De illusie van integratie
BOEKEN
De grote onbekende achter de Deltawerken
lp de scheidslijn tussen normaal en gek DeMille piekt opnieuw in Vietnam-thriller
Dichters gaan dood
met grappen te lijf
Herman Franke schrijft ambitieuze opvolger van De verbeelding
HDC 144
ZATERDAG 8 MAART 2003
TOP 10
FICTIE
rhomas Rosenboom,
man.
do, 18,95
Boudewijn Büch,
im van Eberwein.
beiderspers, 15,95
AF.Th., De Movo Ta-
do, 34,90
John Grisham, De
iruna, 19,95
ludith Koelemeijer,
twijgen van Maria Za-
in, 17,50
lenning Mankell,
tmermoord.
!US, 24,90
Gabriel Garcia Mar-
Leven om het te ver-
inhoff, 24,50
van Aken,
Ise dageraad,
etheus, 15,00
loudewijn Büch,
(jeine blonde dood.
leiderspers, 15,95
Jonathan Safran Foer,
s verlicht.
/Anthos, 19,90
lieuwe alombejubelde
ing boom is gesitueerd in
oningse scheepsbouw
egin vorige eeuw, ken-
voor lezers bepaald
bezwaar. Ook nieuw:
gende literaire thriller
et Scandinavische fe-
,lee in Henning Mankell.
Ie goedkope versie van
Akens historische ro-
en de heruitgegeven
over de dood van zijn -
niet vermeende -
ekentoptien wordt we-
ure samengesteld op ba-
ieei n verkoopcijfers van
3 epeum Boekhandel en
Vries Boeken in Haar-
oekhandel Kooyker in
inn i, Plantage Boekhandel
ma in Hilversum,
e S andel Los in Bussum
/jjk ïkhandel De Ark in Al-
thriller recensie
Arno Ruitenbeek
'Missie Saigon' door Nelson DeMille. Uitgeverij The
House of Books. Prijs: €18,50.
Nelson DeMille piekte vorig jaar met
Krachtmeting. Zijn nieuwste, Missie Saigon,
zou de titel 'thriller van het jaar' ook wel
mogen krijgen, al zitten we pas in maart.
Meestal bekreun ik me over de dikke pillen
die met name Amerikaanse auteurs afschei
den. Eerlijk gezegd had ik er een hard hoofd
in of DeMille me 728 pagina's lang zou kun
nen boeien, niet in de laatste plaats omdat
Missie Saigon de zoveelste roman over Viet
nam dreigde te worden. Maar alles kwam
op zijn pootjes terecht. DeMille houdt de
spanning er in, een topprestatie. En de dia
logen en monologues interieurs zijn, on
danks het trieste decor van een door oorlo
gen geteisterd land en volk, vaak zeer hu
moristisch.
Missie Saigon is bovendien een hernieuwde
kennismaking met de hoofdpersoon uit De
Generaalsdochter (verfilmd met John Tra
volta). Deze luitenant van de geheime dienst
van het VS-leger Paul Brenner is net gepen
sioneerd, maar krijgt van zijn baas toch een
nieuwe opdracht (met toekomstperspectief,
lijkt het). Brenner moet in Vietnam een vij
and van vroeger^ een Noord-Vietnamese
militair, opsporen. Deze mister Vinh was
destijds ooggetuige van de moord op een
Amerikaanse luitenant, gepleegd door een
Amerikaanse kapitein. Een verslag van de
moord raakt ten slotte in handen van Bren-
ners dienst.
Zelf heeft Brenner veel vraagtekens bij het
hoe en waarom van zijn missie. Toch gaat
hij, als toerist/veteraan. Bepaald niet toeval
lig, zo zal later blijken, krijgt hij gezelschap
van en een verhouding met Susan Weber,
die in Vietnam zogenaamd werkt voor een
Aziatisch-Amerikaanse onderneming. Een
uiterst gevaarlijke dame, waartegen Brenner
het ondanks al zijn levenservaring dreigt af
te leggen. De terugkeer van Brenner naar de
gebieden waar hij als broekie een bloedige
strijd uitvocht met 'Charlie' levert een inte
ressant en soms ontroerend reisverhaal op.
gemerkt via een achterdeur ver
dwijnen.
