BOEKEN De Jip- en Janneketaal van Boudewijn Büch Dolf Jansen als filosoof Ellis wordt een grote en< Van Oranje en Nasser De Sergio Leone onder de striptekenaars ig Gefascineerd door een elastiekje Elke lezer houdt februari en april vuS Eva Gerlach Losse be dra ding vrijdag 7 FEBRUARI Boudewijn Büch werd afgelopen najaar plotseling door de dood overvallen. Op dat moment legde hij de laatste hand aan zijn nieuwe roman 'Het geheim van Eberwein', opnieuw een boek met een sterk autobiografisch karakter. En op nieuw is het weinig verrassend. roman recensie Jaap Goedegebuure 'Het geheim van Eberwein' door Boudewijn Büch. Uitgeverij De Arbeiderspers. Prijs: €15,95. Charlataneske types vinden altijd wel emplooi. Voor parlementariër of bank directeur zijn ze minder geschikt, maar in kunst en literatuur doen ze het uit stekend, zeker wanneer ze hun privé- mythologie weten uit te bouwen tot een eigenzinnig en authentiek oeuvre. Zonder een creatieve vorm van pseudo- logica fantastica bereik je in de kunst niet veel. Salvador Dali en Gerard Reve schoffeerden burgermansfatsoen en nuchter verstand, maar wie zelf over een greintje verbeelding beschikt, moet wel erkennen dat charlatanerie soms adembenemende resultaten kon ople veren. Geldt dat ook voor Boudewijn Büch? Nu zijn schrijversloopbaan met de ver schijning van zijn postume roman Het geheim van Eberwein definitief ten ein de is, kunnen we er kort over zijn. Zo rijk als Büchs fantasie was, zo armetie rig manifesteerde zich zijn verbeelding. Het beste kwam hij nog uit de verf als de welbespraakte aanprijzer van ander mans boeken, als bereisde Roel die de televisiekijkers enthousiasmeerde voor exotische eilanden, of als de feitjeswe- ter die als tweede clown na Jan Mulder mocht optreden bij Barend Van Dorp. De reden dat Büch het nooit heeft we ten te brengen tot de auteur van een oeuvre dat op eigen benen kon staan, maar is blijven aanleunen tegen de re putatie die hij in de media en op de bühne had opgebouwd, is simpelweg een kwestie van stijl. Toen hij het ge kunstelde, quasi negentiende-eeuwse stadhuisjargon van zijn debuutroman De blauwe salon (1981) achter zich ge laten had, ging hij over op een schrijf trant die met recht het predikaat 'Jip- en Janneketaal' verdient. Ongecompliceerd, recht voor z'n raap, maar nooit zo gespierd dat je er lang je aandacht bij kon houden, vlak, cliché matig. Daar komt nog eens bij dat Büch het met de afwerking van zijn teksten niet nauw placht te nemen. Je kunt na tuurlijk te schoolmeesterachtig doen over 'storende herhalingen', maar de eentonigheid van dit proza grenst soms aan het slaapverwekkende. En dan pra ten we nog niet eens over de aperte fouten tegen het Nederlands die ook Het geheim van Eberwein ontsieren, al zou het goed kunnen dat die er uit wa ren gefilterd wanneer de schrijver tijd was gegund om het manuscript nog eens nauwkeurig door te lezen. Waarover gaat deze nagelaten roman? Büchs vaste lezers zullen niet voor een verrassing komen te staan, want het is een vertrouwd refrein dat hier klinkt. Vader is opnieuw een onprettig ge stoorde man met losse handjes en een encyclopedische geest die zijn manie voor feiten en feitjes doorgeeft aan zijn zoon, moeder een ijskoningin die haar kinderen vertelt dat ze hun bestaan te danken hebben aan verkrachting bin nen het huwelijk, verteller Boudewijn (van wie het heet dat zijn gelijkenis met de gelijknamige schrijver op toeval be rust) een