Stadshart wordt gedotterd ER BIJ 'Leiden krijgt de impuls die de stad verdient' Een wandeling door het toekomstige Leidse Aalmarktgebied ilmarktplan Een historisch stuk van de istad opknappen en tot brengen. Verder wordt beerd de binnenstad een mische en culturele im- e geven door aantrekkelij- inkels en culturele functies t gebied te vestigen en een inding tussen de Haarlem- straat en de Breestraat tot il te brengen. De gemeenteraad heeft almarktplannen van het eentebestuur en de pro- roep Nieuw Aalmarktplan 8oktober goedgekeurd, mee is politieke steun na jaar bakkeleien een feit. De ende stap is dat projectont- elaar MAB het compromis n projectgroep en ge- ntebestuur verder uitwerkt, naast tekent een aantal ar den de plannen uit, waar- eidenaars de beste versie tn kiezen. Of dat tekenin- worden van het gehele stel, of slechts van onder- ndaaruit, moet nog wor- beslist. iciën: 17,8 Miljoen euro rekening van de gemeen- jna 150 euro per inwoner. Bouwactiviteiten nvoor de periode 2007- Jgepland. Met een bijna volmondig en historisch 'ja' schaarde de Leidse gemeenteraad zich onlangs achter de Aalmarktplannen van college en projectgroep. Het hart van de stad kan nu eindelijk worden gedotterd. Maar wat gaat er bij die opknapoperatie eigenlijk precies gebeuren en wat wint Leiden ermee? Een zoektocht naar de antwoorden via een wandeling door 'de toekomst' van het gebied en een gesprek met Wytze Patijn, voormalig rijksbouwmeester en supervisor van het project. door Paul de Tombe en Rody van der Pols Cultuur en winkelplezier. Dat zijn twee sleutelwoorden van het Aal marktplan. Om met dat laatste te be ginnen: winkelen. Dat doet de Leidenaar tra ditioneel op de Haarlemmerstraat. Juist daarin moet het stadsvernieuwingsplan ver andering in brengen. Winkelen moet voort aan niet alléén op de 'Haarlemmer' gebeu ren, maar ook op de Breestraat en het gebied daartussen. Nu laten winkelaars het stads deel ten zuiden van de Stille Rijn vaak nog te vaak links liggen, is de gedachte. Daar moet het Aalmarktplan verandering in brengen. Wie in de toekomst over de Haar lemmerstraat wandelt en C &A nadert, moet in de verlei ding worden gebracht om hier af te slaan richting de Stille Rijn. Daartoe wordt er allereerst een nieuwe steeg gecreëerd, waarvoor een aan tal panden aan de Haarlem merstraat en Stille Rijn tegen de vlakte gaan. Wie deze in loopt, staat aan de Stille Rijn meteen oog in oog met de Aalmarktschool, bereikbaar via een nieuwe brug. De Aalmarktschool: nu nog verpauperd en met dichtge timmerde ramen, straks een aantrekkelijke winkel. Bij voorbeeld een grote kleding zaak. En wat voor dit pand geldt, geldt voor de hele straat: een flinke opknap beurt. Daarbij krijgt het hele stuk tussen Aalmarktschool en De Waag een commerciële bestemming, met boven de winkels woningen. Wie zich hier helemaal 'suf geshopt' heeft, vervolgt zijn route richting de Mandenma- kerssteeg. Nu nog een don ker, smoezelig straatje met halverwege een roestig stuk metaal achter tralies. Dat is straks allemaal anders, belo ven de opstellers van het stadsvernieuwingsplan. Dan is dit geen 'steeg' meer, maar 'winkelerf van zo'n vijftien h twintig meter breed, 'een lichte, openbare ruimte' waar onder andere de ingang van de V&D - dat ook een op knapbeurt krijgt - komt te zit ten. Na het verlaten van het win kelerf staan we op de Bree straat, waar in het pand van de ABN/Amrobank een win kel wordt gevestigd. Boven dien krijgt deze gevel een fa celift. In de Breestraat mani festeert zich ook de culturele pijler van het Aalmarktplan. Zo krijgt de Stadsgehoorzaal, die hier zijn ingang heeft, een tweede, kleine zaal bovenin de Aalmarktschool, met zo'n driehonderd stoelen geschikt voor kleine muziekuitvoe ringen en congressen. Ook wordt de oude foyer van de grote zaal heringericht. Verder lopend langs de Breestraat in de rich ting van het Rapenburg doemt rechts het complex op waar vroeger het Hoogheem- ZATERDAG 15 NOVEMBER 2003 Plantekening van het Aalmarktgebied. Links bovenin het stadhuis, daaronder V&D en de Mandenmakerssteeg, met daarvoor de Waag- hoofdbrug. Verder