Pijn die nooit ophoudt
Kiezen voor een kind met een handicap
Gezondheid
Weekje vakantie
Luchtbevochtigingssysteem
veroorzaker van astma
Uit Veroni's Brief:
u
68
MAANDAG 9 APRIL 2001
REDACTIE RIEN POLDERMAN
„In het voorjaar gaan we een weekje met vakantie. Is het
mogelijk, dat er dan wat meer hulp voor onze buurvrouw
komt?". Clazien de Wit, moeder van twee jonge kinderen,
zorgt sinds een half jaar elke avond voor de avondmedica
tie van mevrouw Van Kant, die op hoge leeftijd alleen in
een huis bij haar in de straat woont. Eerst leek ze zich aar
dig te kunnen redden, maar na de dood van haar laatste
broer daalde ze neer in een soort winterslaap. Ze verloor
de belangstelling voor haar omgeving, zorgde minder voor
zichzelf, en haar huis, en ging ook lichamelijk achteruit.
„Laat mij maar dood gaan", zei ze telkens, als ik aandrong
op behandeling. „U mag wel komen, maar volgens mij is
het verloren tijd. Wie zit er nou nog op mij te wachten?" Ik
had er geen antwoord op, ze was ook wel heel alleen.
Geen kinderen, nog een verre neef, die overigens met eni
ge regelmaat zijn neus om de hoek stak, maar verder was
ze alleen op de wereld. Maar wonder boven wonder kreeg
ze contact met Clazien, de nieuwe buurvrouw van een
paar deuren verder. Zij kwam kennis maken met haar
man en kindertjes, en zo ontstond een stille vriendschap.
Toen ze hulp nodig had, en de thuiszorg die niet bieden
kon, was het voor hen vanzelfsprekend, dat ze die taak op
zich namen. Eerst de pillen, toen ook de was in de machi
ne, en een kopje koffie met een sneetje brood. Mevrouw
Van Kant is wat eenzelvig, en in haar sombere periode
werd dat erger. „Al die vreemden over de vloer, dat is
maar niks", zo zei ze.
Haar weinig vriendelijke ontvangst schrikte de hulpverle-
ners af, die op hun beurt het uiteindelijk af lieten weten.
„Mevrouw heeft geen hulpvraag", zegt de leidinggevende,
bij wie ik een overleg heb aangevraagd. „Ze is afwerend in
het contact, daar kan ik mijn mensen niet aan bloot stel
len." Ik leg uit, dat het gaat om een weekje vakantie van
de buren, die haar elke avond vrijwillig helpen. Bovendien
lijkt met het naderende voorjaar de stemming van me
vrouw Van Kant op te klaren. Ze is meer toegankelijk voor
hulp, krijgt weer interesse in het eten, maar kan zich mo
menteel onmogelijk zelfstandig redden. Maar er is geen
praten aan.
„De indicatie is verlopen, u zal een heel nieuwe aanvraag
moeten doen", zegt de leidinggevende weer. Naast haar
zit Trees, die regelmatig bij haar komt. „Het klikt niet echt
tussen ons", vertelt Trees. „Ze wil niet dat ik haar douche,
en ik kan alleen een kopje thee geven, met haar pillen, als
ik 's morgens kom."
Mevrouw Van Kant is altijd een avondmens geweest, een
heel probleem met de vaste tijden van het thuiszorgteam.
En van douchen heeft ze nooit gehouden. Ze waste zich
altijd aan de wastafel. In de praktijk gaat ze weer naar bed,
als de thuiszorg geweest is, tot ze door Tafeltje Dek Je ge
wekt wordt. Dan begint ze de dag met een warme maal
tijd. Gelukkig worden er binnenkort diepvriesmaaltijden
afgeleverd, zodat ze die 's avonds in de magnetron kan la
ten zetten. Dat zal de kwaliteit van haar leven positief
kunnen beïnvloeden. Maar zover zijn we nog niet.
