»e hongerige godin die gezin heet BOEKEN Lekkere probleemboeken voor pubers Belevenissen op balletschool Boontje in de Bollenstreek >notiserende roman over de teloorgang van een huwelijk op-10 Japan op z'n mooist Bankoverval in de tweede versnelling HOC 144 VRIJDAG 28 MAART 2003 eemd om uitgerekend nu ilische roman te lezen die fer liefde gaat, en hele- t over oorlog en terroris- weede roman van Ze- ilev, 'Man en vrouw', gaat uiteenvallen van een hu- 1 de gevoelens daarbij 1, kind en - vooral - roman recensie Margot Engelen 1 vrouw" door Zeruya Shalev. ng Corrie Zeidler. Uitgeverij Cossee. Prijs: €22,90. en vrouw speelt zich een 'e strijd af tussen twee den die al sinds hun een paar vormen en el- as buitengewoon ver zijn. Elk zwak plekje ïitgebeend, vooral die man doordat het per bij de vrouw ligt. Keer- hun (liefdes) leven was eurtenis acht jaar gele- n de vader zijn peuter je uit zijn handen liet val- het balkon. Een toeval len emmer water redde en, maar voor hun rela- het incident, heel slui- ?sastreuze gevolgen, ijd had de vrouw, Naa- nog net niet overspelige met een andere man, ze betrapt werd door iitgenoot. Was Oedi, de van streek of slap FICTIE ludewijn Büch, lëeim van Eberwein. iderspers, 15,95 lomas Rosenboom, iwe man. 18,95 cci Gerrard, ïrstroom. 17,50 P.Th., 0 Tapes. €34,90 ludewijn Büch, ie blonde dood. (iderspers,15,95 aden, een .jrhaal. Bij, 19,90 _jm Grisham, pna, 19,95 dith Koelemeijer, ijgen van lachea. j 17,50 in Clancy, Ie gevaar. 22,50 1 Gabriel Garcia Mar- im het te vertellen. hoff, 24,50 jenaar Dick Matena te op minutieuze wij- ard Reve's Avonden. jer nieuw; Judith Koe rs Zaanse familiege- nis, plus de nieuwste fan Tim Clancy. ;entoptien wordt we- amengesteld op basis coopcijfers van Athe- Boekhandel en H. de oeken in Haarlem, adel Kooyker in Lei- lantage Boekhandel in Hilversum, idel Los in Bussum handel De Ark in Al- van jaloezie toen hij zijn doch tertje Noga liet vallen? Schuld gevoelens alom, in hun verdere leven. Waar iedereen, ook het kind, hevig onder lijdt. De roman speelt zich voor een deel af in bed, vroeger het toneel van tederheid en hartstocht, te genwoordig slechts nog slaap plaats en de plek waar Oedi zich terugtrekt. Als hij op een mor gen wakker wordt kan hij plot seling zijn benen niet meer be wegen. Dat gaat even plotseling weer over, maar vervolgens is hij blind. En daarna kan hij opeens geen adem meer halen - de art sen in het ziekenhuis spreken van een 'conversieneurose' en adviseren hem een psychiater te raadplegen. Bij een conversie neurose vertoont een patiënt li chamelijke kwalen die in feite veroorzaakt worden door psy chische problemen. Deze con clusie maakt Oedi er niet be minnelijker op. Genadeloos analyseert Naama de woedeuit barstingen en dwarse stiltes van Oedi, zijn onhebbelijkheden en vijandigheid. Maar er is ook veel verdriet en wanhoop om het leven van melk en honing dat ze kwijtge raakt zijn. Wat zou er gebeurd zijn als Oedi na het incident niet had besloten het werk aan zijn proefschrift te staken en reislei der te worden? Als Naama, zoals ze zelf graag wilde, na het inci dent voor de tweede keer zwan ger was geraakt? Aan hun hatelijke leven veran dert veel wanneer ze in contact komen met een jonge vrouw die een heel jonge baby heeft (zij wel) en hen Tibetaanse wijshe den aanleert. Ziekte en lijden betekenen een nieuwe kans, al leen door lijden kan een