Een encyclopedie van het stoppen
REGIO
Gevaarlijke liefde roest niet
Meeste bellers pakken de
telefoon uit eenzaamheid'
De hele dag doe ik bijna niks anders dan m'n handen wassen
GERECHT
DONDERDAG 12JUNI20C
NAVRAAG
Het kabinet Balkenende II wil fors snoeien op de subsidie aan de
stichting Korrelatie. Die vreest nu voor opheffing van de telefonische
hulpdienst, waar
ruim vijftig me
dewerkers in
dienst zijn. ROB
PONS, directeur
van de Telefonische Hulpdienst Leiden en omstreken, denkt dat de
soep niet zo heet wordt gegeten als hij wordt opgediend.
Wat vindt u van het kabinetsvoorstel?
„Ik weet dat zij voor een project van driejaar, een gezondheidslijn,
een subsidie hebben gekregen. En die subsidie stopt nu."
Dus u gaat er niet vanuit dat
Korrelatie wordt opgeheven?
„Ik denk dat hun protesten
een zet zijn om aandacht te
vragen voor die subsidie."
Een krap opgezette telefoni
sche hulpdienst, die bellers
in de wacht moet zetten,
schiet zijn doel voorbij, zeg
gen ze bij Korrelatie.
„Dat denk ik niet. Er zijn best
momenten dat je lang in ge
sprek bent met iemand en
een tweede persoon er tus
sendoor komt. Dan kun je op de andere lijn even vragen of iemand
kan wachten. Wij werken overigens met vrijwilligers; Korrelatie
met betaalde krachten."
Een uisselgesprek tijdens een ander, emotioneel beladen, ge
sprek?
„Dat hangt natuurlijk van het gesprek af of je zoiets doet. Maar ik
j heb niet het idee dat er daardoor mensen wegvloeien. In het hele
spel van toets 1,2,3, raken mensen ook al geïrriteerd."
Hoe gaat dat bij jullie, als je contact wilt hebben met een mede
werker?
„Je krijgt bijna direct iemand aan de lijn. Heel af en toe krijg je een
bandje waarop iemand zegt dat de lijn in gesprek is."
Zien jullie nog steeds een toename in het aantal telefoontjes?
„Ja. Het afgelopen jaar hadden we een recordaantal telefoontjes:
11.378. Het merendeel van de bellers pakt de telefoon uit een-
j zaamheid. Dan willen ze gewoon even een menselijke stem horen,
r Wij verklaren dat door het toegenomen individualisme. En dat zal
3 nog wel verder toenemen. In die zin denk ik dat het aantal tele-
foontjes dat wij krijgen ook nog wel zal toenemen."
Hoe komt het dat een telefonische hulpdienst schijnbaar geen
'concurrentie' ondervindt van een medium als internet? Er zijn
toch talloze chatboxen?
„Internet speelt een grote rol. Chatten is erbij gekomen, maar de
telefoon blijft. Dat menselijke gesprek tussen twee mensen blijft
bestaan."
tekst: Erna Straatsma
foto: Ron Pichel
UIT DE ARCHIEVEN
ANNO 1903, Vrijdag 12 juni
DE STAATSGREEP IN SERVIË - Zoó eensklaps en onverwacht is men
hier in West-Europa overvallen door de tijding van de ontzettende ge
beurtenissen te Belgrado, dat men er nog een weinig van duizelt. De
Serviërs vlaggen en illumineeren, terwijl hun regeering, van koning tot
eersten en laatsten minister, vermoord in het koninklijk paleis ligt! Het
is voor ons westerlingen, die ontgroeid zijn aan dergelijke parktijken,
moeilijk om het zich maar eenigszins te kunnen indenken.
Bij het ochtendgloren wist de bevolking wat voorgevallen was. Nergens
waren treurige gezichten, alles was vroolijk. De nationale kleuren wer
den aan alle huizen ontplooid.
Een te Brussel geïnterviewd diplomaat heeft de volgende verklaring af
gelegd: "Ik ben niet buitengewoon verrast door het gebeurde. Koning
Alexander had zich on
mogelijk gemaakt. Dit is
het noodlottig gevolg van
zijn huwelijk met Draga.
Ik verwachtte deze ge
beurtenis sedert zijn hu
welijk. Deze deerne
heeft, Koningin gewor
den, alles gedaan om
den haat van de hofhou
ding zoowel als die van
het volk op te wekken.
