Gedeelde smart is dubbele vreugd Cultuur Kunst Verlopen kroegtijger nekt The Fall 'Oude mensen': heater zoals je nog maar zelden ziet Valeri Gergjev heerst in Rotterdam Herenigde Eurythmics klinken beter dan ooit r Musical 'Oliver!', een oud prentenboek CHEF JAN RIJSDAM. 071-5356444. PLV. CHEF CAROLINE VAN OVERBEEKE 071 -5356440 MUZIEK RECENSIE HANS KEUZERS .Concert The Fall. Zang: Mark E. Smith, keyboards/gitaardulia Nagle. drums: Tom Head, bas: Adam Helal. Gezien: 18/9, LVC, Leiden Ze geven een band een naam maar kunnen er net zo goed hun eigen initialen aan verbin den. Mike Scott is the Water boys, Karl Wallinger World Party en onbetwist beland je met Mark E. Smith bij The Fall. Knorrepot en brombeer eerste klas. Wisselt zijn bandline-up net zo snel als zijn schone on derbroek. Inmiddels aan zijn 27ste bezetting bezig. De berichten van het optre den van the Fall tijdens het Reading-festival waren in au gustus niet erg hoopgevend. Mark had weer eens proble men met de drank en lag flink overhoop met een bandlid. Na zeven dagen touren in de lage landen was het niet alleen wachten op wét Smith ging spelen uit zijn omvangrijke oeuvre maar vooral hoe. Het beginmuziekje van The Fall wordt net ingezet als de man van het podiumgeluid al komt buurten. Breed gebarend en een luid toegeknepen 'Lou der' is zijn duidelijke -geïrri teerde boodschap. Julia Nagle opent met een keyboardloopje en daar is Mister Booz himself. Mark E. Smith. Zijn gezicht ziet er pijnlijk verlopen uit en hij doet zijn naam "Grumpiest man in pop' onmiddellijk alle eer aan door dezelfde geluids man met een 'Fuck off weg te sturen. Smiths staccato, decla merende teksten zijn vaak al moeilijk te ontcijferen tijdens de concerten, maar zaterdag avond lalde de frontman zijn teksten als een verlopen kroeg tijger. Tijdens 'Hey, Hey, Hey' en 'Anecdotes antidoses in B' beiden van de nieuwe CD 'The Marshall Suite' komt Smith er nog net mee weg, maar daarna is het gedaan met hem en gooit hij de handdoek in de ring. Jammer, want de stuwen de basissound van drummer Head en bassist Helal zijn on betwist sterk refererend aan de oude New Wave-geluiden van The Sound en het baslijnwerk van '17 seconds' van The Cure. Een lekkere trip terug naar het begin van de eighties en met een geïnspireerde Smith had het wonderlijk genoeg makke lijk de andere kant op kunnen gaan. De desinteresse van Mark E. Smith straalt van zijn gezicht af en de Manchesterman klooit door met licht en drum stel. Vriendin Nagle is hem zo zat dat ze voortijdig het podi um verlaat, waarna Smith met zijn verlopen kop geïrriteerd de keyboards omgooit. Na veertig minuten maakt Smith een welbekend gebaar en ver dwijnt hij backstage. Wonder lijk genoeg blijft het publick stoïcijns onder het vroege ver trek. The Fall bevestigt het beeld dat Engelse bands vaak problemen geven. Gebrek aan professionaliteit, verregaande arrogantie en gewoon keiharde minachting voor het publiek De cult-wereld van The Fall mag wonderlijk zijn maar Smith was gisteravond zonder meer een karikatuur van zich zelf. Oftewel: afserveren met een enkele reis Manchester. BERTJANSMA itionale Toneel met 'Oude mensen' Willem Jan Otten naar Louis Cou- Regie Ger Thijs. Gezien: zater- Koninklijke Schouwburg, Den Haag. Daar te zien t/m 19/12. Couperus' 'Oude men- brengt Het Nationale To- een avond theater zoals zelden nog ziet: een groot ïsemble van zestien acteurs rollen van min of meer ge- belang, in een fijn uitge- lonnen familiedrama van ederlandse huize. Qua 'S leelstijl klassiek, psycholo- sch realisme zonder poespas aanstellerij, waarbij je in de jmieuwde Haagse schouw- onvermijdelijk terug b, oest denken aan de hoogtij - ,n igen van Paul Steenbergens ïagse Comedie. 