Puzzelen aan verloren stukje Hoogmade
Boekenkast en basgitaar van Cees van Leeuwen verhuizen mee naar Arnhems Openluchtmuseum
Aan de rand van Arnhem
krijgt een stukje Hoog-
made langzaam maar ze
ker vorm. De Boskade, in
Hoogmade allang weg
gevaagd door de hoge
snelheidslijn HSL, wordt
in oude luister hersteld
in het Nederlands Open
luchtmuseum. Bouwvak
kers puzzelen zorgvuldig
de brokstukken in elkaar
van de zeventiende-
eeuwse woonboerderij,
die ruim een jaar gele
den nog werd bewoond
door het gezin van oud
staatssecretaris en oud-
Kayak-bassist Cees van
Leeuwen. Ook de omge
ving wordt geïmiteerd:
binnenkort wordt er voor
de deur een heuse Zuid-
zijdervaart uitgegraven.
ZATERDAG
27 SEPTEMBER
2003
ER
BIJ
door Janneke Dijke
•9
Wie zich de rustieke Zuid-
Hollandse kaasboerderij
met het rieten dak en de
scheve kozijnen nog kan herinneren,
staat paf in Arnhem. Honderd kilometer
verderop waan je je opnieuw in een
Hoogmade dat niet meer bestaat. Even
voel je je alsof je in de maling wordt ge
nomen door Ralph Inbars Bananasplit.
Is dit echt dezelfde boerderij op een an
dere plek, of ben ik nog steeds in Hoog
made?
Maar nee, dit is geen Hoogmade. Rond
om de woonboerderij liggen geen uitge
strekte weilanden. Het vee van de buren
graast niet achter het huis en het verkeer
op rijksweg A4 raast niet voorbij.
Langstuffende plezierjachtjes zijn in
geen velden of wegen te bekennen, en
overvliegende Boeings al helemaal niet.
De enige geluiden die hier klinken zijn
het ruisen van de hoge naaldbomen
rondom de boerderij en het getingel van
de museumtram.
Woonboerderij
Ze brengen je snel met beide benen op
de grond. Restaurateurs en bouwvakkers
zijn in het Nederlands Openluchtmuse
um bezig aan een klus waar het muse
um trots op is: de herbouw van een mo
numentale hoeve, in de jaren zeventig
gemoderniseerd tot woonboerderij. Het
museum wil af van het idee dat historie
bestaat uit antieke molens en boerderij
en met bedstedes. „Wij zijn een muse
um van het dagelijks leven. Dat houdt
niet op in 1800", zegt Caroline Berkhof
van het museum.
Het is precies waar het Openluchtmuse
um naar op zoek was: een monumentale
boerderij met zeventiende-eeuwse on
derdelen, in de jaren zeventig omge
bouwd tot comfortabel woonhuis. De
stal werd een ruime woonkamer, er
werd een zitkuil met open haard aange
legd en de opslagplaats voor kaas veran
derde in een wijnkelder. Onder de hooi
berg kwam een barbecue te staan en het
naastgelegen zomerhuis werd verhuurd
aan een tweede gezin. Saillant detail: in
1974 stonden boerderij en zomerhuis
samen te koop voor 245.000 gulden. Van
Leeuwen kocht het in 1990.
De boerderij voldeed aan de belangrijk
ste voorwaarde voor het Openluchtmu
seum. Het museum neemt alleen ge
bouwen op in de collectie die in 'de ge
wone wereld' aan de kant worden ge
schoven, en dat was nou net het pro
bleem van de Hoogmadese boerderij: de
HSL was dwars door de woonkamer ge
tekend. Maar daarmee was de museum
directie er nog niet. Verplaatsen van het
immense pand zou een hoop geld gaan
kosten, en een zoektocht naar sponsor
geld duurt al gauw een paar jaar. „Op dit
moment zijn we een Molukse barak aan
het bouwen. Het heeft jaren geduurd
voor we de financiering rond hadden",
vertelt Berkhof. Collega en restauratie-
bouwkundige Leen Boot: „In ons depot
liggen al een tijdje krotwoningen uit
Amsterdam opgeslagen, wachtend op de
financiering."
Netelenbos
De Hoogmadese boerderij had niet zo
veel geduld. Het was juni vorig jaar, en
aan twee kanten lag een dreigende HSL-
zandbaan klaar om het erf op te komen.
Begin augustus moest het huis weg zijn,
zo had de projectorganisatie HSL-Zuid
gezegd. Een andere boerderij aan de
Boskade die in de weg stond, was al ge
sloopt. Een smeekbede naar minister
Netelenbos ging uit. De minister, die
met de verkiezingen in het vooruitzicht
waarschijnlijk aanvoelde dat haar dagen
geteld waren, maakte een gul gebaar.
Met de woorden 'we moesten het maar
doen' zegde ze op één van de laatste da
gen van juni drie miljoen euro toe.
