Speelbal van wrede heersers
Verzetsleger van de Heer terroriseert bevolking van het noorden van Uganda
9
ZATERDAG
3 APRIL
2004
Het opvangcentrum voor kindsoldaten in Gulu. Foto: GPD/Eelco van der Linden
-Al achttien jaar vecht het
uit ontvoerde kinderen
bestaande 'Verzetsleger
van de Heer' (LRA) onder
leiding van de mysticus
Joseph Kony een
'zuiverende strijd' tegen
de eigen bevolking in
[Noord-Uganda. President
ig|
dMuseveni gelooft in een
militaire oplossing, maar
:al
heeft de zaak ook
al
y voorgelegd aan het
1 Internationaal
p
Gerechtshof voor
Oorlogsmisdaden in Den
Haag. Ondertussen gaat
het moorden en
ontvoeren door.
in
- door Eelco van der Linden
die zich nog niet in dit gebied wa
gen, en briest dat in Barlonyo hon
den en varkens de in de haast begra
ven lichamen aanvreten.
Normaal lijkt niets hier. Volgens de
bewoners van Gulu en Kitgum moe
ten die van Lira zich nog gelukkig
prijzen. „Wij leven al achttien jaar in
angst", zegt een bewoner van het
kamp Pabbo, veertig kilometer ten
noorden van Gulu. De grens met
Soedan, dat Kony met wapens en
uitvalsbases steunt, is vlakbij. In
Pabbo leven al acht jaar 65.000 men
sen op twee vierkante kilometer.
Zonder voorzieningen, zonder hoop,
in leven gehouden door een mini
maal rantsoen van het voedselpro
gramma van de VN, die een keer in
de maand langskomt.
Hoewel dorpen hier altijd al werden
overvallen en kinderen ontvoerd,
begon de echte ellende nadat de
president tien jaar geleden besloot
de rebellen 'uit te roeien' en de be
volking opriep hun bewegingen te
melden. „De LRA reageerde met
moordpartijen en het afsnijden van
oren, lippen en ledematen", zegt
Dennis Lemoi, een kampleider die
alle 500.000 kampbewoners van Gu
lu vertegenwoordigt.
„Het antwoord was in tijdelijke kam
pen te gaan wonen, waar we nu nog
steeds zitten. Het is te gevaarlijk om
terug te gaan naar de dorpen om ei
gen voedsel te verbouwen, maar zo
worden we ook gek. Bovendien gaan
de aanvallen door."
In het hoofdkwartier van het Oegan-
dese leger in G.ulu-stad herhaalt
men de woorden van Museveni
dat de rebellen over een paar
maanden geëlimineerd zul
len zijn, en dat dan het
normale leven kan begin
nen. Weinigen die dat
het LRA, het blijft moeilijk te kiezen
voor een harde lijn. Ze weten dat
hun tegenstanders hun eigen kinde
ren zijn.
In het noordelijker gelegen district
Gulu, waar het LRA al 18 jaar huis
houdt, zijn de dingen geïnstitutiona
liseerd. Het regeringsleger bereidt er
operaties voor en luitenant-majoor
Otim neemt journalisten mee naar
een slagveld als er weer een succes is
geboekt. De doden heten rebellen;
de overlevenden kinderen. Hoeveel
rebellen er zijn gedood tot nu, weet
niemand precies. „Wel dat er de af
gelopen tien jaar 30.000 zijn ont
voerd", zegt een verbitterde Julius
Tiboa, directeur van de organisatie
Gusco, die zich ontfermt over gede
serteerde LRA-soldaten. „Het LRA
heeft een geschatte sterkte van 3500
man. Sinds 1994 zijn 7500 soldaten
opgevangen. Het aantal doden voor
die periode alleen moet rond de
20.000 liggen." Successen als die van
luitenant-majoor Otim zeggen hem
niets. „Het reservoir van de rebellen
is onuitputtelijk."
Gusco heeft nu 158 kinderen in haar
simpele kampement. Sommigen zijn
gewond, allen getraumatiseerd. Ze
hebben enorm geleden en enorme
moed getoond door te ontsnappen.
Ze hebben daarna de vaak geweld
dadige ondervraging door het rege
ringsleger overleefd. De meisjes heb
ben bijna allemaal kinderen. Zoals
de 23-jarige Jackaline, die tien jaar in
het LRA doorbracht. Ze vertelt over
slaag en geweld. Over dagenlang lo
pen zonder eten of drinken op weg
naar de LRA-basis in Soedan. Wie
protesteerde of het niet volhield,
werd afgeschoten. Ze werd 'cadeau'
gedaan aan een commandant van
wie ze twee kinderen kreeg.
Jackaline had geluk, want ze hoefde
niet te vechten.
De 16-jarige Jacob Odonge wel. Hij
is net in het kamp na zes jaar de LRA
te hebben gediend.
Hij staart alleen maar. Zijn
ogen vertellen de verschrik
kingen die hij heeft meege
maakt.
Milo Akello (I), haar dochter Evelyn van io en zoontje Emanuel van 9 in het ziekenhuis in Lira. Ze raakten zwaar verbrand bij de aanval van het Leger van de Heer op hun vluchtelingenkamp. Foto: EPA/Stephen Morrison
Angst
Maar echt nadenken wil men niet
meer. De mensen zijn murw, moe
deloos en voelen zich
vergeten. „We willen
vrede. Help alsje
blieft, laat de VN
met soldaten ko
men!", roept een
vrouw. Ze hekelt de
hulporganisaties,
inken van slachtoffers is regel bij het Verzetsleger van de
Bij deze man werd een arm afgehakt.
jGPD/Eelco van der Linden
Met duizenden tegelijk komen ze
om uit handen te blijven van de re
bellen, die 's nachts hun dorpjes
overvallen op zoek naar potentiële
soldaten en (seks) slaven.