Ons vaderland is hier
door van een zware zorg
ontheven."
ANNO 1978,
maandag 12 juni
LEIDEN - Een felle uit
slaande brand heeft in
de nacht van zaterdag
op zondag onherstelba
re schade aangericht
aan de panden Koning
straat 39 en 39a. Het be
jaarde echtpaar Sloos,
dat op de zolderverdie
ping lag te slapen, kon
nog net op tijd worden
gewekt door voorbijgan
gers.
Foto: archief
Leidsch Dagblad
Foto's in deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na
plaatsing 2,50 (voor een exemplaar van 13 bij 18 in zwart wit) over te maken op
gironummer 57055 Ln.v. Dagbladuitgeverij Damiate b.v. Postbus 507, 2003 PA
Haarlem, onder vermelding van Leidsch Dagblad, ANNO «Ld.(datum van
plaatsing) of door contante betaling aan de balie van het Leidsch Dagblad,
Rooseveltstraat 82 te Leiden. U krijgt de foto binnen drie weken thuisgestuurd.
COLOFON
Leidsch Dagblad
Directie: B.M. Essenberg, C.P. Arnold
W.MJ. Bouterse (adjunct)
E-mail: directie@damiatehdc.nl
Hoofdredactie: Jan Geert Majoor, Kees van
der Malen, Léon Klein Schiphorst (adjunct)
E-mail: redactie.ld@damiate.hdc.nl
HOOFDKANTOOR
Rooseveltstraat 82, Leiden, tel. 071-5 356 356
Postadres: Postbus 54,2300 AB Leiden.
Redactie fax 071-5 356 415
Advertentie fax 071-5 323 508
Familieberichten fax 023-515° 567
ADVERTENTIES
071-5 356300
Sprinters (rubrieksadv): 072-519 6868
ABONNEESERVICE
071-5128 030
E-mail: abonneeservice@hdc.nl
ABONNEMENTEN
Bij vooruitbetaling (acceptgiro)
p/m €19,60 (alleen aut. ine)
p/kw €55,00 p/j €210,60
Abonnees die ons een machtiging verstrekken
tot het automatisch afschrijven van het
abonnementsgeld ontvangen €0,50 korting
per betaling.
VERZENDING PER POST
Voor abonnementen die per post (binnenland)
worden verzonden geldt een toeslag van €0,50
aan portokosten per verschijndag.
GEEN KRANT ONTVANGEN?
Voor nabezorging: 071-5128 030
ma t/m vr: 18-19.30 uur, za: 10-13 uur
AUTEURSRECHTEN
Alle auteursrechten en databankrechten ten
aanzien van (de inhoud van) deze uitgave
worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze
rechten berusten bij HDC Uitgeverij Zuid BV
c.q. de betreffende auteur.
HDC Uitgeverij Zuid BV, 2003
De publicatierechten van werken van
beeldende kunstenaars aangesloten bij een
CISAC-organisatie zijn geregeld met Stichting
Beeldrecht te Amstelveen.
HDC Uitgeverij Zuid BV is belast met de
verwerking van gegevens van abonnees van
dit dagblad. Deze gegevens kunnen tevens
worden gebruikt om gerichte informatie over
voordeelaanbiedingen te geven, zowel door
onszelf als door derden. Heeft u hier bezwaar
tegen, dan kunt u dat schriftelijk laten weten
aan HDC Uitgeverij Zuid BV, Afdeling
Lezersservice, postbus 507.2003 PA Haarlem.
MIDDEN IN DE SARS
SPef
bale
ddc
de S
«en-
enk
aid\
„Ik zit midden in de SARS", mailde de
uit Leiden afkomstige Louis Hoogen-
doorn (40) vanuit Shanghai naar deze
krant. Vanaf vandaag bericht hij af en
toe over het leven te midden van
SARS. Hoogendoorn is geboren in Lei
den en verhuisde op twaalfjarige leef
tijd naar Oegstgeest. In Leiden stu
deerde hij Nederlands. Vanaf 1994 zit
hij in China. Hij is getrouwd met de
Chinese Guoyu Zu. Ze hebben een
zoon van twee: Jimmy. Hoogendoorn
werkt voor een bedrijf dat in oud pa
pier en plastic handelt.