mens veranderen en dus is lijden een zegen. Oedi besluit spontaan te vertrekken, waarna moeder en kind hevig verdrietig achterblij ven. Naama verdenkt hem ervan zijn intrek te hebben genomen bij de jonge vrouw en haar ba by, en kan haar woede en ver driet nauwelijks verkroppen. Haar collega's juichen zijn ver trek juist toe, de vrouwen die met Naama werken in een op vanghuis voor zwangere meisjes hebben Oedi nooit wat gevon den, omdat hij haar ontplooiing en onafhankelijkheid in de weg gestaan zou hebben. Maar Naa ma geniet allesbehalve van haar nieuwe vrijheid, evenmin als van haar seksuele uitspatting met een wildvreemde man, nota bene de minnaar van een van de zwangere meisjes in het te huis. Ze functioneert slecht op haar werk, verliest het contact met haar wrokkige dochtertje, en gaat bijna ten onder aan haar leed. De lezer wordt hierin voor treffelijk meegesleurd. Man en vrouw is een verschrik kelijk verdrietig boek. In vlot- stromend, associatief proza worden we deelgenoot gemaakt van hevig individueel lijden waarvoor geen verstoppen mo gelijk is. De emoties komen als in een stream-of-consciousness op ons af, waarbij de schrijfster niet alleen in de lange zinnen het perspectief laat verspringen, maar zelfs heel het register, van alledaags-geëmotioneerd tot Bijbels-dreigend. Het is een schrijnend boek, Man Scène uit de comedy-serie 'Toen was geluk nog heel gewoon.' Archieffoto: GPD en vrouw, maar net als in haar eerste, Liefdesleven, gloort er aan het einde enige hoop. De harde les die Naama leert en die haar wijzer maakt is dat eens mens zich niet aan een ander ondergeschikt moet maken. Oe di moet niet 'in de schaduw van haar boosheid' leven, in de 'ge vangenis van schuldgevoelens'; en Naama moet zich proberen los te maken van 'die hongerige godin die gezin heet'. Alleen wie zelf gelukkig is kan een ander gelukkig maken. 'Het is niet de leegte die Oedi heeft achtergelaten, maar de leegte die ikzelf in mijn leven heb gebracht, toen we beiden heel jong waren heb ik voor hém gekozen en niet voor mij zelf, ik heb hem gekozen om mijn krachten aan te verdoen, me van mijn eigen bestaan af te Wenden, van alles wat levend en smekend in mij begraven ligt.' De boodschap is duidelijk, maar ligt gelukkig goed weggeborgen in prachtig meeslepend, haast hypnotiserend proza. roman recensie Nico de Boer 'Plectrude' door Amélie Nothomb. Vertaling Marijke Arijs. Uitgeverij Manteau/De Bezige Bij. Prijs: €15,90. Van de Belgische bestseller schrijfster Amélie Nothomb (Brussel, 1967) wordt wel gezegd dat ze publiceert alsof de duivel haar op de hielen zit. Ze schreef in betrekkelijk korte tijd dan ook een hele serie boeken, korte, compacte romans die vaak nau welijks de lengte van een flinke novelle overschrijden. Haar nieuwe roman Plectrude gaat over een danseresje dat in een zwart sprookje verzeild raakt. Amélie Nothomb staat bekend als een durfal in de Franse lette ren, waarbij ze dikwijls in één adem wordt genoemd met Mi chel Houellebecq en Cathérine Millet. Ze wil grenzen verleggen, de hoogmoedige mens een spie gel voorhouden. Haar verhalen hebben meestal een inventieve plot die op vernuftige wijze wordt afgehandeld. In No- thombs nieuwe boek valt het met dat gewaagde, perverse en shockerende trouwens reuze mee, of tegen. Haar nieuwe ro man is onderhoudend en beves tigt vooral haar meesterschap. Hoofdpersoon is de mooie Plec