Dankzij hulporganisaties slapen de
kinderen niet meer op straat of op
veranda 's. De Ark van Noach, een
Nederlands initiatief, heeft tenten
gebouwd en huurt oude schoolge
bouwen waarin nu vijfduizend kin
deren van vier tot zestien jaar kun
nen slapen. Ruimte en geld zijn al
weer op, maar de kinderen lachen.
Vanavond krijgen ze voor het slapen
gaan op het stoffige veld een film te
zien: Jungleboy van Walt Disney.
School
Alphons Apuke, hoofd van de Ola-
cha middelbare school, bezorgd
over het gebrek aan ruimte, lesmate
riaal en voedsel voor zijn 800 leerlin
gen. Hij toont klaslokaaltjes met 150
leerlingen, een paar dubieuze latri
nes en collega's die pauzeren aan
gammele tafeltjes in het hete stof.
Vijf maanden geleden werd Apuke
met dorp en al - en dus ook de
school - overgeheveld naar het kamp
Balla bij de stad Lira. Om te ontko
men aan de terreur van het Ver
zetsleger van de Heer.
Het is allemaal zo vanzelfsprekend
geworden. Het jeugdige schoolhoofd
zou bijna vergeten wat de emmer
deed overlopen: „De rebellen kwa
men tegen de avond en wisten snel
een grote groep kinderen
te grijpen. Met hun handen vastge
bonden werden ze, net als ik en an
dere bewoners, gedwongen te kijken
naar een 'Kandoja'. Het slachtoffer,
een 19-jarige neefje van mij, werden
de ellebogen strak achter de rug ge
bonden, waarna mijn 35-jarige oom
werd gedwongen om met een ma
chete de borst en buik van de jongen
van boven naar beneden open te
snijden."
Hij vertelt het emotieloos. Dat zijn
neefje nog leefde toen dit gebeurde,
spreekt voor zich. Net als het feit dat
de kinderen die een toekomst als
soldaat tegemoet gingen in het 're
bellenleger van de Heer', werden ge
dwongen om de organen op te eten.
„Je weet wel: lever, nieren, pancre
as", verduidelijkt een toehoorder,
die mijn verbijstering houdt voor ge
brek aan anatomische kennis.
Er wordt wat gegrimast en gezwe
gen. Met al die andere problemen
waren we dit bijna vergeten, zie je ze
denken. De oom heeft nooit psychi
sche hulp gehad, maar het gaat hem
al weer wat beter, verzekert Apuke.
Terreur is al 18 jaar het wapen van
het LRA. Hoe meer het Oegandese
leger zijn operaties opvoert, zoals
dezer dagen, des te meer wraak
wordt genomen op de burgerbevol
king.
Psychologische oorlog
Het LRA hanteert een brute vorm
van psychologische oorlogvoering.
Een kind dat een Kandoja heeft
meegemaakt, zou beter luisteren en
niet snel weglopen. Helemaal als hij
de daad zelf heeft moeten uitvoeren
op een familielid of vriend in het
dorp. De redenering is dat zo'n
kind niet terug zal durven naar
zijn dorp. Aan de andere kant
worden de bewoners moreel
gechanteerd. Hoeveel ze ook
lijden onder
Wéér verjaagd, wéér een
nieuw huis bouwen.
Zelfgebakken blokken
zwarte klei worden opeengestapeld
in de zinderende hitte. De rook van
de overal half in de grond gemaakte
vuyrtjes slaat op ogen en longen. De
nieuwe hutten staan boven op el
kaar, want zo is de gemeenschap be
ter te beschermen tegen de rebellen.
Zegt de regering. Brand, ziekten,
honger en torenhoge frustratie moe
ten ook in dit nieuwe vluchtelingen-
eiland in Noord-Uganda op de koop
toe genomen worden.
Anderhalf miljoen mensen zijn hier
inmiddels veroordeeld tot het leven
in een kamp: een niet omheind, vol
gepakt dorp dat in theorie door mili
tairen wordt beschermd. Ogur is er
een van. Het ligt twintig kilometer
buiten Lira, telt zo'n twintigduizend
inwoners en is alleen onder begelei
ding van het regeringsleger te berei
ken.
De mensen die er nieuwe hutten
bouwen komen uit Barlonyo, een
ander kamp hier in de buurt, dat vo
rige maand toneel was van de ergste
slachtpartij sinds het begin van de
oorlog. Van de 4800 bewoners verlo
ren 328 mannen, vrouwen en kinde
ren het leven. In Ogur zouden de
overlevenden veiliger zijn.
Het is trauma op trauma: „De rebel
len kwamen tegen de avond, in het
uniform van onze eigen lokale mili
tie. Toen ze binnen waren, zetten ze,
voor onderlinge herkenning, hun pet
andersom op het hoofd, en begon
het moorden en brandstichten",
zegt Geoffrey Dong terwijl hij riet op
het dak van zijn nieuwe hut schikt.
Hij verloor zijn zuster. Iedereen is
hier familie kwijt.
Het waarom van de aanval weet hij
niet. Niemand weet dat. Terreur is
naast stelen en ontvoeren het han
delsmerk van het LRA om de bevol
king te controleren. Maar tot vorig
jaar gebeurde dat vooral in de noor
delijker gelegen regio's Gulu en Kit
gum. Daar wonen de Acholi, de stam
waartoe ook Joseph Kony behoort
en die hij zegt te willen bevrijden
van het juk van Museveni. „Mis
schien was daar niet veel meer te ha
len of wilde hij ons straffen omdat
we, op advies van de regering, mili
ties hebben gevormd om ons te ver
dedigen", zegt Geoffrey.