naar beneden, in het blauw, de Aalmarktschool, met een nieuwe verdieping voor uitbreiding van de Stadsgehoorzaal. Achter de school is de cultuur tuin gesitueerd, ervoor komt een brug naar een nieuwe steeg tussen Stil le Rijn en Haarlemmer straat. Anders dan op de tekening is aangegeven wordt die passage niet overdekt. Tekening: bureau Kuiper Compagnons. raadschap van Rijnland was gevestigd. Dit pand wordt gesloopt, om plaats te maken voor nieuwbouw. Ónder meer het LVC krijgt hier onderdak. Maar ook jongerencentrum 't Stathuijs, het postkantoor en een aantal wo ningen worden hier ondergebracht. Met het verplaatsen van het LVC naar een nieuwe locatie komt Breestraat 66 weer vrij. Op deze plek moet in lang vervlogen tijden een vleugel van het Catharinagasthuis heb ben gestaan. Het is de bedoeling om de nog aanwezige bouwelementen op te sporen en zo de gasthuisvleugel in oude luister terug te brengen. Ook een deel van de binnentuin waarover het Catharinagasthuis beschikte, wordt in ere hersteld. Met de winkeltassen nog in de hand is hier de mogelijkheid om even uit te puffen. Deze groene ruimte van zo'n 750 vierkante meter - bereikbaar vanaf de Aalmarkt, door Breestraat 66 en door de Mandenmakers- steeg-wordt ook wel de 'cultuurtuin' ge noemd. Niet alleen is er de mogelijkheid om hier culturele activiteiten te organiseren, ook zijn het LVC en de Stadsgehoorzaal op een steenworpafstand. Bovendien kan de ver moeide shopper hier met uitzicht op de ach terkant van de Waalse Kerk rustig een drank je drinken. Uitgewinkeld? Tijd om naar de ondergrond se parkeergarage te wandelen, onder het voormalige pand van het Hoogheemraad schap van Rijnland. Van de 350 parkeer plaatsen zijn er 250 voor bezoekers gereser veerd, de anderen zijn voor bewoners van de binnenstad. Via de Boommarkt, dus aan de kant van de Stille Rijn, zetten we koers rich ting het Kort Rapenburg en rijden we zo naar de buitenwijken van Leiden. Of de stad uit. Hij vindt het jammer dat de nieuwe voetgangersbrug over de Rijn niet de door hem gewenste breedte krijgt, maar is tegelijkertijd 'heel erg blij' dat de cultuurtuin achter de Aalmarktschool in tact is gebleven. De eerste confrontatie met de eindelijk goedgekeurde plannen voor het Aalmarktgebied in Leiden brengt bij project supervisor Wytze Patijn („Ik was op vakantie ten tijde van die gemeenteraadsvergade ring") licht aarzelende gevoelens teweeg. „Er is sprake van een paar compromissen, maar die tasten de essentie van de gedachte niet aan. Wat overblijft is een impuls voor ver nieuwingen, een zeer goede basis om de stad de stimulans te geven wat trotser op zichzelf te worden. Dat moet nu worden ge concretiseerd. Het idee om daar een archi tectenprijsvraag voor uit te schrijven is zo gek nog niet." 'Een keten van bijzondere plekken, met elk een eigen attractiewaarde', stond Patijn steeds voor ogen bij het maken van het ka derplan en de aanpassing daarvan met de projectgroep Nieuw Aalmarktplan. „Daar is veel van overgebleven", constateert de voor malige rijksbouwmeester, die vorig jaar voor de rol van supervisor werd gevraagd. .Alleen die overkapping van de nieuwe steeg tussen Stille Rijn en Haarlemmerstraat en die brede brug dus niet." „Dat die steeg niet overdekt wordt, is geen halszaak", voegt hij er meteen aan toe. „Wij dachten dat die passage aantrekkelijk zou worden door een soort binnenwereld te cre- eren, maar veel winkelmensen twijfelden daaraan. Ik had graag gezien dat het nog na der onderzocht had kunnen worden, maar daar ben ik niet echt teleurgesteld over. Wel jammer vind ik het van die voetgangersbrug. Dat die niet breed wordt, is ook niet essenti eel, maar het was wel een uitdaging geweest daar een brug te maken die meer is dan een brug. Ik had de Waaghoofdbrug weg willen halen, omdat daar vaak zo hard vanaf wordt gefietst en gebromd de Mandenmakerssteeg in, en op de oversteek voor de Aalmarkt school ruimte willen maken voor een terras of een winkeltje. Dat zou een leuke opgave zijn geweest." Het smallere compromis dat er uit is gerold, wordt voor Patijn bijna volledig