Veemarkten geen lang leven meer beschoren Economie ns[i VRIJDAG 17 SEPTEMBER 1999 'Ze hebben het etiket overbodig en vooral gevaarlijk vanwege besmettingsgevaar opgeplakt gekregen melden zich in alle legte. Boeren en hande ren uit het oosten van land en de Veluwe- eek. Bij de toegangs- lort van het terrein waar de IJsselhallen staan, dt gezegd wat de in- ud is van de aanhang- gen, er wordt marktgeld uitgeladen en ge il rkeerd. Iemand maakt lege wagen schoon t een hogedrukspuit, men het tafereel zoals volgens de overleve- g hoort: loeiende koeien mannen met petten die* eeltige handen laten ppen. De blikken blij- i afgewend, precies zo- honden dat doen als ze aars geslacht of kracht asten. feite gebeurt hetzelfde: gaan met elkaar in zee of niet? Op beton klakken de klompen tikken de wandelstokken. In hoek bij de ingang van het restaurant, waar de siga- walmen en net zoveel koffie bier en jenever wordt ge- nken, knipt een kapster bij- cale hoofden. let bestaat dus allemaal nog. aar tegen de verdrukking zeggen twee mannen in die uit de Achterhoek zijn omen om in Zwolle schapen 'oor de liefhebberij' - te ko- „Als dierenbeschermers klagen, zijn er wel politici bureaucraten die de vee- rkt het graf in willen rege- bromt er een. Ze zeggen graag te komen, maar niet 'erwachten dat het instituut markt nog een lang leven is choren. „Het is net als met landbouw in het algemeen: n liefde en geen kennis van larktmeester Henk Dubbel- is het met dat laatste volle eens. Hij is in Zwolle elke ik één dag God op aarde. Hij t de markt, de grootste van Ierland voor wat betreft run- in, in goede banen en heeft lijsten van de aanvoer van in de hand. „De markt t", zegt hij. Vorige week er een totale aanvoer van '5 beesten, nu negentig le- N 'der. De prijzen zijn gelijk of lager. „Mannelijk super en J'e kwaliteit staan met ge- s61 Ideld zes gulden per kilo ge- iclvi' ht gewicht onder druk. fstkwaliteit is met iets meer drie gulden per kilo gelijk vorige week." sspfl eemarkt wil vandaag vooral htveemarkt zeggen. Slechts vierde van de aangeleverde en is nog gebruiksvee. Het f\ 1" volgens Dubbeldam te ;en met de angst voor ziek een dier dat van de vee- 3 komt kan in theorie - ik in theorie, want hier is nog 'l een ziekte overgeslagen - onder de leden hebben en 'teekt zo automatisch de 'ndheidsstatus van het be- 1u\& Op de veemarkt in Zwolle worden de koeien verhandeld door middel van het ouderwetse 'handjeklap. drijf waar het aan wordt toege voegd." Er.is een enorme smetvrees, zo benadrukt ook handelaar Hendriks uit Berningen. Hij is een schorser: een man die op de markt grote aantallen koopt en ze dezelfde dag weer ver koopt. Hij brengt geen vee, en neemt niets mee naar huis, maar is van cruciaal belang voor de prijsvorming. „De boe ren willen je niet op het erf hebben", zegt hij met een wrange lach. „Je wordt hoog stens toegelaten als er steriele klompen en jassen en mond doekjes beschikbaar zijn." De varkenspest heeft bij de politiek en de consument de toon gezet. De grootste angst betreft echter mond- en klauw zeer, een ziekte waar niet tegen geënt wordt omdat een aantal landen geen vlees wil dat ge vaccineerd is. „De wereld wordt steeds gekker", concludeert Hendriks, onderwijl een collega een stapeltje briefjes van 250 in de hand duwend. .Alles moet steeds sterieler. Alles moet ge controleerd. Een koe mag bij wijze van spreken niet meer verkouden worden - leve de an tibiotica - maar haar tegen de mazelen inenten is taboe. De beesten worden echter wel steeds meer kasplantjes, waar door die angst voor ziekten nog weer meer toeneemt en uitein delijk misschien gerechtvaar digd is." Nederland heeft nog acht veemarkten. In volgorde van grootte zijn dat Leeuwarden, Utrecht, Zwolle, Den Bosch, Leiden, Purmerend, Groningen en Doetinchem. Ze zijn ver enigd in de Groep Nederlandse Veemarkten (GNV), die onder leiding staat van André de long, zelf