Eigen baas in de gezondheidszorg Fiscus helpt een handje 237 ZATERDAG 16 SEPTEMBER 2000 'Minder uren en meergeld. Dat is toch niet te vatten?!' De bijzonder hoge werkdruk en starre werkgevers beu, kiezen steeds meer verpleegkundigen voor een zelfstandig bestaan in de gezondheidszorg. Naast de dokter en de fysiotherapeut zoekt nu ook de vrijgevestigde ziekenverzorgende een eigen plekje op de zorgmarkt. „Als de zorg fatsoenlijk met haar mensen zou omgaan, was het zo ver niet gekomen." Veel allure heeft het anonieme pandje in het smalle straatje in Schoonhoven niet, maar dat be let Anthon Mak - directeur van Plan Co - niet groots en meeslepend te denken. Op de als kantoor ingerichte zolderverdieping beent hij met grote passen door de succesvolle ge schiedenis van zijn bedrijf. Hij verliet het verpleeghuis waar hij zorgmanager was, zes jaar geleden toen daar uit budgettaire over wegingen het aantal luiers voor bewoners werd beperkt tot drie per dag. Weg van een zorg die de zijne niet was. Mak wordt nog steeds boos als hij zijn mo tieven uit de doeken doet. „Ik kan me er ma teloos over opwinden. De vergadercultuur, de bureaucratie. Dat je vier stempels moet hebben om een nieuwe pen uit het magazijn te krijgen. De zorg in Nederland gaat kapot aan loze beloften en een veel te hoge werk druk. Toen we 36 uur gingen werken was dat om nieuwe collega's een kans te geven. Maar het zijn er alleen maar minder geworden. Te gelijk is het werk steeds frustrerender gewor den. Verpleegkundigen hebben allerlei crea tieve ideeën over hun werk, maar werkgevers willen er niets van horen." En dus ,werd verpleegkundige Mak direc teur Mak. Aanvankelijk beperkte hij zich tot het geven van adviezen, maar daar bleef het al snel niet bij. In september 1998 introdu ceerde hij een noviteit in Nederland: de lease verpleegkundige. Ziekenhuizen in de omge ving konden bij Plan Co personeel inhuren dat bij Mak op de loonlijst stond. Aan perso neel geen gebrek. „Ze komen bij bosjes. Plan Co betaalt 14 procent meer dan de reguliere zorg. Dat is in een aparte CAO vastgelegd. Maar minstens zo belangrijk is dat mensen hier precies kunnen zeggen hoe en hoeveel ze willen werken. Dat is in de reguliere zorg vaak niet mogelijk. Ik kreeg hier een ver pleegkundige. die werkte op een afdeling neonatologie in een ziekenhuis hier in de buurt. Ze wilde vanwege gezinsuitbreiding vier uur minder in de week gaan werken. Ondanks vijf vacatures kreeg ze het niet voor elkaar. Ik had haar huilend aan de lijn. Nu werkt ze voor mij in hetzelfde ziekenhuis. Minder uren en meer geld. Dat is toch niet te vatten?!" Inmiddels staan bij Mak 160 mensen op de loonlijst. Hij heeft geen moeite om opdracht gevers te vinden die ze willen inhuren. Voor waarde is wel dat Plan Co niet actief werft in de instellingen waar het bedrijf werkt. Mak: „De instellingen zijn bang dat hun personeel gaat lopen. Dat ze horen wat ze bij mij kun nen verdienen. We houden ons eraan, maar langzamerhand kent iedereen Plan Co. De telefoon staat hier niet stil. Alleen deze maand al heb ik 35 gesprekken met mensen die bij mij aan de slag willen. Hoezo geen personeel? Ze wonen bij bosjes om de hoek. Het heeft alleen geen zin om tachtig mille uit te trekken voor personeelsadvertenties als je de mensen vervolgens als oud vuil behan delt. Als de zorg fatsoenlijker met haar men sen zou omgaan, was het zover niet geko men." Aanleidingen Niet alle verpleegkundigen die voor zichzelf beginnen besturen binnen vijf jaar een eigen zorgimperium. De grootste