De gedrevenheid en het
verdriet van een SGP-Kamerlid
c
Edo de Waart wil eindelijk goede vader zijn
ZATERDAG 16 SEPTEMBER 2000
n feest zonder vreugde. De
verjaardag van Tweede-
trlid Kees van der Staaij is
een trieste dag. Nederland
iitrde zich dinsdag los van
n bijbelse wortels door het
nvelijk ook open te stellen
voor paren van hetzelfde
iét. Bedrukt en verdrietig
hoort de SGP'er hoe het
parlement zich in ruime
meerderheid daarvoor
At. Van der Staaij blijkt
•Jnter niet ontmoedigd. ,,Je
et dat je in dit soort zaken
alleen komt te staan.
en dag na de 'historische' stem-
j ming in de Kamer zit Kees van
der Staaij weer monter aan het
Binnenhof. Hij heeft een slopende week ach
ter de rug. Na afloop van de stemming is er
even de neiging in een hoekje weg te krui
pen, maar in een driemansfractie als de SGP
gaat het werk meteen door. Van der Staaij
toont zich realistisch. „De uitslag ligt in het
verlengde van de ontwikkeling van de laatste
jaren, zoals de instelling van het geregi
streerd partnerschap." Hij vindt de uitkomst
'heel erg', maar het mag geen reden zijn om
het bijltje er bij neer te gooien.
Troost vindt Kees van der Staaij in de
woorden van de christelijke staatsman
Groen van Prinsterer. Die vroeg 160 jaar ge
leden al aan aankomende politici of ze be
stand waren tegen een geïsoleerde positie,
omdat ze soms dwars tegen de tijdgeest en
de publieke opinie moeten ingaan. Zoals de
SGP nu met het verzet tegen het 'goddeloze
homohuwelijk' tegen de stroom oproeit.
„Het kabinet geeft een invulling aan het hu
welijk die nooit eerder heeft bestaan en die
nergens anders voorkomt", zegt het Kamer
lid.
De verruiming van de mogelijkheden tot
adoptie door personen van hetzelfde ge
slacht valt zo mogelijk nog slechter. „Op die
manier wordt het kind nadrukkelijk een va
der of moeder onthouden. Bij adoptie moet
het belang van het kind voorop staan, niet de
kinderwens van de adoptief-ouders." Van
der Staaij kan zich nog iets voorstellen bij
een 'recht op huwelijk', maar niets bij 'een
recht op kinderen'. „Alsof het voor een kind
niet uitmaakt of het een vader en moeder
heeft, of twee vaders of twee moeders."
Van der Staaij weet voor het debat al hoe
de verhoudingen liggen. Hij heeft niet de il
lusie zijn collega's te kunnen bekeren. „Onze
bijdrage heeft desondanks zin. Het is niet te
laat tot inkeer te komen. Voor mij is dat een
extra aanmoediging ons standpunt nog eens
uit te leggen," zegt hij fel. „Maar ik sta daar
niet met de idee dat iedereen zich na het ho
ren van mijn verhaal zal bedenken."
Nippertje
Het lijkt opmerkelijk dat zo'n zwaar en ge
voelig onderwerp door een nog betrekkelijk
onervaren Kamerlid wordt behandeld. Bo
vendien een parlementslid dat net op het
nippertje is gekozen. Van der Staaij ging na
de Kamerverkiezingen in 1998 naar bed in de
wetenschap dat hij net buiten de boot was
gevallen. In het holst van de nacht belde
fractievoorzitter Van der Vlies met de mede
deling dat de SGP na een hertelling toch een
derde zetel kreeg. „De gebeden waren ver
hoord", zei Van der Staaij daar later over.
Bij de werkverdeling was het logisch dat
hij zich als jurist zou ontfermen over 'justi
tie'. De geldingsdrang van 'Paars' maakt dat
tot een beladen portefeuille, met naast het
'homohuwelijk' gevoelige zaken als de wijzi
ging van de Vreemdelingenwet, de opheffing
van het bordeelverbod en verruiming vqn de
mogelijkheden tot euthanasie. In de fractie is
afgesproken dat Van der Staaij dat laatste
onderwerp niet behandelt. „Dat is te veel
van het goede", zegt hij zelf. Waarmee niet
gezegd is dat de voorstellen 'goed' zouden
zijn.