directeur van de markt in Leiden. Dat veemarkten een broedplaats van ziekte kunnen zijn, vindt De Jong onzin. „Die ren komen er bijeen en ook mensen, maar wat wil dat zeg gen? Voetbalstadions zou je dan ook moeten sluiten. Weet jij veel wat je buurman heeft?" De Jong onderstreept dat op de veemarkt veel controle is. „Er zijn veeartsen, mensen van de dierenbescherming, de Algeme ne Inspectiedienst, de Rijks dienst voor keuring van Vee en Vlees." Het aantal veemarkten is de afgelopen jaren gestaag terug gelopen. Twintig jaar geleden waren het er nog een stuk of dertig, waaronder veel biggen- markten. De varkenspest zorg de ervoor dat de biggen niet meer op de markt kwamen en nu zou dat overigens ook niet meer hoeven, omdat ze een 'homogeen product' zijn ge worden. Het wil zeggen dat ze zo gestandaardiseerd zijn. dat er geen kwaliteitsverschillen te bespeuren vallen. Het indu strievarken is bij zijn leven al een worst of een ham en wordt niet per stuk maar per kilo ver kocht of geveild. Bij de runde ren ligt dat anders. Het gaat vaak om uitgewerkte melkkoei en en daarvan zijn er geen twee hetzelfde. De handelaar moet ze zien om een prijs te kunnen bepalen. Die prijs wordt op de vee markt bepaald, hoewel veel boeren en handelaren regelma tig zwichten voor de verleiding direct met de slachthuizen - in Nederland nog vier grote groe pen - te onderhandelen. „Dat is natuurlijk wat de slachthuizen graag willen", zegt De Jong. Hij heeft zelf meegemaakt hoe kal veren - Leiden is vooral een kal vermarkt - vanaf eind jaren '70 naar opvangcentra werden ge bracht. „Grote afnemers gingen direct naar de veehouders en boden een aantrekkelijke prijs per kilo. Als het lukt om die prijs te monopoliseren, heb je daarna natuurlijk vrij spel." De oprichting van de GNV heeft dat proces gedeeltelijk ge keerd, maar naar schatting zijn er nu in het land zo'n 55 'verza melplaatsen' waar vee direct wordt verkocht. Volgens De Jong ontbreekt op die plaatsen controle op hygiëne maar na tuurlijk voorai het marktme chanisme. Hij maakt nu mee dat kalveren via de verzamel plaatsen terugkomen op de markt, omdat ze daar gewoon meer waard zijn. Je krijgt altijd 100 gulden meer dan wat de slachthuizen bieden. En zodra de handelaren dat begrijpen komen ze terug." De Jong is zeker niet pessi mistisch over de rendabiliteit van de (grote) veemarkten. „We maken hier winst, en dat komt ook omdat de markthallen tal van andere activiteiten herber gen, van popconcerten tot exa men doende studenten. We zijn gewoon een gezond bedrijf." Voor de kleinere en open mark ten, zoals die van Doetinchem en Purmerend, ligt het moeilij ker. De gemeente Purmerend is vanwege de toeristische waarde bereid het jaarlijks tekort van een ton aan te vullen. In Doe tinchem, waar naar schatting twee tot drie ton ontbreekt, wil de gemeente dat niet en ligt op heffing voor de hand. Soms lukt het overigens om de markt el ders weer op te starten. Zoals in Schagen, waar men niet langer op het schilderachtige plaatsje naast de kerk bijeen mocht ko- fnen. Met hulp van een aantal particuliere investeerders pro beert men het nu op het terrein van een tuincentrum. Er is een babylonische spraakverwarring rond de vee markten concludeert De Jong. Ondanks dat ze aantonen ren dabel te zijn en de aanvallen van bijna-monopolisten weten te doorstaan, hebben ze het eti ket 'uit de tijd', 'overbodig' en vooral 'gevaarlijk vanwege be smettingsgevaar' opgeplakt ge kregen. En die smetvrees lijkt alsnog de dolksteek te worden voor de sector. In Brussel zijn regels opge steld voor plaatsen waar bees ten samen komen voor de ex port. Ze zijn vervat in een Euro pese richtlijn, de 64/432. Onder invloed van de varkenspest en alle schandalen is die lijst steeds langer geworden: de laatste versie telt 28 voorwaar den. De Jong briest dat hijzelf, ook in zijn hoedanigheid van voorzitter van de Europese vee markten, aan de