OORLOG IN IRAK 2 Hoe nieuw is de nieuwe wereldorde van Bush? Saddams Fedayin zijn nu echte soldaten geworden Irak heeft geen toekomst meerIrak is allang dood Washington negeert smet vriendjespolitiek Media wellicht onderdeel Amerikaanse krijgslist ederlandse )odhulp aan ak op gang OVbfc M door onze correspondent Ans Bouwmans Washington - Het eerste con tract voor de wederopbouw van Irak is gegaan naar een dochter onderneming van Halliburton, het bedrijf waar vice-president Dick Cheney voor werkte. En dat terwijl tegenstanders van de oorlog toch al denken dat Ope ration Iraqi Freedom alleen maar bedoeld is om olievriend jes van de regeerders in Was hington te verrijken. De Amerikaanse regering nodig de vorige maand in het geheim een select clubje Amerikaanse bedrijven uit om te bieden op contracten voor de wederop bouw van Irak. Europa werd ge negeerd. Deze week zijn de eer ste handtekeningen gezet en Washington doet alsof de smet van vriendjespolitiek niet be staat. Contractant nummer één is Kellogg, Brown Root (KBR), dochteronderneming van Halli burton Co, waar vice-president Cheney tot drie jaar geleden een dik belegde boterham verdien de. Cheney is een van de Irak- haviken in de Amerikaanse re gering. Hij is bovendien een overtuigd unilateralist die gele genheidscoalities propageert en samenwerken via de VN eigen lijk maar hinderlijk vindt. Van 1995 tot 2000 was hij topman van Halliburton. Het Witte Huis wil niks weten van kritische vragen of het wel zo'n goed idee was om het ex- bedrijf van de op een na belang rijkste man in de regering een voorkeursbehandeling te geven. Daarvoor moet je bij de op drachtgevers (USAID en het Ar my Corps of Engineers) zijn, wimpelde woordvoerder Flei scher een lastige journalist af. Feit is dat de aanbesteding van de eerste projecten om schade in Irak te herstellen niet volgens de normale regels is gelopen. Vanwege de 'noodsituatie' - vei- ligheidschecks vanwege 'geclas sificeerde' informatie, en snel heid - is een besloten aanbeste ding gehouden. Er is 900 mil joen dollar uitgetrokken voor de eerste herstelwerkzaamheden aan infrastructuur, nutsvoorzie ningen, scholen en ziekenhui- Slechts vijf Amerikaanse bedrij ven mochten inschrijven: Bech- tel, Louis Berger, Fluor, KBR en The Parsons Corporation, wat tot boze reacties leidde bij hulp organisaties, de VN en de EU. De Britse Europees Commissa ris voor buitenlandse betrekkin gen Chris Patten noemde de plannen 'uitzonderlijk onhan dig". Daarop liet USAID (het Amerikaanse agentschap voor internationale ontwikkeling) we ten dat niet-Amerikaanse bedrij ven als onderaannemers kun nen functioneren en aan latere biedrondes mee kunnen doen. Maandagavond werd bekend dat KBR een contract heeft ge kregen voor het blussen van oliebranden en noodreparaties aan de olie-infrastructuur in Irak. Omdat het nog niet duide lijk is hoe groot de schade zal zijn, valt ook nog niet te zeggen hoe hoog de rekening zal uitval len, aldus het Army Corps of En gineers, de Amerikaanse 'rijks waterstaat', die over de contrac ten voor de Iraakse olie-infra structuur gaat. Maar het valt niet te ontkennen dat de opdracht Halliburton een voorsprong geeft in de jacht op de échte hoofdprijs: het oplap pen van de in de afgelopen ja ren zwaar verwaarloosde olie infrastructuur in Irak. Het zal volgens een recente studie 5 miljard dollar en zo'n anderhalf jaar kosten om de Iraakse olie velden op het niveau van voor 1991 te krijgen. Halliburton was altijd al een topkandidaat voor dat werk, maar heeft nu daad- werkelijk een voet tussen de deur. De aanbesteding heeft geen goede start gehad, schreef de Los Angeles Times gisteren. Het beeld van Amerikaanse bedrij ven met goede banden met het Witte Huis - ook Bush is een 'olieman' - die onderling de buit verdelen, is schadelijk. De over winning van de VS in de regio hangt ook af van de vraag of de VS hun idealen daar weten te verwezenlijken en de vertrou wensbreuk met Europa weten te helen. Jezelf een verdenking van vriendjespolitiek op de hals ha len, helpt daar niet bij. door Martijn Delaere den haag - De oorlog in Irak zien we