'Vredesparken moeten
voelen als warme deken'
Oei-oei-
machine
136
ZATERDAG 20 NOVEMBER 1999
Kinderen van Sarajevo en Tuzla krijgen plek voor adempauze
Vooraanzicht van het vredespark, zoals dat in Tuzla moet komen, naar een ontwerp van Ton Alberts.
"Vl 9XUl ,9m9b'
,9bWU9im9V .21
De gemeenten Sarajevo en Tuzla hoefden niet lang na te denken over het verzoek om elk vijf
hectare grond af te staan. Zeker niet voor het doel dat Nicolien de Kroon van de Stichting
Motherhood voor ogen staat. In beide steden komt een vredespark: een plek waar zwaar
getraumatiseerde kinderen op adem kunnen komen en deskundige hulp krijgen. Een plek ook
waar de bevolking de kapotgeschoten wereld even kan vergeten. Het ontwerp is van Ton Alberts, de
inmiddels overleden architect die onder meer het hoofdkantoor van de ING in Amsterdam en dat
van de Gasunie in Groningen ontwierp. Nu nog de benodigde vijf miljoen gulden voorde bouw.
Daarvoor riep Nicolien de Kroon de hulp in van voormalig topschaatsster Yvonne van Gennip. Via
de Stichting Vredesvlam wil het tweetal het geld op tafel krijgen.
Het idee voor de vredes-
parken, zoals die in Sa
rajevo en Tuzla zullen
komen, is afkomstig van zakenman
Fred Matser, vertelt Nicolien de Kroon
van de Stichting Motherhood. ,,Fred is
een zakenman die vindt dat er meer in
het leven is dan alleen maar geld ver
dienen. Hij zat thuis naar de Winter
spelen in Lillehammer van '94 te kijken
en dacht toen aan Sarajevo, die andere
olympische stad die op datzelfde mo
ment in puin werd geschoten. Vervol
gens heeft hij dertien topsporters, on
der wie Yvonne van Gennip, uitgeno
digd om naar het stadion van Sarajevo
te gaan. Als een gebaar naar een stad
in doodsnood, maar ook om de men
sen daar een klein beetje hoop te ge
ven.
Hij vond dat vooral olympische
sportmensen geschikt waren om dat
gebaar te maken, omdat die over gren
zen gaan en met elkaar omgaan onge
acht achtergrond en godsdienst. Daar
uit is het idee ontstaan om iets blij
vends aan de stad te schenken. Een
plaats waar de mensen hun verdriet
kunnen verwerken, maar ook een plek
die heel en schoon is. Daar is in Saraje
vo en ook in Tuzla enorme behoefte
aan.
Niet zo gek als je weet dat die steden
nog steeds voor een groot deel in puin
liggen. De vredesparken moeten een
plek worden waar mensen weer met
elkaar in gesprek raken. Want ook de
dialoog is er stukgeslagen. Onze stich-
Yvonne van Gennip: „Dit project geeft me het gevoel
met iets goeds bezig te zijn, ook al weet ik donders
goed dat het nog heel lang zal duren voordat het le
ven daar weer een beetje normaal is."
foto gpd phil nijhuis
ting Motherhood heeft trouwens al
een vrachtwagen vol bollen en zaai
zaad naar Sarajevo gebracht om de
stad wat op te vrolijken. Er zijn daar
ruim vijftig lagere scholen. Rond die
scholen wordt het komend voorjaar
één grote bloemenzee. Dat maakt de
leer- en speelomgeving voor de kinde
ren in elk geval wat minder trooste
loos.
Maar goed. Dat even terzijde. Matser
kende de architect Ton Alberts. Die
was meteen zeer geïnteresseerd in het
project, sloeg aan het tekenen en
kwam met een fantastisch ontwerp.
Hij wilde zowel van binnen als van
buiten een gebouw en een park waar
een helende werking van uitgaat. Daar
is hij wonderwel in geslaagd. Jammer
genoeg kan hij het niet meer meema
ken. We zien dit project ook als een
eerbetoon aan hem."