gecompen seerd door het handhaven van de cultuur tuin achter de Aalmarktschool. „Daar ben ik zeer blij om", herhaalt hij een paar keer in zijn bureau in het Groothandelsgebouw in Rotterdam, waar Kuiper Compagnons domi cilie houdt. Bij dat grote ontwerpbureau voor stedebouw en architectuur heeft Patijn (56) zijn sporen ruimschoots verdiend. Hij ging daarbij altijd uit van 'het respecteren van de structuur van een stad.' „De geschiedenis, het geheugen van de stad moet je niet aantasten", betoogt hij, „maar soms moet er iets sneuvelen. Alleen werken aan behoud is de dood in de pot. Leiden is prachtig, een bijzondere oud-Hollandse stad met De Burcht als een soort verloren juweel van de tijd, maar het moet geen openlucht museum worden. De zorg voor monumen ten gaat per definitie gepaard met verande ring, aanpassing aan nieuwe inzichten. Daarom ben ik zo blij met die cultuurtuin tussen de winkels." „Daarmee geef je een typische binnenruimte aan de stad terug", stelt hij enthousiast. „Een stilteruimte op de historische plek waar het Catharinagasthuis heeft gestaan. De twee achtergeveltjes van de Waalse kerk aan de Breestraat kunnen er prachtig tot hun recht komen en de drie ingangen zou den 's avonds afgesloten kunnen worden. Ook het terras van het theatercafé, dat is ge pland in het historische pand naast de school, kan in de tuin worden aangelegd. En het mooiste zou zijn als in de Aalmarkt school zelf een culturele winkel wordt geves tigd." Patijn beseft ook zelf dat hij op dat punt puur praat vanuit zijn visie als stedenbouw kundige en architect („want de vraag is na tuurlijk ook of dat economisch kan"), maar heeft in die hoedanigheid nog wel wat meer onvervulde wensen. „De plannen die zijn aangenomen, bieden goede kansen op een levendiger en leefbaarder centrum, met een betere bewinkeling. Als die op een goede manier worden aangepakt, kan Leiden weer voor de dag komen met zijn binnenstad. Die wordt dan weer een omweg waard." „Maar dan moet de stad wel goed bereik baar zijn. Met goede verbindingen rond het centrum en meer parkeerruimte bij schar nierpunten als Beestenmarkt en Turfmarkt. Met ringen zoals je die hebt in Brugge en Gent, waar ze erin zijn geslaagd het histori sche centrum volkomen intact te laten. De gemeente zou er goed aan doen de adviezen van Uwe Keppler van het bureau Planning uit Brugge mee te nemen in het verkeers- structuurplan. Ook waar die gaan over het openbaar vervoer. Net zoals de fietsers en brommers die van de Waaghoofdbrug af- denderen, staat ook het zware busverkeer in de Breestraat de ontwikkeling van de cen trumfunctie in de weg. Daar moet het ook voetgangersvriendelijk worden." En nu hij het toch over de Breestraat heeft, wil hij nog wel wat gemengde gevoelens ver woorden. De sloop van het voormalige pand van het Hoogheemraadschap heeft zijn vol ledige instemming. „Daar is een wanhopige en vergeefse poging gedaan om het gebouw aan de omgeving aan te passen. Een lomp gebeuren." Maar ook bij het ongemoeid ge laten pand van Minerva zou volgens hem wel eens iets mogen gebeuren. „Op zich zou het een mooi gebouw zijn, als het niet in de Breestraat zou staan. Het stamt uit de perio de van het brutalisme en het is heel ver zorgd. Maar met name de blinde kant aan de zijde van de Vrouwensteeg is dodelijk voor de levendigheid. Op straatniveau zou daar best wat vrolijkers tot stand kunnen worden gebracht." Aardige opdracht misschien voor de ge meente „om daarover een keer met het be stuur van de sociëteit te gaan praten", zoals de uitwerking van alle Aalmarktplannen een aardig onderwerp is voor een ontwerpprijs vraag voor architecten. „Helemaal geen gek idee", vindt Patijn, die volgens afspraak ook bij het vervolg betrokken blijft. „Maar dat moet dan geen open prijsvraag zijn. Verstrek meervoudige opdrachten, met een heel pre cieze formulering. Als je de vraag niet goed stelt, loop je kans op een verkeerd antwoord. Dat zou zonde zijn, want de aangenomen plannen zijn heel werkbaar. Ze kunnen Lei den de impuls geven die de stad verdient."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 7