neurotische persoonlijkheid die nooit rust of vrede vindt. Dan zijn er nog Micky en Mieke, het jammerlijk gestorven knaapje uit De kleine blonde dood (1985) en zijn moeder, en in de bijrollen de jongensachtige vriendin Claudine en het bibliotheek- en ar- chiefpersoneel dat de hoofdpersoon bijstaat in zijn pogingen 'het geheim' te ontraadselen. De zwaarte van dat geheim is in over eenstemming met het soortelijk ge wicht van de roman als geheel. Boude- wijns vader (die hier met veel meer me dedogen wordt geportretteerd dan in De kleine blonde dood) ploetert zijn halve leven aan een pianotransscriptie van de mini-opera Das Jahrmarktfest zu Plauderweilern, gebaseerd op een jeugdzonde van de grote Goethe. Het zangspel staat op naam van Traugott Maximilian Eberwein, een ob scure componist uit de Duitse roman tiek. Het feit dat de oude B. heeft ge woond in hetzelfde huis als deze toon dichter zou zijn obsessie kunnen ver klaren. Maar wat nog meer telt is de onbewuste herkenning van de ene charlatan door de andere. Mislukte le vens die zich in elkaar spiegelen, dat is de kem van het geheim waarnaar Bou dewijn zo naarstig op zoek is. Een ge heim dat hij pas kan ontraadselen zo dra hij te rade gaat bij zichzelf. Zo is eens te meer gedemonstreerd dat een ongelukkige jeugd alüjd iets ople vert, is het geen goudmijn, dan wel ja renlange werkgelegenheid voor de psy chiater en het uitgeversbedrijf. Het lot heeft gewild dat Het geheim van Eber wein het laatste is in een reeks boeken vol repeterend leed en bijbehorend zelfbeklag. Dat de lezers dat al die tijd hebben kunnen verteren, is nog wel het grootste geheim. thriller recensie Arno Ruitenbeek 'De voyeur' door David Ellis. Uitgeverij The House of Books. Prijs: 18,50. Zelden kiest een thrillerschrijver er voor de moordenaar de hoofdrol in de ik-vorm te geven. Je moet daar heel goed voor kunnen schrijven, want de lezer moet zich toch met de (anti) held kunnen identificeren. Des te knapper is het dat de Ameri kaanse advocaat David Ellis dit waagstuk bij zijn debuut De voy eur tot een perfect einde brengt. Marty Kalish heet de yuppie bankier die ons leidt door een bijzondere episode in zijn voor heen niet zo opwindende leven. Hij is verliefd geworden op de mooie Rachel Reinardt en heeft (daardoor) één probleem: haar echtgenoot, een chirurg. Die haar, onder invloed van drank, met een riem zou slaan. Een probleem dat wordt opge lost met het vuurwapen van de medicus zelf. De verdenking valt na enige tijd op Rachel en voor al op Marty, die spontaan een bekentenis aflegt. En dan begint het gelazer pas goed. Want als Marty eenmaal advocaten heeft en de verdediging een strategie bepaalt, gaat Marty de daad ont kennen, wil hij Rachel koste wat kost uit de wind houden (des noods leidend tot zijn eigen exe cutie) en lijkt het er op dat het openbaar ministerie ondanks gebrek aan bewijs toch een ron de zaak krijgt. Maar wij zien, al nagelbijtend, dat Marty arglistig (buiten zijn raadslieden om) het recht in ei gen hand neemt. De ontkno ping is minstens zo mooi als de rest van deze superspannende roman. Onthoud die naam: Da vid Ellis. Dat wordt een grote, meneer Grisham. Spel Nadat stadhouder-koning Willem III kinderloos was gestort de Friese Nassaus halverwege de zeventiende eeuw het koningshuis. De Friese stadhouder Johan Willem Friso van fj011 Dietz nam de dynastie over en geldt sindsdien als stamvadFen huidige Oranjes. Het is dus geen wonder dat