WD-collega Otto Vos noemt de bijdrage
van Kees van der Staaij 'gedreven en vakkun
dig'. Femke Halsema (Groen Links) vindt dat
zijn optreden veel respect verdient. De
SGP'er heeft zich een week afgezonderd om
na te denken en te schrijven aan zijn 'epistel'
tegen het 'homohuwelijk'. „Ik loop er al een
Kees van der Staaij heeft zich een week afgezonderd om na te denken en te schrijven aan zijn 'epistel' tegen het 'homohuwelijk'. Tijdens het debat gooit bij zijn schuchterheid van zich af en groeit
in zijn rol. foto gpd harmen de jong
'Homohuwelijk is geen bijzaak'
jaar aan te denken", illustreert Van der Staaij
zijn gedegen voorbereiding. Hij gooit bij het
debat zijn schuchterheid van zich af en
groeit in zijn rol. Er verschijnt een rode blos
op zijn wang wanneer de discussie verhit.
„Hij blijft een uur lang interessant en boei
end om naar te luisteren. Dat is knap", zegt
Vos. „Het betoog is af en toe poëtisch, wat
dat betreft luister ik er met plezier naar", vult
Halsema aan. De woorden beklijven echter
niet. „Ik heb geen enkel moment van twijfel
gevoeld", bekent de liberaal. De verschillen
in opvatting tussen WD en SGP liggen daar
voor ook te ver uit elkaar. Waar Vos spreekt
over 'een gerechtvaardigde nieuwe benade
ring van het huwelijk', rept Van der Staaij
over 'de toorn van God die wordt geopen
baard van de hemel over alle goddeloosheid
en ongerechtigheid van de mensen'. Zware
woorden, maar voor de jurist uit Benthuizen
is dat logisch: „Het gaat hier niet om bijza
ken, waar we een slagje anders over denken.
Waar huwelijk en gezin in het geding zijn, ra
ken we aan de grondstructuren van onze
rechtsorde."
Of zoals CDA-collega Clémence Ross-van
Dorp zegt „Het huwelijk is het huwelijk niet
meer." Vos bekent grappend dat hij na af
loop van het debat bij de deur extra heeft op
gepast, 'bang' voor een bliksemschicht. Van
der Staaij ziet zichzelf niet als een roepende
in de woestijn. Ook voelt hij zich geen he
dendaagse profeet. „Die mantel nemen wij
bij onze partij niet op ons", maar hij begrijpt
wel dat de SGP'ers als zodanig worden ge
zien. „Ons standpunt over het huwelijk, een
door God ingestelde verbintenis tussen man
en vrouw, is in de rest van de wereld nog ge
meengoed. Nederland loopt met het 'homo
huwelijk' niet voorop, maar staat alleen", be
nadrukt hij.
Uitzonderingspositie
Een goede verklaring voor die uitzonderings
positie van Nederland heeft Van der Staaij
niet. „Misschien hebben we nog steeds de
gedrevenheid van de koopman-dominee,
maar dan met een verkeerde invulling. Mis
schien dat Nederlanders de behoefte hebben
extra afstand te nemen van hun christelijke
verleden", stelt het Tweede-Kamerlid. „Het
heeft wel iets fanatieks, zoals je dat vaak ook
bij bekeerlingen tegenkomt."
Femke Halsema bekruipt af en toe het ge
voel 'in een heel andere wereld te leven'.
„Wij vertegenwoordigen uitersten", zegt zij,
„de overheid moet geen bemoeienis hebben
met wie met wie wil samenleven." Ook be
grijpt ze niet dat de SGP geen rechtsbescher
ming wil geven aan de kinderen van homo's
'alsof die minder zijn'. „Ik heb echt moeite
met hun afwijzing van adoptie."