Onder de indruk
Yvonne van Gennip ging in op de uit
nodiging van Matser en werd ter plek
ke geconfronteerd met het leed in Sa
rajevo. „Ik kan je zeggen dat we flink
onder de indruk waren toen we de stad
bezochten. Eerder hadden we de vlam
opgehaald uit Lillehammer en daar
mee kwamen we naar Sarajevo, als een
soort eerbetoon aan de stad. Ik ben
daar ook in het stadion geweest, al
thans wat er van over was. Via Sarajevo
ben ik in contact gekomen met Nico
lien de Kroon. Dat klikte meteen. Zij is
iemand van de korte lijnen. Daar hou
ik van. Niet tien keer vergaderen maar
doen. Het grappige was dat ik eerder
in Haarlem al eens mee had gedaan
aan een actie die door Motherhood
was opgezet. Netjes mijn pakket met
knuffels ingeleverd voor de kinderen in
Kosovo. Toen ik hoorde wat ze wilde,
was ik 'om', ook al omdat ik had ge
zien hoe Sarajevo er aan toe was.
Met een legervliegtuig ben ik er
overheen gevlogen en in een pantser
wagen door de stad gereden. Een ver
schrikkelijk gezicht. Natuurlijk ken je
de beelden van de televisie en foto's in
de krant. Maar op de een of andere
manier zit daar toch een filter tussen.
De werkelijkheid is altijd erger."
Ze zegt het met onbegrip in haar
stem: „In mijn schaatscarrière ben ik
verschillende keren in Sarajevo ge
weest. Dat was in een tijd dat er nog
niets aan de hand was. Mij is juist bij
gebleven dat de mensen ontzettend
vriendelijk waren. Waar je ook kwam,
iedereen was even behulpzaam. In
1991 ben ik er nog eens geweest. Toen
voelde je toch al de dreiging. Onder
huids weliswaar, maar het was er wel.
Als je er over nadenkt, begrijp je er
echt helemaal niets van. In eerste in
stantie geven zulke gedachten een hul
peloos gevoel. Nu ik me voor dit pro
ject in kan zetten, kan ik wat met die
gevoelens. Natuurlijk moet er nog veel
worden uitgekristalliseerd en we zijn er
ook nog lang niet. Logisch want we
zijn nog maar net begonnen.
Nog even iets over die gevoelens. Ik
herkende die onmacht, het nergens
meer heen kunnen, heel goed. Dat
Nicolien de Kroon: „De vredesparken moeten een plek worden waar mensen weer met elkaar in
gesprek raken. Want ook de dialoog is stukgeslagen in Sarajevo en Tuzla. foto gpd joop boek
maakte ik ook mee na mijn sportcar-
rière. De sport is een uiüaatklep. Als je
dan stopt heb je een periode dat je met
je emoties nauwelijks een kant op
kunt. Zo werkt dit ook een beetje. Je
ziet al die verschrikkelijke beelden op
televisie en je kunt er niets mee. Dit
project geeft me het gevoel met iets
goeds bezig te zijn, ook al weet ik don
dersgoed dat het nog heel lang zal du
ren voordat het leven daar weer een
beetje normaal is. Het zijn tenslotte
niet alleen de huizen die in puin lig
gen. Huizen kun je opbouwen. Nee,
het zijn ook de mensen die aan scher
ven liggen. En dat is veel erger."
Toch zag Van Gennip tussen het
puin ook de hoop. „Het vermogen van
mensen om toch door te gaan, grenst
aan het ongelofelijke. Zeker als je ont
dekt hoe vitaal de inwoners van die
stad zijn. Want tussen al dat puin zag
je toch ook weer vrouwen de was op
hangen, nota bene op kapot geschoten
balkonnetjes. Als teken dat het dage
lijkse leven toch op de een of andere
manier gewoon doorgaat."