Willem-Alexa?Pen goed kan schaatsen. Over de bijzondere band tussen de Naulfc Oranjes zijn momenteel twee exposities te zien in LeeuwaiPS18' zich de reis naar het hoge Noorden wil besparen, kan ook jK0 voeten met de prachtuitgave 'Nassau, uit de schaduw van^10* (uitg. Van Wijnen, 24,50). Het hier afgedrukte glas met djl vat, de jonge prins Willem' uit 1748 is in het boek minstens*011 als in het echt. Foto uit besproken boek *eer r iltaa peel; eldr d in I idhe Illustratie uit besproken boek. strip recensie Jan Kuys '5 is het perfecte getal' door Igort. Vertaling AnneTelkers en Mat Schifferstein. Uitg. Oog Blik. Prijs 19.95 Parijs ontpopt zich als een stad met een grote aantrekkings kracht op striptekenaars. De lichtstad herbergt niet alleen grote uitgeverijen van stripver halen, ook tekenaars als Mattotti en Murioz wonen er. En sinds kort houdt ook de Italiaan Igort (Igor Tuveri) hen gezelschap. Van hem verscheen onlangs 5 is een perfect getal, een prachtig beeldverhaal over de Napoli- taanse maffia, waarin de gren zen tussen strip en literatuur vervagen. Tuveri (44), geboren in Cagliari, heeft nog een blauwe maandag deel uitgemaakt van de befaam- TOP-10 FICTIE 1. (2) Hella Haasse, Sleuteloog. Querido, 16,95 2. (3) Tessa de Loo, De tweeling. Arbeiderspers, 12,50 3. (1) Gabriel Garcia Marquez, Leven om het te vertellen. Meulenhoff, 24,50 4. (4) Judith Koelemeijer, Het zwijgen van Maria Zachea. Plataan, 17,50 5. (-) Nicci French, Bezeten van mij. Ambo/Anthos, 12,00 6. (-) Eva Gerlach, Daar ligt het. Arbeiderspers, 1,50 7. (8) Jonathan Safran Foer, Alles is verlicht. Ambo/Anthos, 19,90 8. (-) Connie Palmen, De vriendschap. Prometheus, 8,00 9. (-) Vonne van der Meer, Laatste seizoen. Contact, 15,80 10. (-) Nicci French, Het geheugenspel. Ambo/Anthos, 12,50 De boekentoptien wordt weke lijks samengesteld op basis van verkoopcijfers van Athenaeum Boekhandel en H. de Vries Boe ken in Haarlem, Boekhandel Kooyker in Leiden, Plantage Boekhandel Harkema in Hilver sum, Boekhandel Los in Bus- sum en Boekhandel De Ark in Almere. de Sardijnse school van stripte kenaars, maar zocht al jong zijn heil in Bologna. Daar vormde zich een harde kem van jonge stripmakers en designers in de groep Valvoline, waarvan strip tekenaar Mattotti de bekendste vertegenwoordiger is. Kenmerk van Valvoline was het experi mentele karakter van de groep, die graag werkte met expliciete, futuristische beelden. De jonge Tuveri verwierf door zijn grote dadendrang (hij richt te tal van tijdschriften op, werk te voor Japanse uitgevers en is actief als animatiefilmer) een vooraanstaande plaats binnen de groep van vernieuwende kunstenaars. Sinds anderhalf jaar is hij uitgever bij de door hemzelf opgerichte Coconino Press in Bologna. Maandelijks verschijnen er twee boeken van gerenommeerde stripmakers als Seth, Baru, Daniel Clowes, Tani- guchi en Adrian Tomine en ui teraard geeft hij zijn eigen werk uit Zijn werk is sterk beïnvloed door {Ie Japanse manga. Dat is vooral terug te zien in zijn tekstloze uit gave City Lights, maar ook in zijn meest recente uitgave 5 is een perfect getal. Tuveri's indrin gende tekenstijl, zijn magische mengsel van donker en licht en zijn ontroerende verteltrant ma ken van de doodgewone gang sterstrip een van de ontdekkin gen op stripgebied dit jaar. Het verhaal gaat over Peppino lo Cicero, een oude maffiabaas die zijn hele leven lang in opdracht heeft gemoord. Nu heeft hij zich teruggetrokken