De
van
teloorgang
de wielklem
Paarden maken vastgelopen Volendammers 'los'
'Zelfs met koevoet
kreeg je 'm niet los'
Gemeenten
doen 'gele kreng'
in de ban
HDC235
De uitvinder van de wielklem, Erik Turksma, legt de klem om zijn eigen auto.
De knalgele wielklem heeft voor vele
honderdduizenden Nederlanders de dag
al eens grondig verziekt. En dat is alle
maal de schuld van die onbekende auto
dief, die twintig jaar geleden de gloed
nieuwe Volvo van de nu 53-jarige Erik
Turksma stal. „Iemand moest toch iets
bedenken tegen autodiefstal?", veront
schuldigt de uitvinder van de wielklem
zich in de luxe entree van een hotel in
Noordwijk.
De autodiefstal zette Turksma, handelaar
in onroerend goed en textiel, onmiddel
lijk aan het denken. Want in het stuurslot
geloofde de voormalige speler van het
Nederlandse jeugdteam ijshockey niet
zo. „Een paar keer wrikken en dat slot is
geforceerd."
Eerst kwam hij op het idee een soort rub
ber balletje met een veer in de uitlaat te
draaien, met een unieke sleutel zodat al
leen de bestuurder het balletje zou kun
nen verwijderen. Maar dat blokkeerde de
auto onvoldoende tegen diefstal. Ineens
schoot 't hem te binnen: een metalen
klem die op het wiel kon worden ge
plaatst. Dat leek Turksma echt iets voor
bezitters van dure auto's.
Hij legde contacten met een bevriende
ingenieur met verstand van metalen. Dat
resulteerde na enkele jaren in het proto
type Vein de wielklem, die in Engeland se
rieus werd getest. „Er stond een brede
kerel met een koevoet te wrikken. Hij had
zweetdruppeltjes op zijn voorhoofd
staan, maar kreeg de klem niet los", ver
telt Turksma, die tegenwoordig in Zwit
serland woont.
Al snel besloot de handelaar om de klem
in het Thaise Bangkok te produceren.
Daar luisterden ze beter, vond hij. Aan
vankelijk liep de verkoop niet echt lekker.
Hij verkocht links en rechts een paar
klemmen, die 227 euro per stuk kosten.
Eigenlijk keken ze hem in Nederland een
beetje meewarig aan, wanneer hij zijn Ja
guar parkeerde en een klem op zijn wiel
zette. Totdat die ene parkeerwachter in
Amsterdam dat ook zag.Al snel zochten
ze contact met mij." Eigenlijk was het
dus 'puur toeval' dat uiteindelijk ook par
keerwachters brood zagen in de klem,
maar dein als handhavingsmiddel.
Daarna is 'het klemmetje gaan rollen',
zoals Turksma zegt. Verkocht hij in Ne
derland aan particulieren nog geen 7000
klemmen, aan parkeerdiensten en politie
heeft hij er inmiddels een dikke 70.000
verkocht. En dat in Nederland de klem
langzaam maar zeker verdwijnt is geen
ramp, vindt hij. In het buitenland wordt
de klem, waar Turksma patent op heeft,
juist populairder. „Ik lever aan de
vreemdste landen. Soms moet ik de we
reldkaart er even bijpakken", zegt hij la
chend.
Turksma wil niet kwijt hoeveel klemmen
hij heeft verkocht. „Schrijf maar op: hon
derdduizenden." En of hij inderdaad
miljonair is geworden? Eén van zijn drie
mobiele telefoons rinkelt.Ach, ik zit
door de klem niet in de schulden." Hij
gelooft heilig in zijn product.
Ook als preventie tegen diefstal. „Want
als er twintig auto's in jouw straat staan
en jouw auto heeft een klem, zal de dief
een andere auto kiezen. Tegen een takel
wagen of slijptol is de klem natuurlijk
niet opgewassen. Alleen val je als dief
dan wel op."
In het centrum van Amsterdam wordt nog wel veel gebruik gemaakt van de wielklem, zoals hier op de Keizersgracht.
Archieffoto: GPD/Rob Keeris
stuur. In datzelfde jaar gooide ook
Haarlem de klem overboord. Het
college van B en W vond de wiel
klem 'zeer onvriendelijk' in het
straatbeeld.
Daarmee werd de trend gezet.