Onze man in het zuiden van China
belt: 'De vierde dag zonder SARS-
geval hier in Guangzhou. Ik heb je
net twee T-shirts toegestuurd. Ze
worden hier al door sommige bui
tenlanders gedragen. Wat erop
staat? I survived the SARS-virus.'
De SARS-geluiden worden optimis
tischer. Het lijkt erop dat China het
virus in de grote steden onder con
trole krijgt, maar veel Chinezen dra
gen nog steeds mondkapjes. Dat
doe ik ook, op plaatsen waar het
druk is. En de hele dag doe ik bijna
niks anders dan m'n handen was
sen. Waar ik vroeger alleen in de rij
stond bij de supermarkt, sta ik nu in
de rij bij de kraan. Handenwassen is
dé hygiënemaatregel tegen SARS.
Maar de grote onrust is voorlopig
wel zo'n beetje voorbij. Winkelcen
tra, hotels, bioscopen en restaurants
waren lange tijd uitgestorven. Geen
klant kwam nog op onze kantoren.
We hebben nog een collega in Beij
ing een tijdje naar huis gestuurd
omdat er in zijn flat mogelijk een
SARS-geval was.
Iedereen heeft wel een SARS-ver-
haal. Een collega van mijn vrouw
Guoyu zat in een vliegtuig vanuit
Beijng waarin ook een SARS-patiënt
meereisde. Althans, dat dacht men.
Uit voorzorg moest hij veertien da
gen in quarantaine. En de ouders
van Guyo waren eind april in Beij
ing voor een korte vakantie. Toen ze
alle geruchten over SARS hoorden,
zijn ze maar snel op de trein terug
gestapt. Bleek in dezelfde trein een
SARS-patiënt te zitten. Hoorden ze
later.
Ik blijf mooi in Shanghai zitten. Ik
mijd onze kantoren elders. Want als
ik toch de Shanghai-regio verlaat,
moet ik bij terugkeer veertien dagen
in quarantaine. Dat is wel vrijwillig,
maar als ik dat niet doe, maak ik
kans te worden aangeklaagd. Ik blijf
dus in de regio Shanghai. Kan ik
mijn zoon Jimmy tenminste weer
naar de kleuterschool brengen. Uit
voorzorg hadden we hem daar een
paar weken afgehaald. Dat deden
bijna alle ouders. De scholen waren
zo goed als leeg. In het park waar
we wonen was het des te drukker
met al die kinderen die 'vrij' had
den.
In de ziekenhuizen is de angst voor
SARS nog erg groot. Veel besmette
patiënten werkten in het zieken
huis. In ziekenhuizen komen een
hoop mensen omdat er geen huis
artsen in China zijn. Als je wat hebt,
moet je daar naartoe. Gisteren
moest ik er zelf zijn voor een a
fïetje. De zuster die mij verwelk
de zag eruit als een buitenaards
zen. Ze was volledig ingepakt n
beschermende kleding. Eerst u
m'n temperatuur opgemeten. I
na moest ik een uitgebreid fora
lier invullen met vragen over S
Ik hoefde gelukkig niet
naar de koortskliniek,
de speciale afdeling
voor mensen met
koortsverschijnse
len om op SARS te
worden gecheckt.
Ik was buiten
gewoon blij
dat ik na een
kwartier weer
gezond en wel
buiten stond.
Boek 'door alle genres heen' van Leidse hoogleraar Van Gunsteren beleeft tweede druk
jelijl
tot
te
rdvoi
Zelfs sterven is een keuze geworden.
Vroeger werden mensen ziek, er was
niets meer aan te doen en dan kwam
het einde vanzelf. Maar
de medische weten
schap kan het leven rek
ken tot op het moment
dat er bewust mee moet
worden gestopt. Wan
neer komt dat moment?
Wie beslist? Wat ge
beurt daarna? De Leidse
hoogleraar Herman van
Gunsteren (62) zoekt
antwoorden in het boek
Stoppen. U kunt het, u
wilt het, u doet het niet.
Gisteren verscheen de
tweede druk.