Veilige haven
De(stichting zet in Tuzla een soortge
lijk centrum neer. „Tuzla was een van
die zogenaamde veilige havens", zegt
Nicolien de Kroon. „Totdat een gra
naatinslag op de markt het leven in dat
plaatsje volledig ontwrichtte. De mees
te slachtoffers van deze moordaanslag
waren kinderen. Letterlijk weggevaagd.
Ik ben er in maart dit jaar nog geweest.
Er is daar nog steeds heel veel verdriet.
In Tuzla willen we het centrum bou
wen naast de kinderbegraafplaats,
want die plek neemt een belangrijke
plaats in. In Sarajevo komt het vredes
park trouwens naast de dierentuin.
In de beide vredesparken komen al
lerlei plekken waar kinderen zich op
hun gemak voelen. Daarbij moet je
denken aan een kinderboerderij en
een speeltuin. Maar ook een kruiden
tuin, veel bloemen en speelweiden."
Voor wie eenmaal binnen is, moeten
beide gebouwen, evenals het park, als
een warme deken voelen, zegt Nicolien
de Kroon: „Binnen komen er onder
andere een behandelruimte, een thea
ter en een natte speelruimte. Daarin
kunnen kinderen lekker knoeien met
water, klei en zand. Maar ook aan de
ouders, de volwassenen, wordt ge
dacht. Er komt een soort plein waar
mensen elkaar kunnen ontmoeten en
wat kunnen drinken. Mensen moeten
weer met elkaar in contact komen. Zo
ontstaan dialogen. Het moeten plaat
sen worden die mooi zijn en niet ka
potgeschoten. Als je daar bent, merk je
dat er een enorme behoefte is aan zo
iets. Het is de bedoeling dat in eerste
instantie hulp gegeven wordt door on
der anderen homeopatische artsen
hier vandaan.
Na vijf jaar willen we de centra over
dragen aan de mensen zelf. Natuurlijk
gaat dit lukken. Dat geld komt er. Móet
er komen. Wij zijn slechts huurders
van deze wereld. Ik vind dit een mooie
manier van huur te betalen. Daarom
ook hebben we bedacht dat mensen of
een school of bedrijf een certificaat
kunnen kopen. Voor honderdvijftig
gulden per vierkante meter help je niet
alleen de mensen daar, maar voel je je
ook veel meer betrokken bij de op
bouw van de vredesparken. Er ligt dan
straks een stukje park dat aangelegd
kon worden dankzij jou. Maar uiter
aard kunnen we elke gift, hoe klein ook
gebruiken."
LEO VAN GELDEREN
Onze Taal
Het maken van een woordenboek is
een groot en moeilijk werk. Woor-
denverzamelen, betekenissen om
schrijven en knopen doorhakken
wat je wel en niet zal opnemen.
Daar ben je jaren en jaren mee be
zig. En het is niet altijd aangenaam
werk. Om nog maar te zwijgen van
de kritiek die je naderhand krijgt.
Meestal van stukjesschrijvers die
niet jarenlang gewerkt hebben
maar de nieuwe editie even hebben
doorgebladerd en dan ontdekken
dat er een woord te weinig in staat.
Of een woordje te veel. Vandaar dat
sommigen naar een eenvoudiger
methode grijpen.
Er bestaat inderdaad een veel eenvoudi
ger methode. Namelijk gewoon alles
overschrijven van een bestaand woorden
boek. Met een scanner gaat dat tegenwoor
dig zelfs erg gemakkelijk. De makers van
het eerdere woordenboek vónden dat na
tuurlijk niet prettig. Het komt erop neer dat
dieven geld verdienen aan jouw werk. Maar
wat is ertegen te doen? Plagiaat uit een ro
man of uit een wetenschappelijk boek is
makkelijk te bewijzen, en dan kun je naar
de rechter stappen. Plagiaat uit een woor
denboek laat zich echter niet zo makkelijk
bewijzen. Iedereen kent het woord 'tafel',
of 'school', dus dat hoeft niet uit een ander
woordenboek gepikt te zijn. De oplossing is
deze: zet tussen alle echte woorden hier en
daar een onzinwoord, een zelfbedacht en
niet-bestaand woord. Komt er nu een ille
gaal woordenboek op de markt en daar
staat dat onzinwoord ook in, dan is bewe
zen dat er plagiaat heeft plaatsgevonden.
