De prijs van het grote graaien )T Zorg en onderwijs tellen in op geld gerichte samenleving nauwelijks meer mee k was pas in een garage, meer een I autosloperij, en waar ging het over? Aandelen. Dat was het ge sprek van de dag, ik stond er echt van te kij ken. In wat voor samenleving leven we? Zorg dat je meer krijgt. Via handigheid, niet via het intellect. De Nina Brink-manier. Die vrouw speelt in op oergevoelens en is voor mij toch wel de verpersoonlijking van het grote graaien. Het is een veeg teken dat die types momenteel als voorbeeld worden ge steld. Als je niet belegt ben je stom, ben je een sul. Nou. dan ben ik maar eep sul. Daar wil je als fatsoenlijk mens toch niet bijho ren." Bert Middel, kamerlid voor de PvdA, ziet het om zich heen: On-Nederlandse protse righeid. „Zelfs al een beetje in het toch nuch terder noorden, waar ik vandaan kom. Prot serige huizen, patserige auto, opmerkelijk meer dan een aantal jaren geleden." Tegelijk constateert hij dat werken in de zorg en het onderwijs bijna verdacht is. Verpleegkundi gen worden uit het buitenland gehaald. En als het gaat om het percentage van het natio naal inkomen dat aan onderwijs wordt uitge-' geven, is Nederland gezakt van de top naar de middenmoot. „Iedereen heeft onderwijs en zorg nodig, maar het gaat ons zo goed dat we dat amper nog beseffen. Negentig pro cent van de bevolking kan zich richten op het grote graaien. De tien procent die rond het minimum leeft telt niet meer mee. Als je daar bij hoort, ben je een loser." Hij wilde een hypotheek. Een spaarhypo theek van de Postbank, verder geen gezeur. Maar niemand kan om de adviseur heen; voorstel zus, voorstel zo, beleggingshypo- theekje hier, premietje daar, als u dat niet doet, bent u bent een dief van uw eigen por temonnee. „Iedereen is ineens virtueel mil jonair. Maar ik zei: Ik wil gewoon een spaar hypotheek, verder niks. Zegt die man: 'U bent een pessimistisch mens.' Je wordt afge schilderd als een halve idioot als je niet mee doet." De helden van het volk zoals de voetbal broertjes De Boer zeggen dat ze de krant voornamelijk lezen voor de beurskoersen. Nina Brink met haar World Online was zo'n hype, dat tv-journaals en kranten het dagen lang als belangrijkste nieuws brachten. Ad vertenties met teksten als 'Wij denken geld, wij dromen geld, wij zijn geld' wekken geen enkele verbazing meer. Geld is aanzien. Wer ken voor anderen, voor het maatschappelijk belang, zoals in de zorg en het onderwijs, telt niet meer. Verzorgingsstaat „We moeten niet overdrijven, want het is al tijd moeilijk zoiets in harde feiten te vertalen, maar ik heb de indruk dat een dergelijke ver andering aan de orde is en ik vind dat geen aangename ontwikkeling", zegt Nico Wil- terdink, hoogleraar culturele sociologie aan de Universiteit van Amsterdam en gespecia liseerd in vermogensverdeling. „Het is eigen- 'lijk al begonnen in de jaren tachtig met de opkomst van de yuppies: veel geld verdie nen, daar gaat het om. Die ontwikkeling heeft zich voortgezet en een groter aantal mensen bereikt. Dat heeft te maken met vrij ingrijpende sociaal-culturele veranderingen. Na de oorlog en de wederopbouw van Ne derland is er in de jaren zeventig een sterkte 'Wij denken geld, wij dromen geld, wij zijn geld'. Slogans genoeg die ons laten weten dat geld aanzien is. Het bedrijfsleven is sexy, de moderne technologie voorop, maar ondertussen moeten er wel verpleegkundigen uit Afrika en de Filippijnen worden gehaald en kampt het onderwijs met enorme tekorten aan leerkrachten. „Als je niet meedoet aan het grote graaien, word je afgeschilderd als een halve idioot. uitbreiding van de verzorgingsstaat geweest. Spreiding van kennis, macht en inkomen. Er