Voor haar zijn de wetsvoorstellen een stap
vooruit, voor Van der Staaij een sprong naar
achteren. „Wij vertegenwoordigen ook chris
tenen. Wij hebben ook een dominee in de
fractie. Die is juist vanuit christelijke overtui
ging vóór het homohuwelijk", stelt Halsema.
Joop Wijn, de uit Haarlem afkomstige 'dissi
dent' van het CDA, wil zich niet in die dis
cussie mengen. „Mijn standpunt over het
homohuwelijk is duidelijk." (Wijn stemde
met twee fractiegenoten vóór, red.)
Halsema vindt dat Van der Staaij wat al te
makkelijk 'namens alle gelovigen' spreekt.
De SGP'er worstelt daarmee. Hij doet er naar
eigen zeggen alles aan zich het monopolie
op Gods Woord niet toe te eigenen. „Ik wil
niet de suggestie wekken dat er geen andere
gedachten zijn. Dat is ook een probleem. De
overtuigingskracht van de kerken neemt af
door de onderlinge verdeeldheid. Maar ik
vertegenwoordig ook homo's die mijn stand
punt delen. De scheidslijnen zijn niet zo
simpel te trekken", meent hij.
Lakmoes-proef is de mate waarin de Bijbel
nog als norm der dingen wordt gezien. Voor
het jonge parlementslid heeft Gods Woord
nog steeds een 'directe normatieve betekenis
voor vandaag'. Voor de meeste Nederlanders
geldt dat echter niet meer. „Waar maak je je
druk over?", wordt mij gevraagd. Het ant
woord is duidelijk. „De natuurlijke en zede
lijke grondslagen van de samenleving zijn
hier in het geding. Huwelijk, voortplanting
en seksualiteit horen wezenlijk bijeen. Waar
dit uit elkaar wordt getrokken, zijn chaos en
verwoesting de gevolgen."
HANS JACOBS
Dirigent gaat zich weer in Nederland vestigen
ieb alles gedirigeerd wat ik wilde, nu wil ik
i goede vader zijn.Dirigent Edo de Waart
tit zestig en zijn vrouw verwacht een baby.
om de rust te nemen die er nooit was.
Nederland, voor vast. Een bezoekje aan de
in die de Olympische Spelen wel in Sydney
maar op televisie. „In grote stadions zitten
is niet echt mijn hobby.
Edo de Waart is een beetje verbaasd. Zit hij
toch al zo lang in Sydney, weet iedereen
hem nu pas te vinden. Maar goed. Hij heeft
altijd al een wat moeizame relatie met Ne
derland gehad. „Voordat ik naar het buiten
land vertrok was het moeilijk om met je
hoofd boven het maaiveld te komen. Nu heb
ik onlangs een onderscheiding gehad, ridder
in de orde van de Nederlandse leeuw, en dat
heeft me wel ontroerd."
Nog drie jaar baas in Sydney en dan komt
hij zelfs voor vast terug naar Nederland. „Het
reizen wordt me te veel. Ik dirigeer afwisse
lend het Radio Symfonie Orkest in Neder
land en drie keer per jaar mijn orkest in Syd
ney. Ik heb steeds een week nodig om weer
een beetje normaal te functioneren, het valt
me steeds moeilijker. Als ik nou nog jong
was... Over drie jaar loopt mijn contract af en
dan vertrek ik hier definitief. Ik heb hier dan
elf jaar gewerkt. Dat is toch een mooie perio
de. Nog belangrijker is dat mijn vrouw eind
Edo de Waart: „Ik ben altijd nieuwsgierig geweest. Ik wil altijd zien wat er om de hoek ligt."
oktober, begin november bevalt.
Ik word opnieuw vader en ik wil er zijn
voor mijn kind. Het is de mooiste tijd uit je
leven, denk ik. Daarom wil ik een vaste basis
in Nederland. Ik heb al twee kinderen, en
daar ben ik niet zo'n goede vader voor ge
weest. Toen ze werden geboren was ik net
foto gpd soenar chamid
twintig. Ik zou iedereen afraden op zijn twin
tigste aan kinderen te beginnen. Niet doen!
Je bent zo met jezelf bezig op die leeftijd, dat
de kinderen groot zijn voor je er erg in hebt.
