Boeven vangen volgens Langendoen
'Ik heb in dossiers al
criminele burgerinfiltranten
bezig gezien"
'Door Vrakking voel
ik me het meest
te pakken genomen'
Tien jaar na de IRT-affaire blikt een hoofdrolspeler terug
HDC237
Deze week precies tien jaar
geleden werd het Interregionaal
Recherche Team Noord-
Holland/Utrecht ontbonden. In de
parlementaire enquête die
volgde, werden de
opsporingsmethoden van het IRT
met criminele burgerinfiltranten
en ongecontroleerde doorvoer
van drugs volledig onderuit
gehaald. De Umuidense ex-
rechercheur Klaas Langendoen,
hét gezicht van de IRT-affaire, ziet
echter het gelijk zijn kant
opkomen. „De roep om de
criminele burgerinfiltrant wordt
weer steeds sterker."
door Jacob van der Meulen
Klaas Langendoen in de haven van IJmuiden. „Het politiewerk zat mij in het bloed." Foto: United Photos De Boer/Michel Schnater
ZATERDAG
6 DECEMBER
2003
Bij de politie wordt non-actief
'dienst thuis' genoemd. Wat er met
je gebeurt? Ik had toch een spil-
J functie in zo'n korps van duizend
man. Dan ben je exit. Het is afgelo
pen met je, als je op non-actief wordt ge
steld, dat weet iedere politieman. Iedereen
die betrokken was bij de IRT-affaire is bevor
derd of goed weggekomen. Ik was de enige
die thuis kwam te zitten. Dan kom je in een
isolement. In het begin belden een paar col
lega's nog wel eens. Maar daarna wordt het
stil. Er werd ook vanuit de korpsleiding ge
zegd dat ze geen contact meer mochten
hebben met mij. Dat kon gevaarlijk zijn.
Mijn hele kennissenkring viel weg, want bui
ten het werk gaan agenten ook veel met el
kaar om.
De politie is eigenlijk een grote familie. Ik
was achttien toen ik in die familie terecht
kwam. Je doet bijna alles met elkaar. Samen
moet je het oplossen. Je bent op elkaar aan
gewezen. Via de politiesportvereniging, de
politiecontactvereniging, het politiesinter-
klaasfeest. Het is politie zus en politie zo. Op
het moment dat je als kind uit die familie
wordt geknikkerd, moet je een nieuwe weg
vinden.
Mijn eerste grote succes bij de Criminele In
lichtingen Dienst in Haarlem was de IJmui-
der cokezaak begin 1990. Ik runde toen in
formanten en wist dat er een partij aan zou
komen. Ik wist van het waar en wanneer,
maar had geen idee over de hoeveelheid.
Dat het uiteindelijk een vangst van 2658 kilo
cocaïne werd, was een lucky shot. Er is vaak
gesuggereerd dat we toen al met speciale
opsporingsmethoden werkten, maar dat is
absolute onzin. Het was gewoon bingo!
Tot begin jaren negentig werd er in de be
strijding van de georganiseerde drugscrimi
naliteit ouderwets gerechercheerd. Je had de
informant, de telefoontap en eventueel een
observatieteam. Dat was het in feite wel een
luider cokezaak in 1990 was het eerste grote succes van Langendoen in de rol als informantenrunner.
effoto: United Photos De Boer
beetje. Als je geluk had werd er een hoop
over de telefoon gezegd en kon je een onder
zoek rond krijgen. Maar die methode bleek
steeds minder effectief door de professiona
lisering van criminele organisaties zoals die
van Klaas Bruinsma. Wij verloren het zicht
op de georganiseerde misdaad. Als je crimi
nele organisaties wil ontmantelen, dan moet
je ze wel eerst in kaart brengen. Met de me
thodes die wij destijds gebruikten, lukte dat
absoluut niet.
Wat later de Deltamethode is gaan heten, is
ontwikkeld in een denktank van politiemen
sen en het openbaar ministerie. Het was een
periode van grote ontwikkelingen in de mis
daad. Het fenomeen misdaadanalyse legde
voor het eerst het bestaan van professioneel
georganiseerde misdaad bloot. Kees Siets-
ma, de grondlegger van de misdaadanalyse
in Nederland, kwam met een studie over
Klaas Bruinsma. Daaruit bleek dat diens or
ganisatie volledig voldeed aan de criteria van
die tijd. Zo was er een strakke professionele
leiding en een eigen sanctiesysteem. Sietsma
had het probleem in kaart gepakt. De
denktank moest er een grensverleggende
opsporingsmethode op ontwikkelen. Wie zit
in de handel? Hoe bedrijven ze de handel?
Waarmee verdienen ze geld? Waar investe
ren ze het? Kortom: ontwikkel een methode
waardoor je inzicht krijgt in de handel en
wandel van een criminele organisatie.
Dat we met het openbaar ministerie filoso
feerden en discussieerden over een nieuwe
methode was überhaupt grensverleggend
binnen alle hechte structuren van die tijd.
