KUNST CULTUUR
hterberg 'jfc wjSf daf mef {efS bijzonders bezig was
Adembenemend eerbetoon aan meid van Parijs
Het kleine zusje van
Die Zauberflöte
-
ieuwe
neven van
Uetgala
gedragen
Claus
Het Scheepsjournaal van scheidend Naturalis-directeur Wim van der Weiden
apies m
isical
ly Dots
De herinnering aan Edith Piaf leeft voort
zaterdag l8 oktober 2003
aag - Het Letterkundig J
iaag - Het Letterkundig
heeft vorige maand
brieven van Gerrit
berg in bezit gekregen,
at om niet eerder gepu-
de brieven van de jonge
berg aan zijn vriend Arie
r uit de periode 1928 tot
1930.
>ven zijn geschonken aan
iseum door de erfgena-
i Dekker, die in 1985
•d. Ook een handge-
■n exemplaar van 'Eiland
I' uit 1939 bevindt zich in
inis.
1 Achterberg (1905-1962)
eerde in 1928 naar de
van onderwijzer aan de
I met den Bijbel in het
(se Opheusden. Voorzit-
n het schoolbestuur was
[dagen de Gereformeerde
bredikant A. Dekker. Met
hoon, Arie, zou Achter-
jen innige vriendschaps-
hntwikkelen, die hun hele
t leven zou duren.
|ee jongens publiceerden
j het dichtbundeltje 'De
q van twee twintigers',
js Achterberg-biograaf
lazeu, die de brieven des-
fel heeft gezien voor zijn
is de vriendschap met
beslissend geweest voor
'keling van de dichter
i nog jonge en onze-
lerwijzer.
zijn vorige maand
e dochter van Arie Dek-
gitte Wezepoel-Dekker
overhandigd aan het
ndig Museum. Daar-
i zij lange tijd in bezit
t van een andere doch-
lekker.
er had bij zijn overlij-
bepaald dat de brieven
museum geschonken
tn worden.
t/anp - De Stichting
fonds '79 draagt het
Balletgala op dinsdag
nber in het Muziekthe-
Amsterdam op aan de
aar overleden prins
ölgens een woordvoer-
ift de prins, net als de
i, het fonds van Alexan-
ius en Han Ebbelaar al-
hart en ziel gesteund,
in Ebbelaar richtten de
in 1979 op om geld te
voor dansers die door
of blessures moeten
en ander werk moeten
Ook steunt het aanko-
d&nsers. Eén van de
i van inkomsten is het
ilijkse Balletgala in het
Jheater in Amsterdam,
laus heeft dat ook altijd
hogelijk bezocht.
Balletgala van deze
rken dansers mee van
ionale Ballet, het Ne-
Danstheater, Intro-
Conny Janssen Danst,
len ook buitenlandse
waaronder het Ballet
)péra in Parijs. Het ster-
el van dit gezelschap,
itestu en José Martinez,
a ten zelden uitgevoerde
eux van George Balan-
'gpd - Ex-soapster
le Both en Linda Wa-
gaan de hoofdrollen
de nieuwe musical
just a little bit more!',
musical wordt gebruik
van meer dan twintig
iet oeuvre van de Dolly
mantische musical-co-
stempelde voorstelling
van de muzikale carri-
de Dolly Dots, die hun
hits scoorden in de pe-
79-1988. De oorspron-
ongteksten zullen wel
laken van het verhaal,
geschreven door Eelco
Centraal staat een
it graag in het bezit wil
an een backstagepasje
popconcert. Daartoe
de vriendin van een
leien om zijn ex-vrien-
rs te maken. Deze za-
vereenkomst zal voor
!e misverstanden zor-
ordt beloofd,
just a little bit more!'
ste productie van de
Entertainment Group,
jf is opgezet door mil-
d Ouborg, die zijn for-
ft vergaard met huis-
e apparatuur.,
cal gaat in september
première. De audities
ollen vinden plaats in
door Ad van Kaam
leiden - Wim van der Weiden
(63) gaat met pensioen. Als di
recteur van Naturalis transfor
meerde hij in kort tijdsbestek het
Nationaal Natuur Historisch Mu
seum van een duf en gesloten
wetenschappelijk instituut tot
één van de modernste en best
bezochte cultuurinstellingen van
Nederland met 250.000 bezoe
kers op jaarbasis. Een klus van je
welste, want er kwam ook nog
een verhuizing van 10 miljoen
objecten bij kijken. Bij wijze van
passend afscheidsgeschenk - de
vergelijking met zijn eigen carri
ère is onmiskenbaar - stuurde
hij zijn personeel, vrienden, ken
nissen en relaties een facsimile-
uitgave van Het Scheepsjournaal
van de Ark.
