In een bus door de tunnel
2£3S£,-
'Ik heb er nooit niks van gezien'
H"erew»«*
.elaan
fschachF
Sassenheim
haarl
emmermeer
Buitenkaag
Verloop werkzaamheden:
7,',nd a,ïgUSlus 2003: aankomst
.'"n.nelb°or Wj schacht Bent
eind SGDfpmhtar ~>r-.r\-1
Nieuwe
Wetering
Oude
erna september 2003-
tunnelboor begint aan laatste
etappe naar Westeinde
'begin 2004:
aankomst bij Westeinde
«gin 2007: ingebruikname HSL
tweede wdiegte'b'ak a4
gereed'eind 2004/.
p>'"
-
Woubrugge
■J. -
oogm ade
x Leiderdorp
v^e/-.
alkendak
A
Kentweg
5*«rtschacht
^actrtAlhthovVn
koudekerk
rZoeterwoude-
>>?lind,,k
aan den Rl
Rijndi
Weipoort
voorbij hetWe^teinde in H>'dCr
Dorp rijdt de H T "azerswoude-
ne|PDe,ltrbes°°tr"neegnfnr'detr
ba vijftien meter in dooZ&ZZ'
engte van 7160 meter H.» a n
"gt 35 meter onder NAP d. h Pl""
^^l™™ a30mil,oen euUrm
MhachtBent
zand.
[aankomstschariie
Ie brug wordt direct de leidingenkoker opgebouwd en wordt het onderste deel van de tunnel aangevuld met
Benthuizen
Omlefdingsweg j
eerste treinen rijden al door de tunnel. Dage-
:s tientallen keren heen en weer. Treinen met
en met metalen pijpen, met betonelementen
l met mixers vol nat beton. Snel gaan ze niet.
ir er rijdt dan ook voorlopig nog geen 'train a
Ie vitesse' door de tunnel, maar een 'train sur
i'. Geen elektrische hogesnelheidstrein, maar
een diesel-goederentrein op luchtbanden.
door Ruud Sep
nelingang in de Leiderdorpse Bospolder staan twee goe-
nen met bouwmaterialen klaar om hun lading naar het
de tunnel te rijden.
De treinen zijn nu nog voorbehou
den aan de bouwmaterialen die no
dig zijn voor de Groene Hart-tun
nel, de 7160 meter lange ondergrondse ver
binding tussen de Leiderdorpse Bospolder
en het Westeinde bij Hazerswoude-Dorp. De
vele personeelsleden en de enkele bezoeker
die dagelijks door de inmiddels precies 5500
meter lange tunnel rijden, doen dat met per-
sonenbusjes. Busjes die nog het meest doen
denken aan een low budget vakantie in
Zuid-Europa. De bankjes zijn van hout, de
voertaal is Portugees, de voorruit is stan
daard voorzien van een paar grote barsten.
En in de spits past er zonder problemen een
man of dertig in één minibus.
De chauffeur doet geen moeite om zijn
Zuid-Europese temperament te verbergen.
Ondanks het bordje bij de tunnelingang dat
een maximum snelheid van vijftien kilome
ter aangeeft, schakelt hij vlot door naar de
vierde versnelling. De tocht gaat aanvanke
lijk door een treintunnel waaraan op het oog
alleen nog de rails en de bovenleiding ont
breken. Verkeer in twee richtingen keurig ge
scheiden door een betonnen tussenwand
met om de 150 meter een vluchtdeur. Langs
de bakken waarin de trein straks gaat rijden,
liggen betonnen perrons die straks in geval
van nood dienst doen als vluchtpad.
De perrons verdwijnen echter al vrij snel, net
als het bovenste stuk van de tussenwand en
de gescheiden rijbanen. Waar er wordt ge
werkt aan de betonnen vloer en de perrons
is al het verkeer in beide richtingen aange
wezen op één rijbaan. En daarbij hebben de
goederentreinen standaard voorrang. Het
rijgedrag van de chauffeur wordt allengs een
stuk begrijpelijker. Wie zich aan de maxi
mumsnelheid houdt, komt nooit aan het
eind van de tunnel.
Door het plafond steekt een grote koker. We
zitten in de schacht bij de NI 1 waar sinds
een maand een grote ventila-
tiepijp op het dak staat. De be
tonnen vloer maakt plaats voor
asfaltgranulaat en even later
voor een zandbaan met alleen
in het midden beton: de mans
hoge leidingenkoker op de bo
dem van de tunnelbuis.
En dan ineens is er in de verte
een spookachtig schijnsel te
zien. De achterkant van de
tunnelboormachine Aurora -
de godin van de dageraad -
licht gelig op. Een busje met één witte kop
lamp komt snel dichterbij. Een trein met be
tonelementen staat klaar om te worden ge
lost. Een zwaailicht werpt flarden oranje in
het rond. Een perfect decor voor de volgen
de James Bond-film.
*t!t?ande sP°°rtfjn
- HSL bovengronds
HSL tunnel
tunnelschacht
ÏNFÖGRAUEK HDC^dTTrtT
Met een grote zuignap worden de tunnelelementen snel, maar ook heel precies op hun plaats gezet. Foto's: Henk Bouwman
Er wordt geboord. Wie zijn hand op de sta
len pijp aan de zijkant van de tunnel houdt,
voelt hoe het weggeschraapte zand en grind
naar achteren wordt gepompt. De rupsban
den waarop het achterste
deel van de 120 meter lange
boormachine rust, draaien
tergend langzaam. Vier cen
timeter per minuut, de
maximale snelheid van de
boor.