I N
ONDER
ZOEK
Stoppen is een onder
belicht probleem, vindt
Van Gunsteren. Hoe
vaak zeggen mensen
niet over hun relaties of
hun werk: ik ben er veel
te lang mee doorge
gaan? Kennelijk besef
ten zij wql dat zij moesten breken,
maar slaagden zij er niet in om de
daad bij het woord te voegen. Toen
de Leidse hoogleraar politieke theo
rieën 'stoppen' eenmaal als pro
bleem had herkend, 'zag hij het
overal'. „Neem Soeharto. Iedereen
in Indonesië wist in 1998 dat er een
einde aan zijn regering moest ko
men, maar niemand kon er een ein
de aan maken. Hij werd, vlak voor
dat Habibie hem afloste, zelfs herbe
noemd!"
Langzaam maar zeker rijpte in Van
Gunsterens hoofd het idee om een
boek te schrijven over het 'stop-pro
bleem'. Hij begon er aan tijdens een
vrije studieperiode aan de Australian
National University Research School
in Canberra. Aanvankelijk wilde het
niet erg vlotten. ,,Ik wilde de men
sen helpen. Ik had een soort 'how
to'-zelfhulpboek in gedachten, maar
ik merkte dat dat geen goede vorm
voor me was. Halverwege besloot ik
het helemaal over een andere boeg
te gooien en gewoon de consequen
ties te laten zien van wat er gebeurt
als je niet stopt." Over het resultaat
is hij erg tevreden. „Ik vind het mijn
leukste boek."
Stoppen leest als een kleine encyclo
pedie. In een serie van elf kleine
hoofdstukjes behandelt Van Gunste
ren een groot aantal stopproblemen.
Natuurlijk komt het stoppen met ro
ken aan de orde. Het belangrijkste
probleem hierbij is volgens Van
Nieuwsgierigheid
is de belangrijkste
drijfveer voor de
wetenschap. De
rubriek In
Onderzoek doet
een greep uit de
vele onderwerpen
waar Leidse
onderzoekers zich
in hebben
verdiept. Vandaag:
Herman van
Gunsteren.
Gunsteren dat een roker elke dag
kan besluiten om ermee op te hou
den. „Er is altijd een beter moment
en daardoor is nü nooit het juiste
moment." Het kan mor
gen ook, of in het nieuwe
jaar. Daardoor ontstaat
de paradoxale situatie dat
een roker het niet blijkt te
kunnen, terwijl hij het
makkelijk kan.
Ook het stoppen met een
dictatuur die niemand
meer wil, het stoppen
met een huwelijk dat al
lang op de klippen is ge
lopen, het stoppen met
een ziek bedrijf dat al ja
ren geen winst meer
maakt, het stoppen met
werken en zelfs het stop
pen met leven krijgen al
lemaal een eigen hoofd
stukje.
Een geval apart is de Eer-
ste Wereldoorlog. Al in
het eerste oorlogsjaar
bleek dat beide strijdende
partijen elkaar in een pat
stelling gevangen hiel
den. Iedereen was het er
over eens dat er een snel
einde aan moest komen. De slach
ting ging toch nog vier jaar door.
Zelfs de militaire leiding gaf toe dat
er geen goede argumenten waren
om door te gaan, maar dat ze het
toch deed 'omdat ze niks beters
wist'. Ook de Japanners wisten vanaf
1943 dat ze de oorlog niet konden
winnen, maar er waren twee kern
bommen voor nodig om hem daad
werkelijk te beëindigen.
Het tweede deel van het boek heeft
Van Gunsteren gewijd aan een zoek
tocht naar'manieren om stopproces
sen te verbeteren. Radicaal breken is
niet de beste manier, vindt hij. „Het
breken, het stoppen blijft je leven
overheersen", zegt hij. „Je doet iets
niet meer, maar er is geen ruimte
voor iets nieuws."
Een voorbeeld daarvan is rouw na
de dood van een geliefde. Het
hele leven staat in het teken
van die ene, die er niet
meer is. Het oude
leven gaat door,
ren dat noemt. De rouw moet eens
eindigen, de herinnering moet een
erfenis worden, een onderdeel van
het grotere geheel van iemands per
soonlijkheid. Ook het stoppen moet
ooit stoppen.
Zelf, zo geeft hij toe in een diep per
soonlijk hoofdstuk, is Van Gunsteren
niet zo goed in stoppen. Hij noemt
zichzelf een 'neezegger', 'iemand die
doorgaat met een minteken ervoor'.