„Kunt u een wasje draaien, terwijl u in huis bent?" vraagt
mijn praktijkverpleegkundige, die het overleg georgani
seerd heeft. „Dat behoort niet tot mijn taken", zegt Trees.
Haar leidinggevende steunt haar. Zo zijn de regels, daar
zijn weer anderen voor. Wat een bureaucratie, en dat alles
voor een weekje vervangende hulp. Al snel wordt duide
lijk, dat hier geen uitweg mogelijk is. Nadat ze vertrokken
zijn, kijken we elkaar moedeloos aan. Hoe regelen we dit?
„Óc kan wel een paar keer langs gaan, ik kom toch langs
haar huis, zegt de praktijkverpleegkundige. Zie jij kans
nog iets te doen?" We gaan rrjet de praktijkmedewerkers
om tafel zitten. Dat weekje komen we wel door, Clazien de
Wit kan rustig op vakantie.
Vandaag ga ik naar mevrouw Van Kant toe. Als ze hoort
dat ik binnenkom, stapt ze net uit bed en hult zich in haar
duster. „Nog laat op pad, dokter", zegt ze. Ik geeft haar de
pillen met een glaasje water, maak wat water warm voor
een kopje koffie, en smeer een beschuitje. Daarna meet ik
haar bloeddruk, en maak nog even een praatje. „Het is
toch wat, dat u voor me zorgen moet," zegt ze. „Nog een
paar daagjes, dan is Clazien weer thuis". We redden het
wel, en met de vertegenwoordigers van
de thuiszorg gaan we opnieuw aan tafel,
zodat mevrouw Van Kant kan blijven
wonen in haar eigen huis. Wellicht dat in
de toekomst een persoonsgebonden
budget uitkomst kan bieden, zodat ze
haar hulp zelf mag uitkiezen en betalen.
MARIEKE VAN SCHIE, huisarts
Luchtbevochtigingssystemen
bij bedrijven kunnen leiden tot
astma en ontstekingen van de
longblaasjes. Bedrijfsarts T. Pal
concludeert dat na een vijftien
jaar durend onderzoek naar
manieren om longproblemen
op de werkvloer te verklaren en
te voorkomen. Pal promoveert
op 18 april aan de Rijksuniver
siteit Groningen.
Hij deed onderzoek bij een pro
ductiebedrijf van synthetische
garens en vezels in Emmen. In
die fabrieken komen bij werk
nemers vaak klachten aan de
luchtwegen voor. Tot nu toe
werden die toegeschreven aan
de oliemist die bij de productie
vrijkomt. Pal toonde echter aan
dat de luchtbevochtigingssyste
men, die vaak vervuild zijn met
micro-organismen, de belang
rijkste oorzaak zijn van de aan
doeningen. De werking van de
longen van patiënten verbeter
de aanzienlijk wanneer ze niet
meer werden blootgesteld aan
de gebruikelijke manier van
luchtbevochtiging en overstap
ten op een ander systeem.
„Stoombevochtiging is een
goed alternatief, aldus Pal.
De grote boosdoeners zijn bac
teriën en schimmels in het wa
ter, die via de luchtbevochtiger
in kleine deeltjes de luchtwegen
binnendringen. „Ook mensen
die met andere vormen van or
ganisch materiaal werken, zoals
champignonkwekers, duiven
melkers en varkenshouders
hebben grotere kans op lucht
wegproblemen, vermoedt de
onderzoeker. „Organisch mate
riaal, dus ook bijvoorbeeld olie,
zorgt snel voor schimmels en
bacteriën in het systeem.
Volgens Pal is het belangrijk dat
arbo-diensten fabrieken en be
drijven met luchtbevochtigers
regelmatig controleren. „Vaak
laten die, vooral als ze een ou
der systeem hebben, hetzelfde
water keer op keer circuleren.
Dan tieren bacteriën en schim
mels welig."
Veroni Steentjes is 25 jaar.