uit het vak. De moord op zijn volwassen zoon dwingt hem tot een vendetta. Zijn wraakactie is zonder mede dogen. De wijze waarop Tuveri het verhaal in beeld brengt, doet de lezer beseffen dat goed en kwaad twee uitingsvormen van hetzelfde zijn. Zeker in de we reld van de camorra, waarin geen leven bestaat voor wie on afhankelijk wil zijn, ofwel voor wie 5 het perfecte getal is. Igort speelt met het verhaal. Hij maakt gebruik van terugblikken, heeft in zijn tekenstijl een strak ke lijnvoering, over-accentueert wanneer nodig en gebruikt een ronde lijnvoering, wanneer hij iemand laat dromen. Het ver haal is niet het verhaal van de tekst, maar het verhaal van de tekeningen. De tekst is als het ware aanvullend, maar wel heel mooi. Door deze manier van vertellen bereikt Tuveri het bij zondere effect van de 'crime noireinclusief alle wreedheid en alle romantiek. Het verhaal is bikkelhard en tegelijkertijd in tens ontroerend. Tuveri is een verteller in beelden. Met 5 is een perfect getal heeft hij zich naast bijvoorbeeld filmer Sergio Leone moeiteloos een prominente plaats verworven in dit genre. roman recensie Theo Hakkert 'Afgunst' door Arie Storm. Uitgeverij Prometheus. Prijs: €16,95. Tot de beroepsdeformaties van de boekbespreker hoort dat hij zich nauwelijks afvraagt waarom er toch zo veel schrijvers voor komen in romans. Mochten in korte tijd drie romans verschij nen met een loodgieter of een arbeidsconsulente in de hoofd rol, dan zou er al snel geroepen worden dat zich een trend afte kent. Maar dat romans over schrijvers gaan, dat lijkt volsla gen normaal. Nu Arie Storm (1963) weer. Zijn nieuwe roman, Afgunst, gaat over een jonge schrijver annex jonge vader die er zojuist achter is gekomen dat zijn vriendin vreemdgaat. Althans, dat is de aanvankelijke indruk, maar al snel blijkt dat dit weer zo'n boek is waarin niets is wat het lijkt. Nu is deze schrijver annex vader (met een bijbaan als tandartsas sistent) ook een ongelofelijke sukkel. Hij ziet zijn vermoeden aangaande de ontrouw beves tigd in een nietszeggend tele foontje. Maar dat ze met haar vermoedelijke minnaar tien mi nuten heeft staan tongzoenen terwijl hij er bij-stond te kijken, dat signaal heen hij niet begre pen. Storm schrijft dat allemaal hel der en hilarisch op. Het is soms net cabaret. Herhaalde malen meende ik dat Dolf Jansen aan het woord was. Op andere mo menten deed de schrijvende jonge vader me erg denken aan de verwarde hoofdpersoon uit Mark Boogs recente roman De warmte van het zelfbedrog. Maar waarom Storm zijn alter ego tussendoor allerlei literaire filosofietjes laat verkondigen en met citaten laat strooien, dat ontgaat mij in mijn rol van 'ge wone lezer' volledig - terwijl de boekbespreker in mij het alle maal prachtig vindt; je kunt be hoorlijk schizo worden van dit werk. Storm speelt een komisch lite rair spel met schijn en wezen. 'In zekere zin is dit een histori sche roman met een duidelijk autobiografische invalshoek ter wijl tegelijkertijd alles verzon nen is,' schrijft de schrijver aan het begin van hoofdstuk 2. Met name de toevoeging dat 'alles verzonnen is' mag gedurende de lectuur geen moment verge ten worden. Het motto, 'We're caught in a trap', uit Elvis' Sus picious minds, had ons al moe ten waarschuwen. De lezer zit in de val. Binnen het boek bestaat er zo iets als de werkelijkheid van de schrijvende jonge vader, maar DE LEESTAFEL wat hij beleeft blijkt hemzelf verzonnen^y