Steeds meer gemeenten schaffen de
eind jaren tachtig in zwang geraakte
klem af of gebruiken hem alleen nog
voor notoire wanbetalers. Want met
boze toeristen schiet geen enkele ge
meente iets op. Bovendien is klem
men in kleinere steden duur omdat
er wel constant iemand beschikbaar
moet zijn om het wielslot te verwij
deren. Ook roept een 'gewone' par-
keercontroleur minder agressie op
dan een klemzetter, die als het ware
de 'heilige koe' van de bestuurder
tijdelijk kaapt.
Zandvoort heeft de wielklem wél
weer van stal gehaald. Maar anders
dan de vorige keer wordt de klem in
deze badplaats niet vaak gebruikt:
hoogstens vijf keer per jaar.Als er
meerdere malen per week niet voor
parkeren wordt betaald, krijgt de be
treffende auto een klem", zegt
woordvoerder Danny van der Reep.
„Dat beleid is niet per se op buiten
landers gericht, maar in de praktijk
krijgen meestal buitenlandse auto's
een wielklem." Dat Zandvoort nu
voorzichtiger omspringt met toeris
ten dan in het verleden, is logisch.
Diverse Duitse kranten klaagden al
eens over het Zandvoortse parkeer
beleid.
Mondjesmaat
Er zijn inmiddels niet zo gek veel ge
meenten meer die een 'klembeleid'
voeren. Naast Amsterdam en Den
Haag gebruiken andere steden de
klem alleen nog maar voor bestuur
ders die betaalautomaten net even
te vaak links laten liggen. In onder
meer Eindhoven ('zelden'), Breda
('een keer of vijf a zeven per jaar) en
Harlingen ('niet meer dan tien')
wordt jaarlijks nog slechts mondjes
maat geklemd, in tegenstelling tot
vroeger.
Den Bosch loopt eveneens niet meer
warm voor de klem. „Het past niet
bij de gastvrijheid van de stad", zegt
gemeentewoordvoerder Carlo van
der Borg. Jaarlijks wordt daar hoog
uit veertig keer de wielklem aange
bracht, enkel bij veelplegers. Dat is
niks op een totaal van 15.000 par-
keerovertredingen. Enschede pakt
het klembeleid, dat vanwege proble
men met de automatisering ruim
een jaar heeft stilgelegen, slechts
voorzichtig weer op. „Dus in eerste
instantie alleen voor notoire overtre
ders", aldus hoofd parkeerbeleid Jit-
ze Rinsma. Utrecht noemt deze op
tie in een recente parkeernotitie van
de gemeente ook. Toch hebben veel
andere steden nooit geloofd in het
verfoeide instrument. Maastricht
('een ongastvrije maatregel'), Rotter
dam ('een veel te zwaar middel') en
Arnhem ('te duur om iemand 24 uur
per dag beschikbaar te houden om
de klemmen te verwijderen') vonden
en vinden de klem maar niets. In an
dere plaatsen als Almere, Leeuwar
den, Alkmaar en Groningen is de
klem ook ooit ter sprake gekomen,
maar wordt deze eveneens als 'not
done' beschouwd.
Naast de hoge kosten van een klem
beleid en het ongastvrije karakter er
van speelt ook mee dat een klemzet
ter meer agressie teweegbrengt dan
een gewone parkeercontroleur.
„Mede daarom is de klem niet in
Heerlen ingevoerd", zegt Francien
Pelzers van deze gemeente. Heerlen,
dat jaarlijks veel Duitse dagjesmen
sen in de stad krijgt, probeert nu via
een incassobureau boetes in het bui
tenland te innen. „Dat is vriendelij
ker dan een klem."
De gemeente Den Haag hakt over
enkele weken de knoop door: be
houdt de hofstad de klem of is het in
het voorjaar van 2004 afgelopen?
Want dan loopt het contract met het
externe bedrijf dat de klemmen zet
af. „Voor zover ik weet is agressie
geen argument om de klem eventu
eel af te schaffen", zegt wethouder
verkeer Bruno Bruins. „Er wordt wel
eens een vervelende opmerking ge
maakt, maar van agressie weet ik
niets."
Het klembeleid kost Den Haag meer
dan het opbrengt, mede doordat in
de stad steeds minder klemmen
worden gezet. Werden er in 1994
nog een dikke 96.000 wielen mee
vastgezet, vorig jaar bedroeg dat
aantal iets meer dan 11.000. „Bij ons
kun je met je mobieltje parkeergeld
betalen. En we hebben meer betaal
automaten geplaatst en voldoende
parkeerwachters in dienst genomen.