'Oude mensen' is qua mate- aal en thematiek helemaal j. mis Couperus gebleven, j aar de bewerking van diens man (Van oude mensen, de ngen die voorbijgaan, 1906) eft een hoog Willem Jan Ot- gehalte. Net als in 'Een eeuw' spint hij het verhaal j 1 van een familie met een heim. In dit geval een crime g issionel die zestig jaar eerder j aatsvond in voormalig Ne- ,jj( rlands Indië. De drie perso- l0| ges die erbij betrokken zijn achten op hun dood, en Rijgen: de stokoude me- ouw Dercksz, meneer Tak en dokter Roelofsz. Ze ko en samen op de verdieping de oude mevrouw die zich meer beneden vertoont, wijl de levens van de kinde en kleinkinderen getekend door dat geheim. J0 Het is bij hun weten en niet- :ten tegelijkertijd, het is een ide zweer die moet open reten op het scherp van de uwwisseling (1900): levens i om de hete brij van de larheid heen draaien, ver- jr0kt, gekweld. Otten laat knap complexiteit van Couperus' ^stma's intact en herhaalt prachtig de vloek die in al de ze levens op een andere ma nier doorzeurt: ze zijn alle aangetast, een dochter is ge vlucht in het katholieke ge loof, een zoon heeft zich stot terend in zichzelf opgesloten, een kleinzoon laat niets meer van zich horen, het huwelijk van de romanschrijvende broer (naar blijkt met zijn nicht, a la Couperus-zelf) mist bij voorbaat levenbrengende kracht. 'Oude mensen' is het soort theater waarin je mee moet willen gaan, dat je toe moet laten. Wat er aan feitelijke handeling plaatsvindtis puur huiselijk, nauwelijks opmerke lijk. Het is of je meeleest in Couperus' roman, de bladzij den mede omslaat. Het duurt wel even voor de losse draden van die Haagse levens aan el kaar gaan kleven tot ze dat in trigerende kluwen van geërfde schuld worden. Maar dan duwt Thijs je steeds dwingen der die wereld binnen en maakt zich een thrillerachtige spanning van de handeling meester: wachtend tot het noodlot zich voltrekt, tot de bom barst. Regisseur Ger Thijs werkt hier met gelijkwaardige, zeer goed gecaste acteurs en het is het ensemble als geheel dat 't hem doet: Elisabeth Andersen ontroerend in de ontmoeting met haar kleindochter-zange res (Esther Iinssen), de zui verheid van de kleindochter van Angelique de Bruijne die als een Florence Nightingale aan dit wereldje zal ontko men, Joop Doderer tussen ko misch en korzelig in als dokter Roelofsz, het mooie 'Indische' echtpaar van Wim van den Heuvel en de fraai bewegende Rima Melati, de taaie breek baarheid van Ton Kuyl als de oude meneer Takma. Het is vooral die veelheid aan vaak met lichte humor getekende nuances die de wereld van de ze Couperus overtuigend ma ken. Finale van het Festival van het Levenslied in Leidse Schouwburg: het gezelligste bloedbad sinds tijden ROTTERDAM AAP VAN DER VEN Rotterdammers die nu nog niet weten wie Valeri Gergjev is heb ben wel ontzettend zitten suf fen. Affiches, vlaggen, veel me dia-aandacht, een 'blazersspek takel', musicerende jeugd in de open lucht, er was al van alles aan gedaan om het aan de po pulaire Russische dirigent ge wijde festival - dit jaar voor de vierde keer gehouden - voor te verwarmen. En toen barstte het los. Wie aan of in de omgeving van het Rotterdamse Schouw burgplein woont en thuis was, wist zaterdagavond in elk geval dat er iets met opera aan de hand was. Door middel van een gigantisch videoscherm, met op disco-volume afgestelde ge luidsweergave, was daar het Verdi-programma te volgen, dat in de Grote Zaal van de Doelen werd uitgevoerd. Haal de een tenor even uit, dan be reikte hij zelfs het Centraal Sta tion. Op het