'Ik kom niet zoveel kerels
tegen voor wie ik warmloop'
1
a
s
c
OOG in OOG met
C
De vragen
De regels
ZATERDAG
6 OKTOBER
2001
ER
BIJ
Monique Rijven, op 10
mei 1953 in Eindhoven
geboren, is columniste.
Na een studie psycholo
gie houdt zij zich vanaf
1996 bezig met het on
derwerp humor. Hier
mee verwierf zij een
paar jaar geleden lande
lijke bekendheid. Thans
geeft ze humorcursus
sen en le
zingen over
humor door
heel Nederland.
Rijven woont
in Alphen aan
den Rijn, is ge
trouwd en heeft twee
volwassen dochters.
door Nancy Ubert
Monique Rijven: „Mijn man krijgt niets te eten als hij niet laat weten wat hij in me ziet." Foto: Hielco Kuipers
17. Van wie zou u een toegestoken
hand weigeren?
,,Op netwerkbijeenkomsten en recepties
heb ik het wel eens moeilijk. Een hand, een
vriendschappelijk tikje, een hand met zoen,
drie zoenen? Soms grijp ik mensen stevig
bij de schouders om ze uitbundig en aller
hartelijkst te begroeten en voel ik opeens
een arm bij mijn buik bungelen. Die toege
stoken hand heb ik dan gemist. Maar als ik
niet in verwarring raak van een al dan niet
vastgelegd protocol, weiger ik geen enkele
hand. Ik ben geen mens voor vervreem
ding. Met ieder die ik tegenkom wil ik pra
ten.
Volgens mij is het beter om een toegesto
ken hand te beantwoorden. Ook die van
mensen die gewetenloos zijn. Omdat je een
dame of heerschap van dat kaliber uitein
delijk meer raakt als je wel handen schudt.
Osama Bin Laden begroet ik dan ook aller
hartelijkst, alleen zo maak je kans nog een
beetje tot hem door te dringen."
23. Heeft u wel eens een belangrijke
vriendschap verbroken?
„De laatste 25 jaar heb ik voortdurend een
stuk of 12 vrienden om me heen. Elke
vriendschap past bij een aspect uit mijn le-
Ven of een deel van mijn persoonlijkheid.
Contacten vervagen of komen tot bloei,
maar nog nooit heb ik iemand uit mijn
kerstkaartenbestand gewist. Al neemt een
verbintenis in heftigheid af, iets van de an
der blijf ik in mezelf bewaren. Dat stukje -
komt vanzelf naar boven als we elkaar weer
tegenkomen. Misschien heb ik geboft met
de mensen die ik als vriend ben tegengeko
men. Geen van hen heeft mij ooit op mijn
ziel getrapt.
Als puber droomde ik van Cissy-van-Marx-
veldtsferen. Ik zag mezelf deel uit maken
van een oerdegelijke en oergezellige mei
denclub. Ondertussen verlangde ik heftig
naar een kittige naam als Oet, Kiek of Pop.
Het is er niet van gekomen. Mijn vriend
schappen zijn allemaal één-op-één. Je zult
mij nooit giebelend met een stel andere
geiten in de trein naar Utrecht zien zitten
omdat we een dagje Hoog Catharijne gaan
doen. Mijn vriendinnen hebben vooral iets
met mij; veel minder met elkaar. De heren
zijn enigszins ondervertegenwoordigd.
Manschuw ben ik niet, maar ik kom ge
woon niet zoveel kerels tegen voor wie ik
warmloop.
Dat ik vriendinnen heb, vind ik eigenlijk
heel bijzonder. Nadat ik een aantal jaren al
leen met mijn bejaarde vader had ge
woond, kwam ik op een kostschool terecht.
Dat was eigenlijk de eerste echte kennisma
king met mijn eigen sekse. Mijn klasge
nootjes vond ik grote kattenkoppen, de
nonnen liefdeloze krengen. Later, toen ik
mezelf had los geworsteld van alle knellen
de banden, ben ik vrouwen wel gaan waar
deren. De vriendinnen die bij mijn meest
basale kenmerken horen, heb ik het langst:
al 25 30 jaar."
30. Wat was de gelukkigste fase van
uw leven?
