Opmars van Pokémon is onstuitbaar Want GQ ZATERDAG 6 NOVEMBER 1999 Louise is het meisje van Villa des Roses. Grünewald is een van de pensiongasten en hij legt het aan met Louise. Maar weldra heeft hij genoeg van haar. Hij vertrekt, zoge naamd naar Breslau, naar zijn ou ders; in werkelijkheid verhuist hij naar een ander pension, niet ver van daar. Louise blijft wanhopig achter, en gaat sparen voor een treinkaartje naar Breslau. Aan het station zal ze eens informeren naar de trein naar Breslau. Het blijkt een ingewikkelde reis, want ze zal moe ten overstappen in Heidelberg, in Würzburg en in Neurenberg. En dan zal ze pas in Chemnitz zijn. Het duizelt Louise. Wacht ik zal het even voor u opschrijven, zei de man want Louise had nog al een aardig gezicht." Opmaat gaat. Op die leeftijd vind je geheime genootschap pen en wachtwoorden heerlijk." Nintendo's vice-president Gail Tilden, verant woordelijk voor productontwikkeling: „Het is ver bijsterend wat we nu meemaken. En dan te beden ken dat we nog maar aan het begin staan van de Pokémon-rage, er ligt er nog een enorm terrein braak. Ons Japanse moederbedrijf heeft pas dui zend Pokémon-producten ontwikkeld. Maar het enthousiasme van de spelers kent geen grenzen, en daar moeten we gebruik van maken." Het is op die golf van succes dat er ook in Neder land flink wordt uitgepakt. Juist in deze weken is de bevoorrading van de speelgoedwinkels gestart. Op voorhand zijn er door de branche 20.000 Poké- mon-cassettes besteld, een absoluut record. Ter vergelijking: Mario Bros en Donkey Kong bleven bij hun introductie steken op 9000. Eigenlijk had Pokémon in de eerste week van oktober al zijn op wachting moeten maken in de winkelschappen, maar doordat het 112 pagina's tellende handboek, dat in Nederland gratis wordt bijgesloten, door miscommunicatie te laat beschikbaar was, is de in troductie iets verlaat. Frank Rittinghaus van Nintendo Nederland: „In Duitsland kost dat boek omgerekend 24,95, in Nederland doen we het cadeau. Alle spelregels worden helder uit de doeken gedaan. Op die ma nier ondervangen we onduidelijkheden rond de spelletjes, die natuurlijk in het Engels zijn. Je moet niet vergeten dat de doelgroep erg jong is; die kin deren moetje gewoon een handje helpen." De introductie van Pokémon wordt begeleid door een grote publiciteitscampagne, inclusief tv- commercials en een kennismaicingstoer door Ne derland. Rittinghaus: „We bezoeken twaalfhon derd speelgoedwinkels om het personeel voor te lichten. Het laat zich raden wat een geweldige ope ratie dat is. Er zijn honderdduizend stickers ver stuurd naar alle Nederlandse scholen, met op de 'achterkant een handleiding voor Pokémon. We hebben dan ook enorme verwachtingen van dit spel. Er wordt heel veel software voor ontwikkeld. Heel anders dan bijvoorbeeld bij sommige voetbal video's, die zich op één seizoen richten, is het de bedoeling dat Pokémon zeker drie tot vijf jaar mee gaat." De Game Boy-versie van Pokémon kost 79, de Nintendo 64-versie 149. Doordat er nog geen Ne derlandse versie voorhanden is van het Pokémon- kaartspel, verschijnt hier eerst de Amerikaanse uit gave. Maar het is de vraag hoe volledig die Engels talige versie wordt, want in de VS is al gesugge reerd dat daar een bewuste schaarste op de markt is gecreëerd om de consumptiedrift bij kinderen aan te wakkeren. Spelletjes-specialist Auerbach: „Het motto van het spel is 'Gotta catch 'm all', en dat geldt ook voor het verzamelen van de kaartjes. Het gaat erom ze allemaal te