Het meest geslaagd in deze bio
grafie zijn de beelden die Keu-
ning zo nu en dan geeft van
maatschappelijke achtergron
den. Zo gaat hij nader in op de
vakantiekolonies en de 'missie
huizen' van vlak voor de oorlog,
bedoeld voor jongens uit arme
of ontwrichte gezinnen. En wist
u dat castratie een halve eeuw
geleden tot een van de mogelijk
heden behoorde om 'gekte' uit
te roeien? Keuning heeft ontdekt
dat Arends aan het begin van de
jaren vijftig met een arts sprak
over deze manier om 'de seksu
aliteit letterlijk weg te snijden'.
Op zo'n moment heeft de bio
graaf zich verdienstelijk gemaakt
en is het boek het boeiendst.
Helaas zijn lang niet alle hoofd
stukken even waardevol. In de
laatste honderd pagina's had
Keuning mogen snoeien. Nu
laat hij verschillende collega
schrijvers hetzelfde vertellen
over Arends' laatste jaar. Daarin
staat met name de omgang bin
nen de literaire grachtengordel
centraal. Jan Arends had op dat
moment al zijn beste verhaal ge
schreven: Keefman. Het maakt
nu deel uit van Vrijgezel op ka
mers, een nieuwe en uitgebreide
versie van het Verzameld Werk.
En hierin lees je nog steeds dat
Arends niet alleen in Keefman,
maar in al zijn verhalen en ge
dichten op een zeer indringende
manier de scheidslijn tussen
'normaal' en 'gek' doorbrak -
een verdienste die hem uitein
delijk niet verder bracht. Dót is
de kem van zijn bestaan ge
weest. Keuning concludeert dan
ook in zijn weinig vrolijk ma
kende biografie het volgende:
'Arends' leven stond in het te
ken van het tekort, dat hij omto
verde tot de bloem van zijn poë
zie. Een zieke, bloem.'
Je hoort het wel vaker. De verloe
dering van stadswijken zou je te
gen kunnen gaan door een socia
le injectie. Door midden in die
wijken dure appartementen te
bouwen voor mensen met een
bovenmodaal inkomen. In 'Wolfs-
tonen', zijn nieuwe ambitieuze
roman, laat Herman Franke zien
welke rampzalige gevolgen dat
voor beide partijen heeft.
roman recensie
Wim Vogel
'Wolfstonen' door Herman Franke.
Uitgeverij Podium. Prijs: €25,00.
Zijn roman rekent af met het
idealisme van de opbouwwer
ker, van progressieve ambtena
ren en politici. De 'volkse men
sen' die Franke beschrijft zijn
van een beschamende onbe
schoftheid. De intellectuelen,
die óf graag willen integreren, óf
het liefst met niemand iets te
maken willen hebben, vertonen
een niet minder beschamende
naïviteit, waarbij komt dat zij
zich vooral vermoeien door ein
deloos rondjes te lopen over de
platgetreden paden van het
'Moderne Relationele Leven'.
De twee werelden zijn geschei
den, blijven dat en zeker na de
dramatische en absurdistische
ontwikkelingen ons voorgescho
teld in Wolfstonen, schrijf ik 'so
ciale integratie' voorlopig nog
maar even met kleine letters.
In zijn cultuurpessimisme lijkt
Franke (in 1998 winnaar van de
AKO Literatuurprijs met de ro
man De verbeelding) schatplich
tig aan Willem Frederik Her
mans. Beiden menen dat onze
beschaving niet meer is dan een
viiesje dat 'maar al te graag als
een shirtje over het hoofd'
wordt uitgetrokken. Van wat je
dan te zien krijgt, word je niet
vrolijk.