vanuit alle hoeken en gaten. Het Iraakse leiderschap ziet het Amerikaanse Vijfde Korps razendsnel optrekken naar Bagdad. Alles is klaar voor de strijd met de Medina Divisie van de Republikeinse Garde. Maar wat nu als het Pentagon de media gebruikt voor wat ze niet in beeld brengen? Met an dere woorden: zijn de media onderdeel van een krijgslist? In de media-oorlog zijn de Ira kezen in alle opzichten de 'ont vangende partij'. De media moeten de enorme kracht en snelheid van de Amerikaanse opmars registreren en de steun pilaren van het Iraakse regime duidelijk maken dat verder ver zet geen zin heeft. Maar het ook zo dat de Amerikanen de indruk willen wekken dat de actie zich déér afspeelt, terwijl de actie die de oorlog moet beslissen zich heel ergens anders afspeelt. Daar waar géén camera's zijn. Alle media-aandacht is dezer dagen gericht op twee dingen: de strijd om Basra en Bagdad. We zien de troepen optrekken langs de Eufraat en weten dan ook alles over de effecten van zandstormen. In het zuiden van Irak rijden talloze journalisten rond. Wat er gebeurt in het noorden van Irak weten we niet, we zien alleen wat beelden van de grens tussen het door de Koerden beheerste gebied en Saddams Irak. Uit het westen komen helemaal geen beelden. We weten alleen dat Amerikaan se Special Forces de Iraakse mi litaire complexen annex vlieg velden H2 en H3 hebben inge nomen. We hoeven ook niets ts weten, want het westen is één grote woestijn. Er is niets. Maar wat nou als de Amerikanen dat 'niets' gebruiken als verzamel plaats voor een onverwachte aanval op Bagdad? Als de Irake zen denken dat de Amerikaanse doorstoot naar Bagdad uit het zuiden zal komen, dan zullen ze daar hun kracht concentreren. Maar misschien is een mogelijke aanval op Bagdad uit het westen wel onzin, en willen de Ameri kanen juist dat dit soort verha len wordt geschreven om ervoor te zorgen dat Saddam Hussein juist niet zijn zuidelijke flank versterkt. Of zoals Churchill in 1943 zei: „In oorlogstijd is de waarheid zo kostbaar, dat je ze altijd moet bewaken met een lijfwacht van leugens." rrdam/anp - Vanuit Neder- is de eerste noodhulp voor op gang gekomen. Ook in itio naai zien diverse hulp- nisaties de eerste corridor taan in het zuiden van Irak. En zonder Grenzen in Am- Jam stuurde gisteravond vrachtvliegtuig met onder r medische hulpgoederen Koeweit. a er toegang wordt ver- l gaan deze hulpgoederen in om daar de burgers te en. Een dag eerder stuurde anse broer van AzG, Méde- sans Frontières (MSF), van- imman in Jordanië twee itwagens met 10 ton aan •goederen naar Bagdad, •transport naar Koeweit be- Dmedicijnen, chirurgisch ma- El, voedsel en materialen drinkwatervoorzieningen llie leggen. In Bagdad is nog «internationaal team van werkzaam, net als een in- Uionaal team van het Rode is. Het AzG-team onder in! onder meer de staf van Al-Kindi ziekenhuis in het doosten van de stad. hulporganisatie Mensen in heeft gisteren haar eigen nimmer 667 geopend voor anitaire hulp in Irak. Eerder ide het Rode Kruis al een gi- gnmer. Mensen in Nood wil |dd gebruiken om de vluch ten op het platteland van id-Irak van noodhulp te zien. Volgens de organisatie loor de oorlog honderddui- len Irakezen uit de steden het platteland gevlucht. 'voorbereidingen' op de kXg zette zich eerder al ver- ■dene Nederlandse hulpor- hties zich in voor nood- Zo leverde de Nederlandse ■ling van het Rode Kruis al keer vijfhonderd tenten de zusterorganisatie De t Halve Maan in Jordanië en - .Verder gaven Nederlandse Kruis-medewerkers eerder aar een cursus kampmana- ent en eerstehulptrainingen mensen in Syrië, Turkije en n anië. internationale christelijke Drganisatie World Vision ide vorige week alvast een Hgprtvliegtuig vol hulpgoe- E naar Jordanië. Het ging Bekens. waterzakken, plastic Ren drie Daf-trucks. World Rij distribueert in samen- Hng met Caritas Jordanië en Rordaanse hulporganisatie ■Crescent de goederen aan Echtelingen. iaag/gpd - Het was in de op van de oorlog. Ameri- vliegtuigen wierpen bo- Basra vlugschriften uit. niet veel inwoners hebben »ud op zich kunnen laten l het niets verschenen in