,,Ik was ongeveer 27 toen ik dacht 'nu heb
ik het'. Mijn man Frans had een andere
baan gekregen waardoor hij 's avonds niet
meer weg was en echt bij het gezin kon ho
ren. De jaren die daaraan vooraf waren ge
gaan had ik me met onze twee kinderen
behoorlijk alleen gevoeld. Dat nu-heb-ik-
het-gevoel is nooit meer weggegaan. Moei
teloos ben ik met alle veranderingen mee
gegroeid. Ik ben ook niet bang ouder te
worden. Ik verheug me er zelfs op. Nu
moet ik zeggen dat ik me op geen enkele
manier oud voel. Voor de spiegel zit ik
slechts naar een belegen verpakking te kij
ken. De inhoud is hetzelfde gebleven. Elke
levensfase heeft charme, heb ik ontdekt.
Nu geniet ik van mijn vrijheid, van het zo
maar dingen doen omdat je er zin in hebt.
Een ongelukkige jeugd wil wel eens helpen
om gelukkig te zijn. Ik hoef maar even terug
te kijken op mijn verleden om te beseffen
hoe goed ik het nu heb. Niet dat ik vroeger
vreselijk mishandeld werd of zo, maar ik
heb het gewoon niet leuk gehad. Nu wel."
41. Waar krijgt u kippenvel van?
„Van een concert van Vivaldi. Luid, graag.
En van Mendelssohns psalm 15. Lyrisch en
weemoedig tegelijk word ik daarvan. Dit
muziekstuk kan zo troostend zijn dat de
tranen juist blijven druipen. Mijn dochters
Margo en Carolien bezorgen me ook kip
penvel. Want ze verbazen me zo! Met hun
uiterlijk, de meningen die ze verkondigen.
Ze zijn iemand aan het worden die ik nog
niet ken maar die me toch heel vertrouwd
is. Op negatieve, lelijke of weerzinwekken
de dingen reageer ik anders. Dan krijg ik
een voelbare knoop in mijn buik die pas
weggaat als de situatie helder of veranderd
is. Die kronkelige knoop voel ik ook als er
iets op stapel staat dat niet leuk zal zijn.
Dan loop ik me af te vragen waarom ik me
toch zo rot voel terwijl er met mij of mijn
naasten helemaal niets aan de hand is. Als
het ongeluk, de onverwachte ziekenhuis
opname of het drama zich heeft voorge
daan, ben ik subiet die knoop kwijt. O, dat
was het, denk ik dan."
6. Waarover heeft u in uw leven het
meeste verdriet gehad?
„Vanaf het moment dat mijn hormonen
begonnen te dansen, ik was een jaar of
tien, heb ik rondgelopen met het idee dat ik
nergens bij hoorde. Ik heb erg geleden on
der dat gevoel. Tot mijn vijftiende was ik
ervan overtuigd dat niemand me moest. Ik
vond mezelf verschrikkelijk lelijk omdat ik
zo afweek van de andere meisjes. Ik was
mollig, had krullen, droeg een bril: ik was
gewoon vre-se-lijk. Elke kans op een filmrol
of prinsessentitel was natuurlijk verkeken.
In die periode zat ik op die kostschool. De
eerste twee jaren op dat internaat voelde ik
me alleen. Daaraan heb ik overgehouden
dat ik bang, somber en kwaad tegelijk kan
worden als ik het idee heb dat ik een ander
niet kan bereiken. Het gevoel dat ik ben of
word afgesneden is het ergste wat me kan
overspoelen.
Toen ik 15 jaar oud was overleed mijn va
der. Vanaf dat moment mocht ik in de
weekeinden naar mijn oudere broer. Die
deed mij terstond op dansles. Na twee les
sen kreeg ik tot mijn opperste verbazing
verkering. Vanaf dat moment begon mijn
zelfvertrouwen te groeien."
11. Als u vandaag ineens alles zou
durven, wat zou u dan als eerste
doen?