De uiteindelijke vraag was natuurlijk waar de
grens zou worden getrokken waarbinnen je
als Criminele Inlichtingen Dienst nog mocht
werken. De inzet van criminele informanten
speelde daarin een hoofdrol. De politie
werkt al sinds 1900 met informanten uit het
criminele circuit. Met boeven vang je boe-
ven.De meeste en beste informatie krijg je
uit het circuit zelf. Het probleem is vaak dat
je de informatie alleen kon opslaan. Je hoort
dat iemand drie overvallen heeft gepleegd,
maar je wilt weten waar en wanneer hij de
volgende zou plegen. Dan moet je een stap
verder gaan. Je gaat informanten actief aan
sturen en dan komt de regie bij jou te liggen.
Je neemt als rechercheur verantwoordelijk
heid in het criminele proces.
De Deltamethode gaat verder doordat de re
cherche een schakel vormt in de criminele
keten. Tot dat moment was er alleen het fe
nomeen van de gecontroleerde aflevering
van drugs. Dat betekent dat je niet besluit
om een getipte lading gelijk op bijvoorbeeld
Schiphol te pakken maar deze zo lang moge
lijk blijft volgen en ingrijpt als de
drugs het milieu in dreigen te ko
men. In de Deltamethode werk
ten we met ongecontroleerde af
levering. We lieten partijen schie
ten, zaten als schakel in de keten
en probeerden de drugs zo lang
mogelijk te volgen. Met het geld
dat we als schenkel, bijvoorbeeld
voor transport, ontvingen kon
den we deze hele opsporing fi
nancieren. Daarin gingen honderdenduizen
den guldens om. Toen wij nog niet onder
vuur lagen, vonden andere korpsen en justi
tie onze methode schitterend. Het nadeel
van ongecontroleerde doorvoer is dat de
partij op de markt komt. Het voordeel is dat
je ongelooflijk veel ziet en te weten komt
over een criminele organisatie. En dat was
toch het hoofddoel. En waar praten we over?
Het gebeurde alleen met softdrugs!
Natuurlijk groeiden onze informanten in
aanzien in het criminele milieu. Dat is lo
gisch. Iedereen die daar zijn werk kan blij
ven doen, groeit vanzelf. Later is de stelling
opgeworpen dat wij niet de informanten
runden maar zij ons. Degene die die vraag
stelt, is altijd in het voordeel. Ik had nooit
honderd procent zekerheid over criminele
informant (en). Het is wel zo dat als een in
formant de afspraken nakomt, je instaat
voor hun veiligheid en afscherming. Op het
moment dat ze je in de maling nemen, gra
ven ze hun eigen graf.
De methode was succesvol. We kregen zicht
op geldstromen en handelsactiviteiten. Ook
op corrupte contacten bij de overheid. Maar
het verzet tegen de methode groeide. Justitie
en het Amsterdamse korps trokken hun han
den van ons af. Het IRT is ontbonden door
de Amsterdamse hoofdofficier Hans Vrak-
king. Door hem voel ik me het meest te pak
ken genomen. Maar ook de toenmalige pro
cureur-generaal Docters van Leeuwen deed
zijn zaakjes goed. Dat waren twee handen
op één buik.
In het begin ging het helemaal over onze
hoofden heen. Ik bleef mijn werk doen. Ik
had support van korpschef Ries Straver en
korpsbeheerder burgemeester Elisabeth
Schmitz. In eerste instantie kwam de com
missie Wieringa met een rapport waarin wij
werden vrijgepleit. Maar de geruchten en
verdachtmaldngen bleven komen. Uiteinde
lijk leidden die tot het rijksrechercheonder
zoek en de parlementaire enquête. Eerst was
er het gevecht tussen de korpsen van Haarl
em/Utrecht contra Amsterdam. Pas later
ging iedereen zich tegen Haarlem afzetten
en uiteindelijk werd alles op mij gericht. Je
ziet jezelf langzaam richting de afgrond
gaan. Media-adviseur Bob de Ronde moest
mij trainen voor het openbaar verhoor bij
Van Traa. Hij nam mij apart en zei: 'Klaas,
zonder dat ik in detail kan treden, wil ik je
wel vertellen dat jij de rekening gaat betalen
voor de hele affaire'.
Het rijksrechercheonderzoek had inmiddels
vakkundig al alle grond onder mijn voeten
weggehaald. Ik heb daar tegen muren staan
kletsen. Al mijn informatie over de opspo
ringsmethode werd niet onderzocht op juist
heid maar terzijde gelegd. De rijksrecherche
gaf toe dat zij werden aangestuurd door de
leiding, die weer werd aangestuurd door
Docters van Leeuwen. En die werd weer po
litiek aangestuurd. Het was van begin af aan
een verloren spel. De uitkomsten van de
parlementaire enquête waren vooraf al poli
tiek bepaald.
