De boel lekker opgeschud
'Wij kijken anders
naar processen'
Steeds meer chefs van buiten
Beleidsmatiger denken
'Eerst even
nadenken'
>AG
JSTI
ZATERDAG
2 AUGUSTUS
2003
Foto: GPD/Roland de Bruin
•b
ej
eifriissaris Simone Steendijk (1967)
»t ger: dertien jaar luchtmacht, vijf jaar logistiek
ngger containeroverslagbedrijf EOT
plaatsvervangend districtschef Rotterdam West
Ivond ik het niet zo'n omslag. Ik heb dertien jaar bij
chtmacht gezeten. Aan een leven in uniform en de
blikken van anderen was ik al gewend. Schieterva-
Idiad ik ook al. Bij de luchtmacht heb ik met heel wat
cfcder geschut mogen schieten. Maar nu draag ik wel
jeladen wapen op straat.
(dat het daar om gaat. Ik doe het werk uit idealisme,
f onwijs veel salaris inlevert, ik schat twintig pro-
mag daar iets tegenover staan aan arbeidsvreugde.
CT op de Maasvlakte ging het alleen maar over
•of": 'earnings before interest', winst voor belastingen.
l«n overname door Chinese aandeelhouders werd
Jnllemaal nog erger. Toen kwam er heel veel druk uit
tikong.
lijistromers als ik worden binnengehaald omdat we
'tirs naar processen kijken, de boel kunnen stroomlij
nde ziet hier dat je soms zeven stappen moet doorlo-
oVoor iets dat je ook direct kunt regelen. De politie
e t zakelijker. Prestatie-afspraken. Geen probleem, ik
iet gewend.
en ik nog plaatsvervanger, maar straks moet ik zelf
e optreden tegen prostituees zonder vergunning en
I ssen over de inzet van arrestatieteams,
it n geen wonderen verrichten. Ik weet nu al dat ik
ïeleboel dingen niet kan beïnvloeden. Drugsoverlast
orbeeld, of autokraken. Dat is een utopie. Maar je
i de problematiek wel verdunnen, door het Centraal
r on met een politiemacht schoon te vegen en het
e vervolgens aan de NS en particuliere bewakers over
djten om de boel leefbaar te houden.
'ankelijk reageerden mensen van 'Hoe is het moge-
lat iemand zonder politieachtergrond hier binnen-
l< t op een leidinggevende functie?'. Maar ze zien al
g dat je leert. Je krijgt een pittige opleiding en volgt
3 is. Ik heb een moordonderzoek meegedraaid, mee-
v pen bij een kernteam-onderzoek naar verdovende
delen en heb meegekeken hoe de hele strafrechtke-
n praktijk werkt, van incident tot aanhouding, ver-
ng en berechting.
r hangt ook af van hoe je je opstelt. Tegen collega's
ik: ik heb wel goud op de schouders, maar ik weet
IDus vertel het me maar. En dan vraag ik waarom
zus of zo moet. Dat werkt verfrissend."
Foto: GPD/Phil Nijhuis
Nieuw type
politiemanager
ER
BU
Commissaris Wilma Nijssen (1962)
Vroegen Gaf als manager leiding aan 120 man bij de reclassering in Rot
terdam
Nu: Plaatsvervangend districtschef Bergen op Zoom
„In Bergen op Zoom en Roosendaal kampen we met drugsoverlast. Veel
drugstoeristen komen vanuit België en Frankrijk naar hier voor hun hasj en
allerlei aanverwante verdovende middelen. Dat levert veel overlast op van
verslaafden en drugspanden, van waaruit gedeald wordt. Door mijn vorige
baan bij de reclassering ben ik bekend met het werkterrein van de politie.
Maar toch zie ik nu pas allerlei processen waar de gemiddelde burger nooit
van hoort. Hoe de recherche aan zaken werkt, waar onder- en bovenwereld
complex met elkaar verweven zijn. Dat is toch wel wat anders dan het stan
daardbeeld van een agent die alleen maar bekeuringen staat uit te schrijven.