trude, een wees met een onmo gelijke naam: 'Als je Plectrude heet, zijn er twee mogelijkhe den: of je bent lelijk en dan ac centueert die naam je lelijkheid, of je bent mooi en dan doen on gewone klanken je schoonheid veel beter uitkomen.' Het ver haal begint onheilspellend. Plectrudes moeder vermoordt haar man en pleegt in de gevan genis zelfmoord. Het meisje groeit liefdevol op bij haar tante en oom, die haar opvoeden als of het hun eigen kind is. Ze is zowel een begaafd als een pret tig geschift kind, dat als veelbe lovend danseresje wordt be wonderd maar als zwakke leer ling door klasgenootjes wordt geminacht. Haar stiefmoeder is buitenge woon trots als ze wordt toegela ten tot de balletschool van de Parijse Opera, waar ze een Spar taanse opleiding geniet: 'Bij het opstaan verlangde Plectrude al naar het slapengaan. Het was zo verrukkelijk om haar gerad braakte ledematen neer te vlijen op bed en daar een hele nacht te blijven liggen, dat ze aan niets anders meer kon denken.' Mooi en scherp schrijft No thomb over de tucht waaronder de toekomstige prima balleri na's lijden. Voor een 'perfect fi guur' hongeren de meisjes zich 'slank', alsof ze aan anorexia of boulimia lijden. Daarin gaat Plectrude zo ver dat de gevolgen rampzalig zijn. Plectrude wordt Het Groninger Museum toonde zomer 2000 een overzicht van Japans porcelein, ter gelegenheid van 400 jaar Japans-Nederlandse betrekkingen. De ca talogus van de tentoonstelling was helaas niet op tijd klaar, waarop de organisatie besloot zich toe te leggen op een veel uitgebreider overzichtswerk. Te recht, kunnen we nu zeggen. 'Fine Curious' (Hotei Publishing, €149,75) is een boek om je vingers bij af te likken. De samenstellers hebben toegang gekre gen tot allerlei particuliere collecties en doen daar naast uitvoerig de zeventiende- en achttiende- eeuwse handelsbetrekkingen uit de doeken. Voor de wat steviger salontafel. Foto's uitgesproken boek roman recensie Wim Vogel 'Zwarte ogen' door Ernst Timmer. Uitgeverij Bert Bakker. Prijs: €24,95. Een eerbetoon, zo kun je Zwarte ogen, de derde roman van Ernst Timmer noemen. Een eerbe toon aan Louis Paul Boon die zoveel compassie met zijn Vlaamse lotgenoten in zijn oeu vre etaleerde. Compassie met de zogenaamde eenvoudigen van geest, met schoonheid die be zwadderd raakt, met idealen die vergrijzen in de banaliteit van het dagelijks geploeter. Voor kenners van Boons werk dient Zwarte ogen zich aan als een feestelijke herkenning. De hoofdpersonen heten niet voor niets Louis en Maya Undine, wier tweede naam natuurlijk verwijst naar Ondine, Boons kleine heldin uit De Kapellekens- baan. De vader van Louis houdt zich zijn leven lang bezig met het achterhalen van het geheim van Boons creativiteit. Als hij voortijdig overlijdt, begint zijn vrouw Eva een uitvaartbedrijf dat zij De Paradijsvogel noemt. Zelfs de vergeten mensen uit Boons Vergeten Straat komen een hoofdstuk lang weer tot le ven en staan met hun Vlaamse namen en tongval haaks op de nuchterheid van de bollenboe- ren tussen De Zilk en Noordwij- kerhout, het domein van Zwarte Ogen. En dan die gefrustreerde levens van de kleine luiden op de geestgronden, al die wereld- bestormende idealen waarvan in vrijwel alle gevallen slechts verbittering en ontgoocheling resteren! Het is die fatalistische levensfilosofie die ook de grond toon vormt van Timmers ro man. Kortom, aan zijn bouw