Vanaf haar twaalfde jaar heeft
ze Posttraumatische dystrofie
(PD) in een progressieve mate,
een zeer pijnlijke ziekte. Sinds
eind 1997 woont ze in Het
Dorp in Arnhem. Al jaren ligt
ze aan bed gekluisterd, met
'ondraaglijk scherpe pijnen,
voortdurend'. Morgen beslist
de Eerste Kamer over het -
omstreden - wetsvoorstel Eu
thanasie. Deze week schreef
Veroni de kamerleden een
persoonlijke brief: „Luister
naar mij."
Steenderen, 8-8-'88: in het lief
lijke plaatsje aan de boorden
van de IJssel struikelt een onbe
zorgd twaalfjarig meisje, 's
avonds in het donker, al spe
lend over een laag muurtje. Een
barst in haar rechterschouder
en een beschadigd kapsel, luidt
de eerste diagnose. Het is een
begin van een lange, lange lij
densweg langs artsen en speci
alisten, langs ziekenhuizen en
revalidatiecentra. Een weg zon
der einde.
Arnhem, 2-4-2001: In haar ei
gen lichte woning in Het Dorp
ligt Veroni Steentjes - 25 nu - op
het oog sterk, zelfbewust en
mooi in haar witte bed, een
plek waar ze al bijna vier jaar
nauwelijks uit weg komt. Lange,
krullende haren, verzorgde op
maak, een voorzichtige lach
spelend om haar lippen, een
zonnig t-shirt haar frêle schou
ders omhullend.
Ze ligt 'scheef in haar bed, haar
rug in een onnatuurlijke krom
ming, haar voeten vreemd ge
bogen, krachteloos. Haar han
den, vingers, krampachtig in
eengevouwen, bewegingloos.
De bel gaat: met haar mond
blaast Veroni op een pijpje
waarmee ze de deur opent. Een
opgewekte verzorgende stapt
binnen: „Zal ik je straks je eten
geven, Veroni?"
De 'tussenfase': Het 'barstje' in
haar schouder wil eind jaren
tachtig maar niet genezen. De
pijn blijft, wordt erger, kruipt
door naar bovenarm, elleboog,
onderarm, pols en vingers. Jon
ge Veroni raakt de coördinatie
over haar ledematen kwijt, kan
niet meer schrijven met haar
rechterhand. Ze 'knikt' door
haar benen, haar voeten zwab
beren. Bij geen enkele stap weet
ze waar ze op de grond terecht
zullen komen. Jarenlang kwak
kelt ze, zonder enig herstel. In
april 1994 raakt ze na een ope
ratie verzeild in een rolstoel,
eerst tijdelijk, dan voorgoed. De
dystrofie slaat door de operatie
door naar alle vier haar ledema
ten.
De artsen hebben een 'kwaaie'
aan Veroni: ze leest veel over de
symptomen van haar ziekte, ze
belt mensen, studeert. Een ge
Veroni Steentjes bedient haar PC met behulp van een mondbit.
sprek met een familielid die de
zelfde ziekteverschijnselen
heeft, brengt haar op het idee:
heb ik soms Posttraumatische
Dystrofie? De artsen geloven
haar niet, houden het op be
knelde zenuwen, op 'aanstelle
rij' en later op: 'psychische pro
blemen'. „Ze hebben me heel
lang niet serieus genomen. Ik
was dat jonge 16-17 jarig meisje
dat het soms waagde af te din
gen op de mening van de dok
ter in zijn witte jas. Mijn mon
digheid werd niet erg op prijs
gesteld", herinnert ze zich. Ze
ondergaat kleine en grote ope
raties: ze hebben een averechts
effect.
Eind 1995 komt ze 'eindelijk' in
contact met professor Goris,
verbonden aan het Radboud-
ziekenhuis van de Universiteit
Nijmegen, zeker dan dé specia
list op het gebied van Posttrau
matische Dystrofie. Al gauw
spreekt hij het verlossende
woord: Veroni heeft gelijk ge
had. Ze voelt zich erkend, ook
al is de harde mededeling
'zwaar klote.': „Jarenlang heb ik
de verkeerde behandelingen, de
verkeerde therapieën, de ver
keerde medicijnen gehad. De
dystrofie was intussen te ver
doorgeslagen naar al mijn lede
maten: het had maar liefst acht
jaar geduurd voordat eindelijk
de juiste diagnose was gesteld.
