Aan geen gebrek Honden en katten eten voor kapitalen 'Zonde dat dat collectieve brein niet wordt aangesproken' 'Een kwart is te dik' ZATERDAG 20 SEPTEMBER 2003 deeën Een postbode die niet alleen post be zorgt, maar ook meteen weer brieven meeneemt, maakt brievenbussen voortaan overbodig. Het fatsoen in de maat schappij breng je terug door iedereen een verplichte hypnose te laten ondergaan waar bij normen en waarden weer 'geprogram meerd' worden. En het cellentekort kun je be strijden door gevangenissen onder snelwegen te bouwen. Zo benut je ook al de vele kilome ters asfalt in het land beter. Zo maar een greep uit de inzendingen op de website van het Instituut voor Idiote Ideeën. Aan oorspronkelijke ideeën geen gebrek in Nederland. De website www.idiootidee.nl staat er bol van. Een heel ander verhaal is de vraag hoeveel van de creatieve plannen uitge voerd worden. Bitter weinig, zo luidt het ant woord. Daarom wil het Instituut voor Idiote Ideeën tweeënhalf jaar na de oprichting een tweede fase ingaan. Liever gezegd, het wil een tweede poot op richten. De tijd is rijp om een aantal van de aangedragen ideeën in de praktijk uit te voe ren. Vandaar de oprichting van de Society for Serious Solutions, een bedrijf dat zich gaat toeleggen op de commerciële toepassing van vernieuwende ideeën. „Onze grote zwakte is dat we nu alleen een platform voor ideeën zijn. Ze worden niet ge ïmplementeerd", zegt Michel Winkler (47) een van oprichters van het instituut. „Cynisch gesteld zou je kunnen zeggen dat de site is verwaterd tot een soort chatbox met een groep van dertig tot veertig mensen die er re gelmatig hun plasje op plegen. Dat gebeurt er als je het laat liggen, als je er niet genoeg tijd in stopt. Vandaar de nieuwe impuls." Het Instituut voor Idiote Ideeën werd begin 2001 opgericht door Winkler en Wim de Rid der. De Ridder is hoogleraar toekomstverken ningen en directeur van de Stichting Maat schappij en Onderneming (SMO) in Den Haag. Winkler studeerde Nederlands en filo sofie en was daarna onder meer zelfstandig ondernemer in de ICT-sector. „Drie jaar terug heb ik mijn bedrijf van de hand gedaan. Ver volgens heb ik me fulltime op het Instituut voor Idiote Ideeën gestort." Na die eerste pe riode is Winkler weer aan de slag gegaan ais consultant en stopt hij er nog twintig procent van zijn tijd in. Het Instituut voor Idiote Ideeën mag dan in middels aan een nieuwe impuls toe zijn, met de basisgedachte die eraan ten grondslag ligt, is niks mis, zegt de Hagenaar. „We zijn per manent op zoek naar nieuwe ideeën die origi neel zijn, speels en tegendraads. Het belang daarvan? Elke innovatie is ooit een idioot idee geweest. Neem de mobiele telefoon die iedereen nu op zak heeft. Vijftien jaar geleden was dat nog volstrekt ondenkbaar. Er werd wel wat geëx perimenteerd met de beeldtelefoon, maar dat mensen met een apparaatje van honderd gram zouden bellen, via de ether, en ook nog eens berichten zouden gaan versturen, was niet te voorspellen. En dat zo'n apparaatje ook nog zou aanslaan! We willen in onze maatschappij alle proble men op een rationele manier oplossen, maar met dat rationele denken gebruik je maar een heel beperkt stukje van de geest. Juist met de andere soort intelligentie die mensen bezitten - het vermogen verbanden te leggen, noem het intuïtie - kun je complexe vraagstukken oplossen. Je zou verwachten dat veel mensen ideeën in sturen over triviale zaken in en om het huis. Het antwoord op de vraag hoe je het laatste restje tandpasta uit de tube krijgt bijvoor beeld. Of de beste manier om inktvlekken uit het tapijt te halen. Maar naar dat soort onder werpen is het op de site van het Instituut ver geefs zoeken. „Het gaat om de maatschappelijke importan tie van de ideeën", legt Winkler uit. „In nieu we producten zijn we niet geïnteresseerd. Be halve dan het plan van iemand om iedere be jaarde van een airbag te voorzien, zodat je veel botbreuken bij valpartijen en ongelukken kunt voorkomen." Afwijzingen Het is een van de redenen dat de eerste an derhalfjaar dat de site bestond, het overgrote deel van de ingestuurde ideeën niet werd ge plaatst. .Alles wat binnenkwam, werd door ons