De sloebers (allochtonen, André
Hazes-fans, nietsnutten, werklo
zen, hellevegen en ander getei
sem) worden, zoals dat tegen
woordig heet, gedemoniseerd.
Met de nieuwkomers (een geë
mancipeerde journaliste, een
wetenschapper, een psycho
loog, een violist, een bejaard
echtpaar met een ingewikkeld
oorlogsverleden, een vertaalster
en een secretaresse) gebeurt
precies hetzelfde. Alleen: door
dat de tolerantie van de laatsten
groter is, voel je al in de Ouver
ture van deze vuistdikke roman
aan wie de burgeroorlog gaat
winnen.
Franke beschrijft deze confron
tatie met een wisselend vertel
perspectief vanuit de nieuwko
mers. Dat wekt sympathie voor
hen: je kent hun verleden, wordt
uitvoerig geïnformeerd over hun
emoties, hun wensen en frustra
ties. Hun ergernissen over de
roddels van de buren, over het
voortdurende burengerucht,
over de argwaan en pesterijen
waarmee ze te maken krijgen,
neem je gemakkelijk over. Maar
helemaal eendimensionaal is
Franke gelukkig ook niet.
Als intermediair tussen 'oud en
nieuw" plaatst hij twee jonge
kinderen. Met hun nog net niet
vergiftigde oorspronkelijkheid
weten ze de harde opinies en de
angst en de dreiging waar deze
roman zo zwanger van gaat te
relativeren. En ze zijn hard no
dig om de lezer niet helemaal te
laten omkomen in dit moeras
van menselijk onvermogen.
Wolfstonen zijn tonen die op de
een of andere wijze niet klinken.
Bij een snaarinstrument kun je
ze met een wolfsdoder op de
snaar verhelpen. Dit (on)muzi-
kale begrip werkt hier als een al
lesomvattende metafoor voor
het menselijk onvermogen ook
maar iets van iemand anders te
begrijpen. De mens deugt niet,
is in staat 'vieze intellectuelen'
uit te roken, bejaarden te verne
deren, te grijpen en te graaien
waar hij kan en dat alles met
geen andere motivering dan het
armzalige: 'Ja maar, hun zijn be
gonnen.'
Wolfstonen hakt er als bood
schap dus wel in. Als roman, als
kunstwerk, vind ik het minder
geslaagd. Heden en verleden
van de nieuwkomers worden
veel te uitvoerig geanalyseerd
zonder dat die analyses ergens
toe leiden. Wat dat betreft had
de roman moeiteloos een paar
honderd pagina's dikker kun
nen zijn, maar heel veel dunner
zou ook makkelijk kunnen. Wel
bewijst Franke opnieuw dat hij
graag en met veel plezier
schrijft. En gelukkig, dat laatste
kan hij. Neem nu zijn beschrij
ving van de nieuwbouw:
'Anders dan de overbuurvrouw
geloofde hij wel in bezielde ma
terie en hij dacht aan een harem
vol oude wijven met verdorde
schaamlippen waar een jong
stralend meisje werd binnenge
bracht: haar billen glommen als
goud, op haar borsten schitter
den zilverkleurige sieraden, tus
sen haar benen gloorde een
vochtige hemel en haar liefdes-
zuchten klonken als engelenge
zang. De oude vrouwen maak
ten krabbend, schoppend en
bijtend een wrak van haar.'
Wolfstonen moet maar snel
worden verfilmd. De film zal be
ter zijn dan het boek.
DE LEESTAFEL
door Martin Hendriksma
In de rubriek De Leestafel wordt
wekelijks een ander genre boe
ken behandeld. Deze week de re
cente oogst poëzie.
De Boekenweek over Leven en
dood in de letteren heeft waar
schijnlijk geen Nederlandse
dichter onberoerd gelaten. Im
mers, nergens wordt zoveel over
ons verscheiden gepiekerd als
juist in de poëzie. Of, zoals
Dichter des vaderlands Gerrit
Komri het in zijn nieuwe bloem
lezing Lang leve de dood (Bezi
ge Bij, €7,50) kernachtig als al
tijd formuleert: 'Als ze toevallig
niet hun eigen dood tarten of
opvrijen meldt zich de dood van
anderen wel. Dichters zijn de
monopolisten van de lijkzang,
het uitvaartlied en het in memo-
riam.'