krijgen, en dat bete kent: kopen." Mocht de Pokémon-rage dezelfde vormen aan nemen als in het Verre Oosten en de VS, dan doet ook het onderwijzerskorps er goed aan zich daarte gen te wapenen. Op veel scholen in Japan en Ame rika is het bijvoorbeeld al niet meer toegestaan de speelkaarten mee te nemen, een verbod dat eerder al de Tamagotchi's trof. Die elektronische speeltjes waren een bron van ellende, omdat ze begonnen te piepen op het moment dat ze niet tijdig werden verzorgd. „Als je die Pokémon-monstertjes toelaat, is het hek van de dam", zegt een New-Yorkse lerares. „De kinderen kunnen dan nergens anders meer over praten, laat staan denken. Ik vind ze een cri me. Ik heb meegemaakt dat ik boze ouders in de klas kreeg, die zich erover beklaagden dat hun kin deren waren opgelicht tijdens het ruilen van kaar ten op het schoolplein. Of ik er niet op kon letten dat ze hun kostbare plaatjes niet verpatsten voor mindere exemplaren. Collega's liepen tegen dezelf de problemen op. In gezamenlijk overleg is toen door de schoolleiding besloten Pokémon buiten de deur te houden. Sindsdien is de rust weergekeerd op school. Ik heb niets tegen een rage, maar dit werd echt te gek." HANS VAN Al PHEN Het is één van die prachtige zinnen, zoals ze bij Elsschot veel te vinden zijn. En waarvan zo moeilijk te zeggen is waarom ze mooi zijn. Ik kan het niet goed uitleggen. Het heeft in ieder geval iets te maken met het woord 'want'. De man achter het loket is meestal zo behulpzaam niet. Dat hij voor Louise een uitzondering maakt, komt door dat ze er nogal aardig uitziet. Je zou ook kunnen zeggen dat hij het voor haar wel opschrijft omdat ze nogal een aardig ge zicht heeft. We begrijpen precies wat er ge beurt. Of Louise het begrijpt, is onzeker; maar de lezer begrijpt. Het is de gewone dagelijkse kleine corruptie van het leven. Ik kan dat uitleggen met 'komt doordat', of met 'omdat', maar dat zou de gebeurtenis daar aan het stationsloket te grof maken, te veel nadruk geven, te expliciet ook maken. Elsschot, met 'want', noemt het verband als terloops, het verband tussen opschrij ven en een aardig gezicht. Je leest er mak kelijk overheen. Het is er net zo terloops als het terloops genoemd wordt. Wie denkt dat 'want' en 'omdat' hetzelfde betekenen, moet vaker Elsschot lezen. Men heeft zich wel eens afgevraagd waar om we in onze taal twee woorden heb ben die bijna hetzelfde betekenen: 'want' en 'omdat'. Gelukkig dat ze er zijn, anders had Elsschot dit zo mooi niet kunnen be schrijven. Maar een verklaring hebben we niet. En de zaak wordt nog intrigerender als we beseffen dat veel talen juist op dit punt twee woorden hebben met nagenoeg de zelfde betekenis, en steeds met hetzelfde subtiele verschil, en steeds even moeilijk om uit te leggen wat dat verschil nu precies inhoudt. Zo heeft het Frans 'car' en 'paree que', het Duits 'denn' en 'weil', het Engels 'for' en 'because'. Maar ook in Skandinavi- sche talen, in het Russisch en in tientallen andere talen heeft men iets dergelijks. Blijkbaar is het subtiele verschil toch zo wezenlijk, dat men het overal graag in stand houdt. Ondertussen ziet het ernaar uit dat het woord 'want' nieuwe wegen gaat. Nieu we toepassingen dienen zich aan, waar Els schot nog niet van gehoord had maar die we nu zo geregeld horen en lezen, dat je verbazend koppig moet zijn om ze fout te blijven noemen. Tientallen jaren geleden hield ik het volgende voor een aardige woordspeling: 'Een duur want handge maakt servies'. Bij nader inzien heb ik mij