gefilterd. We wezen 85 tot 90 procent af. Er kwamen flink wat scheldpartijen en me ningen binnen. En verder heel veel product innovaties: de beste muizenval, huurkuilen op het strand. Vaak heel grappig hoor, maar een apparaatje om ook het laatste restje yog hurt uit het pak te krijgen heeft niets te ma ken met een maatschappelijk idee. Niet ieder een zit daarop te wachten." De maatschappelijke relevantie van de ideeën staat dus voorop. „Het is nu een privilege van een aantal bestuurders om te bepalen hoe Nederland er uit gaat zien. Terwijl iedereen - van huisvrouw tot hoogleraar - daar ideeën over kan hebben. Ideeën die een aanzet kun nen geven tot de oplossing van een van de problemen die nu spelen. Er is een enorm contingent mondige mensen met ideeën. En het is zonde dat dat collectieve brein niet wordt aangesproken. Want het zijn mensen zonder bedrijfsblindheid. Ze hebben niet die blinde vlek die direct betrokkenen wel heb ben." Vorig jaar deed het Instituut vanwege de Tweede-Kamerverkiezingen een oproep voor ideeën om de politiek aantrekkelijker te ma ken voor burgers. Het leverde 150 reacties op. Een greep uit de ideeën: voer prestatiebelo ning in voor politici - hoe meer doelen een Kamerlid of minister haalt, hoe hoger zijn sa laris of hoe langer zijn regeerperiode. Laat een deel van de Kamerzetels leeg bij een lage opkomst. En laat politieke partijen inschrijven voor een bepaald probleem. Bij de verkiezin gen kunnen kiezers dan aangeven welke partij welk probleem mag gaan oplossen. Plannen Het Instituut voor Idiote Ideeën telt bijna 2.000 leden. Contributie betalen ze niet. Het zijn mensen die zich op de site hebben aan gemeld en hun e-mailadres hebben doorge geven. Regelmatig ontvangen ze de elektroni sche nieuwsbrief van het Instituut met de iro nische naam De Vette Bril. Winkler loopt met een idee rond om het aan tal leden van het Instituut drastisch uit te breiden. „Iedereen is altijd leden aan het wer ven: politieke partijen, omroepen, noem maar op. Als je het nou eens zou omdraaien! Je hebt 16 miljoen inwoners in Nederland en dus in principe 16 miljoen leden. Vervolgens organiseer je een ontledingscampagne. Ik zie het al voor me: met grote advertenties in de krant om geen lid meer te worden." De meeste onderwerpen - zoals wonen en ruimtegebrek, veiligheid en politie, gezond heidszorg en de multifuncionele snelweg - zijn bedacht door de mensen van het Insti tuut. Maar het is de afgelopen jaren ook ge beurd dat bedrijven of overheidsinstellingen een oproep voor goede ideeën plaatsten met daaraan verbonden een geldprijs voor de ori gineelste inzender. Zo wilde het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid graag suggesties voor een betere afstemming in gezinnen van werk en privéleven. Cateringbedrijf Sodexho, onder meer bekend van bedrijfsrestaurants, vroeg het publiek oplossingen in te sturen voor het grote personeelstekort waar het bedrijf meer worstelde. Winkler wil in de toekomst op de website meer van dat soort prijsvragen organiseren. Bedrijven betalen 20.000 k 30.000 euro voor zo'n campagne. „Dat is een hele leuke aan pak, maar het is lastig om te realiseren. Het kost veel moeite om bedrijven of overheden te laten meedoen. In het buitenland is het veel gewoner. Misschien helpt het als we vier concurrenten in het leven roepen! Het zou mooi zijn als bedrijven over een paar jaar zeg gen: we hebben hier een probleem dat zo groot is dat we ermee naar het Instituut voor Idiote Ideeën moeten." Duizenden suggesties zijn er de afgelopen tweeënhalf jaar binnengekomen bij het 'Instituut voor Idiote Ideeën'. Vreemde, geniale en tegendraadse. De uitvoering van al die plannen is een ander verhaat. Daarom komt er nu een 'Society for Serious Solutions' bij. „Het is tijd de ideeën ook toe te passen." door Eric Böhm Michel Winkler van het Instituut voor Idiote Ideeën: „Alle innovaties zijn voortgekomen uit idiote ideeën." Foto: GPD/Frank Jansen In Nederland lopen anderhalf miljoen honden en 2,3 miljoen katten 'ond. Ze aten vorig jaar samen voor 574 miljoen euro. De eigenaren betrekken het dierenvoedsel van fabrikant of dierenarts. Beiden zijn belanghebbenden, zegt