t
REGIO
Het maakt uit
op welke school je zi
Abou Jajah is geen Z^T^sL
wolf in schaapsklerencultuur'iuidt een uan
NAVRAAG
De Arabisch Europese Liga (AEL) krijgt een Nederlandse tak. De Belgi
sche voorman Dyab Abou Jajah is deze week op tournee om moslims
te activeren en te
J 1 de speerpunten van
de actiepartij. Critici
spreken over een beweging met 'verwerpelijke standpunten'. KAMAL
KHODOR EL CHEIKH, afkomstig uit Syrië (thans wonend in Leiden) en
bestuurslid van de Marokkaanse vereniging Moultaka, vindt die kri
tiek onterecht.
Moeten moslims de AEL omarmen
„Het is wel goed dat vanuit deze groep ideeën worden geopperd.
Misschien is het Nederlandse beleid wel verouderd en kan de AEL
een rol spelen om dat beleid te vernieuwen. Ik geef ze die kans
graag. Ik gun ze de kans."
Is Dyab Abou Jajah de allochtone Pim Fortuyn?
„In een aantal opzichten wel. Hij stelt dingen ter discussie. Hij
schudt mensen wakker."
Zou u zelfbij verkiezingen een stem uitbrengen op de AEL?
„Ik moet eerst heel goed hun programma bestuderen en kijken
welke mensen bij de partij zitten. Als dat mij bevalt, dan zou ik op
de partij kunnen stemmen. Maar dat geldt eigenlijk voor elke par
tij."
tekst: Ema Straatsma foto: Hielco Kuipers
UIT DE ARCHIEVEN
ANNO 1953, Woensdag 4 Maart
LEIDEN/OEGSTGEEST - Deze maand staat voor Leiden en Oegst-
geest in het teken van de grote wervingsactie van vrijwilligers(sters)
voor de Organisatie Bescherming Bevolking. Wil deze organisatie
voor haar eventuele taak berekend zijn, dan moet zij in deze gemeen
ten, die gerangschikt zijn in de A-kring, kunnen rekenen op ongeveer
2100 vrijwillige krachten. Ofschoon ieder weldenkend mens hoopt
dat de mensheid voor een volgende wereldbrand gespaard blijft, kun
nen er zich toch rampen voordoen welke het gewenst maken, dat on
middellijk een zo groot mogelijk aantal georganiseerde hulpkrachten
wordt ingezet. Wie weet hoe hij dan helpen moet is meer waard dan
honderd goedwillenden, die niet weten hoe zij dit zullen doen. Tijdi
ge opleiding en organisatie verhoogt de veiligheid van de gemeente,
van de eigen straat en van het eigen gezin.
Vandaar dan ook, dat de organisatie B.B. ertoe over is gegaan om op
basis van vrijwillig
heid een groot aan
tal hulpkrachten
aan te trekken. Mo
menteel zijn dat er
in ons land circa
70.000, die het
niet alleen een
plicht, doch vooral
een eer, een daad
van oprechte vader
landsliefde achten
om hun krachten
aan dit werk te ge
ven.
ANNO 1978,
zaterdag 4 maart
LEIDEN - De wie
ken van de Leidse
molen De Valk zijn
vernieuwd. Het
karwei werd uitge
voerd door de
Hoogmadese mo
lenmaker Verbij die
de oude, uit 1944
daterende, wieken
verving door nieu
we stalen roeden
van 26 meter lang.
Verwacht wordt
dat ze zo'n vijftig
jaar meekunnen.
Foto: archief
Leidsch Dagblad
Foto's in deze rubriek kunnen worden nabesteld door binnen veertien dagen na
plaatsing 2,50 (voor een exemplaar van 13 bij 18 in zwart wit) over te maken op
gironummer 57055 t.n.v. Dagbladuitgeverij Damiate b.v. Postbus 507, 2003 PA
Haarlem, onder vermelding van Leidsch Dagblad, ANNO d.d.(datum van
plaatsing) of door contante betaling aan de Dalie van het Leidsch Dagblad,
Rooseveltstraat 82 te Leiden. U krijgt de foto binnen drie weken thuisgestuurd.