Ik ben niet door Ries Straver op non-actief
gesteld. Dat heeft hij zijn plaatsvervanger
Sjaak van den Berg laten doen. Dat gebeurde
nadat een miljoenensmokkel van sigaretten
aan het licht kwam, waarbij een informant
betrokken was. 'Weer wat van jou zeker', zei
Van den Berg. Uit later onderzoek bleek dat
ik er niéts mee te maken had. Het was een
zuiver FIOD-traject geweest. Maar het was
mijn eerste stap naar de ondergang. 'Sjaak',
heb ik gezegd: 'Je weet dat ik nooit meer te
rug kan komen als je mij op non-actief stelt.
Als je dat toch doet, dan heb je nu mijn
ambtelijk doodvonnis getekend'. Maar hij
had de opdracht vanuit Den Haag gekregen.
De politiek kan zo fijntjes manoeuvreren dat
er voor iemand geen weg meer terug is.
Ik heb altijd gezegd dat ik verantwoordelijk
was. Of je de methode nu slecht vindt of
niet: ik was ervoor verantwoordelijk. Dus als
iemand de rekening moet betalen, dan moet
je bij mij zijn. Dat is bij de meeste mensen
ook blijven hangen. Dat heeft mij een posi
tieve uitstraling naar de buitenwereld gege
ven.
Ik heb nu een juridisch adviesbureau, Lan-
gendoen-Advies en werk veel voor advoca
tenkantoren maar ook voor bedrijven en
particulieren. Advocaten weten veel van het
IRT. Die hoef ik haast niets uit te leggen. Die
weten wie ik ben en wat ik kan. Het positieve
dat ik uit de hele affaire heb meegenomen, is
dat ik nooit namen heb genoemd of bron
nen heb stukgegooid.
Als juridisch adviseur sta ik bijvoorbeeld
mensen bij die vals beschuldigd zijn en ver
zekeringsgedupeerden. Verder ben ik gast
docent bij cursussen van de Universiteit van
Leiden. Ik verzorg daar een postacademi
sche oplei
ding voor ad
vocaten. Ik
wil mijn col
lege nog wel
eens begin
nen met de
vraag wie er
wel eens op
zijn gezicht is
geslagen.
Zo'n ervaring leert je veel over misdaad. Ik
praat met cursisten over verdachten- en ge
tuigenverhoren. Ik doceer daar over alle op
sporingsmethodieken die er zijn. Ik leer ze
een dossier te ontwarren. Hoe kun je zien
welke methoden gebruikt zijn? Hoe is een
verhoor opgebouwd? Hoe stel je een dossier
samen? Daar hebben advocaten geen sjoege
van. Er is best dus een aardige boterham aan
te verdienen.
Het politiewerk zat mij in het bloed. Het erg
ste vind ik dat ik midden in de hele hectiek
gedwongen weg moest. Als er 99 mensen
zeggen dat jij het verkeerd hebt gedaan en jij
bent de enige die vond dat het goed ging,
dan weet je dat het afgelopen is. Alles inleve
ren en wegwezen. Thuis beland je in een
volledig isolement. Collega's ontwijken je
omdat ze bang zijn voor hun eigen positie.
Ik besefte dat mijn carrière om zeep was ge
holpen. Ik ben niet bij de pakken neer gaan
zitten. Het positieve is dat ik mijn blikveld
heb vergroot. Vroeger had ik een blik op de
opsporing vanuit de opsporing zelf. Nu kijk
ik er vanuit de andere kant naar.-Wat kan je
overkomen? Hoe kan bewijs bewust of onbe
wust worden gemanipuleerd? Hoe kan je op
papier zaken anders laten overkomen dan ze
in feite zijn?
Door mijn ervaring zie ik dingen die niet
kloppen in het opsporingsapparaat. Of ik
daar nog vertrouwen in heb? Ik denk niet dat
de opsporing van de zware crimina
liteit er na Van Traa op vooruit is ge
gaan. De roep om de criminele bur
gerinfiltrant komt nu weer terug on
der het mom van terrorismebestrij
ding. De stap naar inzet bij de be
strijding van de zware criminaliteit is
dan niet meer groot. Daar zitten im
mers grote verwevenheden in. De
zware criminaliteit maakt gebruik
van het terrorisme en andersom.
Ik heb als adviseur een aantal dossiers onder
handen gehad waarin ik al criminele burger
infiltranten bezig heb gezien. Dat ontkent
men ten stelligste. Op het moment dat de
criminele burgerinfiltrant weer volop terug
is, en dat zal niet lang meer duren denk ik,
dan heb ik het gelijk aan mijn kant. Ik geloof
ook niet dat er andere methodes zijn om ge
organiseerde misdaad effectief te bestrijden.
Het IRT werd destijds opgericht na een reeks
onopgeloste liquidaties in Amsterdam. Moet
je kijken wat er nu gebeurt. Op enig moment
komt er weer een roep om infiltra
tie. Na zoveel jaar zie je dat het pro
ces zich weer herhaalt.