Met ei gen middelen zo hoog mogelijk komen, dat is.waar het bij Do cos om draait. Mocht het on verhoopt niet lukken dan is er geen man overboord en dat is misschien ook een beetje Do cos eigen. Willen we in de toe komst blijven presteren dan moeten we investeren in de jeugd. De F-jes, E-tjes en D-tjes spelen al op niveau. Bij de ou dere jeugd, de C, B en A, lukt dat minder. Daar wordt aan ge werkt. De club heeft een enor me ontwikkeling doorgemaakt waardoor de grenzen aan de accommodatie zijn bereikt. Niet voor niets moeten leden die geen vrijwilligerstaken op zich nemen, meer contributie gaan betalen. Heel simpel: als niemand de kantine wil schoonmaken, moet dat door een bedrijf gebeuren en dat kost geld. Aan de andere kant moet voetbal ook bij ons een brede sport blijven en kunnen wij niet het geld vragen dat ou ders bij hockey of tennis beta len. Ik vind dat Docos het op dat punt én wat jeugd betreft goed doet." Voormalig jeugdcoördinator Mattie Kantebeen: „Ik was dit seizoen bij Docos begonnen met als doel om de jeugd naar een hoger plan te til len. Het leek me een leuke klus, mij op het lijf geschreven. Wat ik aantrof waren erg veel aardi ge mensen en veel jeugd, maar vooral ook meer kwantiteit dan kwaliteit. Ik heb wel eens din gen geroepen die me niet in dank zijn afgenomen. Bijvoor beeld dat het niveau van de jeugdtrainers onvoldoende was. Aanvankelijk zou ik tot 1 janua ri blijven, dan het eerste halve seizoen evalueren en kijken hoe we verder zouden gaan. Docos zag echter af van mijn diensten. Ik had net alles een beetje in beeld en in kaart. Ik begrijp het wel; Docos is altijd een gezellige familievereniging geweest die voor het dilemma komt te staan of ze verder willen dan de twee- de.klasse. Daar hebben heeft de club in ieder geval een serieuze jeugdopleiding voor nodig. Het is trouwens een utopie om te denken dat het alleen daérmee lukt, maar de A-junioren zou den toch minimaal in de lande lijke derde divisie moeten uit komen. Er zijn genoeg mensen die dat weten bij Docos. Je kan vier elftallen formeren van va ders die vroeger hoog hebben gevoetbald en nu naar hun kin deren komen kijken. Woutje Holverda, Bertje Jansen, noem maar op." Ex-prof, voormalig hoofdklas se-trainer en nu coach van Docos 5 Bert Jansen: „Ik weet niet eens of ze bij Do cos helemaal niets betalen of een beperkt premiestelseltje hebben. Dat moet de club lek ker zelf weten. Ik weet wel zeker dat er bij Docos mensen rond lopen die echt hogerop willen en zover ik kan inschatten heeft de vereniging genoeg potentie. Maar dan moet je plannen van iemand als Kantebeen, die ik zelf heb voorgedragen, wel een kans geven. Echt investeren in de jeugd dus. Met een sterke man die dat leidt, zoals bijvoor beeld Paul Bahlmann bij Al- phense Boys. Ze zien bij Docos toch ook aan UVS hoe hoog je kan komen met bijna alleen maar spelers die uit de eigen jeugdopleiding komen. Zeker bij de jongere juniorenteams is er bij Docos voldoende talent, maar dat moet wel goed bege leid worden." Leider van het eerste elftal Jan Henzing: „Er is een groep binnen de club die zich afvraagt: 'moet Docos nou zo nodig naar de tweede klasse.' Die groep wordt wel j- Voor de een is hij 's ibrullende Leeuw van |,voor de ander niet ien gemaakte coureur Bpstemmetje. Johan jelf is al even ondoor- jMorgen wil hij nog nitteren in 'zijn' Pa- Woensdag rijdt hij officiële koers, de Scheldeprijs. Waarna p 2 mei met een iterium in zijn woon- definitief een punt lijn imposante