wieg gestaan heeft van de nieuwe regelge ving. „Na de varkenspest zijn we in Nederland met elkaar om de tafel gaan zitten teneinde re gels op te stellen voor de ex port. De bedoeling was garan ties te geven en te voorkomen dat andere landen zo makkelijk de grenzen voor drie maanden kunnen sluiten. Iets wat van daag nog steeds gebeurt - zie de dioxinecrisis - en in feite con currentievervalsend werkt." De regels werden door Brus sel overgenomen en zijn daar onder invloed van Den Haag uitgebreid en ook aange scherpt. „We voegen van alles toe waardoor we onszelf in de vingers snijden. Met is dat ty pisch Nederlandse van voor de muziek willen uitlopen, alles willen dichttimmeren, zonder de realiteit te kennen", bitst De Jong. De 28 regels zijn deze zo mer van kracht geworden voor wat betreft de verzamelplaatsen voor de export, maar de ver wachting is dat ze ook losgela ten zullen worden op het bin nenlandse verkeer. Over het ef fect is de Jong duidelijk: „Als dat gebeurt, kunnen alle mark ten sluiten. Punt." De regels zijn van een verstik kende pieduttigheid. „Er wordt geëist dat er overdekte reini gings- en ontsmettingsplaatsen zijn die ook bij 20 graden vorst als alle bacteriën het loodje hebben gelegd - kunnen func tioneren. Alle vloeren moeten verhard en egaal zijn, wat het einde betekent voor alle open markten. Er moet een - strikt gescheiden aan- en afvoerka naal zijn, de gehele ruimte moet na elke marktdag geheel worden ontsmet. Er moet De Jong onderbreekt zichzelf en laat zich overmannen door wat hij 'zoveel dwaasheid' noemt. Het is illustratief, vindt hij, dat Den Haag de regels die voor de varkens waren opge steld gewoon gekopieerd heeft. „Je kunt een varken schoon spuiten, maar een rund echt niet. Die wordt meteen ziek." Nu is het afwachten. „Het laatste wat wij van het ministr rie te horen hebben gekregen is dat 28 regels 'zeer waarschijn lijk' ook voor de veemarkten gaan gelden", zegt De Jong. Na vraag bij het ministerie leert dat 'er nog niets is besloten', alles in een beginstadium verkeert en dat de richtlijn 64/432 niet bekend is bij de ambtenaar die gaat over de Nederlandse ver markten. De ambtenaar wil persoonlijk niet ingaan op de problematiek. De enige verkla ring die de GNV hiervoor kan vinden, is dat ze in Den Haag bang geworden zijn na de pro blemen rond de inkrimping van de varkensstapel en het opstap pen van Hayo Apotheker. „Ze zijn gewoon doodsbang. Eerst voor ziekten die ze niet kennen en nu voor eventuele juridische gevolgen van verkeerd beleid", zegt een lid van de GNV die anoniem wil blijven. Voorzitter De Jong blijft wachten en werkt ondertussen aan modernisering van de vee markten. Dit najaar zal de eer der gestarte elektronische markt worden vervolmaakt. „Een unicum in de wereld en een uitkomst voor bijvoorbeeld de handel in gebruiksvee. Je kijkt wat er aangeboden wordt, gaat het bekijken en eventueel kopen." Terwijl de bond van veehandelaren sputtert dat het niets wordt met internet, ziet de GNV het als het begin van een algemeen moderniseringspro ces. De veemarkten zullen meer (administratieve) taken en diensten krijgen, 'centra voor veehandel' gaan worden Ove rigens doen zij al, zo stelt De Jong, heel veel werk voor de overheid. „Kijk naar het scan nen van oormerken, het bijhou den van de veestroom. Als wij het niet doen wie dan? En dat is een gedachte waarbij De Jong zich uiteindelijk vleit: de vee markten zijn onmisbaar ook omdat de overheid de regels die ze verzint zelf niet kan laten uit voeren of controleren. „Als wij er morgen mee moeten ophou den, stort alles als een kaarten huis in elkaar. Laten we hopen dat dat in Den Haag bekend is." lompen: ze horen bij het traditionele beeld van de veemarkt. Twee veeboeren kijken mistroostig voor zich uit. De veemarkt lijkt zijn langste tijd te hebben gehad. FOTO'S CPD PHIL NIJHUK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 5