„De auto pakken en iemand naar station
Utrecht brengen. Dat lijkt me werkelijk fan
tastisch. Als ik buiten mijn woonplaats Al
phen ga crossen, moet ik alle soorten
vreemde valuta meenemen. Binnen korte
tijd ben ik volledig de weg kwijt en zit ik me
enorm op te winden over al die vrachtwa
gens die me grote angst inboezemen. Ik
heb wat dorpen gezien tijdens de zeldzame
kleine ritjes die ik heb gemaakt. Of ik vind
mezelf plotseling terug in een wildvreemde
parkeergarage en ik weet niet meer of ik nu
moet draaien of klimmen. Vandaar dat ik al
jaren niet meer achter het stuur heb geze
ten. Maar het wordt wel tijd dat ik weer op
de bestuurdersstoel plaatsneem. Want voor
een lezing in Amsterdam moet ik dagen
uittrekken en pakken boterhammen mee
nemen. Zo slecht is het tegenwoordig met
het openbaar vervoer gesteld. Ontspannen
in de auto stappen en overtuigd wegrijden.
Ja, dat is echt wat ik mis."
20. Wat is uw slechtste eigenschap?
„Gemakzucht. En zoals bij de meeste men
sen is mijn onhebbelijkheid een doorge
schoten kwaliteit. Mijn goede kant is dat ik
rust kan creëren, trouw ben, plezier heb en
er een uitbundige Bourgondische levens
stijl op na houd. Maar foei, foei, dat alles
kan uitmonden in gemakzucht. Met dra
matische gevolgen, natuurlijk Mijn huis
houden loopt bijvoorbeeld helemaal spaak.
Nu hebben we daar jaren geleden al iets op
gevonden: wij houden ons in leven met
Dien die elke week het huis komt kuisen.
Ik kan wel hard werken, maar dan wel als ik
dat zelf leuk vind om te doen. Ik vind het
moeilijk om in een bepaald stramien te
moeten lopen. Ik wil niet aan eisen voldoen
die anderen denken aan me te kunnen stel
len. Kortom, ik doe het allemaal graag op
mijn eigen manier. Gelukkig heb ik een
man die dat wel aardig vindt. Hij heeft me
nooit in het keurslijf van een vaste baan ge
stopt. Daardoor en dankzij mijn noncha
lance, heb ik altijd tijd en ruimte."
24. Op welke terreinen heeft volgens
u de andere sekse het
gemakkelijker?
„Als je op wolvenjacht gaat, kun je niet
rondsluipen met de in je achterhoofd tik
kende gedachte dat de aardappels nog van
het vuur moeten. Over het algemeen stelt
hun hersenstructuur de mannen in staat
zonder problemen een knop om te draaien.
Dat is door de evolutie zo bepaald. Nou,
daar kan ik die kerels behoorlijk om benij
den. Ze trekken de deur achter zich dicht
en basta!
Ik heb een broedplek. En met mij het over
grote deel van de vrouwelijke bevolking.
Net als vogels. Die krijgen jeuk op de borst
als zij te lang wegblijven van het nest met
de eieren. Door te broeden trekt die jeuk
weg. Vrouwen hebben die broeddrang ook.
Dat kun je vertalen in het zorgen voor. Zelfs
wanneer beide partners werken, is het de
vrouw die het grootste deel van de zorg op
haar schouders neemt of zorgt dat er ge
zorgd wordt. Op de een of andere manier
doen wij dat automatisch. Een man moet
drastisch opgeleid worden, wil hij de zorg
taken een beetje keurig uitvoeren."
39. U mag vier mensen - onder wie
ook overleden personen -
uitnodigen voor een dinertje. Wie
kiest u?
„Schrijf de uitnodigingen maar meteen en
stuur ze naar president Bush junior, Osama
Bin Laden, keizer Claudius en Carl Gustav
Jung. Ik verheug me op dat etentje. Jung
heeft geconstateerd dat tijdens fantaseren
en dromen deelpersoonlijkheden naar vo
ren komen die toegang hebben tot, of deel
uit maken van, diepe psychische lagen. In
dat onderbewuste dat gewoonlijk nauwe
lijks bereikbaar is, liggen beelden en in
drukken met een algemene culturele bete
kenis opgeslagen. Ik heb het hier dus over
een collectief onderbewustzijn in de men
selijke geest. Op dit niveau ligt het giganti
sche probleem dat tussen Bin Laden en
Bush speelt. Kortom: Jung is in mijn plan
onmisbaar. Keizer Claudius was een staats
man die groot respect verdient. Hij had de
naam een beetje simpel te zijn maar ont
popte zich tot een heel goede heerser. Hij
breidde het bestuursapparaat uit en reor
ganiseerde het. Maar veel belangrijker nog:
hij zorgde dat zijn volk zich kon verzoenen.