Ik was te laat."
Veroni is een slimme meid.
'Ondanks alles' rondt ze in 1993
met uitstekende cijfers haar
atheneum-opleiding af aan de
Zutphense scholengemeen
schap Isendoorn. Ze wil ac
countant worden, heeft verke
ring en smeedt 'grote toekomst
plannen': „Waarschijnlijk," zegt
Veroni, „zou ik nu een soort
yup zijn geweest, een carrière
vrouw, prestatie- en werkge-
richt. Maar ook: veel uitgaan,
lol maken."
Haar economisch getinte oplei
ding ruilt ze noodgedwongen in
voor een meer sociale richting.
Ze studeert nu, sinds een paar
jaar in een aangepast tempo,
culturele antropologie aan de
Universiteit Nijmegen. „Ik
schijn de enige student in dit
land te zijn die eens per week
met bed en al en in een Rode
Kruis-ambulance naar de colle
gezaal wordt vervoerd," zegt ze,
lichtelijk cynisch.
Uitgaan is er nauwelijks meer
bij, hoewel: „Zaterdag ben ik
naar de schouwburg in Arnhem
geweest, de musical Diana, met
Vera Mann. Heel mooi, ik kan
me er weken van te voren op
verheugen, Maar het is ook een
bijna onmogelijke opgave. Met
bed en al zo'n schouwburgzaal
in, zie je het voor je? Dat is met
een een ander groot probleem:
het totaal gebrek aan privacy,
overal hulp bij nodig hebben,
niets alleen kunnen doen. Din
gen niet vragen, die je eigenlijk
hard nodig hebt."
Veroni zwijgt, denkt na, zegt
dan: „Ik heb heel vaak het ge
voel dat ik alleen maar uit een
hoofd besta met verder niets
dan alleen een heel vreemd lijf
dat altijd pijn heeft en me al
leen maar last bezorgt. Elke dag
ben ik bezig te overleven, ik
merk dat ik sommige dingen
niet meer kan, dat ik achteruit
ga, steeds verder. Minder ener
gie, meer spasmen, meer trillin
gen, meer pijn, een stekende,
scherpe pijn die aan je vreet,
die niet ophoudt ook al gebruik
ik morfine en medicinale mari
huana om 's nachts tenminste
nog een paar uurtjes te kunnen
slapen."
„Die pijnvraag is heel belang
rijk. Als de pijn zo overheerst
dat je echt niets meer kunt,
niets meer wilt en als dat dagen
en dagen, maanden en maan
den voortduurt, echt helemaal
uitzichtloos wordt, dan is dat
heel bepalend voor je toekomst.
Nu kan ik gelukkig nog een
paar dingen. Ik heb mijn
vriend, Emile, een lieve be
roepsmilitair die elk weekeinde
bij me komt; ik heb mijn ou
ders, mijn vrienden. Ik studeer,
lees, zing, snuffel op internet,
stuur e-mails, schrijf met ge
vangenen, ja met dit mondbit
hier kan ik ook gewoon letters
typen. Ik wil wat opzetten voor
bedlegerige jonge mensen, met
een ziekte of een handicap.
Kortom: ik probeer een zo nor
maal mogelijk leven te hebben
en niet als een kasplantje te ve
geteren."