was een economische groei, die ten goede kwam aan de lagere klassen. Maar er kwa men economische problemen: de bedrijven maakten geen winsten en moesten inkrim pen, de productie werd verlegd naar lage-lo- nen-landen, de werkloosheid liep hard op en er kwam een oliecrisis. De overheid heeft toen de bakens verzet uit angst voor verdere recessie, zo is ze het bedrijfsleven meer ter wille geweest. Daardoor en door internatio nale economische ontwikkelingen zijn be drijven weer winst gaan maken en de laatste jaren zelfs heel erg veel. Daar valt nu veel te verdienen en het verdienen van veel geld wekt ontzag. De inkomens in het bedrijfsleven zijn bo vendien veel meer gestegen dan in de collec tieve sector, door de afspraken die begin ja ren tachtig tussen het kabinet-Lubbers en de vakbeweging zijn gemaakt. Ambtenaren, dus ook werknemers in de zorg en het onderwijs zijn veel minder gaan verdienen dan werk nemers in het bedrijfsleven. Als je geld wilt verdienen moet je niet bij de overheid zijn maar bij het bedrijfsleven. Niet alleen de sa larissen, ook de aandelen hebben een hoge vlucht genomen. Je bent bijna stom als je niet belegt. Geld, beleggen, het is succes en succes geeft prestige." Pim Fortuyn kan er over meepraten. Nog maar enkele weken geleden droeg hij zijn moeder ten grave na een jarenlang verblijf in een verpleeghuis. „Daar lopen mensen rond die goud waard zijn. Mensen met liefde voor het werk dat ze doen. Daar gaat het uiteinde lijk om: zonder liefde is het leyen armoediger en wordt het werk dat je doet veel minder ef fectief. Ik zie ook wel, dat het sexy is om in het bedrijfsleven te werken. En ik zeg niet dat geld niet belangrijk is, maar de essentie is dat zorg en onderwijs niet meer leuk zijn om te werken, niet spannend, er is geen enkele uitdaging meer. Het zijn bureaucratische bolwerken geworden, waar ongeveer de helft van het personeel niet meer doet waarvoor ze waren gekomen, namelijk goede zorg ver lenen en goed onderwijs geven. De helft is onderhand achter een bureau terecht geko men en is druk bezig met het verzinnen van weer een nieuwe circulaire." Weg met de bureaucratie, vindt Fortuyn, die ooit als hoogleraar in Groningen tegen dezelfde problemen opliep. „Wij kenden de studenten en zij kenden ons. Als er proble men waren, dan was de huis- tuin- en keu- kenpsychologie wel aan ons toevertrouwd. De enkeling die echt professionele hulp no dig had, die stuurden we door. Maar toen mocht dat ineens niet meer. Er werd een he le bureaucratische muur tussen ons en de studenten opgebouwd, de afstand werd al maar groter. Toen heb ik gezegd: Zoek het maar uit met je boeltje, ik ben weg. Het is toch te mal voor woorden dat een directeur van een school de vuilniszakken buiten moet zetten en alle administratieve en financiële rompslomp moet doen. Daardoor kan hij zich nog nauwelijks toeleggen op het goed leiding geven aan goed onderwijs. Als men sen weer gaan doen waarvoor ze het vak hadden gekozen, wordt het werk in die sec toren weer leuk, aantrekkelijk en uitdagend, kun je weer eigen initiatief nemen." Stopwatchzorg Zorg met de deurkruk in de hand, stop watchzorg, Agnes Kant heeft beeldende ter men voor de analyse van Fortuyn. Het ka merlid voor de SP verwijt de overheid dat ze uitgerekend het werk met groot maatschap pelijk belang bijkans kapot heeft gemaakt. „Ik heb heel wat mensen met pijn in het hart zien afhaken. Het werk wordt slecht betaald, de werkdruk is veel te hoog en de emotionele belasting is erg zwaar. Er moet nu echt flink wat geld tegenaan. Het is een geluk dat er ex tra geld te vergeven is, maar ook zonder die meevallers zou de overheid die keuze moe ten maken. Dat zijn investeringen in de