toen vergist. Het was geen woordspeling, geen taalgrapje, maar een vroege verschij ning van iets nieuws dat tegenwoordig bij na normaal geworden is. Ik lees nu gere geld in kranten, boeken en brieven zinnen als de volgende: 'De volgende keer ben ik er niet, want in Griekenland'. Of: 'Hen opmer kelijk want vrijwel stabiel resultaat'; 'Hij wandelde en wandelde de hele dag, zwete rig want weer te warm gekleed' (Joris Note, in zijn bundel 'Kindergezang' van dit jaar). En: '(hij) trekt zich terug in een dorp om daar met zijn geliefde rustig, want aan de oppervlakte te leven.' En: 'illegale, want in verblijfsrecreatiegebied gebouwde, wonin gen'. Enzovoort enzovoort. Ik zou dat nooit ofte nimmer schrijven, maar ik stel vast dat dit gebruik van 'want' al tamelijk gewoon geworden is. Minder gewoon is vooralsnog het volgen de gebruik: 'Deze moderne versie van de vrouw heet 'girl' (niet feministisch) en zij beschikt over 'girl power' (ook niet femi nistisch, want slaat alleen op haarzelf). Of ook: 'Mevrouw Vermeulen komt ook bijna nooit in de stad, want twee kleine kinde ren'. Ik weet nog niet waar ik daarvan vin den moet. Als het algemeen Nederlands wordt, zal er ook wel een prachtige zin mee te schrijven zijn. Anders dan bij Elsschot, maar daarom niet noodzakelijk minder. Pokémons zijn monsterlijk, onvoorspel baar en binnenkort overal verkrijgbaar. In de getekende wereld van Pokémon heeft iedereen het eeuwige leven. Er wordt flink ge knokt, maar dood en verderf zijn nadrukkelijk bui ten de deur gehouden. In de fantasiewereld van Pokémon speelt een tienjarig kereltje, ene Ash Ketchum, de hoofdrol. Begeleid door zijn vriend professor Oak, een expert op het gebied van de monstertjes, zet de hyperac tieve durfal zijn eerste voorzichtige passen in een wereld vol grillige stripfiguren. Ash krijgt van zijn geleerde vriend zijn eerste Pokémon cadeau, het vertederende monstertje Pikachu. Het kokette kreunertje beschikt over bliksemkracht, opgewekt vanuit zijn staart. Samen gaan Ash en Pikachu op pad om de ande re, in het wild levende Pokémons te vangen. Alleen dan kan Ashe de grote Pokémon-trainer worden die hij zo graag wil zijn. Het is een verhaaltje van niets, maar heeft een impact die zijn weerga niet kent. Het is allemaal zelfs zo„ingewikkeld dat er een officieel handboek op de markt wordt gebracht om jongeren wegwijs te maken in de geheimzinnige wereld van beestjes met namen als Beedrill, Rati- cate, Poliwhirl en Charizard. Dat boek is onont beerlijk om de spelcassette te kunnen doorgron den, maar dient ook als leidraad bij het ruilen van dubbele kaarten. Want alle kaarten vertegenwoor digen een eigen waarde; waarmee de basis is ge legd voor een drukke ruilbeurs. Iedere Pokémon heeft zijn unieke karakter en temperament, zijn sterke en zwakke kanten. Wie eenmaal een wilde Pokémon heeft verschalkt door hem na een lange strijd te vangen, gaat met die nieuwe speler in zijn team op zoek naar de volgen de uitdaging. Een eenmaal gevangen Pokémon is je grootste kameraad. De truc van de fabrikant is dat er twee Pokémon- versies in omloop komen, een rode en een blauwe. De spelletjes lijken identiek, maar hebben één ei genaardigheid: pas wanneer de twee aan elkaar worden gekoppeld, komen alle 150 karakters waar op wordt gejaagd beschikbaar. De spellen afzon derlijk blijven steken op 139 'Pokémonstertjes'. Pokémon werd in 1996 geïntroduceerd op de Ja panse markt. Het fenomenale succes deed de Nin tendo Corporation besluiten er een wereldwijd vervolg aan te