„Maar hoe is het over een half
jaar met me, over een jaar? Hoe
gaat dit verder, hoe moet dit af
lopen? Nu heeft het leven nog
waarde voor mij, voor mijn om
geving, mijn familie, mijn
vrienden. Maar als dat niet
meer zo is, dan wil ik zelf kun
nen beslissen over het einde
van mijn leven, dan wil ik het
zorgvuldig voorbereiden, op
H
H
Mijn leven staat vanaf mijn 12e jaardag in dag uit im
teken van continue enorme pijn en voortdurende chrofa
sche moeheid. Je zit in de bloei van je leven, maar je w|D
lichamelijk een oude vrouw van 100 jaar. Ik lig al ongkc
vijf jaar continu op bed.Je
„Ik kan mijn armen en benen bijna totniet bewegen. MP
diverse dwangstanden door de Posttraumatische Dystmi
en lig, door mijn rug, in een aparte houding. Mijn hook,
mijn verstand werken alleen nog wél uitstekend. In mijt
hoofd zit ik vol plannen. Ik zit gevangen in mijn eigenui\
chaam.ri
Ik heb voor mijn doen een druk leven en kom tijd te b0|
Ik ben nu nog niet levensmoe, maar weet wel heel ze keg31
ik deze manier van leven niet eindeloos volhoud. Ik wm
ven alles een menswaardig leven hebben en probeer erm
danks alles nog wat van te maken, maar dat kost ontzmi
tend veel kracht, lichamelijk en mentaal.K<
Wat is een menswaardig leven? De definitie hiervan iiP;
voor iedereen weer anders en de één zal wel zijn hele lefil
van slangetjes afhankelijk willen zijn en de ander nietmi
zelf wil dat dus duidelijk niet. Ik wil niet leven als eenm
plantje.W
„lk heb ontzettend veel pijn. Ik gebruik ongeveer 30 pie
per dag. Ik heb al van alles uitgeprobeerd, qua pijnbesvr
ding. Ik houd het zo waarschijnlijk niet nog twintme
jaar vol.. Ik heb zoveel beperkingen en weet dat het stese
minder wordt.he
„Ik vind dat ieder mens zelf het recht heeft om te zeggetv
wanneer hij het niet meer aankan en wil stoppen metin
ven. Dat is namelijk niet iets wat objectief vast te stellede
Hoe kan een arts zeggen of mijn pijn wel of niet ondrem
lijk is als hij het zelf niet eens voelt. Ik vind dat ik het ifr
heb om op een humane wijze te sterven. Niet alleen not)c
mijzelf maar ook voor mijn nabestaanden.ve
Mentaal lijden houdt in mijn geval in continue afhatlo
lijk van anderen re zijn, leven met grote beperkingen, ilte
opvallen door je rolstoel of bed en een groot gebrek aaiBe
vacy. Ik kan niet zijn wie ik zou willen zijn. Heeft u erlC
eens bij stilgestaan hoe een leven als het mijne met coitu
nue pijn, spierkrampen en spasmen en voortdurende ifcc
heid is en 24 uur per dag, liggend op hetzelfde bed, in 1)11
zelfde ruimte? Dat houdt toch niemand eindeloos vol. pu
Euthanasie regelen wil niet zeggen dat het dan metedia
maar meer en eerder zal gebeuren. Die angst is ontereaje\
Nederland heeft een liberaal beleid met betrekking totfn
abortus, maar een van de laagste abortuscijfers van defer
reld. We zijn ook liberaal wat seks betreft, maar ook ht\\
aantal tienermoeders is erg laag in vergelijking met <7/An
ren landen. Het aantal gevallen van euthanasie zal hefie
niet stijgen, alleen het aantal geregistreerde gevallen uên
Er zal dan juist meer toezicht zijn, meer duidelijkheids
inzicht.la;
U beslist over dit voorstel, terwijl velen van u niets /n|eI
keren of zelfs nooit met mensen te maken hebben geluk r
zo ernstig ziek zijn als ik. Ik vind dat er in Den Haag nOj
makkelijk over deze wetten beslist kan worden, terwijael
er nu nog niets mee te maken hebben. Pas als mensenw
in een situatie als de mijne zitten, gaan ze er anders oJnj
nadenken. Daarom hoop ik dat u naar mij luistert.He
„Ik hoop dat u na deze brief beseft hoe belangrijk dezé, in
thanasiewet is voor een groot aantal mensen en missci
ook voor u zeifin de toekomst, mocht u, wat ik niet ha
erg ziek worden, of iemand in uw omgeving. Ik ho
dat u de juiste afweging maakt en vóór deze nieu we i<ij
zult stemmen. Het wetsvoorstel is voor mij een stap /nj
goede richting.