materiaal mankeert weinig. Maar verder gaat de vergelijking met Louis Boon Paul behoorlijk mank. Timmer struikelt enigszins over ERNST TIMMER ZWARTE OGEN; Boons veelgeprezen spie- gelstructuur: de ingenieuze sa menhang tussen schijnbaar los se fragmenten. Timmer past eenzelfde techniek toe. Zo laat hij Maya, het door een Noord- wijkerhoutse bollenfamilie ge adopteerde Colombiaanse meisje terugkeren naar haar land, op zoek, natuurlijk, naar haar wortels. Maar hij laat haar daar ook nog even ontvoeren door guerril lero's, laat haar verkrachten door haar 'bevrijders', laat haar jaren werken in vluchtelingen kampen en al die ervaringen lij ken nauwelijks invloed te heb ben op Maya's ideaal een red dende engel te willen zijn. Ook haar samenleven met de bizarre pottenbakker Hildebrand in Enkhuizen is niet echt noodza kelijk voor de dramatische lijn van deze roman. Dit laatste geldt ook voor zijn uitvoerige beschrijvingen van het uitvaart wezen. De echte hoofdpersoon is Louis met zijn mooie zwarte ogen, zijn passie voor Stratego, zijn gehei- DE LEESTAFEL >ke Heijkoop |>riek De Leestafel wordt 5 een ander genre boe- fcndeld. Deze week de re- gst kinderboeken voor jar en ouder. 'problemen' doen *°°tgaans goed onder pu- (ugs, seks, echtscheidin gen, vervelende ouders, in liefde en vriend kan het zo voor de jend niet bedenken of een schrijver (m/v) die heeft gestort. Van dat >rt 'pesten' waarschijn- it. In Valsspeler van ;e schrijver Koen (Davidsfonds Infodok, €14,95) zijn de rollen lekker dui delijk. Hoofdpersoon in Vals speler is Jens. Hij is verliefd op de mooie Hella en dat is min of meer wederzijds. Pestkop Stan heeft echter ook zijn oog op haar laten vallen. Jens wordt dus al snel het mikpunt van de ter reur van Stan en zijn bende. Hella laat het zich lekker aanleu nen en met haar vele anderen die al lang blij zijn dat ze zelf buiten schot blijven. Intussen bedient Stan zich van steeds grover geweld om te krijgen wat hij wil. Pas wanneer Jens van school dreigt te worden ge stuurd om iets wat Stan gedaan heeft, keert het tij. Al is het ver haal flinterdun, Valsspeler leest makkelijk weg en roept onder de jongere lezers vast herkenning op. Van een iets ander allooi, maar ook lekker, is Dansen in je niksie van Louise Rennison (voor Gottmer uit het Engels vertaald door Esther Ottens, 12,00). Het is het vierde boek in de serie 'bekentenissen van Ge orgia Nicolson'. De vergelijking met Bridget Jones dringt zich onmiddellijk op bij lezing van de boeken over de maffe Geor gia. In dagboekvorm reflecteert de tiener op elke stap die ze doet en alles wat ze ziet, eet, denkt en zegt. Het resultaat is een even hila risch als fragmentarisch verhaal over gedoe met vriendinnen, ouders, leerkrachten, vriendjes en (het verlangen naar) seks. Een rode draad is nauwelijks te ontdekken; het verhaal hangt aan elkaar van de bijnamen, half afgemaakte omschrijvingen en warrige gedachtenkronkels. De enige manier om erachter te ko men waar Dansen in je niksie over gaat, is om het boek te le zen. (Eerdere delen: Tijgers, tanga's en tongzoenen, Kiwi's, kanjers en giga-onderbroeken en Neefjes, nymfo's en noenga- noenga's. De bij Gottmer ondergebrachte uitgever Jenny de Jonge heeft met het boek Saffy's engel 13,75) een pareltje op de markt gebracht. Hoofdpersoon Saffy - een afkorting van Saffraan - ontdekt op een dag dat haar ou ders in werkelijkheid haar