carri es eindigt op de stati- de Grammont, vlak ipen van het al even :ende stadhuis van :er al deze grandeur ie Rue de Minimes, loven elkaar gelegen van het daar gele- lamige gymnasium loop van de koers doucheruimte. Het ie weinig verheven dat Johan Museeuw 6 oktober 1996 met i handdoekje om de aan een handjevol n vertelde dat hij zo- (esloten met wielren nen. „Enkel het WK ide week in Lugano omdat ik dat al be- aan Eddy Merckx. I echt gedaan." Vijf keken hem verbaasd pb toch altijd gezegd [stoppen op de dag p plezier meer beleef sport. Welnu die dag p", reageerde Mu- pniek op alle verbou wd die daar in dat over hem heen Johan Museeuw: „Ik heb geleerd dat de kleine dingen in het leven veel belangrijker zijn dan het winnen van een grote koers." Foto: Pascal Rossignol/Reuters (en later bezocht zijn •nique het trainings- de Belgische WK- komst deed wonde- •op is bekend: op 13 !n week na zijn aan- afscheid dus) werd op grandioze wijze wereldkampioen wielrennen en negen maandep later baarde Veronique zijn tweede kind. „Ze heeft me er die week bo venop geholpen", sprak Mu seeuw later. Zo goed, dat het aangekondigde afscheid er nu pas - meer dan zeven jaar later - is. Onderwijl overleefde hij twee zware ongevallen (één op de fiets en één met de motor), groeide hij uit tot de volksheld die hij nu is en voegde hij nog eens vier wereldbekeroverwin ningen toe aan zijn palmarès, die in totaal elf WB-triomfen en één wereldtitel telt. Sinds die oktobermaand van 1996 gaat Museeuw helemaal door het leven als ondoorgron delijk. Als coureur groeide hij op zijn favoriete Vlaamse, Noord-Franse klassiekerterrein ver boven de anderen uit, maar als mens bleef hij altijd dat schuchtere ventje van de kust. „Ik heb geleerd dat de kleine dingen in het leven veel belang rijker zijn dan het winnen van een grote koers. Morgen thuis een koffietje drinken, maakt me gelukkiger dan dit", zei hij (in 1998) na zijn derde triomf in de Ronde van Vlaanderen. Precies een week later werd hij zwaar geblesseerd (knie) van de keien van het Bos van Wallers geraapt in Parijs-Roubaix. Een bijkomende wondkoorts be dreigde zelfs even zijn leven. Museeuw stond op en kwam sterker als ooit tevoren terug. In 2000 won hij de koers die hem bijna genekt had en toonde op de wielerbaan van Roubaix trots de geheelde knie. De be wondering voor dit staaltje doorzettingsvermogen en veer kracht was nog niet weggeëbd of er diende zich een tweede drama aan. Een motorongeluk in de zomer van 2000 leek zijn carrière opnieuw te kraken. Weer vond de Leeuw van Vlaanderen de kracht om op te staan uit de sportieve dood. Het volk reageerde lyrisch en citeer de strofen uit het epos van de Leeuw van Vlaanderen. Dat hij niet te temmen is en dat hij voortklauwt. Opnieuw ander half jaar later (in 2002 dus) was opnieuw Parijs-Roubaix het to neel van de wederopstanding. Ooit begon Museeuw in 1988 als bescheiden profrenner bij ADR. In 1990 brak hij door als tweevoudig ritwinnaar in de Tour. Steeds in de massasprint. Het duurde lang eer Museeuw verlost was van het predikaat spurter. Hij zei veel meer te kunnen. Die sprint had hij puur op kracht gewonnen. Museeuw had wel meer problemen met zijn imago. De pers en de ren ner lagen voortdurend met el kaar overhoop. Omdat de één (de renner) de anderen niet binnen wilde laten in zijn we reld. Talloos waren zijn irrita ties over de steeds terugkeren de vraag wanneer hij zou gaan stoppen. Niet beseffend dat hij sinds 1996 zelf de man is ge