een goede manier afscheid ne
men. Dat idee alleen al, dat dat
gewoon zou kunnen, dat geeft
rust, de wetenschap dat je op
een min of meer normale, hu
mane en legale manier dood
kunt gaan. Misschien verlengt
dat je leven al wel, die gerust
stelling dat het duidelijk en mo
gelijk is."
„Die brief heb ik geschreven
vooral voor de tegenstj
van deze euthanasiew
veel weerstand bij het(
klein rechts. Een anft
ik nog niet gekregen, H
niet verwacht. De briej
mijn verhaal, mijn en
moet zelf zijn werk doi
hem in ieder geval maj
NICO HOFFER
Zwangerschapsonderzoeken
zijn gewoongoed. Wie een ern
stig gehandicapt kind verwacht,
krijgt als standaard-oplossing
het voorstel voorgelegd de
zwangerschap te laten onder
breken. Karst en Janny Lovers-
Vermeer uit het Gelderse Aspe-
ren wezen dat scenario, om
'ethisch-sociale' redenen van
de hand. Karst-junior werd sa
men met zijn tweelingbroertje
Thomas geboren. Thomas was
in de moederschoot al gestor
ven. Karst had een open rugge
tje en is nu vier jaar. Hij kan
niet lopen, is incontinent en
dagelijks moeten zijn blaas en
darmen gespoeld en geleegd
worden.Maar hij gaat gewoon
naar de basisschool in het dorp.
Volgens zijn ouders ligt hun li
chamelijk gehandicapte kind
verstandelijk voor op zijn leef
tijdsgenootjes ('We zeggen wel
eens: je hebt het verstand van je
broertje erbij gekregen'). Hij
heeft een goede band met zijn
vier zusjes. Janny en Karst Lo
vers-senior, beiden 40, zeggen
destijds niet anders gekund te
hebben: „Het leven is geen keu
ze die je zelf maakt. Elk kind is
een geschenk. Stel dat we Karst
hadden laten aborteren en een
van onze dochters belandt door
een ongeluk in een rolstoel.
Wat zal die dan van ons den-
De familie Lovers compleet. „Wij hopen Karst goed voor het leven te
kunnen toerusten, hem vooral te laten zien wat hij wel kan. Want Karst
is geen gehandicapt kind, maar een gewoon jochie met een handicap."
FOTO CPD RAPHAËL DRENT
ken?" Over hun ervaringen
schreven de Lovers samen het
boek 'Zondagskind, ons kind
werd geboren meteen open rug'.
De Vereniging ter Bescherming
van het Ongeboren Kind liet het
uitegeven.
De tweeling was gewenst, maar
niet gepland. Janny Lovers
kampte met ernstige herniapro
blemen en slikte, na de geboor
te van drie dochters, de pil.
Toch bleek zij bij een controle
zestien weken zwanger van een
tweeling. Bij een echo, twaalf
weken later werd duidelijk dat
één van de kindjes was overle
den en dat de ander spina bifi
da had, een aangeboren spleet
in de ruggewervels. Omdat juist
die plek voor de menselijke ze
nuwbanen de hoofdverkeers
ader is, lijdt de aandoening
meestal tot ernstige, lichamelij
ke handicaps.
De Lovers wisten na de echo
onmiddellijk de consequenties,
zegt Karst-senior: „Wij hebben
beiden in de zwakzinnigenzorg
gewerkt en kenden de zwaarste
scenario's, ook die van kas
plantjes. Maar we hebben geen
seconde aan abortus gedacht.