COLOFON
Leidsch Dagblad
Directie: B.M. Essenberg, G.P. Arnold
W.MJ. Bouterse (adjunct)
E-mail: directie@damiate.hdc.nl
Hoofdredactie: Jan Geert Majoor, Kees van
der Malen, Léon Klein Schiphorst (adjunct)
E-mail: redactie.ld@damiate.hdc.nl
HOOFDKANTOOR
Rooseveltstraat 82, Leiden, tel. 071-5 356 356
Postadres: Postbus 54,2300 AB Leiden.
Redactie fax 071-5 356 415
Advertentie fax 071-5 323 508
familieberichten fax 023-5 '5° 567
"ADVERTENTIES
3171-5 356 300
Sprinters (rubrieksadv): 072-519 6868
ABONNEESERVICE
071-5128 030
(E-mail: abonneeservice@hdc.nl
ABONNEMENTEN
(Bij vooruitbetaling (acceptgiro)
:p/m €19,60 (alleen aut ine.)
p/kw €55,00 p/j €210,60
Abonnees die ons een machtiging verstrekken
tot het automatisch afschrijven van het
abonnementsgeld ontvangen €0,50 korting
per betaling.
VERZENDING PER POST
Voor abonnementen die per post (binnenland)
worden ver2onden geldt een toeslag van €0,50
aan portokosten per verschijndag.
GEEN KRANT ONTVANGEN?
Voor nabezorging: 071-5128 030
ma t/m vr: 18-19.30 uur, za: 10-13 uur
AUTEURSRECHTEN
Alle auteursrechten en databankrechten ten
aanzien van (de inhoud van) deze uitgave
worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze
rechten berusten bij HDC Uitgeverij Zuid BV
cq. de betreffende auteur.
HDC Uitgeverij Zuid BV, 2003
De publicatierechten van werken van
beeldende kunstenaars aangesloten bij een
CISAC-organisatie zijn geregeld met Stichting
Beeldrecht te Amstelveen
HDC Uitgeverij Zuid BV is belast met de
verwerking van gegevens van abonnees van
dit dagblad. Deze gegevens kunnen tevens
worden gebruikt om gerichte informatie over
voordeelaanbiedingen te geven, zowel door
onszelf als door derden. Heeft u hier bezwaar
tegen, dan kunt u dat schriftelijk laten weten
aan HDC Uitgeverij Zuid BV, Afdeling
Lezersservice, postbus 507,2003 PA Haarlem.
Heeft de AEL verwerpelijke standpun
ten?
„Ik zou niet weten welke. De partij streeft
naar participatie en integratie van alloch
tonen. Waarom zouden zij daar niet over
mee mogen praten? Elke partij heeft de
begrippen participatie en integratie van
allochtonen hoog in het vaandel staan.
De AEL voert de discussie hooguit wat
scherper."
Is de komst van de AEL naar Nederland
gunstig?
„Het draait allemaal om participeren en
geaccepteerd worden. Als je in een aantal
processen niet verder komt kan deze par
tij misschien wat betekenen. Het kan ze
ker fungeren als emancipatiebeweging.
Laten we vooral niet te angstig zijn of de
beweging als bedreigend zien. Mensen
die met verhalen aankomen als dat Abou
Jajah een 'wolf in schaapskleren' is, moe
ten eerst maar eens met bewijzen komen voor ze zoiets beweren."
Eeri school kiezen is niet
gemakkelijk. Veel ouders staan op
het punt hun zoon of dochter in te
schrijven voor het schooljaar
2003/2004. Wordt het een grote of
een kleine school? Ver weg of
dichtbij? Een school met veel leuke,
extra activiteiten of liever een plek
waar de leerling zoveel mogelijk
kennis opdoet? Het Leidsch
Dagblad portretteerde de
afgelopen weken vijf scholen en
vraagt zich vandaag - in de
slotaflevering van 'Schoolrapport' -
af in hoeverre je kunt spreken van
'goede' en 'slechte' scholen.