Het is zo voorbij. Nu wil ik er van genieten.
Ik ben bijna zestig en dan kijk je anders te
gen het leven aan. Je realiseert je dat je niet
meer zo'n zee van tijd hebt. Mijn ouders zijn
overleden, mijn moeder tien jaar geleden,
mijn vader nog maar een paar maanden. Je
wordt ineens op je sterfelijkheid aangespro
ken. Als je dan nog een kind krijgt, moet je
daar optimaal van genieten."
Nieuwsgierig
Hij gold, in zijn jonge jaren, als veelbelovend
dirigent, maar ook als eigenwijs. „Ik ben al
tijd nieuwsgierig geweest. Wilde altijd zien
wat er om de hoek ligt. Nederland benauwde
mij. Nu nog wel eens. Het is klein, we zitten
met z'n allen erg op mekaar. Door die volte
is het net een dorp. Toen ik voor het eerst
van mijn leven in Amerika kwam, was ik
overweldigd door de grootte. De kans om
even later in San Francisco te gaan werken,
heb ik met beide handen aangegrepen. Het
was ook de periode in mijn leven waarin ik
dacht: dit kan ik allemaal doen. Ik had nog
geen behoefte aan vastigheid, aan soliditeit.
Met Amerika heb ik een beetje een haat-lief
de verhouding. De politiek spreekt me min
der aan en hun ideeën over wapens nog veel
minder. Maar de vrijheid, het voor jezelf op
komen, dat vind ik geweldig, uniek in de we
reld.
Ik heb er zeventien jaar gewerkt en heb
met volle teugen genoten, maar toen ik voor
het eerst in Sydney kwam was ik verkocht.
Liefde op het eerste gezicht. Een heel bijzon
dere plek, een voortreffelijk orkest, een be
hoorlijke zaal, niet geweldig maar behoorlijk,
en een prachtig gebouw. Het Opera House is
van een fysieke schoonheid... Ik heb geen se
conde geaarzeld toen ze me aanboden hier
te komen dirigeren. Het had ook te maken
met mijn nieuwsgierigheid. Een prachtig
land, waar ik plotseling was, met een publiek
dat zeer geïnteresseerd is, heel open staat
voor alles. Al is het nog niet zoals in Amster
dam. Vooral het publiek van de matinees op
zaterdag is een van de allerleukste ter we
reld."
Opera
Sydney was enthousiast over het concert dat
hij recent gaf in het olympische stadion. De
achtste symfonie van Mahler, met een koor
van duizend mensen. „Twee keer gedaan,
was heel leuk, maar ik sta niet te trappelen
om het nog eens te doen. Doodvermoei
end." Eerlijk gezegd houdt hij ook meer van
opera. „Een beetje mijn grote liefde, ja. Maar
ik kwam er zelden aan toe, éen tot twee keer
per jaar. De verhouding was altijd ongeveer
tachtig procent symfonieën en twintig pro
cent opera. Als ik straks in Nederland ben, ga
ik veel meer opera doen. Dan wordt de ver
houding vijftig-vijftig en daar ben ik erg ge
lukkig mee.
Er zijn symfonieën van een aantal compo
nisten die ik graag dirigeer, maar er zijn ook
componisten die mij minder te melden heb
ben. Opera is ander voedsel voor mij, spiri
tueel voedsel. Ik houd er vrij hartstochtelijk
van. Dat ik uitgerekend in Nederland veel
opera kan gaan doen, is extra mooi, want ik
merk dat je toch een band houdt met het
land waar je vandaan komt. Dat heeft te ma
ken met begrijpen, met taal, met zijn zoals je
bent. Bij een ander volk is dat erg moeilijk. Ik
heb het beste van verschillende werelden ge
had. Ik had veel ambities, wilde veel doen. Ik
wist nooit precies wat het zou moeten zijn,
maar achteraf kan ik zeggen: dit is het, dit
paste het best bij mijn springerige aard.
Maar nu heb ik behoefte aan rust, om einde
lijk een goede vader te kunnen zijn. Dat is
uiteindelijk toch het belangrijkste in je le
ven."
DICK HOFLAND