weest die steeds voeding gaf aan dat soort vragen. De dopingaffaire rond twee van zijn kennissen (een dierenarts en een masseur) verhardde de verstandhoudingen alleen maar. Op basis van bloed en haaranalyses gaat Museeuw vrijuit, maar de door de tele foon gebezigde codetaal is nooit opgehelderd. Het is het smetje op zijn carrière. Het gebrek aan openheid zit volgens de renner in de aard van het beestje. Museeuw is binnen de ploeg iemand die graag plezier maakt, maar veel ploegmaats zeggen de echte Jo han niet te kennen. Het zal zijn bescheidenheid zijn. Diezelfde bescheidenheid, die Museeuw niet direct im mens populair maakte bij de kenners. Roger de Vlaeminck vond hem lange tijd een ge maakte coureur. Omdat hij pas laat doorbrak en vooral omdat hij voor een vedette de anderen binnen de ploeg veel te veel gunde. „Merckx was zo niet", steeds kleiner, maar bestaat nog steeds. Ik wil dolgraag pro moveren. Nico (van der Salm, red.) is ook écht een kerel die wat wil en het waarmaakt. De afgelopen drie wedstrijden gin gen verloren, maar in de laatste daarvan was het voetbal alweer een stuk beter dan in de eerste twee. Ik blijf optimistisch. Hoe het Docos in de nabije toe komst vergaat, is moeilijk te voorspellen. Er staan talenten als Tommy Henzing en Robin Holverda klaar. Voor de rest is de jeugd enthousiast, maar niet echt sterk. Als we ons daardoor op een bepaald niveau niet kunnen handhaven dan is dat jammer, niet meer dan dat. Sport is ontspanning." Voorzitter Ton van Zijp: „Natuurlijk is Docos een grote vereniging met een lange histo rie. Maar Docos heeft ook een heel grote jeugdafdeling en dus toekomst. Het sociale karakter, noem het maar handhaving van normen en waarden, is een van de pijlers waarop Docos steunt. In een dergelijke cultuur passen veel activiteiten naast het voet bal en mede daardoor voelen veel mensen zich thuis bij Do cos. In zo'n omgeving bloeit het re creatieve voetbal. De laatste ja ren, en zeker dit seizoen, zie ik toch wat veranderen. Steeds nadrukkelijker wordt gesproken over prestatievoetbal, selectie criteria en het vrijmaken van fi nanciële middelen voor de se lecties. Dat is een enorme om mezwaai. Anderen zijn van me ning dat er niets moet verande ren, maar deze groep wordt wel steeds kleiner. Een grotere stro ming binnen de vereniging is aan het nadenken over de vraag hoe het prestatie- en selectie- voetbal een stevige voet aan de grond kan krijgen. Met name bij de jeugdafdeling wordt naarstig gezocht naar de juiste weg om te komen tot een hoger niveau. Het gaat langzaam, maar ik ben ervan overtuigd dat ook bij Do cos in de nabije toekomst het prestatievoetbal een heel be langrijke plaats verovert. Maar ik ben er eveneens van over tuigd dat het recreatievoetbal altijd erg belangrijk blijft. Want dat is mede de kracht van Do- sprak De Vlaeminck op strenge toon. „Die wilde alles zelf win nen. Die gunde zijn ploegmaats niets." Het is de kracht van Mu seeuw verder te kijken dan zijn eigen belang. Maatschappelijk kun jé zoiets 'soft' noemen, in sportief opzicht vergaarde hij er bij zijn ploegmaats het respect van een onomstreden kopman mee. Woensdag nog gunde hij Tom Boonen de zege in Gent- Wevelgem. Knaven: „En reken maar dat de hele ploeg er alles aan gaat doen om Johan zijn laatste Parijs-Roubaix te laten afsluiten met een overwin ning." Museeuw wilde alleen op de fiets een vedette zijn. Niet daar buiten. Buiten de koers was hij het liefst de gewone man. Na het WK van 1996 