Dat mini-boekje is geschreven
in 1925 door Charivarius, pseu
doniem van dr. Gerard Nolst
Trenité, een taalpurist uit Haar
lem die vroeger tegenover het
huis van zijn vader woonde.
Het is het - geestig bewerkte -
verhaal van Noach die na het
bouwen van zijn ark op zee
zwalkt met zijn dieren, twee
van elke soort. Terwijl de regen
onafgebroken met bakken uit
de hemel komt, leert hij en pas
sant een papegaai praten, vangt
hij een kikker die onverhoeds
overboord is gesprongen, trekt
hij spontaan de ontstoken tand
van een olifant en assisteert hij
de poes bij het jongen. En zo is
er elke dag wel wat in de
menagerie.
Maar na regen volgt sinds die
tijd zonneschijn en uiteindelijk
komt alles weer op zijn pootjes
terecht. Land in zicht! Na
Noach, nu ook voor Wim der
Weiden, kapitein die zijn eigen
ark los heeft getrokken en drij
vend gekregen en nu met een
gerust hart het schip Naturalis
kan verlaten.
De omslag maken van een inge
dut wetenschappelijk instituut
naar een populair museum was
bepaald niet een eenvoudige op
gave?
,,Het was vooral heel spannend.
Omdat het Nationaal Natuur
Historisch Museum aan de
Raamsteeg vanaf zijn oprich
ting uitsluitend intern gericht
was. Het merendeel van de me
dewerkers was vooral op zoek
naar de vraag hoe het leven in
elkaar steekt. Louter universi
tair bezig. Het was helemaal
niet belangrijk om te laten zien
wét ze bereikt hadden. Omdat
de museumfunctie immers ten
enenmale ontbrak.
Het aardige is natuurlijk dat na
de omslag en de verhuizing het
wetenschappelijk aspect voor
de meeste conservatoren het
zelfde is gebleven. Maar hun
Wim van der Weiden: „De gemeente klaagt dat Leiden te onbekend is bij de buitenwacht, dat bezoekers het centrum niet weten te vinden. Hadden ze ons maar binnen de sin
gels moeten houden." Foto: Hielco Kuipers
tijdbesteding wél is veranderd.
Ze zijn, door de uitstraling van
Naturalis, opeens veelgevraag
de wetenschappers voor de me
dia geworden. We hebben een
publieksfunctie gekregen. Met
als voordeel dat het de weten
schap legitimeert, want ieder
een kan zien hoe nuttig de be
lastingcenten worden gebruikt.
Maar met als nadeel dat de we
tenschappelijke taken nog wel
eens in het gedrang komen
daardoor."
Het betekende voor een aantal
wetenschappers en conservato
ren een ware cultuurshock?
„Er was scepsis, dat zal ik niet
ontkennen. Het verlies van de
oude vertrouwde ruimte aan de
Raamsteeg, al die veranderin
gen, het ongewisse ook. Mijn
voordeel was dat ik dit proces al
eerder bij het Museon had
meegemaakt. Bovendien ben ik
historicus en geen geoloog, dus
het was duidelijk dat ik bepaal
de vragen niet kon en hoefde te
beantwoorden.
Maar het is nooit oorlog ge
weest. Ik wist dat ik met iets
heel bijzonders bezig was. Alle
landen om ons heen hebben
zo'n prachtig museum en met
onze unieke spullen kregen we
de kans op dat niveau te ko
men. Dus heb ik vooral ge
poogd de mensen daarvan te
overtuigen. Zonder iets te for
ceren. Zonder het wetenschap
pelijk werk te frustreren."