sa menleving en de toekomst." L. Koopmans, hoogleraar economie van de gezondheidszorg in Groningen: „De zorg heeft al jaren rottige cao's. De arbeidsmarkt is vernield door de structureel te lage beta lingen. De keuzes buiten de zorg zijn boven dien enorm toegenomen, vooral de laatste vijf jaar zijn er zeer veel banen buiten de zorg geschapen. Ik woon in Leeuwarden en koop mijn boeken in Balk. Daar staat een meisje achter de toonbank, dat de hogere beroepsopleiding voor verpleegkundigen heeft. Ze verdient evenveel als een verpleeg kundige, heeft gunstige werktijden en wordt niet geconfronteerd met mensen die lijden en dood gaan. Dat soort overwegingen speelt ook mee bij al die jongeren die voor de ICT kiezen. Je kunt er goed geld verdienen en het is emotioneel niet belastend. Ik begrijp zo'n meisje wel, maar het is toch zonde. Ze is .hoog gekwalificeerd, en er is veel geld in haar opleiding gaan zitten. De overheid heeft lange tijd een heel krap financieel beleid gevoerd. In 1982 zijn af spraken gemaakt met de vakbonden om de lonen te matigen en dé overheid zou de col lectieve lasten niet te veel laten stijgen. Dat heeft èr voor gezorgd dat we er nu econo misch geweldig voor staan. We hebben een voorsprong van tien jaar op Duitsland. Voor de zorg heeft die ontwikkeling nadelige ef fecten gehad. Aangezien personeelskosten zeventig procent van de totale kosten zijn, hebben de bezuiniging daar hun sporen na gelaten. Het imago van de gezondheidszorg is niet meer wat het twintig jaar geleden was. Maar meer dan geld, gaat het om aanzien. En dan zit je in een cirkel. Door de lage beta lingen willen er steeds minder mensen wer ken, daardoor wordt de werkdruk almaar groter en daardoor wordt het steeds minder interessant om er te werken. Als er dan ook nog eens vele andere banen zijn waaruit je kunt kiezen, die vaak ook nog beter betalen, dan is het niet zo moeilijk hè? Werktijden, werkdruk en emotionele belasting, dat zijn de drie hoofdpunten. Salaris is niet zo be langrijk in de keuze voor het werk." Pim Fortuyn: „Ik heb geen geld en toch aanzien, dus ik bedoel maar. Luister: Er ko men detectiepoorten bij een school. Op een school met een paar honderd leerlingen is dat niet nodig, daar kent de directeur ze alle maal. Maar op een school met meer dan dui zend leerlingen kan dat niet meer. Als je denkt dat je dat soort dingen oplost met geld, zitje verkeerd. Wachtlijsten, er zijn mil joenen tegenaan gegooid en de lijsten zijn eerder langer dan korter geworden. Wat doet Philips als een divisie niet goed loopt? Eerst de geldkraan dicht, dan het probleem analy seren en oplossen. Ik wil niet dat de overheid een bedrijf wordt, maar wel dat ze bedrijfs matige processen toelaat. Nu zie je dat mi nisters als Borst en Hermans niets wezenlijks doen, ze passen op de winkel, meer niet. Terwijl uitgerekend die twee zeggenschap hebben over de mooiste vormen van werk die er bestaan, want in zorg en onderwijs ga je met mensen om. Kan het interessanter? Maar dan moet je het wel spannend en uit dagend maken en niet schools en bureaucra tisch zoals nu." Zijn zorg en onderwijs wel aantrekkelijk voor veel mensen als de voorwaarden maar deugen, of gaat het toch om een basale ver andering in de maatschappij waar eenvou digweg het verdienen van zoveel mogelijk geld de overhand heeft? Prof. Wilterdink: „Tot de jaren tachtig zijn de inkomensverschillen kleiner geworden, maar daarna zijn ze weer gegroeid. De men sen die geprofiteerd hebben van het stijgen van de aandelenkoersen zijn ook degenen die al wat geld hadden en dat hadden be legd. Daardoor zijn de verschillen In inko men enorm toegenomen. Niettemin ver breidt zich steeds meer het idee dat je er