omschreef hij treffend het gevoel dat hem vaak dwars zit: „Als ik bij de bakker kom, vraagt men mij hoe het op de koers was. Ik zou zo graag willen dat ze vroegen wat voor brood ik wil." Op de fiets was Museeuw wel degelijk een grootheid. Groot in doorzettingsvermogen en pure aangetrainde kracht. Groot ook in tactisch vernuft. De manier waarop het hij WK in 1996 won, kan zo opgenomen worden in. het cursusboek 'Hoe win ik de wereldtitel'. Eerst sprong hij (samen met Gianetti) mee met het traditionele groepje weg- voorbereiders. Toen de echte kopmannen in actie kwamen, koerste hij steeds voor hen uit. Ze kregen Gianetti en Museeuw nooit te pakken. Tot slot blufte hij subtiel Gianetti in de rol van gangmaker en maakte het kar wei op de streep af. Ook zijn tactiek is vaak ondoor grondelijk Wanneer hij gaat? Niemand weet het. Een journa list die hem na afloop van een gewonnen Omloop Het Volk in 2000 vroeg naar het waarom van een beslissende demarrage keek hij lang en meewarig aan. „Over die dingen denk je niet na. Je voelt ze aan. Er zijn wiel renners die dat nooit krijgen. Ik heb het geluk dat ik dat koers- gevoel wel heb. Eigenlijk is wielrennen heel simpel." Sim peler dan afscheid nemen in ie der geval. Björn Boom was tegen ZPB goed voor twee doelpunten van AZC. De Alphense waterpoloploeg won met 7-4. Archieffoto: Taco van der Eb door Dirk Kloos leiden - AZC heeft gisteravond in Barendrecht een belangrijke stap gezet op weg naar de finale van de strijd om de landstitel. In het eerste duel van een 'bést of three' reeks klopte de Al phense waterpoloploeg ZPB met 7-4. De Zijl LGB/Vivax won de eerste wedstrijd in de strijd om de vijfde tot en met de acht ste plaats met 10-9 van HZC De Robben, terwijl LZ 1886 een blamerende 9-3 nederlaag leed tegen De Ham. Uitduels tegen ZPB willen AZC nog wel eens problemen ople veren. Dit keer evenwel was daar geen sprake van. De Ba- rendrechters namen weliswaar een 1-0 voorsprong, maar ke ken na de eerste periode toch al tegen een 4-1 achterstand aan. In de resterende speeltijd con solideerde AZC die voorsprong overtuigend. Via de tussenstan den 5-2 en 6-3 werd de eind stand een feit. De eindstrijd van de play-offs kan de Alphenaren nu vrijwel niet meer ontgaan. Doelpunten AZC: Bjom Boom (2), Tjerk Kramer (2), Kimmo Thomas (1), Niels Zuidweg (1) en Pieter Boot (1). De Zijl-LGB/VTvax had in de eerste wedstrijd in de strijd om de vijfde tot en met de achtste plaats meer moeite met HZC- De Robben dan vooraf ver wacht. Een door de arbiters tot doelpunt gepromoveerd loei hard schot op de paal van Niels Plasmeijer bezorgde de ploeg van Jacob Spijker de winst: 10- 9. Een zege die eerst overtui gende leek te gaan uitvallen. Bij een 7-4 voorsprong stokte het tot dan vloeiende aanvalsspel van De Zijl echter compleet en kwam de Hilversumse ploeg weer terug in de wedstrijd. Pe riodestanden: 4-2, 7-5, 9-8 en 10-9. Topscorers: Joachim de Ruysscher (4) en Niels Joor (3). LZ 1886 blameerde zichzelf door met maar liefst 9-3 te ver liezen van De Ham. De ploeg van Michel van der Zeeuw moet nu de resteerde twee thuiswedstrijden winnen, an ders komt degradatie naar de eerste klasse wel heel dichtbij. Vooral aanvallend bakte LZ er weinig van. Pas bij 4-0 tekende LZ de eerste treffer aan. Van een wedstrijd was toen al geen sprake meer. Doelpunten LZ 1886: Lucas Vlaardingerbroek 1F rans Langerhorst (1) en Stefan van Itterson (1).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2004 | | pagina 15