tante en oom zijn, die haai' in hun ge zin opnamen na de dood van Saffy's moeder. Met haar woon de zij de eerste drie jaar van haar leven in het Italiaanse Sie na. Het was haar grootvader die Saffy naar Nederland bracht. Als opa sterft, blijkt hij Saffy een bij zondere erfenis te hebben nage laten: de stenen engel uit de tuin van Saffy's geboortehuis. Saffy besluit de engel te gaan zoeken. Het verhaal is fantastisch origi neel, maar niet zo vergezocht dat het ongeloofwaardig wordt. Dat heeft vooral te maken met de rechtstreekse manier van schrijven van auteur Hilary McKay. Zonder opsmuk be schrijft zij het chaotische leven van het gezin waarin Saffy op groeit. Met een schilderende (stiefmoeder die zich het liefst opsluit in haar schuur, en een (stiefvader die door de week de artistiekeling uithangt in Lon den. Moeder Eva houdt er een stiel van opvoeden op na die be wondering oogst, maar voor de gemiddelde ouder waarschijn lijk onnavolgbaar is. Zij is er stellig van overtuigd dat kinde ren alleen door eigen ondervin ding leren èn ze brengt die over tuiging dagelijks in de praktijk. Dus als broer Indigo zijn hoog tevrees denkt te bedwingen door met lakens uit het hoogste raam te klauteren, dan laat zij hem-begaan. En als Caddy met haar kersverse rijbewijs in een geleende auto naar Wales wil tuffen met haar broer en zus, dan zwaait ze hen uit, al is haar hart vol angst. Zo is Saffy's en gel een boek dat bol staat van initiatief en naïeve vastberaden heid. Een verhaal vol humor, maar met een ietwat droevige ondertoon. Dat is pas lekker le zen. gaandeweg beheerst door een anorectische dwanggedachte: voor de talentvolle danseres be staan er nog maar twee soorten mensen, zij die meer en zij die minder dan veertig kilo wegen. Nothomb heeft een elegante, onderkoelde schrijfstijl, met sterke, filmische dialogen. Tref zeker beschrijft ze de kunst van het vliegen, want 'de graal van het ballet is vliegen': 'Eigenlijk is het gedoe aan de barre zoiets als de vliegles die jonge vogeltjes in het nest krijgen: ze leren hun vleugeltjes uitslaan alvorens ze echt te gebruiken.' Nothomb strooit rijkelijk met metaforen. Verstikkende, gruwelijke ge beurtenissen weet ze bijna laco niek en achteloos te beschrijven, zoals de surrealistische scène waarin Plectrude zich onder een dikke sneeuwwade bijna dood laat vriezen. Het boek kent meer verontrustende en schrijnende fragmenten, zonder dat het ver haal zelf echt verontrust. Nothomb zit haar hoofdpersoon dicht op de huid. Knap weet ze haar te karakteriseren. Bij de an dere personages lukt dat niet al tijd. Zo komt de (boze) stief moeder, die Plectrude eerst als een prinsesje op handen draagt en vervolgens hardvochtig laat vallen als de grote droom uit eenspat, minder goed uit de verf. Speels is weer de wijze waarop de schrijfster zich op het eind zelf nog even in het verhaal smokkelt, waarbij ze suggereert dat Plectrude haar levensverhaal aan de schrijfster heeft gedic teerd. Ergens vraagt Roselyne, Plectru des vriendin en beschermengel, zich af: 'Waarom loopt het altijd slecht af?' Plectrude antwoordt: 'Omdat het dan veel mooier is.' Toch kent dit bitterzoete sprookje dankzij de liefde een happy end. me liefde voor kleine kinderen, zijn licht autistische inslag, zijn zoektocht naar troost die hij vindt bij Maya die hem op haar zestiende meeneemt naar het naaktstrand. Het is deze 'Prins