'De mensen zijn zo vreselijk moeilijk geworden OOG in OOG -©O Willem Ankoné, van 30 april 1955 te Eindhoven, is eigenaar van Barrera en tot drie jaar geleden ook van De Hut van Ome Henne, twee be roemde Leidse cafés. Hij is tevens penningmees ter van de afdeling Lei den van Horeca Nederland. Ankoné /^^ÊL woont op het Hfl Rapenburg, honderd meter bij Barrera van daan, samen met zijn vriendin. In maart verwachten zij hun eerste kind. door Job de Kruiff Willem Ankoné: „Het is wat ik altijd graag heb gewild, samen het bedrijf runnen." Foto: Hielco Kuipers 17. Van wie zou u een toegestoken hand weigeren? „Het hangt natuurlijk van de context af. Is het in nood of in een gewone situatie? Hoe dan ook, ik denk aan iemand die niet goed is voor anderen. En daarbij heb ik het over mensenrechten, bijvoorbeeld, maar het kan ook in de gewone omgang zijn. Ik zal in veel gevallen ook wél iemands hand aanne men, al was het maar om mijn eigen visie te kunnen geven. Je kunt altijd nog terug, als iemand echt slecht blijkt te zijn. Ik ben wel eens belazerd, hoor. Maar daar ben je zelf bij, en ik kan er achteraf wel om lachen. Iemand heeft me eens op een heel slimme manier een paar telefoons ver kocht, in de begintijd van de mobiele tele fonie. Dat bleken gewoon een soort huiste lefoons te zijn. Het was 's avonds hier in het café. Dat is er natuurlijk een prima ge legenheid voor. Je koopt zoiets, geeft er nog relatief veel geld aan uit ook, en het blijkt niets te zijn. Toch vind ik het achteraf wel mooi dat iemand dat dus weet te verkopen. Het was mooi gedaan. Ik heb die man nooit meer gezien, maar hij zou gewoon een hand krijgen. Tuurlijk, het zijn rommelaars, zulke mensen. Maar het heeft wel wat." 22. Waar geeft u het meeste geld aan uit? (woningen auto buiten beschouwing gelaten) „Ik denk aan diners. Uit eten gaan mag geld kosten. In het buitenland - we gaan graag langere tijd naar Frankrijk - maar ook wel hier in de stad, of in Amsterdam of Rot terdam. Zeker eens per week gaan we uit eten. En de andere dagen kook ik. Ik kook graag, geef ook veel uit aan kookboeken en kook- attributen. Ik heb bijvoorbeeld mooie mes sen, zoals een zalmfileermes, en een rook- oventje, om thuis vis of vlees te roken. Of een kroegbaas daar geen tijd voor heeft? Nou, ik sta hier natuurlijk niet meer zelf achter de bar. Dus ik sta 's middags graag een uurtje of twee, drie in een kookboek te neuzen. Het koken hoeft niet al te uitge breid, hoor, maar daar kan ik m'n ei in kwijt. En vaak nodigen we mensen uit. Meestal spelenderwijs, vanuit het café. Dat vinden we gezellige, mooie avonden. Ik heb nooit een restaurant willen begin nen, zo ver gaat de hobby niet. Dan gaat het opeens om grote aantallen, dan sta je elke dag 's ochtends al de aardappelen te koken. En het bezit van de zaak is het einde van het vermaak, hè?" 38. Wat mist u in het buitenland het meest aan Nederland? „Ik ben in Roemenië geweest. En daarbij vergeleken is Nederland een rijk land, hoor. Dat je alles kunt kopen, al die halffabrika ten. Je gaat hier naar de winkel, of je trekt een maaltijd uit de kast. Die mensen daar moeten terug naar de basics. Die moeten van bloem en melk brood maken. Iets anders is: je kunt in Nederland bijna al les zeggen. We hebben een grote vorm van vrijheid. Dat is een groot goed. Ik vind het dan ook heel kwalijk als mensen niet stem men. Ik ben wel een ffancofiel, hoor. Ik hou van een beetje mooi weer, het buitenleven, ter wijl Nederlanders vaak met de deur dicht achter de tv kruipen. Maar je moet de men sen in hun land ook nemen zoals ze zijn. Als ik tussen de Fransen leef, stel ik me wat terughoudender op. Ik kan dat wel, een beetje aan de zijlijn staan." 