ook bij kunt gaan horen, niet in het minst omdat er over de hele linie een verbetering van de welvaart is. En er wordt enorme reclame ge maakt door financiële instellingen, je wordt doodgegooid met allerlei aanbiedingen om snel rijk te worden, hypotheken worden steeds makkelijker verstrekt, er is een voort durende propaganda. Het is ook elke dag in het nieuws en dat versterkt allemaal die ont wikkeling. Er zijn belangrijker dingen in het leven, mensen hebben ook andere drijfver en: zelfrespect, waardering. Dingen die niet per definitie van geld afhankelijk zijn. Ik weet niet of er een recessie voor nodig is om dat besef weer te versterken." Overdrijving Prof. Kobben, Leids emeritus hoogleraar in maatschappelijke tegenstellingen: „Ach, mensen zijn geneigd tot overdrijving. In de jaren zeventig moest alles anders, moest al les mogelijk zijn. De dingen die je zag, ston den je niet meer aan. Het gevolg daarvan is dat je de nadelen van zo'n verandering niet ziet, waardoor je pas jaren later met een schok ontdekt dat ook dit niet de oplossing was. En dan schieten mensen weer door naar die andere kant. En niet zoals een klok, want die beweging is voorspelbaar, maar als een dronken man aan het eind van zijn café bezoek op weg naar huis: onvoorspelbaar. Zo zijn mensen. De maatschappij en het be leid zwalken. Daardoor weten we niet wan neer de verandering zal intreden. In de jaren zeventig was het idee dat de mens van nature goéd is en dat alleen de knellende banden van de conventies hem weerhouden te doen wat goed is, zoals iets over hebben voor een ander. Nu is het: ieder voor zich. Goed voorbeeld is het GAK. De di recteuren krikken hun salaris op en verdie nen een paar miljoen per jaar, maar als het personeel zegt: wij willen vijf procent meer salaris, dan roepen diezelfde directieleden: Hoe durven jullie?! Dat is indecent en one thisch. Maar er is een groep mensen die zich daar niet voor schaamt, sterker nog: die zich daarop laat voorstaan." Agnes Kant (SP): „Ik ben eigenlijk hele maal niet zo pessimistisch. Seks en span ning, oké, maar hebzucht? Die mensen zijn er altijd geweest, dus ook nu. Die ronselen als koppelbazen verplegenden en pikken twintig procent van hun salaris in als provi sie. De rook komt uit m'n oren als ik dat hoor. Er is een trend dat de sociale vooruit gang van de afgelopen decennia wordt afge broken, er zijn wat meer moderne vormen van uitbuiting, maar ik geloof niet dat dit de norm is geworden in onze maatschappij." Pim Fortuyn: „In het leven gaat het uitein delijk toch om zingeving. En die vind je niet in geld. De meeste mensen komen daar pas tegen hun veertigste achter, en dan zie je ook dat ze hun carrière veel meer gaan relative ren. Zingeving vind je voor een belangrijk deel in arbeid, maar dan dus in het werk zelf, niet zozeer in de financiële beloning." Bert Middel: „Ik ga alles bij elkaar toch uit van het gezonde verstand. Iedereen komt er vroeg of laat achter dat we niet zonder goed onderwijs en goede zorg kunnen. Doordat je ouders naar een verzorgingshuis of verpleeg huis moeten, doordat je kinderen naar school gaan. Wachtlijsten zijn niet aanvaard baar, maar de meeste mensen zien dat niet, omdat ze er niet mee worden geconfron teerd. Tot je moeder, je kind of jij zelf ineens achteraan moet aansluiten. Zelfverrijking is uiteindelijk een doodlopende weg; met geld kun je niet alles kopen. Het is een hype en die gaat echt wel weer over. Het zijn de vol gers, de meelopers die denken dat ze een graantje kunnen meepikken. Maar alleen de echt handige types lopen binnen. De rest komt van een koude kermis thuis." DICK HOFLAND

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 2000 | | pagina 56