In het gros van de ruim honderd
door Komrij geselecteerde ge
dichten heerst begrijpelijkerwijs
de sfeer van beklemming, ver
driet en rouw. Gerhardts De ge
storvene met het klassieke 'Ze
ven maal om de aarde te gaan'
dat zo menige rouwadvertentie
opsiert, is wat dat betreft type
rend. Wie binnenkort een gelief
de heeft te betreuren of vast de
eigen dood op poëtisch verant
woorde wijze wil begeleiden
heeft hier een ruime keus.
Gelukkig zet Komrij bepaald
niet alleen de traanklieren in
werking. Juist de gedichten
waarop met de dood een luchtig
spel wordt gespeeld verrassen.
Zoals Die-hard van Ingmar Hey-
tze: 'Hij stierf in het harnas 11
was me dat lachen bij de cre
matie'. Al even geestig en relati
verend is het hierbij afgedrukte
Veel is het niet van dichter/caba-
retier Jeroen van Merwijk.
Jean-Pierre Rawie bundelde zijn
mooiste rouwgedichten tot de
verzorgde uitgave Wij volgen
een voor een hetzelfde pad
(Bert Bakker, €15,00). Rawie
staat vooral stil bij de nutteloos
heid van het leven, waarin hij
opnieuw zijn voorliefde voor het
sonnet etaleert. Zelfs bij een
schimmig onderwerp als de
dood blinkt Rawie uit in klare
taal en schuwt hier en daar de
zelfspot niet. Zoals in Summa
wanneer hij zelf ten grave wordt
gedragen: 'De mannen van het
uitvaartwezen schroeven het
deksel op de kist. Zo kwam het
einde ook voor deze principe
loze moralist'
Genoeg over de dood. Rudy
Kousbroek verzamelde in Die
rentalen en andere gedichten
(Augustus, €16,50) het werk dat
hij de afgelopen dertien jaar
voor NRC Handelsblad schreef.
Hij is daar onder meer een vaste
gast van de kinderpagina, wat
de lichte, ongekunstelde toon in
deze bundel verklaart. Heel
mooi is bijvoorbeeld Nietsver
moedend: 'Daarnet passeerde je
het huis Waar je later komt te
wonen Waar je elke steen zult
kennen En elke kleur en elk
geluid, Waar je de bomen zult
zien groeien Door de ramen in
de zomer, Waar je je kinderen
zult krijgen En zult waken aan
hun ziekbed Dat zal daar alle
maal gebeuren, Je fietste er
langs en herkende het niet.'
Veel is het niet
Je wordt geboren, je staat pp
Leert lopen, groeit als kool
Je propt je vol met zoute drop
Dan vijftien jaar naar school
Veel is het niet
Dan naar de universiteit
Daarna een dikke baan
Je krijgt een vrouw, die raak je
kwijt
Ze bieden je iets dikkers aan
Veel is het niet
Je komt steeds hogerop
Ze weten wie je bent
Je krijgt een dikke kop
Dan word je impotent
Veel is het niet
Dan word je ziek met een dieet
Je krijgt een afscheidsfeest
Dan ga je dood
En iedereen vergeet dat jij er bent
geweest
Veel is het niet
1 Arends herdacht met biografie en verzameld werk
biografie recensie
Jacob Moerman
voor de winter. Het leven van Jan
i'door Nico Keuning. 'Jan Arends,
g|tcl op kamers'. Uitgeverij De Bezige
Prijs: resp. €22,50 en €32,50.
sté
de titel Angst voor de
schreef Nico Keuning
jiografie van Jan Arends,
de belangrijkste cultfi-
uit de Nederlandse lette-
[ij voert de lezers mee naar
avond in 1974, toen
met een sprong uit zijn
:n eind aan zijn leven
'Tegenover de plek
hij is neergekomen staat
kolwassen boom als stille
n|e. Een boom als een van
edichten.'
jn dood is over het leven en
van Jan Arends veel gezegd
fechreven. Hij leefde vooral
als de schrijver van het
Keefman, dat werd ver
en bewerkt voor toneel.