Zelf.slinger ik ook wel eens mensen op de bon. Als ik drie jongens zonder
helm op één scooter zie, krijgen die van mij een prent. Met een uniform aan
kan ik niet de ancfére'kant uitkijken.
De politie heeft een maatjescultuur. Je bent heel erg op elkaar aangewezen,
zeker op straat. Als we op drie plekken invallen doen in drugspanden, ben ik
erbij. Om steun te geven en te kijken of alles goed gaat. Je moet weten wat er
op de werkvloer gebeurt. Zeker als het bijzonder is. Toen we signalen kregen
dat extreem-rechtse figuren en gabbers zich zouden verzamelen in de Efte-
ling was ik present bij ons grootschalig bijzonder optreden in het attractie
park.
De politie is best een hiërarchische organisatie. De reclassering is niet zo su
per formeel. Bij mijn komst anderhalf jaar geleden kreeg ik te horen: 'Jij
komt uit de softe sector'. Nu zeggen collega's dat ik de boel lekker heb opge
schud. Ik stel overal vragen bij, laat ingesleten gewoonten niet bij het oude
omdat het nou eenmaal altijd zo is gegaan. Onze mensen kwamen vroeger
nooit op de tweede verdieping, waar de districtsleiding zit. Nu lopen ze de
trap op, steken het hoofd door de deuropening en vragen wanneer ik weer
eens een dienstje meedraai."
Commissaris Nathalie Kramers (1966)
Vroeger: Diverse functies bij de overheid en zelfstandig bestuurskundig
adviseur
Nu: plaatsvervangend korpschef Groningen
„Ik heb wel eens wat bonnen uitgedeeld. Gewoon om te voelen hoe het is. Je
merkt toch de spanning: zo meteen komt iemand je uitschelden. Vorige
week was ik 's nachts bij een actie in de binnenstad tegen drugsoverlast. Ik
ben niet gewend een uniform aan te hebben. Maar je merkt: het heeft wél ef
fect. In uniform móet je iets doen, dat is even spannend.
Hoe hoger je in de organisatie zit, hoe minder je op de werkvloer bent. Tij
dens mijn stageperiode heb ik ook arrestantenverzorging gedaan. Moest ik
achter iemand aanlopen naar de luchtplaats waar hij een sigaretje mocht ro
ken. 'Goh, ik loop achter een crimineel aan', dacht ik toen.
In de korpsleiding gaat het vooral om strategisch denken. Mensen van bui
ten, zoals ik, brengen met zich mee dat ze veel beleidsmatiger kunnen den
ken. De politie is heel flexibel, sterk in het aanpakken van incidenten. Het is
veel meer ad hoe werken dan in het bedrijfsleven of elders bij de overheid. Ik
ben goed in het denken op langere termijn. Politiemensen zeggen al gauw:
ons werk is niet te plannen. Dan hoor je dat ze wel zeven demonstraties per
week hebben. Nou, dan kan ik daar bij de planning van inzet van mankracht
en materieel toch rekening mee houden?
Het instromen op managementniveau bij de politie heeft een hoog afbreu
krisico. Het is een heel specialistisch wereldje. Een directeur van een koek
jesfabriek is niet automatisch een goede commissaris. Dit werk is veel opera-
tioneler, je bent op straat, met mensen.
Niet iedereen in de Nederlandse politiewereld is even enthousiast over de
zij-instromers. Ik had daar van tevoren ook zorgen over. Maar vanaf dag één
was ik welkom. Ik heb nooit met collega's te maken gehad die opmerkingen
maakten als 'Wat weet jij daar nou van'. Je moet ook toegeven dat je het on
danks al je ervaring en je leiderschap niet zonder echte blauwen kunt, men
sen die al vele jaren bij de politie werken. Je hoeft als leidinggevende immers
niet alle politietaken zelf uit te kunnen voeren. De ervaring van mensen die
jarenlang met hun poten in de modder hebben gestaan, haal je niet in. Al die
rampen zijn mij nooit overkomen, ik heb al die moorden niet opgelost. Maar
daar kan ik me dus ook niet achter verschuilen."