Dat dringt het aantal automobilisten
dat niet of te weinig betaalt terug",
zegt wethouder Bruins.
Ook is er in Brussel regelgeving in de
maak die het mogelijk moet maken
om in het buitenland boetes te in
nen. Dat zou de wielklem voor toe
risten overal overbodig kunnen ma
ken. Maar de Haagse wethouder is er
nog niet van overtuigd dat de klem
volledig moet verdwijnen, ondanks
dat het slecht zou zijn voor het ima
go van de stad, zoals de tegenstan
ders roepen. „Het is een buitenge
woon zichtbaar middel. Het helpt
automobilisten eraan te herinneren
dat ze goed parkeren en betalen",
belicht hij de andere zijde van het
De wielklem verdwijnt langzamerhand
uit het straatbeeld. Hij lokt te veel
agressie uit en zou slecht zijn voor het
imago van een stad. Gemeenten die het
'gele kreng' nog wel gebruiken,
klemmen de laatste tijd veel minder.
door Rudi Buis
Een groepje Oost-Europeanen
staart verbijsterd naar hun
auto in hartje Amsterdam.
Wat moet dat gele metalen ding om
het linker voorwiel? Een flinke dom
per op een weekendje feesten in de
hoofdstad.
De wielklem: goed voor de gemeen
tekas en goed voor spectaculaire
beelden van televisieprogramma's
zoals Wielklem en Co, maar slecht
voor het imago van een stad. Want
buitenlandse toeristen en dagjes
mensen spuwen thuis hun gal over
dat 'gele stuk ellende'
Maar een simpele bon onder de rui
tenwisser garandeert nu eenmaal
niet dat een automobilist betaalt.
Zeker buitenlanders kunnen het pa
piertje lachend tot een propje ver
frommelen, want zodra zij de Neder
landse grens weer over zijn, is het
amper mogelijk om hen tot betalen
te dwingen. Strafrechtelijke boetes
voor grove verkeersovertredingen
kunnen gemeenten wel in het bui
tenland innen, maar dat geldt (nog)
niet voor parkeerboetes.
Daarom hanteerde onder andere de
gemeente Middelburg jarenlang de
gevreesde klem om ervoor te zorgen
dat (met name Duitse) toeristen 's
zomers niet onder betaling uitkwa
men. Toch schafte Middelburg dit
dwangmiddel in 1997 af. Jammer
van de misgelopen inkomsten, maar
het imago van de stad is belangrij
ker, zo oordeelde het gemeentebe-
sector, horeca en winkeliers. Want
omzet en werkgelegenheid in deze
sectoren zijn in de binnenstad de
laatste jaren gestegen. Bovendien wil
Amsterdam niet dat de vele buiten
landse toeristen - gemiddeld staan
er in de binnenstad 500 buitenland
se kentekens tegelijkertijd gepar
keerd - er lachend vandoor gaan,
zonder de 65 euro voor de klem te
betalen.
Toch zal het gele gevaar ook in het
centrum van de hoofdstad langzaam
maar zeker zeldzamer worden. Het
aantal klemmen wordt terugge
bracht naar circa 8.500 per jaar in
plaats van de huidige 30.000. Maar
de schatkist moet natuurlijk wel vol
blijven lopen: daarom gaat het aan
tal gewone bekeuringen omhoog.
Als de plannen doorgaan, wordt er
voortaan niet 4.000 keer een bekeu
ring achter de ruitenwisser geklemd,
maar meer dan 75.000 keer. En dan
is ook Amsterdam geen 'geel klem
walhalla' meer.
bestuurlijke dilemma. Een wielklem
laten verwijderen kost in Den Haag
60 euro (nog afgezien van de par
keerboete). Daarmee is de residentie
een stuk duurder dan Eindhoven
(36,30 euro), maar goedkoper dan
bijvoorbeeld Enschede (70 euro).
Klemparadijs
Een beetje 'enthousiasme' voor de
wielklem is alleen nog te vinden bij
bestuurders van het stadsdeel Cen
trum van Amsterdam, nog altijd het
'klemparadijs'. Want, zo blijkt uit
een notitie van de dienst Stadstoe-
zicht, de wielklem heeft best voorde
len. De klemmen kunnen weliswaar
leiden 'tot extra boosheid' jegens de
parkeercontroleurs, maar als het
stadsdeel de klem zou afschaffen,
zou dat een nettoverlies van liefst 2,6
miljoen euro kunnen betekenen, zo
valt in de notitie te lezen.