Voelde u zich ten tijde van de
verhuizing van de Raamsteeg
naar de Darwinweg in het Bio
Science Park niet een beetje als
Noach, op drift geraakt met zijn
levende have?
„Af en toe wel. Logistiek gezien
klopte het als een bus en de
verhuizing van die 10 miljoen
objecten verliep dan ook voor
treffelijk. Maar in die tijd dat we
heen en weer pendelden tussen
Raamsteeg en Darwinweg, mis
te ik vooral mijn middagwande
ling en broodje in de stad. Wat
dat betreft zijn we aan de ver
keerde kant van de treinbaan
terechtgekomen. Ik was liever
de directe buurman van Vol
kenkunde geworden. Ik vind se
rieus dat de aansluiting naar
het centrum nog altijd te wen
sen overlaat. De gemeente
klaagt dat Leiden te onbekend
is bij de buitenwacht, dat be
zoekers het centrum niet weten
te vinden. Hadden ze ons maar
binnen de singels moeten hou
den."
Waren het tropenjaren, daarbij
nog in achtgenomen het nade
ren van de pensioengerechtige
leeftijd?
„Zo heb ik het niet beleefd. Ik
had de nieuwbouw van het
Museon achter de rug en heb
de bouwcoördinator daarvan,
Wim Tamboer, meegenomen
naar Leiden. Hij viel me, dat
wist ik, alleen lastig met proble
men als het niet anders kon.
Dat betekende dat ik van een
hoop details en sores verlost
was. Ik hoefde me uitsluitend
met de hoofdzaken te bemoei
en. Door je ervaring raak je ook
minder snel in paniek, je weet
dat er een oplossing komt. Ik
ben in die twaalfenhalf jaar
nooit thuisgekomen met mi
graine, zoals ten tijde van het
Museon, heb steeds prima ge
slapen. Je laat gewoon veel
langs je kouwe kleren glijden,
bent misschien laconieker. Ou
der worden heeft ook zijn voor
delen."
Wat zou 11 anders hebben ge
daan als de hele onderneming
nog eens over mocht?
„Een andere, grotere lift. Die
misrekening scheelde ons
800.000 gulden. Daar hadden
we een mooie tuin van kunnen
aanleggen, een lacune waarin
nog altijd niet is voorzien, he
laas. Maar ja, in de planning
was uitgegaan van 150.000 be
zoekers en in het eerste jaar wa
ren dat er meteen 270.000.
Hé, kijk, daar vliegt een vogel
tegen het raam. Die claimt ze
ker vast een plaatsje voor de
eeuwigheid in onze toren. De
aantrekkingskracht van Natura
lis, ha, ha!"
U noemde Naturalis al snel een
dode dierentuin. Dat klinkt wat
oneerbiedig.
„Dat bedoelde ik niet zo. Mis
schien is de Engelse benaming,
een stille dierentuin, mooier en
daarom beter op zijn plaats.
Stil, in de zin van rust, van be
schouwen ook. Complementair
aan een levende dierentuin.
Daar zie je de beweging, hier
het model, daar de wiekslag,
hier de kleur. Een hele andere
bewustwording. Ik ken een
vrouw die is als de dood voor
spinnen. Hier keek ze vol be
wondering naar een opgezette
vogelspin en hoe mooi dat dier
tje wel niet was. Ze was abso
luut niet bang."
Waar of niet waar: Naturalis
heeft vooral aantrekkingskracht
op kinderen.
„Zonder meer. En daar is niks
mis mee. Het is de kracht van
dit instituut: zijn de kinderen
happy, dan zijn de ouders of
grootouders dat ook. De natuur
appelleert nu eenmaal aan kids.
Aaibaar, spannend. Maar het
museum is niet alleen mooi,
het is ook leerzaam. En dat
educatieve aspect komt overal
aan bod. Daarnaast hebben wij
oog voor het segment bezoe
kers zonder kinderen. Bijvoor
beeld door zo'n tentoonstelling
over het hart, of een zaal die is
gewijd aan de bio-science. Of
mijn oogappel, de zaal Visies
op de Natuur.