Het is geen probleem dat een
commissaris zelf nooit een
moord heeft opgelost of
zelfs maar een bekeuring heeft uit
gedeeld. Politiekorpsen halen erva
ren leidinggevenden weg bij be
drijfsleven en andere overheidsdien
sten. De tijd dat managers exclusief
uit eigen kweek werden geworven,
lijkt voorbij. Voor het eerst is er nu
een landelijk trainingsprogramma.
Zeven jaar na het debacle-Brink
man, de landmachtgeneraal die kort
na zijn benoeming tot korpschef van
Rotterdam-Rijnmond weer kon ver
trekken, opent het politiemanage
ment zich voor buitenstaanders.
Weliswaar nog op kleine schaal,
maar de trend is onomkeerbaar.
Zo kan het dat een ex-manager van
computerbedrijf Getronics onlangs
als commissaris de grootschalige po-
litie-inzet bij de TT in Assen coördi
neerde. Een voormalig logistiek ma
nager bij containeroverslagbedrijf
ECT is sinds kort plaatsvervangend
chef in Rotterdam West, een van de
moeilijkste politiedistricten in de ha
venstad. In Alkmaar is onlangs een
afgestudeerd theologe benoemd tot
commissaris. Eerder werkte zij als
regiomanager bij busbedrijf Connex-
xion.
Een exact overzicht van alle zij-in
stromers op managementniveau bij
de politie ontbreekt. Politieregio's
schakelen zelf gespecialiseerde wer
vingsbureaus in of nodigen buiten
staanders in advertenties met na
druk uit te solliciteren. Volgens des
kundigen heeft bijna elke politiere
gio tegenwoordig wel een of meer
leidinggevenden rondlopen, die
voorheen een managementfunctie
bekleedden bij de overheid of in het
bedrijfsleven.
Volgens Anita Hazenberg, directeur
van de School voor Politie Leider
schap (SPL) in Warnsveld, bestaat
grote behoefte aan mensen die stra
tegisch en op lange termijn kunnen
denken. „Van oudsher bestaat bij de
politie toch een cultuur van 'doen'.
Zo werd je vroeger ook opgeleid.
Maar zo'n monocultuur kan tot be
drijfsblindheid leiden. In een groep
leiders heb je tegenwoordig verschil
lende visies nodig. We zitten tenslot
te in een politiek klimaat waarin de
politie zaken steeds weer anders aan
moet pakken en met elke beweging
in de samenleving mee moet.
De politie moet minder eenzijdig
van samenstelling worden. „Meer
diversiteit betekent niet alleen meer
vrouwen, homo's en allochtonen. Je
hebt ook leidinggevenden nodig met
een bult aan ervaring van buiten.
Daar kunnen we van leren."
Bij de SPL volgen op dit moment ze
ven zij-instromers, allen vrouwen,
het eerste landelijke trainingspro
gramma voor politiemanagers die
van buiten komen. Het programma
van de SPL, onderdeel van het LSOP
Politie Onderwijs en Kenniscentrum,
is opgezet in samenwerking met de
Nederlandse Politie Academie. De
cursisten krijgen les in recherche
technieken, 'grootschalig optreden',
maar ook in omgang met de media.
Het is een aanvulling op de pro
gramma's van de korpsen zelf. Die
geven de nieuwkomers een stoom
cursus in het politievak. Ze maken
kennis met regels en procedures,
maar ook krijgen ze schiettraining
en zelfverdedigingstechnieken. Tij
dens een stageperiode lopen ze mee
met allerlei onderdelen van een
korps, van een moordzaak bij de re
cherche, een drugsonderzoek van
een kernteam tot surveillances van
wijkagenten en inzet van ME en
hondenbrigades bij ordeverstorin
gen.