pas achter komen v besluit alsnog 'de wgf j onthullen, terwijl dii natuurlijk ook weer - Dr verzonnen zou kunnhe ci En terwijl het grote »vb< tuurlijk is verzonneiister Storm, die het ingewfcetr» van de ooit door Italql, ee helder ontlede werkéiet I veaus tot in de puntjG5.1 De vraag is alleen of »den lezer' hier een booofoël heeft. Minder boodsiths ik, dan aan de spaifen haallijn waar het boïval gint: de aanslag die ©53 Turkse minnaar in ewij Schilderswijk pleegt nkel van de geliefde die-t ba zijn oom ontzegd vpera vlecht Storm de lijiiasa door elkaar. Met spforva zoals ogenschijnlijkven boek. Ko en 1 columns recensie Wim Vogel 'Losse bedrading' door Eva Gerlach. Uitgeverij De Arbeiderspers. Prijs: €13,95. Het verbaast ons telkens weer. Geboeid kunnen we minuten lang naar een zonsondergang kijken, maar we weten ons spra keloos zodra we er ook maar iets over proberen te vertellen. Al leen in clichés lijken we erover te kunnen praten en die schie ten hopeloos te kort als we ver woorden wat we zagen, hoor den, roken en voelden. Wie wil praten of schrijven over de din gen die er echt toe doen, moet welhaast een kunstenaar zijn. Iemand die onbevangen kijkt. Iemand die in staat is het ver gankelijke, dat wat verstrijkt, te verbeelden of te verwoorden. Enige jaren geleden schreef de dichteres Eva Gerlach voor het boekenbijvoegsel van de Belgi sche krant De Morgen wekelijks een column over die vreemde plaats die onze wereld is omdat je er altijd te snel naar kijkt. Los se bedrading telt precies tweeën vijftig van die columns, een ka lenderjaarronde dus. En verre weg de meeste van die stukjes gaan over subtiele ervaringen met dingen die zo doodgewoon lijken, maar tegelijkertijd zo moeilijk in woorden te vatten. Omdat de taal nu eenmaal niet uitgevonden is om er de waar heid mee te vertellen. Met in stemming citeert Gerlach de Zweedse dichter Tomas Trans- trömer die schrijft over een on verwachte open plek midden in het bos. Een plek die slechts ge vonden kan worden door wie is verdwaald. De vraag is natuurlijk of Ger- lachs fascinatie voor de gewone dingen (een elastiekje, een droom, een onttakeld hotel, een aftakelende tante) voor anderen van belang is. Ik vind van wel. Haar aandacht voor wat ons doorgaans ontgaat, herinnert je aan die vluchtige momenten vlak na een droom. Er was iets (geluk, verwondering, angst?) maar je wordt wakker en het ontsnapt je. Je ziet het verdwij nen. En je 'lichaam loopt wacht langs zijn grenzen en knipt met zijn ogen.' Een column wijdt Gerlach aan wat er op 11 september 2001 in New York gebeurde. Ook hier geldt haar aandacht het detail, de kleine dingen: 'die vrouw met blote benen in een korte, rozerood bedrukte jurk, schou- derlang zwart krulhaar om een weelderig gezicht. En dat het je opvalt: geen tas, een vrouw in de stad zonder tas. En wij maar kijken, wij voor ons scherm zoals altijd op zoek naar de Echte Werkelijkheid.' Al dat papier op de straat, en nie mand zag je ook maar een velle tje oprapen.' Heel mooi vind ik ook haar co lumns over een wat oudere zie ke vriend die weet dat er in hem dingen groeien die daar niet ho ren en die er geen zin in heeft ze eruit te laten halen. Hij ziet wel, zegt hij. En ondertussen gaat hij gewoon door met zijn werk, zijn vrienden en zijn hobby's. Hij weet en voelt dat de dingen ver schuiven, maar hij weet ook dat wij als mensen verstrijken in de tijd en dat die tijd niet meer is dan 'een verplaatsing die