:eeg hij een prominente
leeld in De laatste deur
•n Brouwers, een studie
tlfmoord binnen de Ne-
Istalige literatuur. Hierin
Brouwers duidelijk dat
alle schrijvende zelf-
Jlenaars hun besluit vooraf
aangekondigd. De con-
is vooral op toepassing op
>t (Jven van Jan Arends. Een
voor zijn dood schreef
nejs aan Rudy Kousbroek:
nb cwil is praten met een an-
at lukt niet. Je kunt inder-
net zo goed van het dak
i gien.'
ghven van Jan Arends be-
ïit één lange opsomming
lislukkingen, teleurstellin-
depressies. Hij kwam in
hjter wereld als een 'onge-
verbleef van zijn dertien-
^zijn achttiende in een in-
jj t, leidde een grillig leven
raalf ambachten en der-
s 0 ïgelukken en bracht meer
er jaar door in psychiatri-
irichtingen. En als schrij-
dichter kwam hij er tij-
ijn leven niet echt aan te
e roem van Arends steeg
ladwerkelijk nadat hij er
ld aan had gemaakt,
sclioet op veel momenten
el. senvoudig zijn geweest
1. JJico Keuning om zijn bio-
of te schrijven, omdat Jan
een warrig spoor heeft
;en langs allerlei adressen
ychiatrische instellingen.
nc|s schoenmaker, copywri-
Jan Arends en de locatie van zijn laatste sprong.
Foto's uit besproken boek
ter, ijscoverkoper, hotelportier
of broodbezorger. En het liefst
was hij huisknecht bij 'rijke or
dinaire wijven' - het masochis
me kende bij Arends vaak geen
grenzen.
Kun je als biograaf vat krijgen
op zo'n 'onderwerp'? Het lijkt
een onmogelijke opgave, en
Keuning is in zijn opzet dan ook
maar gedeeltelijk geslaagd. Met
name over zijn masochistische
trekjes blijven veel vragen onbe
antwoord. "Vernedering ervoer
hij als seksuele bevrediging', laat
Keuning weten over de rol van
Arends als dociele huisknecht.
Kwam hij tijdens een 'normale'
relatie dan niet aan zijn trekken?
Arends had als twintiger een
verhouding met een vrouw,
maar daarover krijgen we in de
ze biografie helaas bitter weinig
te weten. Waarom hield die ver
houding op te bestaan? Keuning
moet het antwoord schuldig
blijven en laat de vrouw onop-
Johan van Veen, waterstaatsingenieur, verdient meer dan een beeldje
biografie recensie
Hans Hoogendijk
'Meester van de zee' door Willem van
der Ham. Uitgeverij Balans Prijs: €22,50.
Het heeft Johan van Veen, wa
terstaatsingenieur, geboren in
1893 en overleden in 1959, ei
genlijk nooit echt meegezeten.
Hij had al heel vaak gewaar
schuwd voor de geweldige risi
co's van een catastrofale over
stroming in Zeeland en Zuid-
Holland, maar er werd niet naar
hem geluisterd. Op 1 februari
1953 kreeg hij tot zijn eigen ont
steltenis gelijk.
Wat had hij eraan? Goed, hij
speelde vervolgens een belang
rijke rol bij de uitvoering van het
Deltaplan, dat was gebaseerd op
zijn eigen al vele jaren eerder
gemaakte voorstellen, maar
voor het grote publiek bleef hij
een onbekende. Na zijn dood
kreeg hij wel enige erkenning,
maar een echt monument
kwam er niet. Hij moest het
doen met een borstbeeld in een
hoekje van het museum Water
land Neeltje Jans en een klein
beeldje in zijn geboortedorp
Uithuizermeeden op het kale
Groninger platteland.