„Het blauwe sausje staat centraal.
Maar het is niet de bedoeling dat ze
helemaal blauw worden. Alsjeblieft
niet. Ze hoeven niet tot in detail te
weten hoe een proces-verbaal moet
worden opgesteld," zegt Hazenberg,
zelf commissaris. „Ze hoeven de
wetten niet uit hun hoofd te kennen.
Ze moeten weten waar ze regelge
ving kunnen vinden en hoe die toe
te passen."-
Een logistiek manager, een
theoloog, een IT-manager:
steeds meer politiechefs
komen van buiten. Zij moeten
voor een frisse wind zorgen.
„Het is niet de bedoeling dat
ze helemaal blauw worden.
Alsjeblieft niet."
door Ferdi Schrooten
Foto: GPD/Tex J. Schardijn
Commissaris Monique Aalberts (1951)
Vroeger: Na studie sociologie onder andere weten
schapper bij ministerie het van justitie
Nu: Districtschef Utrecht Noord
„De scepsis bij de politie over buitenstaanders is me be
kend. Maar ook deze organisatie heeft impulsen van bui
ten nodig. Is het zo goed als officieren allemaal naar de
politieacademie zijn geweest waar ze allemaal dezelfde
boeken hebben gehad, dezelfde docenten, met dezelfde
verhalen? Ik ben nooit een goed agent geweest, maar ik
breng veel kennis en kunde van buiten mee. Een goede
politiechef hoeft niet zijn hele leven bij de politie te heb
ben gewerkt. De beste spijkermaker moet je geen direc
teur van de spijkerfabriek maken. Aan de top moet je vi
sie hebben, een afdeling kunnen binden, leiding kunnen
geven en niet proberen hartstikke goed een moord op te
lossen. Daar heb je bij de politie zat experts voor rondlo
pen die dat beter kunnen.
Ik ben een doener. Op het departement dacht ik vaak:
we hebben zo lang zitten nadenken, zullen we nu maar
eens wat doen? Bij de politie is het precies omgekeerd.
Daar willen mensen snel iets doen, terwijl ik dan juist
vaak zeg 'Zullen we eerst even nadenken?' Dat is mijn
taak. Als nieuwkomer kan ik stomme vragen stellen. In
de noodhulp zie je te vaak dat politiemensen ^pel op een
melding afgaan en zich daar zo snel mogelijk van af ma
ken en hup weer naar de volgende klus gaan. Maar als
een vrouw thuis in elkaar is geslagen, kun je beter meer
tijd steken in de daadwerkelijke oplossing van het pro
bleem. Maak helder dat je niet terug blijft komen. An
ders blijf je rijden, steeds naar hetzelfde fenomeen.
Dat kunnen we ons hier niet veroorloven: we zitten tot
over onze oren in het werk. Acht van de tien achter
standswijken in Utrecht liggen in mijn district. Echte ou
derwetse volksbuurten, waar autochtone Nederlanders
wonen. Die beschermen hun buurt als een staat binnen
een staat. Ze regelen woningtoewijzing intern. Dan moet
je terrein zien terug te winnen. Wij maken wel uit wan
neer we surveilleren.
Politiemensen hebben de neiging dingen op zich te ne
men als anderen het niet goed doen. Het is een valkuil
van jaren. Doe geen werk waar je niet voor geleerd hebt.
Draai het om. Is er aanhoudende burenoverlast, laat de
corporatie maar overgaan tot uitzetting. En mensen met
psychische stoornissen op straat? We kunnen ze wel op
pakken als ze overlast veroorzaken, maar op bureau
kunnen we er niks mee. Regel maar met de geestelijke
gezondheidszorg dat zij ook hun deel doen."
Foto: GPD/Roland de Bruin