be vriest in het geheugen.' Obser vaties om over na te denken, dwars tegen het tempo van onze consumptiemaatschappij ;n. In de rubriek De Leestafel wordt wekelijks een ander genre boe ken belicht Deze week iets an ders: een overzicht van de dit voorjaar op stapel staande boe ken waarvoor elke boekenliefheb ber alvast vrije avonden in z'n agenda moet plannen. door Martin Hendriksma Querido raakte afgelopen jaren haar positie als meest vooraan staande Nederlandse uitgever kwijt aan De Bezige Bij. Na dit voorjaar moeten de rollen weer zijn omgedraaid. Ga maar na: in de maand februari viert Querido eerst de 85-ste verjaardag van Hella Haasse, dan volgt Rosen- boom met De nieuwe man - de opvolger van het de hemel in geprezen Publieke werken die zich afspeelt op een Groningse scheepswerf rond 1920 - en te zelfdertijd gaat dan eindelijk het A.F.Th.-offensief van start met de cyclus Movo Tapes én een requiem over zijn moeder, op genomen in De requiems. Wat stelt de Bij daar tegenover? Twee literaire debuten van jour nalisten. De vaste literatuurme dewerker van De Telegraaf, In- grid Hoogervorst, komt met Woede, waarin de Tweede We reldoorlog en de koloniale tijd hun stempel drukken op een groot gezin in Amsterdam-West. Hans den Hartog Jager, beel dende kunst-recensent van NRC Handelsblad, publiceert het al Renate Dorresteln. Foto: GPD even ambitieuze Zelf God wor den, over de zoektocht naar het ultieme kunstwerk. Rond beide boeken gonst het gerucht van een potentiële hype. Ook al in februari: Wolfstonen, Herman Franke's opvolger van De ver beelding waarmee hij in 1998 de Ako Literatuurprijs won. L.J. Veen presenteert in april de nieuwe Rascha Peper, een schrijfster die gestaag een breed lezerspubliek opbouwt. Wie weet betekent Wie scheep gaat, een roman over de vrienden en familie die achterblijven nadat een vrouw in zee is verdronken, haar definitieve doorbraak. Die heeft Renate Dorrestein al lang achter de rug. In april ver schijnt bij uitgeverij Contact haar nieuwe roman met de mooie titel Het duister dat ons Hella Haasse. Foto: ANP/Paul Vreeker scheidt over het jonge, onbe zorgde meisje Loes, wier moe der na een onbegrijpelijke moord levenslang krijgt. Ook Hans Maarten van de Brink mag zich na de suggestief ge schreven roeinovelle Over het water en zijn roman Hart van glas tot de groten rekenen. Ook al in april verschijnt Konings dochter, een roman over een vader met een beroemde doch ter die geen contact met hem wil. Net als, bij De Arbeiders pers, de nieuwe Geerten Meij- sing, Malocchio, waarin hij gaat afrekenen met zijn tweede va derland Italië. Een prettig tegen gif op voorhand voor al die sen timentele romans die over Toscane vol worden geleuterd. Is het toeval dat de grote schrij vers de maand maart negeren? >b Thomas Rosenboom. Foto: GPD/Joris den Bj||| Niet helemaal. Dan vJ/ais uitgevers namelijk dafbo onder gaan in het Boival geweld, dit keer gewij>sit< ven en dood in de letuk 1 geen veel bloemlezing ee nig bijzonder nieuw vLar verL >p 7 En dan komt de maajvaa een jaar na de moor<Cou Dat levert behalve eetnbi boeken over het versöm zijn volgelingen (je vr?op dertussen af wat daafi v\ nieuws over is te melh c< voorbeeld ook een nisic Ier op van René Appejde - subtiele - titel Door? in (Bert Bakker). Over eö-oi politieke leider die ofwili rische verkiezingsovëvan lijkt af te stevenen. D( kent u.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2003 | | pagina 14