Goed, daar zitten we dan met z'n vijven.
Want ik schuif natuurlijk ook aan. Al was
het alleen maar voor de gezelligheid. Zon
der sfeer loopt alles in het honderd. Een
goede kok erbij en... in een avondje tijd
wordt een hoop wereldse ellende opge
lost."
49. Denkt u te weten wat uw
partner in u ziet?
„Welzeker, want mijn man krijgt niets te
eten als hij niet laat weten wat hij in me
ziet. Dat ik geen meeloper ben en mijn ei
gen mening heb, vindt hij beslist aantrek
kelijk. Ook waardeert hij mijn invoelend
vermogen en de daaruit voortvloeiende so
ciale vaardigheden. Daarnaast is het voor
hem makkelijk dat ik niet moeilijk ben.
Mijn lijf vindt hij wel lekker foezel. En daar
heeft hij natuurlijk helemaal gelijk in."
finish
Wanneer bent u voor het laatst enorm boos
geweest?
Op welke plek buiten Nederland zou u een
jaar willen wonen?
Als u nu een ander beroep zou mogen
kiezen, wat zou u dan worden?
Wat zult u nooit weggooien?
Welk kunstwerk (boek, schilderij, beeld, lied,
cd) zou u gemaakt willen hebben?
Waarover heeft u in uw leven het meeste
verdriet gehad?
Gaat u liever om met mannen
of met vrouwen?
Wordt u met het ouder worden
optimistischer of pessimistischer?
Van welk bedrijf of welke instelling zou u
directeur willen zijn?
Wanneer was u voor het laatst
zenuwachtig?
Als u vandaag ineens alles zou durven, wat
zou u dan als eerste doen?
Wat zou u willen veranderen
aan uw jeugd?
Gelooft u in liefde op het eerste gezicht?
Wat kan u in mensen vreselijk ergeren?
Wanneer heeft u voor het laatst te veel
gedronken?
Welke rol in welke film had
u willen spelen?
Van wie zou u een toegestoken hand
weigeren?
Wat vindt u opwindend?
Vindt u zichzelf aantrekkelijk?
Wat is uw slechtste eigenschap?
Heeft u een euthanasieverklaring getekend?
Waar geeft u het meeste geld aan uit?
(Woning en auto buiten beschouwing
gelaten)
Heeft u wel eens een
belangrijke vriendschap verbroken?
Op welke terreinen heeft volgens u de
andere sekse het gemakkelijker?
Zijn er onderwerpen waarover tegen u geen
grappen gemaakt mogen worden?
Is seksualiteit belangrijk in het leven?
Welk tv-programma moet meteen van het
scherm worden gehaald?
Mogen partners geheimen
voor elkaar hebben?
Van welke beroemdheid greep de dood u
het meest aan?
Wat was de gelukkigste fase
van uw leven?
Welke dag zou u willen overdoen?
Wat is de karaktertrek waarvan u wilt dat
mensen zich u erom herinneren?
In welke andere periode had u graag
geleefd?
Wanneer was u voor het laatst verliefd?
Bent u trouw?
Bent u gelovig?
Wat zou u graag beter kunnen?
Wat mist u in het buitenland het
meest aan Nederland?
U mag vier mensen - onder wie ook
overleden personen - uitnodigen voor een
dinertje. Wie kiest u?
Welke kus zou u willen overdoen?
Waar krijgt u kippenvel van?
Wie bewondert u?
Gaat u wel eens alleen uit?
Wat was uw slechtste beslissing?
Wat is in uw werk uw grootste frustratie?
Wat was uw angstigste moment?
Wanneer hebt u voor het laatst een leugen
(tje) gebruikt?
Wat is de grootste wetsovertreding die u
heeft begaan?
Denkt u te weten wat uw partner in u ziet?
Wanneer beschouwde u zichzelf
als volwassen?
De geïnterviewde gooit telkens een dobbelsteen
met twintig vlakken, om te bepalen welke vraag
hij (of zij) krijgt voorgelegd. Voor de eerste vraag
wordt gerekend'vanaf nul. Bij de volgende
negen worpen wordt er doorgeteld, waarbij na
vraag 50 weer vraag 1 volgt. Komt iemand op
een vraag die hij al heeft beantwoord, dan moet
die worp over.