In het jongste nummer van het tijdschrift
'Onze Taal' lezen we dat in de meest re
cente druk van de dikke Van Dale waar
schijnlijk het woord 'Detiger' zo'n woord is.
De omschrijving luidt: 'in de verb, (uitdr.
gew.) 'stromen als de Rijn bij Detiger', zeer
voortvarend en zonder scrupules te werk
gaan'. Het commentaar erbij luidt: 'Wij
hebben aan de Rijn geen plaats met de
naam Detiger kunnen vinden. Zeker gezien
de onbekendheid van de uitdrukking en de
verrassende betekenisomschrijving lijkt het
er sterk op dat de redactie van Van Dale
met dit trefwoord oud-directeur Pim Deti
ger heeft willen 'eren'. Toekomstige tekst-
-dieven moeten we dus afraden om het
woord 'Detiger over te nemen.
In dat zelfde artikel in 'Onze Taal' wordt
verwezen naar de 'oei-oei-machine' en de
'quotezak' als voorbeelden die vermoede
lijk al eerder dezelfde functie hadden. In
derdaad staan die woorden al wat langer in
Van Dale.
Wat betreft de oei-oei-machine heb ik
ook jarenlang gedacht dat het een on-
zin-woord was. Maar ik ben gaan twijfelen
toen ik ontdekte dat deze machine werke
lijk bestaat. Alleen de naam ervoor, het
woord oei-oei-machine, zou een
Van-Dale-grapje kunnen zijn.
Mijn ontdekking is van dit najaar. Nadat ik
op 28 augustus in deze krant enige twijfel
had laten blijken, en de definitie van Van
Dale geciteerd, heb ik namelijk enkele tien
tallen brieven van lezers gekregen die het
apparaat blijken te kennen, ofschoon nie
mand het woord 'oei-oei-machine' ooit
gehoord had. De omschrijving bij Van Dale
luidt: 'Vierkant stokje met ribbeltjes, aan de
bovenzijde (loodrecht op het stokje) voor
zien van een propeller: door met een klein
rond staafje over de ribbeltjes te wrijven
gaat bij een bepaalde stand van de vingers
het propellertje niet draaien, bij een andere
vingerstand wel (in het laatste geval kan
men door de uitroep 'oei-oei' de indruk
wekken te kunnen 'toveren', synoniemen:
'hoeihoutje, hoeistokje'.'
Die synoniemen zijn er in de jongste druk
aan toegevoegd, en ze zijn juist. Dat weet ik
nu dankzij lezers van deze krant. Het appa
raatje heeft een zekere bekendheid in heel
Nederland en België, maar ik kreeg ook ge
tuigenissen over Oostenrijk ('hoei-holz') en
Italië. Van Dale zou aan de synoniemen
nog kunnen toevoegen: 'jip-stick'. Hoe het
nu komt dat de propeller de ene keer naar
links draait en de andere keer naar rechts,
weet niemand. Je moet er je vingers voor
verzetten, maar waarom dat het bedoelde
effect heeft, lijkt een raadsel. Ik kreeg zelfs
een brief van een natuurkunde-leraar die
er serieus naar gezocht had maar het even
min weet.
Het ding bestaat dus echt. Of ook het
woord echt is, blijft twijfelachtig; Ander
zijds: als een plagiaatpleger volgend jaar in
zijn illegale woordenboek toch de oei-oei-
-machine heeft staan, dan kan hij altijd
nog zeggen dat hij het niet uit Van Dale
heeft, maar gelezen in deze krant. Meer
dan eens, zelfs.
JOOP VAN DER HORST
universitair docent Nederlands