Pedo', met wie zijn dorpsgeno ten in het post-Dutroux tijdperk wel even willen afrekenen, die, gelukkig, weinig verliest van zijn nauwelijks te doorgronden raadselachtigheid. Waar Timmer de confrontatie echt verliest, is als we zijn stijl en verteltechniek vergelijken met die van Boon. De eerste honderd bladzijden zijn nog suggestief en vol verwachting geschreven. In de ruim twee honderd die volgen, legt de au teur helaas vooral uit en ver klaart hij omstandig in veelal knullige en cliché-achtige dialo gen en beschrijvingen waar de lezer, in ieder geval deze, liever zelf achter was gekomen. Timmer wil met deze roman veel te veel. De problematiek van adoptiekinderen, het jaren lange geweld in Zuid-Amerika, de drugsproblematiek in Co lombia, de infantilisering van begeleidingsdiensten in onder wijs en zorg, een aanklacht te gen kille uitvaartpraktijken, een ironisering van de modieuze al ternatieven daarvoor, een nuan cering van het huidige harde standpunt inzake pedofilie dat ook in deze roman leidt tot bit tere zelfmoorden. Jammer dat Timmer zich niet heeft weten te beperken. De pedofiele gevoelens van Louis, zijn geheime leven met een graf kistenmaker en daartegenover en daardoorheen de gepassio neerde ontmoetingen met zijn reddende engel Maya: dat had een consistente thematiek opge leverd voor een prachtige ro man. Die roman zit er nu wel in maar wordt overschaduwd door een overvloed aan onbelangrijke motieven, niet ter zake doende personages en een teveel aan thematiek. thriller recensie Arno Ruitenbeek 'De mannen van de maandagochtend' door Rinus Ferdinandusse en Tomas Ross. 1 Uitgeverij De Bezige Bij. Prijs: €19,50. Had ik net genoten van Omwille van de troon, To mas Ross' versie van de Greet Hofmans-affaire die het Koninklijk Huis op zijn grondvesten deed trillen, ligt De mannen van de maandagochtend er al weer. Met good old Rinus Ferdinandusse als co-au teur. Dat had een vreselijk goede thriller kunnen zijn. En de intrige is er ook wel naar. Twee zeventigers, de naar de Verenigde Staten ge- emigreerde drukker Wij nand Alsema en de huur soldaat Wiebe Sybesma, hebben een rekening te vereffenen uit de Tweede Wereldoorlog. Destijds werd hen ten onrechte een miljoenendiefstal in de schoenen geschoven. De werkelijke dader was H. Mooijman, die het later tot adjunct-directeur van de Nederlandsche Bank zou schoppen. Alsema keert terug naar Nederland en samen met Wiebe en Tricia, de doch ter van hun commandant in de verzetsbeweging, be sluit hij de Nederlandsche Bank te beroven. Je kunt het aan Ferdinandusse en Ross overlaten om daar een lekker verhaal van te maken. Wat is dan het probleem? Dat is tweeledig. Het tempo. Het duo heeft dit boek grotendeels op maandagen geschreven en misschien lukte het niet zo. Wellicht is het hun leef tijd, of was de jenever te lekker en de sfeer^pn de Amsterdamse kroeg te goed. Maar god allemachtig, wat een slak kengang. Ligt het wellicht aan het onderwerp? Chris Rippen ging ook al in de tweede versnelling met Een enkel woord over een verzorgingshuis. Dan die dialogen. Die Sy besma is natuurlijk een knoest, maar moet het er zó dik bovenop liggen dat hij een ongelikte beer is? Ongetwijfeld zal Ross roe pen dat ik de humor niet begrepen heb. Het zij zo. Wat mij betreft hadden de heren het met de helft van de ruim 550 pagina's afge kund.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 21