DINSDAG 4 MAART 2003
Veel aanstaande leerlingen zeggen de cijfertjes van een kwaliteitskaart weinig. Zij zijn meer geïnteresseerd in de zaken die niet in getallen zijn te vangen: de sfeer op school, hoe er met elkaar wordy
gegaan. Of de bijzondere activiteiten die een school organiseert, zoals extra sport- of muzieklessen, schoolreizen en schoolkranten. Archieffoto's: Henk Bouwman/Ton Kastermans/Engel Lameijer
Sommige keuzes in het leven hebben
een zwaarder gewicht dan andere. De
schoolkeuze voor het voortgezet on
derwijs kan volgens sommige ouders
en leerlingen moeiteloos in het rijtje
partnerkeuze, huisaankoop en be
roepskeuze. Eigenlijk is het niet eerlijk
van een 12-jarige te verwachten al een
voorschot op de toekomst te nemen.
Er kan nog zoveel veranderen. Toch
moet er worden gekozen, hoe je het
ook wendt of keert. En de keuzemoge
lijkheden zijn groter dan ooit. Dat
maakt de keuze misschien weloverwo-
gener, maar niet per se eenvoudiger.
De tijd dat het inschrijvingsformulier
'gewoon' naar de dichtstbijzijnde
school werd gebracht, is voorbij. Kwali-
teitskaarten, schoolgidsen, informatie
dagen en paginalange beschouwingen
in tijdschriften en kranten moeten de
leerling anno 2003 naar de beste
school begeleiden.
Ouders letten bij de schoolkeuze
vooral op de organisatie van de
school. En op de resultaten. Voor hen
biedt de Onderwijsinspectie een hel
pende hand. De Inspectie publiceert
jaarlijks lijsten over elke school (vesti
ging) voor voortgezet onderwijs.
Daarop staat algemene informatie,
zoals de signatuur (protestants,
openbaar, enzovoort), het aantal
leerlingen en de verdeling van de
leerlingen over de opleidingen. De
lijst, kwaliteitskaart genoemd, bevat
verder gegevens over zittenblijven,
doorstroming en examenresultaten.
De kwaliteitskaart (www.kwaliteits-
kaart.nl) geeft daarmee een beeld van
belangrijke kanten van de school en
maakt een vergelijking mogelijk met
andere scholen in de regio en het
landelijk gemiddelde.
Veel aanstaande leerlingen zeggen
die cijfertjes maar weinig. Zij zijn juist
meer geïnteresseerd in de zaken die
niet in getallen zijn te vangen. De
sfeer op school, hoe er met elkaar
wordt omgegaan, bijvoorbeeld. Of de
bijzondere activiteiten die een school
organiseert, zoals extra sport- of mu
zieklessen, schoolreizen en school
kranten.
De denominatie van een school - de
levensbeschouwelijke grondslag - is
ook een gevoelsargument. Lange tijd
waren ouders in de veronderstelling
dat scholen met een geloofsgrond
slag betere resultaten haalden dan
openbare. Maar uit de waardering
die zelfbenoemde testinstituten als
het dagblad Trouw en het tijdschrift
Elsevier aan de cijfers van de inspec
tie toekennen, blijkt dat niet.
Maar wat is dan wél een goede
school? Een hamvraag waar zelfs H.
van Vonderen van de Inspectie voor
het Onderwijs geen eenduidig ant
woord op heefL Hoewel hij namens
de inspectie wel zijn best doet de
kwaliteit van een school zo goed mo
gelijk in cijfers en woorden te vatten.
„Iedereen heeft tegenwoordig de
mond vol van 'kwaliteit'. Maar weinig
mensen die het woord gebruiken,
kunnen definiëren wat ze er precies
onder verstaan. De inspectie kan dat
wel. Er zijn heel concrete afspraken
gemaakt. De scholen zijn ook op de
hoogte van wat wij komen doen en in
de loop der jaren zijn school en in
spectie het eens geworden over waar
een goede school aan moet vol
doen."