Waar we nog altijd wél mee
worstelen is de betrekkelijke
onbekendheid van Naturalis -
ja, die 250.000 bezoekers per
jaar ten spijt. Neem die mensen
van de Hartstichting met wie
we de expositie Harts Tocht
doen. Bij de opening waren ze
hier voor het eerst. Dat is toch
Wat is het toekomstperspectief
van de musea in het algemeen
(vergrijzing) en dat van Natura
lis in het bijzonder?
„Ik denk wel eens aan het jaar
2020, hoe de maatschappij er
dan uit zal zien. Heel anders,
vermoed ik, gezien de snelheid
waarmee het nu allemaal gaat.
De computer, de sms. Ik be
doel: Lara Croft is bijna een
echt persoon geworden. Ik
denk daarom dat het fysieke
bezoek aan het museum zal af
nemen. Maar dat er wél een on
gelooflijke toename zal zijn
voor wat betreft het virtuele be
zoek aan de website van het
museum. De behoefte aan ken
nis zal onveranderd groot blij
ven. Jammer? Ach, de tijd keer
je niet - je kan er hooguit op in
spelen. Maar misschien zit ik er
naast."
Moeten musea gratis zijn?
„Geef het gratis en men denkt:
dat is dus niks. Niet te duur,
ben ik eerder geneigd te zeg
gen. Betaalbaar voor iedereen.
In mijn hoedanigheid als voor
zitter van de European Muse
um Forum spreek ik nog wel
eens vakbroeders. Bijvoorbeeld
van het British Museum. Die
vinden gratis entree een ramp.
De mensen komen binnen en
zijn zo weer vertrokken. Het is
geen winkel, je moet wél gemo
tiveerd zijn."
'Ik heb veel geleerd op dit tocht
je. maar één ding is zeker: de
volgende zondvloed ga ik niet
meer mee', zegt Noach.
„Inderdaad. Het is mooi ge
weest. Maar ik heb me al wel
weer voor tweeënhalve dag per
week laten strikken voor het
project Boulevard van het actu
ele verleden. Gebleken is dat
het historisch besef van de Ne
derlander nul is. Dat de jeugd
bijvoorbeeld geen idee heeft
wanneer de Eerste Wereldoor
log zich afspeelde. Dat niets
meer in perspectief geplaatst
kan worden. Zeven instellingen
waaronder de Koninklijke Bi
bliotheek, het Rijksmuseum de
Archieven willen daar iets aan
doen. Ik mag dat invullen. Een
schone taak. Nou, en dan heb
ik nog het Forum en wat andere
dingetjes. Plus, ik heb mijn
sleutel van Naturalis mogen
houden. Ik kan zo naar binnen.
Op die voorwaarde dan, dat ik
niemand voor de voeten zal lo
pen."
door Henk Glimmerveen
parijs - Als Frankrijk zijn helden
herdenkt, dan gebeurt dat op
overweldigende wijze. De veer
tigste sterfdag van Edith Piaf is
een gebeurtenis van de eerste
orde. Er komen nieuwe varian
ten van de 'Best of -cd's op de
markt, uitgeverijen van naam
beijveren zich om nóg volledi
ger biografieën te publiceren,
plotseling worden er vijf nog
nooit eerder te horen chansons
ontdekt en de gemeente Parijs
heeft zijn prestigieuze ont
vangstsalon aan de Rue de Ri-
voli ter beschikking gesteld
voor een adembenemende ten
toonstelling die alle belangrijke
episodes in het te korte leven
van Piaf belicht.
Te beginnen uiteraard in de
Rue de Bellevile in de gelijkna
mige volkswijk van Parijs waar
de kleine Edith Gassion geld
ophaalde voor haar vader, de
acrobaat annex slangenmens
Alphonse die op straat zijn kun
sten vertoonde. Dat deed ze
goed omdat pa de omstanders
beloofde dat ze een doden
sprong zou maken als dank
voor hun gulle gaven. Niemand
die daar ooit qm vroeg totdat
een keer een zeurkous bleef
doordrammen. Edith moest en
zou springen maar de goed van
de tongriem gesneden Alphon
se vond een uitvlucht: „Vergeef
me maar ik kondigde de doden
sprong uit gewoonte aan. Mijn
kleine heeft echter net een zwa
re griep achter de rug en ik sluit
niet uit dat ze wel eens haar nek
zou kunnen breken. Maar om u
te danken voor uw goedheid,
zingt ze vandaag een liedje."