geven. Vorig jaar werden de Verenig de Staten veroverd en nu is Europa aan de beurt. Ouders doen er goed aan de zaak niet te onder schatten. De tekenfilmversie, die momenteel draait op Fox Kids, vormt de opmaat voor wat komen gaat. De Game Boy-variant van Pokémon, waarvan er in de VS in zeven maanden 2,5 miljoen werden afgezet, ligt nu gereed bij de speelgoedbranche. Binnenkort volgt het kaartspel, met alle 150 karak ters. Het motto van het spel is de - gepatenteerde - slogan 'Gotta catch 'em all', die de verzamelwoede als vanzelf aanwakkert. Spelletjesfabrikant Ninten do heeft een goudmijn aangeboord. Eentje die de eerdere successen van het bekende Mario Bros en Donkey Kong ver overtreft. De zakmonstertjes van Pokémon hebben de verkoop van de Game Boy het eerste kwartaal al met 250 procent omhoog ge jaagd. Wereldwijd is er inmiddels al tien miljard gulden omgezet in Pokémon-spellen. De doel groep zijn kinderen, voornamelijk jongens, van ze ven tot veertien jaar. Anders dan de rages rond de Teletubbies en Ta magotchi's, hypes die na een paar maanden alweer waren overgewaaid, is Pokémon ontwikkeld voor een duurzamer relatie met het kind. Door de afwij kende karakters van de te vangen monstertjes en het grote aantal ervan wordt beoogd verveling bui ten de deur gehouden. De bedenkers ervan gaan zelfs zo ver, dat ze aan Pokémon een educatieve waarde toekennen. De bezitter van meerdere monstertjes moet bij voorbeeld sociale vaardigheden ontwikkelen om al zijn gedomesticeerde vriendjes tevreden 'te hou den. En bij het onderling ruilen van de kaarten komt rekenwerk om de hoek kijken. Er zijn wereld wijd inmiddels 11.000 websites verschenen (www- .pokemon.com), wat de kinderen automatisch ver trouwd maakt met de zegeningen van de compu ter, enzovoort, enzovoort. Om de kinderen de finesses van het spel bij te brengen, worden in de VS door Nintendo demon- stratietoernooien georganiseerd in winkelcentra, iets wat in de nabije toekomst ook in ons land te verwachten is. De toeloop in Amerika bij die eve nementen is duizelingwekkend. Toen in juli dit jaar de Nintendo-karavaan zijn tenten opsloeg bij de Mall of America in Minneapolis, Minnesota, meldden zich op één dag 44.000 geïnteresseerden. De babyboomers deden het met knikkers en hoelahoep. Hun kinderen metflippo's, Ninja Turtles en Power Rangers. En nu is er Pokémon. De speelgoedindustrie heeft haar jongste liefde in de arme/i gesloten. Het nieuwe Nintendo-spelletje moet alle verkooprecords gaan breken. Wereldwijd is er van dit videospelletje al voor tien miljard gulden omgezet. Nu is Nederland aan de beurt. Er is geen ontkomen meer aan voor de lieve jeugd. Om van de ouders nog maar te zwijgen. Kinderen duurzaam in de ban van de nieuwste verslaving Verbijsterend „Het is verbijsterend wat dit spel losmaakt bij de kinderen", zegt Stevanne Auerbach, alias dr. Toy, op haar website. Dr. Toy is een zelfbenoemd des kundige in de VS, die onder andere kijkt naar de opvoedkundige waarde van spelletjes. Auerbach: „Anders dan bij de meeste videospelletjes wordt bij Pokémon veel eigen inbreng verlangd van de deelnemers. Het 'vangen' van de monstertjes vergt telkens een andere strategie. Een bijkomend ele ment is dat de ouders er in de regel helemaal niets van snappen, wat de onderlinge band tussen de kinderen versterkt. Ze wisselen erva ringen uit, en voor kinderen is er niets mooiers dan een kunstje te beheersen dat hun vaders en moeders bo ven de pet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 51