De criteria die de inspectie hanteert,
zijn te vinden in rapporten en op de
kwaliteitskaart. Die geven een goed
overzicht van de prestaties van een
school en de leerlingen. Maar niet al
les is in cijfers uit te drukken. J. Kuur-
man, rector van het Visser 't Hooft
Lyceum met vestigingen in Leiden,
Leiderdorp en Rijnsburg: „Belangrijk
is ook hoe docenten met de leerlin
gen omgaan. Leraren spreken hier
leerlingen aan op het schoonhouden
van de school: 'joh, gooi dat even in
de afvalbak'. Dat staat niet in de ge
tallen, maar het is wel belangrijk om
te weten voor ouders en kinderen die
een school moeten kiezen. Het Visser
't Hooft Lyceum geeft bijvoorbeeld
lessen van 45 minuten, in plaats van
de gebruikelijke 50. Die vijf gewon
nen minuten per les worden omgezet
in een wekelijks mentoruur, steunles-
sen voor verschillende vakken en ver-
rijkingslessen waarin bijzondere on
derwerpen worden behandeld buiten
de verplichte vakken. En dan nog: el
ke school heeft een systeem van
mentoren. Maar wat doen die? Soms
is het niet meer dan een lijst tele
foonnummers. En sociale vaardig
heid meet je nooit in een cijfer."
Van Vonderen beaamt dat: „De kwa
liteitskaart is één middel om iets te
weten te komen. Maar daar kun je
niet op zien waar een school zich in
wil profileren: sport, drama, dans,
noem maar op. Bij de keuze voor een
school telt niet altijd de hoogste kwa
liteit. Je moetje eigen kind goed ken
nen om er een school bij te vinden.
Dat is niet altijd de school die goed
scoort op de kwaliteitskaart of in El
sevier of Trouw. Heb je een actief
kind, een boekenwurm, een onder
zoekend kind? Of een school de juiste
is, daarbij komt meer kijken dan le
zen, schrijven en rekenen."
Kuurman geeft een voorbeeld van de
relativiteit van cijfers. „Wij scoren op
de kwaliteitskaart laag ten opzichte
van doorstroming. Dat komt niet
omdat op het Visser 't Hooft veel
leerlingen blijven zitten, maar omdat
wij zo veel mogelijk leerlingen op 2
en 3 atheneum proberen te krijgen,
ook als ze een havo-advies hebben.
Zij doorlopen dus de brugklas, 2
atheneum, 3 atheneum en stappen
dan over naar 4 havo, 5 havo. Zij ha
len dus gewoon in vijf jaar het havo
diploma, maar het past niet in het
stramien van de cijfertjes. Het is niet
langzamer, maar anders. Wij merken
dat die route de leerlingen 'steviger'
maakt. En de inspectie is dat met ons
eens, maar kan het moeilijk vangen
in een kaart."
Daarom adviseren docenten, school
directeuren en inspecteurs ouders
om vooral eens een kijkje te nemen
op de scholen van hun gading. Kuur
man en Van Vonderen uiten zich af
zonderlijk van elkaar in identieke be
woordingen: je ziet op een school
meteen of er rotzooi op de gang ligt,
je proeft de cultuur en merkt hoe
leerlingen en personeel elkaar en be
zoekers te woord staan. Dat kan door
een aparte afspraak te maken - iets
wat veel mensen niet durven, omdat
ze bang zijn dat het 'te lastig' is, maar
waar veel scholen graag aan mee
werken - of op een open dag. „Dan
haalt natuurlijk iedereen alles uit de
kast", zegt Kuurman met een glim
lach, „maar daar prikje zó doorheen.
Let dan bijvoorbeeld goed op hoe
leerlingen en docenten op elkaar rea
geren."
Aan de omgang van docenten met
hun pupillen is de laatste jaren veel
veranderd. De oude verhouding, tus
sen de alwetende docent en de on
wetende leerling, is niet meer. „Te
genwoordig kunnen leerlingen veel
meer informatiebronnen aanboren.