En nu heel Nederland weken
bol heeft gestaan van de her
denking van die catastrofale
ramp van 1 februari 1953 is er
dan eindelijk in opdracht van
Rijkswaterstaat een boek over
deze geniale ingenieur versche
nen. Maar het boek kwam niet
uit op de dag van de grote her
denking, maar bijna drie weken
later. Het is kenmerkend voor
de wijze waarop wordt omge
gaan met een van de grootste
waterbouwkundigen die ons
land heeft voortgebracht.
Johan van Veen was een innova
tieve geest en een pionier in het
onderzoek naar getijdenstro-
mingen. Een uitvinder en een
plannenmaker. Het was Van
Veen die al lang voor de Tweede
Wereldoorlog jarenlang waar
schuwde voor een naderende
ramp in Zeeland en Zuid-Hol
land. Maar zijn waarschuwingen
dat bij een fikse storm grote de
len van het land onder water
zouden kunnen komen te staan
werden stelselmatig genegeerd.
Willem van der Ham in augustus
1926. Foto uit besproken boek
landen door middel van dam
men met elkaar zouden kunnen
worden verbonden. Daardoor
zou de kustlijn aanzienlijk wor
den bekort en dus het gevaar
voor overstromingen sterk gere
duceerd.
Maar nu, vijftig jaar na de ramp
die hij had voorzien, krijgt hij
dan eindelijk de biografie waar
hij recht op heeft. Willem van
der Ham, sociaal-geograaf en
historicus en auteur van een
werk over 200 jaar Rijkswater
staat, heeft een gedegen boek
geschreven over deze stugge
Groninger. Er komt een beeld
uit naar voren van een man die
voor zijn omgeving noch voor
zichzelf gemakkelijk was. Zijn
huwelijk was een permanente
catastrofe, afgerond met een
scheiding. Op zijn werk zag hij
in dat hij niet de man was om
leiding te geven aan een groot
apparaat. Een gedreven mens,
die maar één passie had: de zee
in al zijn facetten.
Meester van de Zee is een prima
gekozen titel voor het levensver
haal van de grote onbekende
achter de Deltawerken, die heel
wat meer verdient dan een
beeldje in Uithuizermeeden,
plus een plaquette boven de
schuurdeur van de boerderij
van zijn ouders.
Aan de vooravond van de wa
tersnoodramp van 1 februari
1953 sloeg hij nog alarm. Tever
geefs.
Eerder had hij al een wanhopige
poging gedaan de media voor
zijn berekeningen te interesse
ren. Hij vond geen gehoor. Else
vier weigerde zijn verhaal af te
drukken om geen - in de ogen
van de hoofdredacteur- onnodi
ge paniek te veroorzaken. Op
zijn werk bij Rijkswaterstaat
werd de telg uit een welvarend
en invloedrijk Gronings boeren
geslacht gewaardeerd om zijn
vakkennis, maar de werkelijke
erkenning kreeg hij niet. Het
grootste deel van de top vond
deze geniale ingenieur een
drammer, een onruststoker.
Nu was Van Veen ook geen ge
makkelijk mens. Hij was vaak
bot en was zoals veel gedreve
nen volstrekt overtuigd van zijn
gelijk. Met hetzelfde stugge
doorzettingsvermogen waarmee
zijn Groninger voorvaderen
honderden jaren lang land had
den weten te veroveren op de
zee, vocht hij binnen het logge,
bureaucratische apparaat van
Rijkswaterstaat om ons land een
veilig dijkenstelsel te geven. Hij
was het brein achter wat later
het Deltaplan zou worden ge
noemd.
Van Veen schreef al in de jaren
'30 dikke rapporten waarin hij
op wetenschappelijk verant
woorde wijze uitlegde hoe de
Zeeuwse en Zuid-Hollandse ei-
Het gat in de dijk bij Ouderkerk aan de IJssel wordt snel gedicht. Foto uit besproken boek