Het stadsdeel bestrijdt dat de wiel
klem schadelijk is voor de toeristen
Een ranch met vijftien hectare land,
zes paarden en talloze andere bees
ten, weggestopt in de Spaanse Pyre
neeën. Een ideaal oord om tot jezelf
te komen. Vijftien Volendammers
verbleven er inmiddels gedurende
enige tijd in het gezelschap van
'paardenfluisteraar' Reinard van
Beek en zijn dieren. Op zoek naar
een therapie zonder te moeten pra
ten.
Het project Rainbow Ranch ont
stond eigenlijk toevallig, gebaseerd
op een ontmoeting tussen psycholo
ge Inge Umbgrove en Reinard van
Beek. Hun contact in het bos leidde
tot paardrijles, iets wat Inge al jaren
wilde. Nog meer toeval toen een Vo-
lendamse vader die bij de Nieuw
jaarsbrand in 't Hemeltje zijn zoon
verloor, via Umbgrove paardenman
Van Beek ontmoette. En opnieuw
toeval toen een andere Volendam-
mer er om vroeg eens in de ogen van
een paard te mogen kijken.
Inge Umbgrove werd via de Samen
werking Psychologen Eerste Lijn
(SPEL) in Waterland-Amstelland ge:
confronteerd met slachtoffers van de
Volendamse ramp. Ze begeleidde
onder meer ouders die een kind
hebben verloren en jongeren die tij
dens de ramp in het café waren. Vlak
na de brand legde zij contacten met
Zweedse hulpverleners. Dat leidde
tot ontmoetingen van Zweedse
slachtoffers van een discobrand in
Göteborg met hun Volendamse lot
genoten.
„Zij wezen ons er op dat in sommige
situaties alleen praatsessies niet hel
pen. Dat merkten we zelf ook. De re
guliere hulpverlening schiet soms te
kort als mensen helemaal vastlo
pen." Umbgrove bleef oplossingen
zoeken. In het bos kwam ze Van
Beek en zijn paard tegen. Van Beek,
een zakenman die al zijn bedrijven
had verkocht en zich alleen nog
maar met paarden bezighield. Ido
laat van rijden met de losse teugel,
zonder sporen of zwepen. Ze raak
ten in gesprek over paardrijles. Um
bgrove wilde meteen op een paard
in het bos rijden. Het klikte. Via een
televisieprogramma ontdekte Umb
grove de inzet van paarden als thera
pie. Ze verdiepte zich in het onder
werp, hetgeen resulteerde in een
programma voor een creatieve the
rapie met de dieren. Aanvullend op
de reguliere hulpverlening. Alleen
bleek Van Beek, die ze wilde inscha
kelen, te zijn verhuisd naar het noor
den van Spanje. Op zoek naar ruim
te en vrijheid. „Misschien is dat uit
eindelijk wel een voordeel geweest",
stelt ze nu. „Je kunt dit misschien
ook doen op Texel of de Veluwe.
Maar daar heb je nooit vijftien hec
tare eigen terrein tot je beschikking.
Dat wordt veel te duur. Bovendien
ben je nu echt weg uit Nederland.
Het landschap, de bergen en het kli
maat helpen de mensen ook."
Een vader die zijn zoon verloren had
bij de Volendamse cafébrand, was
de eerste die Umbgrove aan Van
Beek toevertrouwde. Dat was een
schot in de roos. Kort daarna volgde
een EHBO'er die had geholpen bij
de ramp. „Zijn dochter was in het
café en heeft twee vriendinnen ver
loren. Maar zelfwaren ze geen ge
zinslid kwijt, en dus mocht hij eigen
lijk niet zeuren. Die man liep hele
maal vast. Hij had wel eens met
paarden gewerkt en vertelde me
spontaan dat hij rust vond bij het
kijken in de ogen van een paard. Dat
gaf de doorslag om hem naar Rei
nard te sturen. Hij kwam als herbo
ren terug."
De paardenfluisteraar als traumato
venaar? Umbgrove: „Je moet als the
rapeut geen al te groot ego hebben.