De leraar moet uitleggen hoe die in
formatie te selecteren en te groepe
ren. Hij moet sneller de link tussen
theorie en praktijk kunnen leggen",
zegt rector Kuurman.
Er worden steeds meer eisen gesteld
aan school en docent, het werk is er
niet makkelijker op geworden, stellen
onderwijzers en inspecteurs. Maar
daaruit blijkt volgens hen maar weer
dat het onderwijs een uitvloeisel is
van de maatschappij. „De keuzes van
2003 zijn niet de keuzes van 1950",
stelt Van Vonderen droog vast. De
roep om 'kwaliteit', 'toezicht' en 'vei
ligheid' is in alle geledingen van de
samenleving luid. En dus ook op
school. Het onderwijs deint mee op
de golfbewegingen, zoals de meest
recente hype: 'normen en waarden'.
Dat betekent voor de scholen: kwali-
teitskaarten, meer en diepgravender
inspecties, geen naveltruitjes en min
der snoepautomaten.
De inspectie bezoekt de scholen
daarom vaker dan ooit tevoren. Elke
school krijgt in ieder geval jaarlijks
een inspecteur over de vloer. Verder
wordt er, indien nodig, nader onder
zoek aangekondigd en zijn er inci
dentele, onaangekondigde onderzoe
ken naar aanleiding van bijvoorbeeld
voorvallen die de inspectie via media
of ouders ter ore komen. Eens in de
3, 4 jaar is er een uitgebreid 'perio
diek kwaliteitsonderzoek'. Om de
stand van zaken op een school zo ac
tueel mogelijk weer te geven, werkt
de inspectie hard aan een digitaal
systeem, waarbij onmiddellijk na een
verandering (meestal een verbete-
is!
ring) de nieuwste onderzoeksn
ten op internet verschijnen.
Steeds meer scholen wachten
spectierapporten niet af, maar
men zelf het heft in handen als
gaat om het vaststellen van kw<
teitsnormen. „Elke zichzelf respP
rende school moet aan kwalite
trole doen. Ondanks dat niet
cijfers te vatten is, moet je jezel
doelen stellen en proberen de 1
teit te borgen", zegt Kuurman.
de zaken die niet in een hard ci
zijn uit te drukken, zoals sfeer,
heid en interesse van de docen
de leerlingen, leiden uiteindelij
meeste gevallen wel tot betere
mencijfers. En die zie je wel ter
de kwaliteitskaart."
Wie op zoek is naar een geschil
school doet er dus goed aan te
naar de cijfers zonder zich er bl
op te staren. „Ga naar de schoo
en stel vragen", zeggen de recti Dn
de inspecteur. „En neem niet d
genoegen met de school op de
hoek." Een vragenlijstje kan eei
dig hulpmiddel zijn bij bezoek 1 pi
school. Kuurman biedt vast eni <jj
hulp met het opstellen van die
„Vraag hoe ze op bepaalde pro
men reageren. Als een leraar zif )0]
als een land niet goed kan nieeign
men, wat doet de school daar 1
Vraag wat de schoolleiding one
'kwaliteit' verstaat en hoe ze dii
meet. Bij een school die hoge c jt
het belangrijkste vindt, leiden c
ge academische eisen misschie
veel uitval. Waar vooral wordt j
op of het kind 'lekker in zijn ve
misschien niet voldoende stimi
om te leren. Zoek ook uit hoe d
binding naar vervolgonderwijs
regeld. Is de school een eiland 1
er bruggetjes naar werk en and
derwijs? En vraag vooral aan de
lingen die er rondlopen wat zij
plezierigst en het minst plezier®
de school vinden."
Net als het werk van de leraar,
keuze voor ouders en leerlinge)
niet makkelijker op geworden. 1
volgens inspecteur Van Vondel
maakt het wel degelijk uit naar
school een kind gaat en loont z
vuldige keuze dus de moeite. „1
kind heeft meer of minder kans
het leven. Heeft zo'n school we
meerwaarde? Nou, uit onze oni
zoeken blijkt dat het er wel deg
toe doet of je op de ene of de ai
school zit."
ti
Eric de Jager/.