Inpakken en wegwezen, dachten de
bouwkundigen van het Openluchtmuse
um. Dat de oude luiken, de plavuizen uit
de woonkamer en de karakteristieke te
geltjes van de schouw in de hal er al wa
ren uitgesloopt door de laatste eigenaar
Cees van Leeuwen deerde het museum
personeel niet echt. „Natuurlijk hebben
we dat materiaal graag in ons bezit,
maar als het nodig is, kunnen we echt
wel aan soortelijke tegels en luiken ko
men", stelt Leen Boot.
Tegeltjesrel
Wie minder blij was met de 'roof van de
tegeltjes, was minister Netelenbos. Zij
klaagde Van Leeuwen aan, die de onder
delen had verwijderd om in zijn nieuw
te bouwen woning te gebruiken. Zijn
oude boerderij zou immers toch worden
gesloopt. De zaak kreeg een pikante
wending toen Van Leeuwen staatssecre
taris van cultuur werd namens de Lijst
Pim Fortuyn. Het ministerie van verkeer
en waterstaat en de staatssecretaris
stonden lijnrecht tegenover elkaar.
De rel liep in mei dit jaar met een sisser
af. Een door premier Balkenende inge
stelde commissie van wijzen oordeelde
dat Van Leeuwen de tegeltjes en luiken
volledig legaal had verwijderd. Inmid
dels zijn de demissionaire staatssecreta
ris en het Openluchtmuseum met elkaar
in gesprek over de onderdelen uit de
boerderij. De kans bestaat dat het muse
um de luiken alsnog krijgt en nieuwe
exemplaren schenkt aan Van Leeuwen.
Berkhof en Boot hebben geen zin om uit
te wijden over de 'tegeltjesrel'. Het is
voorbij, en bovendien zijn zij nooit partij
in het gevecht geweest. Dat er contact is
met de familie Van Leeuwen en met de
familie Swarte, die in het zomerhuis
woonde, vinden ze veel belangrijker.
„De boerderij en het zomerhuis moeten
straks levend ingericht zijn. Je moet het
idee hebben dat de bewoners even weg
zijn", vertelt Caroline Berkhof. „Als er
een boekenkast in de woonkamer stond,
komt die er weer te staan, en met zoveel
mogelijk dezelfde boeken als die er bij
Van Leeuwen in stonden." Ook keert de
volière van de familie Swarte terug.
Leen Boot heeft allerlei ideeën over de
werkkamer van Van Leeuwen, aan de
voorkant van het zomerhuis. „Hier ko
men een bureau, een basgitaar, en mis
schien wel platenhoezen aan de mu
ren." De museumbezoeker kan dan met
eigen ogen zien dat hier iemand woonde
die in een band speelde en later advo
caat van muzikanten was. „Dat is wat
we met deze boerderij willen uitbeelden:
die functieverandering van het platte
land. Vroeger werd hier zware lichame-
lijke arbeid verricht. Op het laatst was
het werk waar je je handen niet aan vuil
maakt."
Voorlopig is de inrichting en de zoek
tocht naar duizenden voorwerpen nog
niet aan de beurt. In de boerderij en het
naastgelegen zomerhuis wordt hard ge
werkt. Tot het einde van dit jaar zijn
bouwvakkers druk bezig alle inpandige
muren op zlijn plaats te zetten, de rode
en blauwe dakpannen in het juiste pa
troon op het dak van het zomerhuis te
leggen, pleisterwerk aan te brengen, de
pergola te bouwen en gebroken ruitjes
te vervangen. In mei of juni volgend jaar
volgt de officiële opening. Tot die tijd
moeten pottenkijkers achter een hek
blijven. Óm de museumbezoekers toch
een kijkje in de keuken te geven, staat er
naast de bouwplaats een keet met een
fotogalerij en een informatiefilm. Een
glazen wand op de eerste verdieping
geeft een goed zicht op de woonboerde
rij.
In de 18 jaar dat Leen Boot bij het Open
luchtmuseum werkt, heeft hij acht
bouwwerken overgebracht. De Hoog
madese boerderij is zijn negende 'kind
je'. Steen voor steen een gebouw afbre
ken en weer opbouwen, dat is niet de
manier waarop Boot te werk gaat. Onder
zijn leiding worden hele stukken muur
in één keer opgepakt. Stukken muur
worden uitgezaagd en vastgeklemd in
een metalen korset, voordat de verhui
zing begint. „Zo laat je de bouwsporen
in tact. Als je een gebouw steen voor
steen opmetselt, ben je de hele geschie
denis kwijt."
Boot wijst op een inkeping in de muur
van de badkamer. „Die muur heeft vroe
ger een meter verderop gestaan. Met be
hulp van deze methode blijft dat zicht
baar." Nou ja, niet echt. Als de bouw
vakkers de muur straks pleisteren en de
badkamerwand betegelen, is van de
groef niets meer te zien. Dat maakt niet
uit, stelt bouwfreak Boot. Zijn devies is
dat het gebouw van binnen en van bui
ten in tact blijft.