dierenvoedselonderzoeker Thomas van der Poel van Wageningen Universiteit. „Daarom moet er onafhankelijk en objectief onderzoek komen laar de behoefte en samenstelling van pet food. In elk geval geven we onze huisdieren te veel. Een kwart is te dik." idsel-onderzoeker Thomas van de Poel. Foto: GPD/Cees Zorn door Peter de Jaeger Sinds dit collegejaar kunnen Wage- ningse studenten het nieuwe vak gezel schapsdieren volgen. Hierin is aandacht voor ziekte, fysiologie, fokkerij en voor al voor voeding van paarden, honden en katten. De nieuwe specialisatie bin nen diervoeding, dat zich tot nu be perkte tot veevoeding, is ook een lok kertje om uitgelote dierenartsstudenten naar Wageningen te halen, geeft Tho mas van de Poel, van de leerstoelgroep Diervoeding van Wageningen Universi teit, grif toe. Of het komt door het nieuwe vak weet hij niet, maar dit jaar heeft Wageningen honderd nieuwe studenten dierweten- schappen, tegen andere jaren slechts dertig tot veertig. „Utrecht beperkt zich tot het veterinaire deel, diergenezing, terwijl Wageningen zich richt op het traject daarvóór ofwel de preventie van ziekten. Voeding is daarbij van wezen lijk belang." Vroeger aten honden en katten gewoon met de pot mee. In het beste geval kreeg de hond soms een gekookte var kenslever in stukken gesneden, gesopt in een mengsel van melk met brood. „Een hond is een vleeseter die heel wat kan verstouwen. Als het dier alleen maar aardappels en sla in zijn bak krijgt komt hij veel tekort. Een hond heeft bij voorbeeld veel meer eiwit nodig dan koeien en varkens." Op de blikjes honden- en kattenvoer staat te lezen hoeveel eiwit, vet, ruwe as en vezels (celstof) erin zit, plus de mineralen. Die samenstelling (qua voe dingswaarde) verschilt nauwelijks per merk. Maar het gaat om de grondstof fen die erin zijn verwerkt. Die bepalen 'Soms zijn die blikjes net zo duur als een stukje biefstuk.' Foto: Peter Lodewijks de prijs en kwaliteit. En daar zit nogal verschil in. Van de Poel: „Onze ouwe hond, die er niet meer is, kreeg direct last van winderigheid als hij goedkoop voer kreeg. Bij duurdere merken was dat niet. Mogelijk dat er veel peul- vruchtén in het goedkope blik waren verwerkt. Als wij chili eten, ruik je dat de andere dag ook." De fabrikant kan kiezen uit tientallen verschillende grondstoffen voor pet food. Vaak zijn het afvalproducten uit de voedselverwerkende industrie. Het gaat om graanbijproducten (eiwit), dierlijke vetten, slachtafval, bijproduc ten uit oliebereiding, noem maar op. De keuze van de grondstoffen gebeurt per computer. Die krijgt de opdracht te zoeken naar het juiste mengsel, geba seerd op de gewenste voedingswaarde en mineralen.Als de fabrikant het goedkoop wil houden zal hij peul vruchten kiezen in plaats van vlees, vis of wild. In droogvoer zit trouwens hele maal geen dierlijke producten. Daarom is het ook altijd goedkoper dan hapkla re brokken uit blik." Soms loopt de prijs de spuigaten uit, meent Van de Poel. Hij heeft uitgere kend dat die kleine sjieke vierkante blikjes voer ('Geen namen noemen') net zo duur zijn als rundvlees. „De mensen kunnen dus net zo goed een kilo biefstuk bij de slager kopen en daar elke dag een stukje van snijden." Een kat heeft doorgaans minder eiwit nodig dan een hond. De laatste is actie ver. Maar er zijn ook luie honden en super actieve katten die elke nacht ja gen. Daarom is de behoefte per indivi dueel dier moeilijk te bepalen. „Die be hoefte kun je als baasje zelf enigszins regelen door meer of minder voer te geven. Maar het is voor te stellen dat er straks naast speciale voeding voor pup pies en volwassen honden ook een di eet komt voor sportieve honden en een ander blik voor honden die hun mand niet uitkomen." Van de Poel denkt het hondenpoep probleem te kunnen aanpakken met voedingsonderzoek.Als je weet waar die vervelende geur vandaan komt kun je die de kop indrukken door bepaalde extracten toe te voegen aan het voer. En het mooiste zou natuurlijk zijn om voer samen te stellen dat volledig ver teert, waardoor er geen hondendrollen meer op de stoep terecht komen. Een astronautenkoekje voor de hond."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 5