ivart geklede, soms gemas- leden van de paramilitaire Saddams Fedayin op en begonnen de pamflet- verbranden. ms Fedayin ('zij die zich iren') laten nog altijd een ing door de Iraakse stra- aan. Hun aanwezigheid is ran de-belangrijkste oorza- ran de bedremmelde ont- it die Amerikanen en Brit- Umm Qasr en Basra ten een onverwachte rol voor geveer 40.000 militieleden, [anisatie werd in 1995 op gericht door Saddam Husseins zoon Uday en vormt een soort 'huishoudelijke dienst' voor het regime, ook bereid tot de smeri ge klussen. Zo zou de militie de afgelopen dagen zeker 62 offi cieren hebben geëxecuteerd we gens gebrek aan discipline of het bieden van benedenmaats verzet tegen de optrekkende Amerikaans-Britse coalitie macht. Die trouw is er al jong inge stampt: veel Fedayin komen voort uit 'Saddams Leeuwen welpen', de in 1998 opgerichte jeugdorganisatie van de Ba'ath- partij. Daarin worden ongeveer 8000 jongens van 10 tot 15 jaar militair en ideologisch ge schoold. Het is niet ondenkbaar dat deze jeugdige 'krijgslieden' ook zullen worden ingezet in en rond Bagdad, bijvoorbeeld als saboteur of sluipschutter. Uday werd als commandant van de Fedayin al na een jaar ver vangen, nadat gebleken was dat hij zijn jongens in het geniep veel sterker bewapende dan va der Saddam lief was. Nu wordt de militie geleid door zijn jonge re broer Qusay. Die gebruikte hen tot nu toe voor het handha ven van de 'openbare orde' en bestrijding van smokkel. Dat de Fedayin het nu zo goed doen tegenover tot de tanden gewapende militairen, is gezien hun onervarenheid een verras sing. Maar hun succes in Basra en Nasiriya is nog te gering om ze maar gelijk tot de status 'eli tetroepen' te promoveren. Voor al het gebrek aan discipline en aan een professionele comman do- structuur kan de Fedayin in de straten van Bagdad nog op breken. door Mark van Assen safwan - Terwijl in grote delen van Irak hevig wordt ge vochten, trok gistermiddag het eerste konvooi met hulp goederen de grens met Koeweit over. De eer viel te beurt aan het plaatsje Safwan, maar lang niet iedere inwoner stond te juichen aan de kant van de weg. Hij kijkt ons aan met vlammende ogen, een haveloze jongen van een jaar of twintig, vieze haren, en een vies gezicht. Zijn kleren zijn gescheurd, zijn schoenen kapot. Om hem heen staan mannen en jongens die even have loos zijn en ongewassen. Ze zijn uit hun huizen geko men voor het eerste hulpkonvooi dat vanuit Koeweit Irak is binnengetrokken. Ze hebben honger en dorst, hun ogen staan wild, maar eerst willen ze weten of we Brits zijn. Pas na het ontken nende antwoord willen ze praten. De boze jongen praat met woeste gebaren: „Wat is dit nou voor bevrijding? De Britten zijn hier doorheen getrokken, er zijn burgers omgekomen, en ze zijn niet eens gestopt. We zitten al dagen zonder water en zonder eten. Er gaan hier kinde ren dood!" Safwan, het eerste Iraakse stadje over de grens met Koe weit, lijkt het voorportaal van een andere wereld. De lucht is vol van fijn woestijnzand, door de lege straten waait vuilnis, overal snuffelen zwerfhonden, gebouwen zijn in puin geschoten. Het stinkt, het is vies en verval len. En het is er stil, hoe verder je het dorpje inloopt hoe stiller het wordt. Jamal, een vroegoude man van net 40 met geel oogwit en rotte tanden, vertelt na enig aandringen over de an archie die Safwan sinds de 'bevrijding' in zijn greep houdt. „Het Iraakse leger was hier al na één dag ver dwenen. Gevlucht. Daarna kwamen de Britten, maar die zetten hun motoren niet eens af. Politie is er ook niet meer, dus iedereen doet wat hij wil en pakt wat hij pak ken kan. Gisteren is hier, op de plek waar we nu staan, nog een man doodgestoken." Niemand van de mannen wil iets kwijt over Saddam Hussein. Een van hen wijst besmuikt naar een lege plek op een aanhangbord. Daar hangt sinds kort geen foto meer, lijkt hij te willen zeggen. Maar hij zegt het niet. „No comment." Ze zijn bang, nog steeds. En boos. Dan komt er een grote Amerikaanse vrachtwagen voorbij. Een van de soldaten steekt zijn hoofd uit het raampje en roept zo hard als hij kan 'Fuck you all!'