Edith kende echter geen liedje.
Alleen het refrein van de Mar
seillaise. Het leverde haar zo
waar een applausje op en vader
Alphonse was zo tevreden dat
zijn optreden voortaan werd af
gesloten met een paar chan
sons van dochterlief. Die ver
volgens haar eigen weg ging, el
ders op straat ging zingen en
het opgehaalde geld in haar ei
gen zak stak.
Totdat ze op de hoek van de
Rue Troyon en de Avenue Mac-
Mahon werd ontdekt door
nachtclubeigenaar Louis Leplée
die haar liet optreden in zijn
Gemy's. Van Leplée is nadien
niets meer gehoord. Op de ten
toonstelling is alleen een foto
van Piaf te zien als ze door vier
rechercheurs van de Parijse po
litie wordt ondervraagd over
een niet al te eerlijke uitglijer
van haar ontdekker en naamge
ver. Het was Leplée die haar na
melijk liet optreden onder de
artistennaam La Möme Piaf (De
Meid Mus).
De stem Piaf werd al snel een
begrip in het vooroorlogse Pa
rijs. Van heinde en ver stroom
de het cabaret- en nachtclub-
publiek toe maar het zou Ray
mond Asso zijn die van de stem
een vrouw maakte. „Raymond
heeft een mens van me ge
maakt. Drie jaar heb ik nodig
gehad om me los te maken van
Pigalle en van mijn ongelukkige
jeugd. Drie jaar waarin ik heb
geleerd gelukkig te zijn en lief te
hebben."
Maar eerst moest ze nog de
oorlog door, een periode waar
in Piaf gewoon bleef doorzin
gen. „Net als iedereen, overi
gens", constateert laconiek
Francois Levy (33), de samen
steller van de tentoonstelling.
„Ze was geen held, ze zat niet
in het verzet maar ze was ook
geen collaborateur."
Volgens Levy was het tweede
deel van de jaren veertig de ge
lukkigste periode voor Edith
Piaf. Het was de tijd dat ze
bokskampioen Marcel Cerdan
leerde kennen. Cerdan, ge
trouwd en vader van drie kin
deren, en Piaf waren smoorver
liefd op elkaar geworden. De
bokser zou de enige man in
haar onstuimige liefdesleven
zijn die echt iets voor haar heeft
betekend. Cerdan zag er geen
been in om in het openbaar
zijn liefde voor Piaf te betuigen.
Op een persconferentie vlak
voor een belangrijke wedstrijd,
maakte hij op de volgende ma
nier een eind aan kletspraat en
geroddel: „Wilt u weten of
Edith Piaf mijn maïtresse is? Ja
zeker, en dat is ze alleen maar
omdat ik al getrouwd ben. Was
ik niet getrouwd, dan zou ik
haar tot mijn vrouw maken. En
wil degene die nog nooit zijn
vrouw heeft bedrogen nu zijn
hand opsteken." Het was een
zeker voor die tijd openhartige
uitspraak, die Edith Piaf later
heeft omschreven als „een van
de mooiste bewijzen die een
man van zijn liefde kan geven".
Voor Marcel Cerdan heeft ze de
tekst van L'Hymne 1'amour
geschreven - door het Franse
publiek aan het eind van elk
jaar steevast uitgeroepen tot het
'mooiste liefdeslied aller tijden'.
De dood van haar geliefde be
zorgde Piaf een zenuwinzinking
die tot haar dood heeft voortge
duurd. Weliswaar zorgde ze van
Een bezoekster van de tentoonstelling bewondert een jurkje waarin
Edith Piaf optrad. Foto: AP/Francois Mori
tijd tot tijd nog voor wereldtop
pers als Milord en Non, je ne
regrette rien maar de lach en de
ontwapenende humor waren
verdwenen. De meid van Parijs
begon steeds slechter voor
zichzelf te zorgen, dronk te veel
en sliep nauwelijks meer.