plein volgden enkele honderden belangstellenden de verrichtingen van Gergjev en de door hem mee gebrachte Russi sche solisten, het koor van de Kirov Opera en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Frag menten uit 'Aida' en 'Don Car los' werden ten gehore ge bracht op de bekendste hang plek voor allochtone jongeren in Rotterdam. Dit festival kan in elk geval rekenen op een dikke voldoende van staatssecretaris Van der Ploeg. Twee van de beroemdste Ki- rov-solisten waren ons wel door de neus geboord. Noch Galina Gorchakova, noch Gegam Gri- gorian - allebei aangekondigd - verscheen. Belangrijker engage ment elders, problemen met de stem, een zieke in de familie? Je komt het nooit te weten bij die Russen. Maar Gergjev zou Gergjev niet zijn als hij dan toch niet een of ander onont dekt talent tevoorschijn tovert. Zoals de sopraan Irina Gord- ei, een glansrijke Aida met die pe, romige klank en een onfeil bare intonatie. Van deze zange res zullen we nog veel horen. Naast haar twee imposante mezzosopranen, namelijk La- rissa Djadkova en Olga Savova. De heren daarentegen - onder anderen Viktor Lutsiuk, Vladi mir Vaneev en Sergej Alexasjkin - zaten iets te veel vast aan hun Russische manier van zingen. Dat zal nog wat worden wan neer een aantal van hen woens dagavond in Wagners 'Parsifal' optreedt. Het Rotterdams Philharmo nisch Orkest onder leiding van Gergjev de partituur van Blauw baard te horen spelen is echter een grootse ervaring. De tem peratuur liep ook hoog op bij Schönbergs 'Pelleas und Meli sande', een gigantisch, duister en broeierig symfonisch ge dicht, dat alles heeft wat de vroege werken van deze com ponist zowel prachtig als huive ringwekkend maakt. Het Rot terdamse orkest is, zo bleek weer, nog niet uitgekeken op Gergjev. Om dit alles heen zijn er, in samenwerking met onder meer het Rotterdams Conservator) um, veel activiteiten van musi cerende jongeren. Wat Valeri Gergjev af en toe de mogelijk heid biedt zich voor te bereiden op wat hem nog te wachten staat. Hij dirigeert deze week niet alleen Wagners 'Parsifal' maar ook een dag later, don derdag, een programma met werken van Dicpenbrock, Skrjabin en Tsjaikovski. Dat al les met het koor en orkest van de Kirov Opera. Vrijdagavond buigt hij zich bij het RPhO over partituren van Beethoven en Johann Strauss. En zaterdag is hij in Amsterdam. Dan dirigeert hij Rimski-Korsakovs opera 'Sneeuwwitje', een VARA-mati- nee. che i Ederveen heeft vaker in tel theater gestaan, maar hij is tzell vooral de maker van tele- programma's van een vaak eini zaam niveau. Even komisch en,< liep ontroerend. Maar tele- erhi is geen theater. Toch ac- a.V eerde hij het aanbod van Lini lucent Joop van den Ende :anl in de musical 'Oliver' de Ze htige rol te spelen van Fa- En gisteravond toonde de ag ti ster in het kleine zich op podium van het Amster- se Koninklijk Theater Carré •ns een ster in het grote. Britse musical 'Oliver!' Lionel Bart beleefde zijn nière in 1960, het begin van internationale zegetocht, leidde tot vijf Tony's op dway en een met zes Os- bekroonde verfilming. En 'les op basis van een kei aanklacht van Charles ens, gegoten in de vorm een spannend verhaal vol tuur en romantiek. De ge lenis van een weesjongen een toekomst, zo somber Ie nacht, maar met een zo helder als de dag. meteen is duidelijk dat de 'gevers voor deze tweede irlandse 'Oliver!' aardig m zitten bladeren in de geïllustreerde Dickens- heeft nu al de gebaartjes. 'Jij' dat is een vinger naar de zaal. 