Je realiseren dat door er iemand
'tussen' te zetten die geen therapeut
is, je ingangen open krijgt die eerst
geblokkeerd waren. Je moet er tegen
kunnen dat dat een ander dus wel
lukt. Zo is Reinard inmiddels uitge
groeid tot een sociotherapeut. Zijn
rol en die van de paarden zijn heel
belangrijk. Een cliënt kan mij om de
tuin leiden, maar een paard niet en
als dat gebeurt, ziet Reinard dat."
De paardenfluisteraar laat de betrok
kenen dingen doen met de paarden
die ze zelf niet voor mogelijk hiel
den. „De mensen hebben niet het
idee dat ze met een therapie bezig
zijn. Als je zwaar getraumatiseerd
bent, is je gevoel voor eigenwaarde
weg. Je kunt geen leiding meer ge
ven aan je eigen bestaan, je eigen le
ven. Dat moetje terug zien te krij
gen. En daarbij helpt de interactie
met het paard. Mensen leren om te
volgen of te leiden. Puur door hun li
chaamshouding, waar een paard op
reageert."
Van Beek vertelt zijn 'gasten' over de
karakters van de paarden en waarom
ze zo op hun lichaamshouding rea
geren. „Hij praat met hen en vertelt
tussendoor over zijn eigen leven,
waarin ook dingen mis zijn gegaan.
Geeft zichzelf bloot en doet daarmee
iets wat een psychotherapeut niet zo
gauw zal doen. 'Les 1: vertel nooit
iets over je zelf. Maar het helpt hen
wel om over hun problemen te ver
tellen. Ze projecteren hun eigen pro
blemen op het paard. Ze wassen de
vlekken op een paard weg die voor
hun eigen wonden staan.
Mensen hebben een heel sterke af
weer, die je in de korte tijd van een
therapiesessie niet kunt doorbreken.
Die afweer laten ze op de Rainbow
Ranch makkelijker varen. Want ze
moeten hun gedachten ergens an
ders bij houden. Zoals bij het zitten
op een paard zonder zadel. Dat is
een kwestie van evenwicht vinden
en balans. Dan moet je je heel goed
concentreren op de bewegingen van
het paard, want anders val je er af. Ik
laat ze luisteren aan de hals van het
paard om de hartslag te volgen. De
band tussen paard en ruiter zie je
groeien."
De deelnemers aan de therapie wor
den één met het paard.Als ze er
van af komen, zijn ze vaak heel emo
tioneel. Even waren ze één met een
ander en deelden hun gevoelens.
Maar eenmaal op de grond staan ze
weer op zichzelf. Sommige mensen
die dit ervaren, zeggen dat het een
ommekeer was. Dat ze hebben ge
leerd dat ze iets kunnen wat ze nooit
wisten. Dat ze beter kunnen delen
met anderen en dat ze weer controle
over zichzelf kunnen krijgen. Dat is
het begin om met steun van regulie
re therapie weer een nieuwe weg in
te slaan. Een doorbraak om uit het
dal te komen."
Jaap Veerman verloor zijn zestienja
rige zoon Lennart bij de Nieuwjaars
brand. Ook hij was in noord-Spanje
„Ik had nooit wat met paarden voor
al die ellende begon. Toen ik er een
keer gigantisch 'doorheen' zat, ben
ik naar Reinard gegaan. Ik wist abso
luut niet waar ik aan toe was en was
eigenlijk wel wat onzeker. Hij zette
me op een paard en ik voelde me
meteen een cowboy. Die confronta
tie met een paard, een oerbeest, was
heel imponerend. Je voelt je verbon
den met zo'n paard.
Een paard is een kuddedier en laat
zich dan plots leiden door jou. Dat
dier geeft jou zijn vertrouwen. En jij
moet vertrouwen op het dier. Dat
werkt geweldig. Je krijgt vertrouwen
en er wordt naar je geluisterd door
een dier. Op een paard besef je weer
dat je iemand bent."
De Volendamse deelnemers aan de therapie worden één met het paard.
Fotomontage: GPD/Sylvia Buczynski
Ruim twee jaar na de brand in café 't Hemeltje praten ze nog niet
over de ramp en hun gevoelens. Ook tijdens intensieve sessies met
hulpverleners, psychologen en psychiaters blijkt het moeilijk om
hun ervaringen te uiten. Tot er paarden op hun weg kwamen. En
'paardenfluisteraar' Reinard van Beek. Die zette zijn dieren in om
vastgelopen Volendammers 'los' te maken.
door Rien Floris