Een enkele locker waarin de
bemanning van de boor per
soonlijke bezittingen op
bergt, is versierd met graffiti.
Een naakte dame, een stie
renkop met de tekst buil
gang. Maar de kantine die achterop de boor
meerijdt naar het Westeinde is kaal en clean.
Een raamloze container met een aanrecht-
blokje en een koelkast. Met zijn gezicht naar
de blinde wand drinkt een man in stilte zijn
koffie.
Een zestig meter lange brug verbindt de ach
terste volgwagen van de boor met het voor
ste deel. Onder de brug wordt direct de lei
dingenkoker opgebouwd en wordt het on
derste stuk van tunnel volgestort met zand.
Daarmee wordt voorkomen dat de lege tun
nelbuis door de druk van het grondwater
omhoog wordt geduwd.
Verder naar voren, op een meter of tien ach
ter het graafwiel, zit zonder twijfel het meest
onwerkelijke deel van de boormachine: de
stuurcabine. Op computerschermen wordt
naast allerlei meetgegevens de precieze posi
tie van de boor aangegeven. Een schuine lijn
lijkt aan te geven dat de boor juist bezig is
met een enorme duikvlucht de diepte in. In
werkelijkheid ligt de achterkant van de
twaalf meter lange boorkop niet meer dan
drie en een halve centimeter hoger dan de
voorkant. Door alle krachten die de boor op
meer dan dertig meter diepte te verduren
krijgt, blijkt het de ideale positie om netjes in
een rechte lijn te boren.
Het boren stopt. Iedere keer als er weer twee
meter is afgelegd, is het tijd om een nieuwe
ring toe te voegen aan de betonnen tunnel-
wand. Met behulp van een enorme zuignap
worden de vijftien ton zware elementen keu
rig op hun plaats gezet. Een man bedient het
apparaat schijnbaar moeiteloos met een
klein kastje met een paar joysticks. Een hel
per bepaalt met een eenvoudige waterpas de
precieze positie van de elementen, die snel
met vier bouten worden vastgezet. Zo gauw
het eerste element eenmaal goed op zijn
plek zit, is de rest kinderspel.
In twintig minuten tijd worden de tien ele
menten van ring nummer 2751 op hun plek
gezet. De tunnel meet nu 5502 meter. Nog
een paar dagen, en de boor komt aan bij
haar laatste tussenstop, de tunnelschacht
aan de Bent. En daarna gaat het in één ruk
door naar de tunneluitgang aan het West
einde.
Volle kracht vooruit, kapitein, op naar de da
geraad!
16 AÜCU5TU5
2003
Naam: Hein Verkleij
Leeftijd: 56
Woonplaats: Hazerswoude
,,Daar waar die koeien lopen. Wat zal
het zijn? Zo'n driehonderd meter hier
vandaan, denk ik. Daar loopt-ie dus.
Toen ze hier langskwamen, heb ik wel
een paar keer staan kijken. Je zou ver
wachten dat je in de sloot wel iets zou
kunnen zien als ze recht onder je aan
het boren zijn. Maar ik heb nooit niks
gezien. Nooit niks. Je kan ook niet
zien dat de grond ergens zakt. Hele
maal niks.
Ik denk ook niet dat je er straks iets
van ziet, of dat de koeien onrustig
worden wanneer ze daar lekker liggen
te herkauwen terwijl er een trein
langs komt. Ik weet het niet zeker,
maar ik denk het niet. Maar voor de
veiligheid heb ik wel in het contract
met de HSL vast laten leggen dat ze
de schade moeten vergoeden wan
neer het vee straks niet goed gedijt op
het land boven de tunnel. En ook als
blijkt dat het land daar straks een stuk
sneller gaat verzakken, dan moet de
schade worden betaald.
De tunnel gaat over een lengte van
800 meter onder mijn land door. De
HSL heeft daarvoor het 'recht van on
derdoorgang' gekocht. Eigenlijk het
recht van opstal, maar dat klinkt zo
raar voor iets dat onder de grond zit.
Daarvoor betaalden ze een kwart van
de agrarische waarde. Ja, dat pak je
dan mee, daar los je wat hypotheek
van af. Zoals we nu aan het boeren
zijn, hebben we er niks geen last van.
Er mag nooit iets gebouwd worden
op de tunnelzone. Maar ja, dat waren
we toch niet van plan.
Als boer ben ik natuurlijk heel blij
met die tunnel. We zitten hier prach
tig en het land is mooi verkaveld. Als
die trein hier bovengronds was geko
men, dan was ik hier weg geweest.
Maar als ik in de regering had geze
ten, dan had ik die trein hier mooi
bovengronds aangelegd. Met meteen
een flinke rijksweg ernaast. Dan doe
je echt iets aan de verbetering van de
infrastructuur in het westen van het
land.
Ik heb dat wel vaker gezegd, en dat is
me toen niet in dank afgenomen.
Maar ik zie dit hoekje niet als het;
Groene Hart van de Randstad. Dit is
zo klein. Het is het vogeltjesland hier
achter dat ons heeft gered, daardoor
is die tunnel er gekomen. Want door
dat gebiedje krijg je ineens te maken
met de Europese vogelrichtlijn en zo.
Daar profiteren we nu van."
Bovenbuur
man Hein
Verkleij tus
sen zijn koei
en op het
dak van tun
nel. Op de
achtergrond
de schacht
bij de N11.
Foto: Hielco
Kuipers