. De Irakezen kij ken ons vragend aan, maar we durven het niet te verta len. De zwijgende mannen en vrouwen weten wat er nu aan de rand van hun stadje gebeurt, maar hun trots weerhoudt hen van de kilometerslange wandeling naar water en eten. Want op een zandvlakte naast een kapot geschoten loods van de douane rollen honderden man nen, vrouwen en kinderen over elkaar heen om een van de net aangekomen voedselpakketten te bemachtigen. Veel Irakezen kunnen hun instincten niet weerstaan, maar anderen weigeren om ook maar iets aan te ne men. „Ik doe het niet", zegt Ibrahim (40). „Ik heb hon ger, mijn vrouw heeft honger, maar ik wil niet in het stof kruipen voor een beetje eten." Ook Ismail, een verlegen jongen van 25 jaar, wil zich niet vernederen door zich in het gejoel en geschreeuw aan de laadbakken van de trucks te storten. Hij wil geen aalmoes aannemen van de rijke buren uit Koeweit. Hij staat er moedeloos bij, zijn schouders hangen en zijn ogen kijken naar beneden. Is hij dan niet blij dat Sad dam Hussein mogelijk dreigt te verdwijnen? Hij denkt lang na. „Saddam, de Britten, de Amerikanen; het maakt niet uit. Irak heeft geen toekomst meer. Irak is al lang dood." Een Iraaks jongetje probeert in Safwan een voedselpakket te bemachtigen. Foto: EPA/Odd Andersen Een lid van Saddams Fedayin in de straten van Tikrit. Foto: EPA/Ahmad al-Rubaye ïleiding van het begin van het Ame- e militaire optreden tegen Irak werd feedia gesproken van een nieuwe, ge- nderde wereldorde. Dat zou het fcrijn omdat deze Amerikaanse inter- fcde eerste demonstratie is van de p preventie-doctrine, waarmee de nen zich het recht hebben gegeven itief op te treden tegen alle onbe- ire regimes die in staat zijn massa- 'ngswapens te vervaardigen, ficant deze doctrine ook moge lét getuigt van weinig begrip voor de p geschiedenis haar concretisering te k het begin van een nieuw tijdperk, g die in dit verband immers onmid- .'steld moet worden is hoe het mo- is dat de Amerikanen - ondanks we lde protesten - kunnen besluiten het Ie in Bagdad te veranderen, op grond n zelfbedachte doctrine. Deze geeft recht overal te interveniëren waar :aanse veiligheid in het geding is, liet geding zou kunnen komen, ie vraag enigszins zinnig te kunnen [oorden moeten we terug naar het de Koude Oorlog. Als we ons be ll tot de machtspolitiek was er aan het fan de jaren tachtig en het begin van Nn negentig wel degelijk sprake van een veranderende wereldorde en het begin van een nieuw historisch tijdperk. In die ja ren implodeerde de Sovjetunie om eind 1991 geheel van het wereldtoneel te verdwij nen. De opvolger van de Sovjetunie, de Rus sische Federatie verschrompelde in de vol gende jaren tot een mogendheid van de tweede rang. Daarmee kwam een einde aan de Koude Oorlog en het bipolaire even- wichtssysteem dat karakteristiek was voor dat conflict. Zo werden de Verenigde Staten de enige overgebleven supermacht. Gegeven hun omvangrijke en hypermoderne militaire ap paraat, hadden zij nu een praktisch onbe perkte bewegingsvrijheid. De enige kwestie waar iedereen het direct over eens was in Washington was dat de VS in ieder geval de enige supermogendheid moesten blijven. In de afgelopen twaalf jaar is in de VS onop houdelijk gedebatteerd over de vraag hoe die enorme macht moet worden gebruikt. De huidige interventie in Irak is een van de uitkomsten van dat debat, dat met het einde van de Koude Oorlog is begonnen. Anders dan vaak gedacht, is de preoccupatie met Irak ouder dan het trauma van 11 septem ber 2001 en in feite een erfenis van de vorige - Amerikaanse regering. Terwijl in de VS net het debat begonnen was over een mogelijke verminde ring van de defensie-uitgaven en de aanwending van het daaruit resulterende 'vredesdividend', bezette Irak begin augustus 1990 Koeweit. Binnen enkele dagen besloot de Amerikaanse presi dent dat dit onacceptabel was. Alleen de VS waren in staat Koe weit te bevrijden en de hele on derneming was een grotendeels Amerikaanse operatie, maar Bush senior maakte van die ope ratie een multilaterale operatie die de steun had van de Verenig de Naties. Half september 1990 