49. Denkt u te weten wat uw partner in u ziet? „Ja. Een vriend, een maat. We hebben veel dezelfde ideeën, zitten vaak op één lijn. Qua standpunten, maar ook dat we bij de zelfde mooie film allebei in tranen zitten. En ik ben een vrolijk mens. We maken veel plezier, kunnen soms onbedaarlijk om iets lachen. Dat vindt zij heel belangrijk. Zij is wel een stuk jonger, zeventien jaar, maar ik denk dat ik in veel dingen een kind blijf. Zelf heb ik het leeftijdsverschil wel eens een bezwaar gevonden. Maar je kunt alleen maar zeggen: we zien wel waar het schip strandt. En tot nu toe gaat het fantas tisch. Misschien is het over twintig jaar een nadeel, maar dan zien we wel weer verder. Dan hebben we het al zó'n tijd samen uit gehouden." 14. Wat kan u in mensen vreselijk ergeren? „In de horeca: kortzichtigheid en onge duld. Dat klanten totaal geen begrip voor je hebben. Ze komen binnen en willen direct worden geholpen, terwijl het helemaal vol zit. En altijd haast, dat gejaagde. Dan denk ik: kijk eens om je heen, kom eens uit dat wereldje van ik-wil-binnen-tien-minuten- een-broodje-en-dan-weer-weg-want-ik- heb-het-dmk. Het lijkt wel erger geworden. Dat zal wel met welvaart te maken hebben. Je zag het vroeger veel bij Amerikanen. Die wilden al tijd 'that on the side', en 'skip that'. Elk broodje moet drie keer anders. En alles low fat, hè? En in Amerika kan dat allemaal, als de klant maar tevreden is. Maar de branche heeft er zichzelf mee in de nesten gewerkt. De mensen zijn zo vreselijk moeilijk gewor den. En dat zie je nu hier ook bij de regulie re gasten. Mensen zijn niet aardig, echt niet aardig. Ze hebben bij het museum twee uur in de rij gestaan en dan komen ze hier neerbuigend doen tegen het personeel. Of ze hebben maar drie minuten en willen dan wel iets warms, bijvoorbeeld. Dan heb ik het over gasten overdag rond lunchtijd, hoor. Wat hier 's avonds een biertje komt drinken, daar zit wel wat meer rust in." 26. Is seksualiteit belangrijk in het leven? „Ja, dat vind ik wel. Dit is ook best wel een kroeg waar versierd wordt, hoor. En je hoort natuurlijk alshorecaman verschrik kelijk veel. Wat mij dan intrigeert, is dat mensen soms in hun seksualiteit anders zijn dan ze voor de buitenwereld zijn. Ze doen zich vaak anders voor. Hier knijpen ze de kat in het donker, of ze komen met hun vriendin binnen. Ik verzin trouwens ook mijn eigen verhalen er soms maar ge woon bij, hoor, bij wat ik observeer. Zelf heb ik best veel langere relaties gehad, maar ik heb ook heel lang tot laat gestapt en ik heb mijn deel van de taart wel geno men." 31. Welke dag zou u ivillen overdoen? „Ik zou er niet één willen overdoen. Ik kijk vooruit, niet achteruit. En ik denk ook dat een dag de tweede keer nooit meer zo leuk is als-ie was. Ik vind de dag van morgen veel interessanter. Een dag overdoen om het anders te doen, dat zou ook kunnen. Maar ik geloof wel in een bepaalde voorzienigheid. Dat alles moet zijn zoals het is gebeurd. Zakelijk zijn er natuurlijk wel voorvallen geweest waarin ik iets anders had kunnen doen. Maar dat is koffiedik kijken. En al met al ben ik zeer tevreden zoals ik er nu bijzit. Privé denk ik: het heeft allemaal zo moeten zijn. Een trouwdag heb ik niet, om over te doen, en ik ben ook niet van plan om te trouwen. Ik zie daar geen voordelen in. Alles wat je wilt regelen, kun je ook zonder het huwelijk wel regelen." 