Toch is het ook voor de leek zichtbaar
dat de muren in zijn geheel zijn ver
plaatst. Dankzij deze methode hoeven
de stenen niet opnieuw op elkaar ge
metseld te worden, en blijft het oor
spronkelijke voegwerk in tact. „Als je de
voegen moet vernieuwen, ziet de muur
er meteen heel nieuw uit. Dat voorko
men we op deze manier", licht Boot toe.
Ook is duidelijk zichtbaar dat de buiten
muur scheef loopt en dat sommige ko
zijnen bepaald niet met de waterpas zijn
gemaakt. „De boerderij helt tachtig cen
timeter over naar achteren, net als in
Hoogmade het geval was. Dat lukt je
nooit als je hem steen voor steen op
bouwt."
Melkkelder
De boerderij staat niet alleen even
scheef, hij staat ook bijna op dezelfde
richting. Dat is vooral belangrijk voor de
melkkelder, verscholen achter het oud
ste stukje gevel uit de zeventiende eeuw.
De gevel met daarin drie witte gemetsel
de kruizen is één van de hoogtepunten
in het markante pand. De kruizen moes
ten de melk beschermen tegen kwade
geesten. Melkkelders stonden altijd op
het noorden, de koelste plek in de boer
derij.
Boot wijst op de ramen in de zeventien
de-eeuwse gevel. „Die zijn er in de acht
tiende eeuw ingezet. Met deze woon
boerderij kunnen we mooi laten zien
hoe er steeds weer is verbouwd op het
platteland, om het gebouw aan te pas
sen aan de nieuwste wensen. De voorge
vel is nog nieuwer: die is er in de negen
tiende eeuw voorgezet."
Zomerhuis
Uit diezelfde eeuw stamt het zomerhuis,
waarde boerenfamilie tijdens het oogst-
seizoen ging wonen, zodat ze geen tijd
verdeden met het schoonhouden van de
grote boerderij. „Met alle andere boer
derijen in ons museum laten we een be
paalde tijd zien, bijvoorbeeld met de
Groninger Boerderij uit 1929. In deze
boerderij komen alle periodes samen."
Niet alleen de voorbije eeuwen, maar
ook de laatste decennia dus. „Nu ligt de
ze woonboerderij nog heel erg dicht bij
onze geschiedenis. Wonen op het platte
land, en toch op tien minuten van
Schiphol willen zitten. Dat kunnen wij
ons nu levendig voorstellen. Maar denk
je eens in: over vijftig jaar komt hier ie
mand die hoort dat deze boerderij
moest wijken voor de HSL. Tegen die
tijd is dat misschien al achterhaald ver
voer", fantaseert Berkhof.
Een boerderij waarin alle bouwstijlen
door elkaar heen lopen, dat levert een
bonte verzameling op van allerlei nos
talgische sporen en moderne snufjes. De
Velux dakraampjes bijvoorbeeld, die in
de jaren zeventig in het rieten dak zijn
geplaatst. En wat te denken van de mo
lensteen, die nu nog op een stellage in
de hal rust, maar straks op zijn oude
plek bij de voordeur in de grond wordt
gemetseld. „Die heeft niets met deze
boerderij te maken. Die is er in de jaren
zeventig ingelegd", weet Boot heel ze
ker. „Het is een steen uit een korenmo
len. Die komen helemaal niet voor in de
omgeving van Hoogmade. Hij ligt nog
op zijn kop ook."
De boerderij op de oorspronkelijke plek aan de Boskade in Hoogmade, nog niet gestoord door de HSL
Foto: Hielco Kuipers
Oud-staatssecretaris Cees van Leeuwen kijkt toe hoe de schoorsteen op het dak wordt gehesen, het hoogste punt van de herbouw van zijn voormalige woning in het Openluchtmuseum in Arnhem.
Foto: Hans Broekhuizen
,0i muren van de kaasboerderij worden in stukken gezaagd en vastgeklemd in een
italen korset, zodat het gebouw niet steen voor steen hoeft te worden opge-
uwd. Foto: Hans Broekhuizen
achterkant van de boerderij leggen bouwvakkers de laatste hand aan het
k van het zomerhuis. Het pannendak is voor de afbraak op foto's vastgelegd, zo-
jt de rode en blauwe dakpannen in hetzelfde patroon kunnen worden terugge-
■d. Op de achtergrond de naaldbomen die de boerderij in Arnhem omringen.
:o: Hans Broekhuizen
Boot en Caroline Berkhof van het openluchtmuseum kijken naar de molen-
in, die ooit door een nostalgische bewoner in de grond is gemetseld. „Die heeft
ts met de boerderij te maken", weet Leen Boot zeker. Toch keert hij terug naar
oude plek, want de woonboerderij wordt exact gekopieerd.
to: Hans Broekhuizen