'Een traan' dat is een vinger op een wang en Keetje Tippel dat zijn vijf trippelende vingertjes in de lucht. Weer een oceanisch 'Aaaaah'. Tussenstand: een van honger gestorven visservrouw, een hondje dat nooit meer terug komt, en een sterfgeval in het kraambed. Maar dat mag de pret niet drukken. Daar zorgt Hanny 'hoofdpijn' wel voor. Hoogblond, diepbruin en span nend jurkje dat net onder de schaamstreek eindigt. Miss mi graine verzorgt het tussenpro- gramma terwijl de jury aan het beraden is. Het jurkje van Han ny werkt als een rode lap op een groepje stieren op de twee de rij. Het ontlokt het groepje testosteron lustig bronstgeroep: „Kijkdoos!" Hanny: „Wat moet jij met mijn kijkdoosje?" De stemming zit erin. Achter het scherm op het to neel gaan de eerste polonaises. De sfeer stijgt. Iemand laat zijn benen over de rand van het bal kon hangen. Overal oceanen van deinende handen. Gezellig heid kent geen tijd. toppunt van saamhorigheid. Opperste extase op de krappe vierkante meter en driesporen polonaises voor gevorderden. Hanny: „Maar vanavond." Publiek: „Heb ik hoofdpijn." En daarna natuurlijk de 'Kijkdoos' en 'Maa-rii-joo'. Hatsjee! En dan mag juryvoorzitter de directeur van Het Stedelijk Mu seum De Lakenhal, Jetteke Bol- ten, zeggen wie de koningen en koninginnen van het tranendal worden. In de categorie klassie kers winnen De Rodon- dendrons de 'Mary Bey Bokaal' en 2500 gulden. De Stoep met hun 'Vissiesverkoopster' mag de 'Mary Bey Bokaal' voor de originele uitvoering en 3500 gulden meenemen. En iedereen is blij. Ook Helga, één van de Rodondendrons, al plengt ze tranen. Het zijn tranen van ge luk. Hoe meer ellende hoe meer vreugd. En zo hoort het. Vol gend jaar weer. irii MUZIEK RECENSIE LOUIS DU MOULIN :rt Eurythmics, met Annie Lennox (zang). Dave Stewart (gitaar, rang) plus achtkoppige band Gezien: 19/9, Ahoy' Rotterdam it een engeltje met m'n hart te spelen. Alle pakweg ^..e I Eurythmicsfans zullen gisteravond in Ahoy' min- j1 s een keer op die prettige gedachte zijn gekomen, 11113 lamde het herenigde koningskoppel Annie Lennox e ,a )avid Stewart anderhalf uur lang. Als eigenlijk nooit lde ren op Nederlandse bodem, want de podiumge- 8 edenis van het soulvolle Britse synthipopduo bleef lusver beperkt tot slechts twee optredens (1984 en 0 Die magere score in de eerste bestaansfase hield ct verband met de kwetsbaarheid van La Lennox' rte ibanden, die nogal eens op de meest ongelukkige aan.nenten wilden dwarsliggen. De hamvraag is dan :an hoe haar gevoelige instrumentarium zich zal hou- gedurende de monstercampagne die de 'Peace Tour' ten bate van Amnesty International en Green peace voor het komende jaar gaat betekenen. Neder land, dat aanvankelijk pas voor hel tweede deel van de wereldwijde concertreis op (Je marsroute stond, mag zich daarom gelukkig prijzen met een zeer vroeg be zoek, daags na de 'aftrap' in Keulen. De keerzijde van die latere inpassing is wel dat in Ahoy' de gordijnen voor de tweede ring bleven hangen. Wat de tijdelijke drie-eenheid best zal hebben teleurgesteld, gegeven de (relatief) grote populariteit in ons land van zowel de mensenrechten- als de milieu-organisatie. In uitstekende conditie verkerend kreeg Annie Len nox (44) alles wat ze wilde uit haar gouden strot. Zelfs de moeilijke ijle intro van 'There Must Be An Angel', waarmee ze vorige week nog op de BBC de mist inging. De frisheid van Dave Stewart (47) openbaarde zich niet alleen middels vlijmscherpe gitaarsoli, maar ook door spontane meezingpartijtjes bij de meeste eigen klassie kers. Dat bijna jongensachtige enthousiasme zal gaan deweg ongetwijfeld slijten, want hij heeft nu eenmaal een afkeer van doorlopende herhalingsoefeningen. Tot nader order komt de 'Peace'-show daar in muzi kale zin toch wel grotendeels