groep verkiest een bestaan als zelfstandig ondernemer. Twee ontwikkelingen hebben de laatste ja ren veel twijfelaars over de streep getrokken. De invoering van de flexwet en het per soonsgebonden budget (PGB). Veel zorgver leners die er voor gekozen hadden via uit zendbureaus redelijk flexibel in de zorg te werken, werden geconfronteerd met allerlei beperkingen. Zo mocht niet langer langdurig voor dezelfde opdrachtgever gewerkt wor den en ook werken op vaste uren in de week kon tot problemen leiden. De invoering van het persoonsgebonden budget zorgde daarnaast voor een beperkte groei van de zorgvragende markt. Hoewel nog maar een paar procent van de thuiszorg via een PGB gefinancierd wordt, nam de po tentiële klantenkring wel met duizenden toe. Jeanette Bastmeijer is voorzitter van de Nationale Vereniging van Vrijgevestigde Ver- plegenden en Verzorgenden (NVVW). De zes jaar geleden opgerichte organisatie telt inmiddels 160 leden. Zelf zette ze de stap naar zelfstandigheid na een verblijf in het buitenland. „Ik was A-verpleegkundige in het academisch ziekenhuis in Rotterdam. Maar baas zijn van je eigen toko is veel pret tiger." Zelfstandigheid is volgens Bastmeijer niet voor allen weggelegd. „Niet iedereen kan tegen de onzekerheid. Daarnaast moetje zakelijk zijn. De rekeningen worden niet vanzelf betaald. Je moet geregeld achter je geld aan. Ook moet je zelf zorgen voor verze keringen, je pensioen en je moet de fiscus en bedrijfsverenigingen tevreden stellen." Om de kwaliteit van de zorg op een hoog peil te houden, sluiten veel zelfstandigen zich aan bij een organisatie die daarvoor waakt. Bastmeijer is mede-eigenaar van de ZorgZaak. Via de zaak hebben potentiële klanten een aanspreekpunt. Wie de Zorg Zaak belt krijgt een lijstje met telefoonnum mers van aangesloten verpleegkundigen, met wie zaken gedaan kunnen worden. Het contract dat vervolgens wordt afgesloten is iets tussen de zorgverlener en de cliënt. Doelgroep Wie voor zichzelf begint met de bedoeling rijk te worden in de zorg, komt bedrogen uit. „Als je je echt gek werkt kun je misschien een ton omzetten, maar meestal is het min der", zegt Siska de Rijke. De Rijke is zorgma nager bij ProgeriaZorggroep in Bussum. Het bedrijf bemiddelt tussen verpleegkundigen en klanten bij het vinden van thuiszorg, ge zinszorg en kraamzorg. Begonnen als een eenmansbedrijfe van directeur Anja ter Borg in het begin van de jaren tachtig, opereert Progeria inmiddels landelijk. In de kaarten bak staan ruim drieduizend zelfstandige ver pleegkundigen. „Grosso modo bestaat die groep uit twee categorieën. Vrouwen met kin deren die flexibel willen werken en jonge honden die het allemaal anders willen doen dan de vorige generatie. Het zijn vaak men sen die niet in een instelling willen werken. Elk uur dat ik werk, werk ik voor mezelf en niet voor een ander, zeggen ze. Kwaliteit vin den ze heel belangrijk. Ze willen geen stop- watchzorg leveren, zoals in de reguliere zorg geëist wordt. Daarom bieden wij ook alleen intensieve thuiszorg aan. Wie minder dan drie uur zorg per dag nodig heeft kan beter naar de gewone thuiszorg gaan. Onze men sen verzorgen hun klanten niet alleen, maar doen ook de boodschappen en laten het hondje uit. Ook kunnen we twaalfuursdien- sten draaien bij mensen die thuis willen ster ven. Dat is voor de reguliere zorg onmoge lijk." Omdat de meeste zorgverzekeraars thuis zorg door zelfstandigen niet vergoeden, richt Progeria zich op mensen die de zorg zelf kunnen betalen of familie hebben die dat kan. Een