sprak de Amerikaanse president zelfs van een Nieuwe Wereldorde, waarin de VS leiding zouden geven aan een multila terale interventie politiek in het kader van de Verenigde Naties. De bevrijding van Koe weit, operatie Desert Storm, werd een groot succes. Van de nieuwe multilaterale wereld orde werd echter niets meer vernomen. Bush senior verloor de verkiezingen van 1992 omdat hij naar het oordeel van de kie zers te weinig aandacht hid besteed aan de milde economische recessie van de vroege jaren negentig. De kiezers maakten duidelijk dat zij, nu de Koude Oorlog was afgelopen, prioriteit wilden geven aan oplossing van binnenlandse problemen. De Amerikaanse militaire macht was vrijwel onbeperkt, maar de kiezers wilden die macht slechts spaarzaam, en als het even kon, helemaal niet gebruiken. Dat was de buitenlands politieke paradox van de jaren negentig: de VS kon den de wereld naar hun hand zet ten, maar de Amerikanen hadden helemaal geen belangstelling voor de wereld. Dat gold ook voor de nieuwe pre sident, Clinton, die zijn medewer kers verzekerde dat hij niet meer dan twintig minuten per dag aan de buitenlandse politiek wilde besteder Naarmate de jaren negentig vorderden bleek dat onmogelijk. De Amerikanen waren dan misschien niet in de wereld geïnteres seerd, maar de wereld weigerde de Amerika nen met rust te laten. De macht van de VS was zo groot dat geen enkele kwestie zonder hun bemoeienis kon worden opgelost. Alleen de Amerikanen konden een eind ma ken aan de Joegoslavische burgeroorlog, na dat de Europeanen en de Verenigde Naties VAN hopeloos hadden gefaald. President Clinton besteedde gaandeweg meer aandacht aan de buitenlandse politiek en hij werd ook, na zijn aanvankelijke, nogal vrijblijvende idea lisme, pragmatischer en realistischer. In de langdurige afwikkeling van de Joego slavische crisis ontwikkelde zich ook de eer ste flinke fricties tussen de Amerikanen en hun Europese bondgenoten. De Amerika nen vonden de Europeanen machteloze stuntelaars, die hun eigen problemen niet konden oplossen en dan de Amerikanen op irritante wijze voor de voeten gingen lopen, als de Amerikanen tenslotte besloten had den tot doortastend optreden. Lang voordat Bush junior in het Witte Huis terecht kwam bestond er in Washington al een diep dé dain voor de Europese bondgenoten. Wellicht was deze verwijdering tussen de Atlantische partners historisch ten dele ook onvermijdelijk. Nu de dreiging van de Sov jetunie was weggevallen, was er voor de VS minder reden zich steeds op te stellen als de bezorgde hoeder van het bondgenootschap. De VS konden zich nu egoïstischer, unilate- raler en nationalistische gedragen dan ten tijde van de Koude Oorlog. Ook 'regime change' in Irak is in zekere zin een erfenis van de jaren negentig. Toen het inspectieregime, dat in 1991 was overeenge komen, in 1998 definitief spaak liep, was de regering-Clinton van mening dat 'regime change' de beste oplossing was om de stabi liteit te herstellen. De beleidsruimte daar voor ontbrak echter in de late aren negen tig. Ook tal van neo-conservaoRre Republi keinse intellectuelen waren in de late jaren negentig al van mening dat Saddam Hus sein definitief moest worden opgeruimd. De regering van Bush junior heeft de ge beurtenissen van 11 september 2001, die in de buitenlandse politiek een enorme be leidsruimte creëerden, aangegrepen om al jaren bestaande plannen te concretiseren. De irritaties en unilaterale impulsen, die in de jaren negentig nog officieel onder de be- leidsoppervlakte bleven, zijn nu tot woede van een deel van de Europese bondgenoten een openlijk bestanddeel van het beleid ge worden. Terwijl de oude Bush nog dacht in termen van een door de VS geleide multilaterale we reldorde, koerst zijn zoon naar een unilate rale, door de VS gedefinieerde wereldorde. De fundamenten voor die Amerikaanse we reldorde zijn echter al in aanbouw sinds het eind van de Koude Oorlog. Welke vorm het onvermijdelijke verzet tegen een unilaterale Amerikaanse wereldorde in de komende ja ren zal krijgen is nog niet duidelijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 5