Het waren de artsen die tot drie
keer toe ons vertelden dat we,
in deze omstandigheden, heus
niet te laat waren om een einde
aan de zwangerschap te ma
ken." Dat ze hier niet op zijn
ingegaan, heeft volgens Janny
Lovers niet alleen te maken dat
zij kerkelijk zijn: „We behoren
beiden bij de gereformeerde
kerk. Voor ons is een kind in
derdaad een geschenk van God.
Maar er speelde vooral ook
ethisch-sociale beweegredenen
mee. Van ons mag elk kind
zichzelf zijn. Bovendien wilden
wij dit kind graag. Wij waren
Thomas al kwijt, dit kind wil
den we houden."
Na een zwangerschap vol angst
en spanning, werd de tweeling
met een keizersnee geboren-
.Janny Lovers: „Sindsdien is
ons leven nooit meer normaal
geweest. Ons gezin staat nu in
het teken van dokters, van fy
siotherapeuten, van rolstoel en
tal van technische aanpassin
gen En onze dochters zijn door
alle zorg om hun broertje soms
ook te kort gedaan. Vooral de
oudsten, nu 15 en 13, moesten
snel volwassen worden."
Het ongeplande scenario hield
daarmee niet op. Een jaar later
bleek Janny opnieuw zwanger.
Na veel spanning werd hun
vierde, gezonde dochter gebo
ren. Vervolgens werd bij Janny
borstkanker geconstateerd en
moest amputatie worden toe
gepast. Janny: „Dat was voor
mij het dieptepunt. Ik heb zo
gewanhoopt, ik voelde me ook
zo schuldig. Moest ik dood
gaan en Karst en de kinderen in
de steek laten? Gelukkig is het
anders verlopen."
Karst-junior is een waterhoofd
bespaard gebleven, maar hij zal
nooit kunnen lopen. In verband
met de vergroeiingen aan zijn
bovenlichaam draagt hij nu een
body-brace, een plastic verste
viging. Later zal er nog een in
grijpende operatie nodig zijn.
„Hij zal ons later ongetwijfeld
vragen waarom hij zo moet le
ven, waarom we hem geboren
hebben laten worden. Daar zijn
wij niet bang voor. Wij hopen
Karst goed voor het leven te
kunnen toerusten, hem vooral
te laten zien wat hij wel kan.
Want Karst is geen gehandicapt
kind, maar een gewoon jochie
met een handicap."
Een handicap die overigens wel
huis- en vervoersaanpassingen
vraagt en daar zijn de Lovers
veel minder positief over: „De
Kruiswoord-min-een
Niet het gevraagde woord invullen, maar een woord dat bestaat
uit de letters van het gevraagde woord in dezelfde volgorde min
1 letter. (B.v. Omschrijving "dierenverblijf". Antwoord zou zijn
"stal", maar ingevuld moet worden "sta"of "tal". Welke van die
twee het moet worden, moet blijken uit de kruisende woorden.)
Horizontaal: 1. Droge turfstof; 5. klipgeit: 7. alom; 8. groente;
9. zomermaand; 11. sollicitant; 14. ogenblik; 16. waswater;
17. advies; 18. grompot; 19. omslag; 20. tenen mand;
22. zeurkous; 25. rondrit; 27. sluitmiddel; 29. gauw verslijtend;
30. kleinste vinger; 31knol.
Verticaal: 2. Zanggroep; 3. vloerbedekking; 4. deel v.h. jaar;
6. hemellichaam; 8. deel; 9. tijdseenheid; 10. kanaal; 12. als;
13. horizon; 15. vrouw van Zeus; 16. berggeel; 19. makker;
21. mooi; 22. bron; 23. zeeaster; 24. strijdmacht; 26. kus;
28. legerleiding.