op neer. Tegenover zo'n beetje alle in de jaren tachtig vergaarde wereldhits staat voorlopig slechts een beperkt aanbod van het ge lijknamige nieuwe album dat pas op 1 oktober uit komt. Het siert Eurythmics dat er bij dit ambitieuze inza melingsproject, dat ook een miljoen nieuwe leden voor Greenpeace en Amnesty moet opleveren, totaal niet is bezuinigd op de aankleding. Met een energieke acht koppige band (waarin voor Annie drie donkere hulp- stemmen) en heel veel stijlvol licht- en videogeweld trekt het duo Stewart-Lennox bovenal z'n eigen artis tieke lijn door. De propaganda voor de begunstigde in stanties is zorgvuldig gedoseerd, wordt daardoor geen moment te opdringerig. Uitgebalanceerd is dan ook het trefwoord bij dit overweldigende pretpakket dat door de twee kopstukken lekker tegendraads in ge vechtstenue wordt gepresenteerd. uitgaven, want menig persona ge lijkt zo uit de prenten te zijn weggelopen. Ook het licht en de aankleding zijn een fascine rende vertaling daarvan. De show laat een aantal types zien, symbolisch voor de sa menleving van het Londen van rond 1850. Zo is Oliver, gisteren gespeeld door de 11-jarige Mink Verbaan, prototype van het kind dat ten onrechte het slechte pad op wordt gediri geerd. Anders dan zijn vriendje Clipper, een sympathieke vrije jongen die het eigenlijk niet zo kwaad bedoelt. De knapen ge ven hun volwassen collega's mooi tegenspel. Mooi eng is het duo Bert Simhoffer/Marjolein Sligte, alias meneer Bunmble en mevrouw Comey die duide lijk maken da t de weeskinderen in het armoedige Londen van die tijd ook van de christelijke goedheid weinig goeds hadden te verwachten. Op zich is dat allemaal heel mooi, maai' na een half uur rijst toch de vraag: gaat het hier om sociaal realisme of om een ro mantisch verhaal met een knip oog. Het eerste werd al gauw ongeloofw aardig en het tweede kon niet vlerken, omdat alles zo sterk werd aangezet dat het lichtelijk vervelend werd. Ge lukkig komt Oliver dan terecht bij een jongensbende van zak kenrollers die wordt gëleid door een zekere Fagin. Iemand die het eigenlijk ook niet kwaad be doelt, maar blijkbaar geen an dere manier weet om door het leven te komen. Arjan Ederveen heeft zich in die rol volledig uit leeft. Zo sterk, dat het niet meer duidelijk is waar zijn rol eindigt en waar hij domweg zichzelf speelt. Zelfs als Marika van Kolck, die net als in 'De Jantjes', voor een groot deel tempo en toon bepaalt, een daverende kroegscène beheerst, eist Eder veen de aandacht op met zijn Tot dusver: twee relaties die in tranen eindigden, het dievenpad, een zeemansgraf, tomeloos alcholisme, over dadig overspel, een weggepest homostel en genoeg dooien om de Leidse singels mee te dempen. En dat is nog maar de score van voor de pauze. In de Leidse Schouwburg woedt het gezelligste bloedbad sinds tijden. De finale van het Festival van het Levenslied, dat dit jaar voor het eerst in de stad plaatsvindt. Door de gangen van het theater loopt een publiek dat de week enden vermoedelijk vaker kleurt met een bezoek aan de kroeg dan de schouwburg. Maar waar leed is komen de liefhebbers van de smartlap in groten getale. Gedeelde smart is dubbele vreugd. En daar waar Oprah Winfrey een batterij rela tiedeskundigen en gezinsthera peuten nodig heeft om proble men de wereld uit te helpen, houdt smartlappend Nederland het gezellig binnenskamers. Maar dan wel met zijn allen en met 'die handjes op elkaar'. En dat alles voor Mary, de hoedster van het gouden moe derhart. Eigenlijk is het festival een afstudeerpoject van Marjo lein Hettinga, studente vrijetijd- kunde, èn een hommage aan de koningin van het levenslied. Achttien acts halen alles uit de keukenkast van de ellende en het gootsteenputje van de droe- venis. Als opmaat waren er al twee voorrondes in de Leidse kroegen die bepaalden wie uit eindelijk het best de tranen kunnen trekken. En daar mag volgens de presentator Chris Verplancke best een cliché of twee tussen zitten. Graag zelfs. En we worden op onze wenken bediend. 