34. Wanneer was u voor het laatst verliefd? „Een jaar of zes geleden, toen ik mijn hui dige vriendin ontmoette. Zij werkte bij mij, een klassiek verhaal in de horeca. Dan ga je een keer wat eten, je borrelt een paar keer na, en van het een komt het ander. Zij werkt nog steeds in de zaak. Dat is wel iets wat ik altijd graag heb gewild, samen het bedrijf runnen. Al heeft het ook nade len. Je neemt het wel mee naar huis. En ik zeg tegen mijn personeel sommige dingen makkelijker dan tegen haar. Van haar krijg ik natuurlijk ook meer tegenwerpingen. Ik ben niet zo gauw echt verliefd. Je moet wel echt iets voor iemand voelen en het leuk vinden als die persoon in de buurt is. Relaties zijn geen zakelijke overeenkom sten. Het is voor mij veel samen zijn, leuke dingen doen, uit eten, een weekend weg. Ik heb ook wel eens dwaze dingen gedaan als ik verliefd was, waarvan ik achteraf denk: wat heb je je aangesteld! Ik ben met een vo rige vriendin nog wel eens na een nacht stappen doorgereden naar Parijs. Achteraf denk je dan: was dat nou wel verstandig? Wat we nu hebben zou ik geen verliefdheid meer noemen. We zijn goeie vriendjes." 45. Wat is in uw werk uw grootste frustratie? „Dat je het nooit iedereen naar de zin kunt maken. Dan organiseer je iets, met top-dj's, en dan zijn er toch weer mensen die zeg gen: moet dat nou, die muziek? De mensen die hier komen zouden graag willen dat het elke vrijdagavond bal was. Maar als het hier heel druk is, zijn er altijd wel buren die er last van hebben. En daar probeer je ook zoveel mogelijk rekening mee te houden. Ik hou het zelf ook niet vol om elk weekeinde plaatjes te draaien en de mensen gek te maken. Dus blijft het bij een keer of vier, vijf per jaar. Altijd spontaan, als iedereen in een goeie bui is. Het zijn mooie avonden en meestal houden we wel op tijd op. Al is dat soms jammer. Er zijn honderd mensen blij en er zijn maar vier buren boos. Maar zo kun je dat niet afwegen, na tuurlijk. Ik heb ook een keer een veroordeling gehad voor geluidsoverlast. Na tweeën stond de deur nog open. Het was op Koninginnedag - dat is ook mijn verjaardag - en dan lopen ze met geluidsmeters te controleren. De rechter had er wel begrip voor: 'U was jarig en het was gezellig', zei die. Maar het kostte me wel 1500 gulden. En ik mag het drie jaar niet meer doen." 12. Wat zou u willen veranderen aan uw jeugd? „Niet zo veel. Misschien het feit dat ik enig kind was. Een broer of zus was wel leuk ge weest, denk ik. Want als ik jarig was, kreeg ik wel een poppenkast, maar ik had nie mand om voor te spelen. En daarbij was ik op 30 april jarig. Dan waren er na de oorlog altijd grote défilés waar iedereen heenging, en ik moest thuisblijven omdat de ooms en tantes kwamen. Ik had wel een andere ver jaardag willen hebben, ja. En dat is nóg zo. Of ik zelf per se meer dan één kind wil? Dat is een beetje voorbarig. Laten we eerst maar eens kijken hoe het met die eerste wordt."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2002 | | pagina 53