groeiende groep, aan werk dus geen gebrek, aldus De Rijke. Ook mensen die over een persoonsgebonden budget (PGB) beschikken kunnen zelf thuiszorg inhuren. Toch is De Rijke verre van enthousiast over het PGB. „Het is een puinhoop. De admini stratie loopt via de Sociale Verzekeringbank (SVB) die ook de kinderbijslag uitkeert. Ze werken zo traag dat het soms maanden duurt voor je je geld ziet. Bovendien is het systeem overdreven ingewikkeld. Mensen met een academische achtergrond komen er nog wel uit, maar de gewone man laat zich afschrikken. Ze zijn zeker bang dat alle ge handicapten van dat geld stiekem op vakan tie naar Barcelona gaan. Zo'n instantie heeft geen benul wat bureaucratie aanricht. De poep moet eerst uit je kraagje komen voor je hulp krijgt. En wij maar proberen iedereen enthousiast te houden voor de zorg." Groei Cijfers over de omvang van het legertje vrije ondernemers in zorgland ontbreken, maar volgens Ingrid Eisenberg, bestuurder van de coöperatie van zelfstandigen in de zorg SamSam, zijn het er duizenden. De groei zit er bovendien duidelijk in. Nauwelijks twee jaar na de oprichting telt SamSam ruim hon derd leden. Dat aantal stijgt gestaag. Opmer kelijk is dat het aantal mislukkingen gering is. Dat komt volgens Eisenberg omdat de meeste starters over ervaring in de zorg be schikken. „Ze zijn tussen de dertig en veertig en hebben goed nagedacht over hun keuze. Ik geef geregeld gastcolleges op HBO V-op leidingen en raad mensen daar ook aan eerst ervaring op te doen voordat ze op eigen be nen gaan staan. De belangstelling is groot. Wel merk ik verschillen op tussen mensen die uit een ondernemersgezin komen en an deren. In Flevoland, waar veel boerengezin nen wonen, zijn jongeren wat sneller ge neigd voor zelfstandigheid te kiezen dan el ders." Ook de SamSam-leden werken hoofdzake lijk in de thuiszorg. De traditionele zorg is argwanend en bovendien hebben zelfstandi gen te maken met het probleem dat zorgver zekeraars alleen contracten afsluiten met er kende instellingen en niet met particuliere ondernemers. Toch slagen hier en daar ook ziekenhuisverpleegkundigen erin een zelf standig bestaan op te bouwen. Het gaat daarbij vooral om werk in sectoren waar het personeelsaanbod schaars is. Zo zijn inmid dels onder meer anesthesie-assistenten, dia betesverpleegkundigen, ambulanceperso neel, intensive care verpleegkundigen en gips- en verbandmeesters op de vrije markt actief. Op 1 november gaat zelfs een compleet mobiel operatiekamerteam aan de slag. Het MOK-teamzoals bedenker Anthon Mak de ze noviteit gedoopt heeft, kan overal worden ingezet waar operatiekamers en intensive ca- re-bedden leeg staan. Volgens Mak hebben verschillende chirurgen belangstelling ge toond om met zo'n team de aanval te ope nen op de lange wachtlijsten. Mak: „Borst heeft honderden miljoenen over voor het wegwerken van de achterstanden in de zorg, maar kan haar geld aan de straatstenen niet kwijt. Dat komt omdat het personeel ont breekt. Operatiekamers in Nederland staan 16 uur per dag leeg, die ruimte willen wij graag benutten." Ondanks de groei van de groep zelfstandi ge ondernemers zonder personeel, zoals de officiële benaming luidt, loopt Nederland nog mijlen achter op de omringende landen. Met name België mag zich verheugen in nogal wat jaloerse blikken van de noorder buren. Daar is de thuiszorg voor ruim de helft in particuliere handen. Die situatie heeft alles te maken met de wijze van finan ciering. In Nederland wordt de zorg betaald vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziekte kosten (AWBZ) of op basis van de Zieken fondswet, maar in België bestaat dat onder scheid niet. Sinds 1963 kunnen zelfstandig werkende zorgverleners zo contracten afslui ten met cliënten. In Nederland, waar de ver goeding van langdurige zorg bijna in zijn ge heel is ondergebracht bij de AWBZ, kan dit niet. De zorgverzekeraars mogen hier alleen contracten afsluiten met erkende instellin gen. Dat houdt in dat vrijgevestigde zorgver leners het nakijken hebben. Alleen de Per soonsgebonden Budgetten voor de zorg van chronisch zieken en verstandelijk gehandi capten biedt daarop een uitzondering. En zo leren verpleegkundigen die met het verlaten van de instellingen dachten de vrij heid onder handbereik te hebben, een zure les. Anthon Mak: „Het ligt niet aan de chirur gen, het ligt niet aan de verpleegkundigen, het is de bureaucratie die in Nederland de zorg de das om doet." RENS K0LDENH0F Zelfstandig werken in de zorg betekent niet dat de zilvervloot komt binnen varen, maar de fiscus kan wel een handje helpen. „Het is zeker geen vetpot", waarschuwt El- ly van Soelen, coördinator van het service loket van Nu '91. Alleen mensen die bij klussen, dus werken naast een reguliere baan, doen het voor het geld. Deze zorg- bond is niettemin een warm voorstander van de opkomst van vrijgevestigde ver pleegkundigen en verzorgers. Vooral de fiscus zorgt ervoor dat het on dernemerschap ook financieel interessant kan zijn. De mogelijkheid om beroepskos ten af te trekken, de startersaftrek en de zelfstandigenaftrek, betekent dat er soms letterlijk geen cent belasting behoeft te worden betaald. Twee rekenvoorbeelden, ontleend aan het verpleegkundigenblad Nursing, illustreren hoe de fiscus meewerkt: Voorbeeld 1 betreft een verpleegkundige die in deeltijd werkt; een veelvoorkomend fenomeen onder herintreedsters in de zorg. De verpleegkundige werkte vorig jaar 325 uur tegen een uurtarief van 35 gulden. De brutojaaromzet was daardoor 11.375 gulden. De werkelijke beroepskosten be dragen 2.750 gulden (gereden kilometers, vakbladen, bondskosten e.d.). De herin- treedster zit in tariefgroep 2 waar de basis aftrek en de bovenbasisaftrek gezamenlijk 8.799 gulden bedragen. Omdat haar netto- omzet (bruto omzet minus beroepskosten) daar onder blijft hoeft ze geen cent aan de fiscus af te staan. Voorbeeld 2 betreft een ziekenverzorger die in 1999 in totaal 1.000 uur kan declare ren tegen een tarief van 30 gulden per uur. Een jaaromzet van dertig mille. Omdat hij kan aantonen dat hij in totaal minstens 1.225 uur actief is geweest voor de onder neming (de resterende 225 uur werd be steed aan reistijd, scholing en administra tie) komt hij in aanmerking voor zelfstan digenaftrek. De eerste drie jaar kan boven dien een startersaftrek worden geïncas seerd. Samen met de basis- en bovenba sisaftrek komt de ziekenverzorger zo op een aftrekpost van 24.389 gulden. Omdat de bedrijfskosten door de accountant op 6.500 gulden zijn bepaald, hoeft ook deze vrijgevestigde zorgverlener geen cent af te staan aan minister Zalm. Belangstellenden kunnen bij Nu '91 te recht voor juridische ondersteuning en in formatie over het opstellen van een onder nemingsplan. Ook wordt informatie ver strekt over instanties waar startende on dernemers onherroepelijk mee te maken krijgen, zoals de Kamer van Koophandel, bedrijfsverenigingen en de fiscus. De moderne werker in de gezondheidszorg: een kleine zelfstandige. FOTO CPD CEES ZORN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 51