'De Slechte Band' zingt dat ze 'blaaaaaauw zijn zonder jooooooou'. De Smarties uit Tilburg draven op in glitter van de goot en doen het met een opgepept casiodeuntje en bas. Wat moet je anders als je vent er weer vandoor gaat met die ander. Triest? Misschien. Maar De Rodondendrons, winnaar in de categorie 'gecoverd levenslied' met het li het kan altijd nog triester, getui ge een kijkje in het muzikale fa miliealbum van Van Alles Wat. De Stoep, winnaars in de categorie 'i In ieder couplet gaat er iemand dood en in de refreinen blijkt vader aan de drank, opoe ge stoord, broer blind, 'en m'n zussie van tien heb een kind, hatsjee!' Tussenstand: hoog ironisch gehalte. Maar de doodernstige Amsterdamse John Brouwer vertelt dat zijn lievelingstante net is overleden. En als troost zingt de hele zaal met hem mee over de regen die soms valt. De Drie Keien zoeken het in oorlog en liefde met het doorwrochte en niet te evenaren stijlbloem pje: „Hij kon haai wel schieten. Hij vocht tegen het vocht, maar zijn ogen die schoten vol tré- aéénen." Publiek: „Aaah..." De lotgevallen van een jonge soldaat die om zuiver rijmtech nische redenen een vriendin krijgt die Carmen heet. Ap plaus. Het publiek ontspoorde nog een beetje in het refrein. Maar De Stoep heeft daar wat op gevonden. Elk refrein uit de 'Vissiesverkoopster' (haringen, oorlog, hongersnood) eindigt met de dwingende tekst: „En iedereen zong in koor..." En ie dereen zóng in koor. De driestemmige stola's van de Rodondendrons gebruiken daar gewoon een tekstbord voor. Met een keyboard op strijkplank en jaren zestig kap sels zingen ze over witte Orchi deeën die het leven zonder hem draaglijk moeten maken. Want hij gaat dood. Keessie gaat ook dood. Maar hij krijgt na het ongeluk, zo zingt 'Trio in 't Leven', als troost twee gloednieuwe gou den voetjes van de lieve Heer in de hemel. Die om zijn geluk te voltooien in één moeite door ook zijn moedertje haalt om hem gezelschap te houden. Bulderend gelach en veel ap plaus. De dertienjarige Charlène uit Tilburg houdt het bij een Mary- medley. Presentator: „De kleine Charlène begon haar carrière in het stamcafé van haar oma en opa en zong op de kermis in Tilburg." Het blonde meiske te\ THEATER RECENSIE HANS VISSER «telling. 'Oliver!', musical van Lionel Regie: Ken Caswell Vertaling: Daniël n Met Arjan Ederveen, Mariska van Bart Oomen, Tom van Beek, e.v.a. het n: 19/9, Carré, Amsterdam Nog te :ijn. 'daar t/m 3/10 en 14/1 t/m 27/2; n(j{ lands Congrescentrum, Den Haag, n, t/m 9/1Luxor Theater, Rotterdam, 7 15/3 t/m 30/4 De jonge ac teurs geven hun volwassen collega's mooi tegenspel. FOTO ANP/JO RIS VAN BENNE- KOM ogen, zijn houding en het tril len van zijn vingers. De meester van het detail ook op het grote toneel. Groten als Johnny Kraaykamp, George C. Scott en Jonathan Pryce gingen hem hierin voor. Maar wat hij maakt van het nummer waarin Fagin de balans opmaakt van zijn le ven, dat doet alleen Ederveen. Toch schuilt in die eigen aan pak ook een gevaar. Ederveen speelt zijn eigen show, gaat met 'Oliver!' soms zodanig aan de haal dat er heel wat fantasie voor nodig is om zijn Fagin nog als geloofwaardig element in het verhaal te zien. Maar gela chen wordt er wel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 29