HET WEER
overheid zou juist vooL,
kind als Karst de bureL
sche regels moeten latj
en geld beschikbaar m
stellen voor zaken diei
zijn. Daarin zijn we erf f,
gesteld. We moeten Ka
boven dragen, je moet|
jaar wachten op nieuvLg
stoelbanden en we woL^
zijn zevenen in zo'n kJLj
dat het voor een kind iU
rolstoel meer een kwe;jeL
overleven is." L»
Janny en Karst Lovers
hun ervaringen opgesL
Ze deden dat vooral ofer
zich later tegenover K|uy
hun andere kinderen lU
verantwoorden voor lij§
Janny Lovers: „Ik hadL|
nooit kunnen bedenk^
al gauw bleek dat andjL
sen met een gehandicL^
steun in ons verhaal \vg|
En daarom dit boek. sUj
voor ons en andere zoLj|
kinderen."
tori;
HELMA VAN DEN BERG Ejg
»St
VNI
Zondagskind, 'Ons kind vfscl
ren met een open rug', Jai
Vermeer, Karst Lovers (sr. 1
Kok, Kampen, ISBN 90 43!
prijs: 15,90 gulden. Qjj.
Hoepage Karts Lovers junk
http: //nome.hetnet.nl/ wf
isn
ver
Oplossing van zaterdag:
HORIZONTAAL: 1Slagman;
7. hoes; 8. erom; 10. emt;
12. oei; 13. hoofs; 16. Agen;
18. rara; 20. era; 21. emir;
23. arts; 26. Maria; 28. ama;
30. dna; 32. noga; 34. joop;
35. telgang.
VERTICAAL: 1. Som;
2. lethe; 3. as; 4. me;
5. Arosa; 6. Noe; 7. hela;
9. mika; 11. zo; 14. onera;
15. fraai; 17. gym; 19. rit;
21. elan; 22. image;
24. radon; 25. snap; 27. ra;
29. mot; 31. nog; 33. al;
34. ja.
Geen palmen met Pasen
„Hangt met Kerstmis het ijs aan de twijgen,
ge zult met Pasen palmen krijgen", is een
spreuk die goed van toepassing was op de
situatie in 1948-1949. Met kerst werd onder
regie van een hogedrukgebied boven de
Noordzee koude lucht aangevoerd. Op bei
de dagen, 25 en 26 december 1948, vroor
het licht tot matig en het weerbeeld ken
merkte zich door zonneschijn.
Met Pasen (17 en 18 april 1949) leek het wel
hoogzomer. De zon scheen volop en de
thermometers stegen tot boven de 25 gra
den. In Maastricht werd zelfs een landelijk
paasrecord van precies 30 graden gemeten.
Ook op paaszaterdag in de zuidelijke re
gio's zomers warm zodat drie 'vijfentwinti
gers' op rij in de boeken konden worden
geschreven. Dergelijk stuntwerk lijkt nu zo
goed als uitgesloten. Hoewel het nog te
vroeg is voor een gedetailleerde paasver-
wachting lijken de thermometers zich eer
der onder dan boven normaal te zullen op
houden. Dat komt omdat het zich ten
noordwesten van Spanje profilerende Azo-
renhoog de scepter blijft zwaaien. Daar
knoopt het hoog connecties aan met hoge-
druk in de regio Groenland/IJsland (later
naar het zuidoosten zwenkend) hetgeen
boven het Noordzeegebied luchtaanvoer
uit het noorden tot gevolg heeft.
Dezer dagen wordt het weerbeeld bepaald
door een depressie die zich over Schotland
naar het zuidoosten verplaatst. De ver
wachting is, dat de kern van het systeem
Mi
lm
n
fS
zich morgenmiddag boven de Duirh
bevindt. per
De depressie veroorzaakt morgenfe Ju
van onweer vergezeld kunnen gaam
wind waait uit het westen en is m^rh
tig, morgenavond wordt een naaifcer
west tot noord ruimende wind veis
Het afgelopen weekeinde vielen éf w
terdag enkele buien. In HoofddoijSn
millimeter afgetapt. Toch kwam (feei
geregeld tevoorschijn. Gistemachr W
flinke opklaringen, overdag raakttj Ju
wolkt en werd met een noordwesjm
vrij koude lucht aangevoerd. De i»rh,
temperatuur bleef onder de 10 gr%er