„Relaties beëindig ik ineens en voor
goed. Op een afbreken kom ik nooit
meer terug." Dat onvermogen om
een stopproces tot een goed eind te
brengen, heeft soms verdrietige ge
volgen gehad. „Toen de kinde
ren van school waren en
zelfstandig zouden moe
ten wonen, zette ik,
zonder ze te raadple
gen, met een
zucht van ver
lichting de
kerk te
koop." Dat
hij daarmee
zijn kinderen
abrupt af
sneed van
hun ouder
lijk huis, dat
gevestigd
was in
een
Oegst-
geests
kerkje
met
een rie
ten dak,
reali
seerde hij
zich later
pas. „Sinds
dien vermijdt
mijn oudste
zoon alle con
tact."
Met zijn
werk heeft Van Gunsteren op haast
identieke manier gebroken. Vorig
jaar juni stuurde hij het College van
Bestuur van de universiteit een boze
brief, waarin hij een werkstaking
aankondigde uit woede over de
voortdurende bezuinigingen op zijn
zeer succesvolle opleiding politico
logie. Zo snel ging het echter niet.
Pas per 1 juli is hij officieel uit
dienst. Maar ook nu blijkt dat stop
pen moeilijker is dan hij dacht, want
per 1 september gaat hij toch weer
werkcolleges geven in het Pieter de
la Courtgebouw aan de Leidse
Wassenaarse-
weg.
Hoe
moet
1 het
dan wel? Van Gunsteren beple llyei
nieuwe rituelen, die de overgai a*ari
het oude naar het nieuwe mot sPe
bespoedigen. De Waarheidsco v^.r
sie in Zuid-Afrika ziet hij als zo F?
nieuw ritueel, dat kan helpen l° ei
een einde te maken aan een d( 11
weid en misdaad verziekte san 'cne
ving. De Waarheidscommissie r?°/l
om het verleden af te sluiten e
ruimte te scheppen voor iets n ?er
Maar ook in het persoonlijke li
zijn stoprituelen nodig: een stie
met roken-, met werken-, met e
trouwd zijn-ritueel. Het 'bindf s":
studie-advies' kan een ritueel 1
voor eerstejaarsstudenten om
stoppen. Soms, zegt Van Guns
kan 'een derde' de helpende h Doe
bieden. Een arbiter kan orde,
tuur en regels brengen. Stoppf ®rÉ
dan volgens regels gebeuren e !n*lu
derde kan erop toezien dat dit 1
den gevolgd. Bij bedrijven is d sver
tor de derde, bij echtscheidi sPe
soms de advocaat. In het a le"~
tussen Israël en de Palestijl exH
zal het de Amerikaanse pr
dent moeten zijn. leZp
Van Gunsterens boek ver
vorig jaar in alle stilte. „H
een boek door de genres! )an§
zegt hij. „Recensenten \vi
niet wat ze er mee aan mt reT
Ook de boekhandels wetel0'
niet. Ze zetten het bij de zi
hulpboeken, bij de esote
toch maar bij politieke
tenschappen." Als gev
de ongrijpbaarheid is hi
na niet besproken. Niett(
hebben de lezers Stoppen g
den en beleeft het door mon
mondreclame een tweede di
Leidse hoogleraar is er blij ra wor
want diep, diep in zijn hart w 'Q
de mensen toch graag helpen. J
Wilfred Simons
Herman van Guinsteren is zelf niet zo goed in stoppen. „Ik ben een 'neezegger'. Relaties beëindig ik ineens en voorgoed." Foto: George Verberne
Achteraf gezien was het
misschien niet de beste
binnenkomer. Aan de
andere kant kan de Hille-
gommer er nu wel zeker
van zijn dat hij bij zijn
toenmalige schoonfami
lie een onuitwisbare in
druk heeft achtergelaten.
De bedreigingen met de
dood, vechtpartijen en
vernielingen die hij als
het ex-vriendje van hun
dochter heeft veroor
zaakt zullen ze waar
schijnlijk niet snel verge
ten.
Zelf vindt hij dat het
meisje nooit hun relatie
had moeten verbreken
én tegelijkertijd contact
met hem had willen hou
den. Aan de hand van die
dubbele signalen kon hij
toch moeilijk weten dat
hij uit haar buurt moest
blijven. „Ik had haar
huissleutel gewoon nog",
vertelt de Hillegommer
verongelijkt in de rechts
zaal. „Ik ben die avond
dus niet het huis binnen
gedrongen zoals u zegt."