Slechts 47 jaar was ze toen ze
overleed en op de begraafplaats
Père Lachaise werd begraven.
Maar nog ieder jaar werden er
gemiddeld zo'n honderddui
zend albums van haar verkocht.
Dat zullen er dit jaar ongetwij
feld nog meer zijn.
Piaf, le möme de Paris (de
meid van Parijs) - expositie tot
31 januari in het stadhuis van
Parijs, ingang Rue de Rivoli
29; toegang gratis; openingstij
den 10-19 uur (behalve zon
en feestdagen).
muziek recensie
Susanne Lammers
Opera: Der Stein der Weisen oder Die
Zauberinsei door het Combatimento
Consort Amsterdam en het Grote
Theater van Lodz. Muzikale leiding: Jan
Willem de Vriend. Regie: Eva Buchmann.
Met Renate Arends, Piotr Micinski, Tom
Sol e.a. Gezien: 16/10, Stadstheater,
Zoetermeer. Nog te zien: 1/11,
Schouwburg, Leiden.
Het kleine zusje van Die Zau
berflöte, dat is Der Stein der
Weisen. De opera, eigenlijk een
Singspiel met gesproken tus
senteksten, is net zo'n onna
volgbaar sprookje over goed en
kwaad, met net zo'n combina
tie van een kluchtig en een Ver
heven koppel, die beide grote
beproevingen moeten door
staan om gelouterd elkaar in de
armen te vallen. Beide opera's
zijn van dezelfde librettist,
Emanuel Schikaneder, en in al
lebei attendeert een lief fluitje
op de mogelijkheid van verlos
sing.
Alleen de componist maakt het
verschil. Die Zauberflöte is van
Mozart; Der Stein der Weisen is
van een componistencollectief,
waarin Mozart alleen maar een
van de vijf was. En dat bepaalde
de animo om Der Stein der
Weisen uit te voeren; want hoe
interessant het ook is om Die
Zauberflöte in een context ge
plaatst te zien, dat soort musi-
cologisch-educatieve redenen
zijn onvoldoende aanleiding
om een opera te gaan zien.
De enscenering van Eva Buch
mann is sympathiek en simpel:
de tribunes, die in de eerste ac
te de tempel voorstellen, wor
den door een radicale draai in
de tweede acte eerst bootjes en
dan de paleizen van de goden,
die zo hevig ingrijpen in het be
staan van de gewone stervelin
gen.
Der Stein der Weisen is vooral
een opera van extremen. In
houdelijk gaat het om de polen
goed en kwaad, sentimentaliteit
en nuchterheid, kluchtigheid
en leed; in de uitvoering valt
vooral het contrast tussen het
geduchte muzikale tempo en
de trage verhaallijn op. En de
wisselende kwaliteit van de mu
ziek - van fantastische duetten
en middelmatige koren tot oer
saaie couplet-aria's - al doet
vooral het Combatimento Con
sort in de orkestbak zijn uiterste
best om het allemaal te laten
sprankelen. Het orkest speelt
onder de hartstochtelijke lei
ding van De Vriend lenig en
vief, buit de snoeperige poeze
epeng
ligheid van de hegeleidingen
uit, benadrukt muzikale grapjes
en geeft de wat saaiere stukjes
reliëf.
In een hoogtepunt als de zinde
rende wraakzucht-aria van de
slechterik Eutifronte (een over
tuigende rol van Tom Sol) geeft
de perfecte timing van het ko
per de illusie van zweepslagen.
Maar niet alle zangers kunnen
dat tempo en die hoog opge
voerde spanning bijbenen. Het
koor van het Grote Theater van
Lodz komt geregeld wat later
dan het orkest.
De mooiste muziek, lijkt het,
valt toe aan Renate Arends en
Piotr Micinski, het komische
koppel. Zij geven deze schets
matige opera vlees en bloed, en
tillen Der Stein der Weisen uit
boven het niveau van muziek
historisch curiosum.