Dat het meisje bij zijn
binnenkomst in haar ou
derlijk huis schrikt en
hem wegstuurt, is voor
de jongeman op dat mo
ment nog geen reden om
aan te nemen dat hij niet
gewenst is. „Ze kwam
ook wel eens zomaar bij
mij langs. Het was een
spel dat we speelden",
legt de verdachte uit. Pas
als de politie is gebeld en
de ouders van het meisje
hem de deur uit probe
ren te werken, valt bij de
Hillegommer het kwartje.
Zijn ex-vriendin is het
'spelletjes spelen' beu en
hem ook.
Het onvriendelijke wel
kom van zijn oud-gelief
de en haar familieleden
krenkt de jongen tot op
het bot. Hij besluit zich
niet zomaar uit het leven
van zijn ex te laten ban
nen en roept dreigend
dat hij een kogel door het
hoofd van haar moeder
en diens vriend zal schie
ten als het meisje niet
aardiger tegen hem gaat
doen. Op dat moment
grijpt de stiefvader in. Al
vechtend weet de man
de Hillegommer op straat
te zetten, maar hij is
daarmee nog niet van de
agressor af. Eenmaal bui
ten slaat de jongen uit
woede met zijn elleboog
de keukenruit in. Vier po
litieagenten moeten er
uiteindelijk aan te pas
komen om de Hillegom
mer af te voeren.
„Als u terugkijkt op die
avond, wie is er dan be
gonnen?", wil de rechter
weten. „Ikzelf', ant
woordt de jongen eerlijk,
terwijl hij stoer de kraag
van zijn jack overeind
zet. „Ik weet niet zo goed
wat ik er over kan zeg
gen. Ik had niet veel ge
dronken of gebruikt,
maar misschien was het
dan toch de alcohol." De
rechter kijkt bezorgd: „U
gebruikt vanaf uw twaalf
de al cannabis en alcohol
en u slikt xtc-pillen en
experimenteert met pad
do's en speed", leest hij
uit het reclasseringsver-
slagvoor. „Daarnaast
nam u ieder weekend co
caïne." De verdachte
knikt: „Ja, maar daar ben
ik allemaal mee gestopt.
Ik rook nu alleen nog af
en toe een blowtje."
De reclassering raadt als
leerstraf de training
agressiebeheersing aan,
houdt de rechter hem
voor. „U bent redelijk uit
uw dak gegaan. Dus een
beetje agressiebeheer
sing kan geen kwaad.
Daarnaast zou het goed
zijn als u zich inhoudt bij
het gebruik van versla
vende middelen. U ziet
nu wat er van komt."
Volgens de officier van
justitie weegt de bedrei
ging met de dood het
zwaarst van alle feiten.
„Zeker omdat de slacht
offers al eerder van hun
dochter hadden gehoord
dat u makkelijk aan pis
tolen kan komen. Is dat
zo?" Het blijft doodstil in
de rechtszaal. Na onge
makkelijk heen en weer
gedraai op zijn stoel,
geeft de Hillegommer
toe. „Ja, als ik wil kan ik
daar wel aan komen."
„Bent u nu in bezit van
een pistool?", vraagt de
officier met een strak ge
zicht. „Nee", antwoordt
de jongen direct. „Ik had
er vier jaar geleden wel
een toen ik me nog met
drugstransporten bezig
hield." De Hillegommer
is voor deze transporten
door de kinderrechter
veroordeeld, zo bl
zijn strafblad.
Vandaag hoort hij
de training agressi
heersing een taaks
van 125 uur tegen
eisen en een maai B
voorwaardelijke gi e
nisstraf met een p ij?
van twee jaar. Dei
vindt de eis alleszi gfö
delijk en neemt hf
over: „Gelukkig be
nog jong en heeft 1T
mogelijkheden gei
om het tij te keren
is de Hillegommei
ook zeker van plai ff:
begint binnenkort
een nieuwe opleii ■ïf -
Daarnaast hoopt 1
over te houden vo
grote liefde. „Wan
weer met haar",
hij trots.
Floor Ligtvoet