'Hulp helpt' i Omwenteling ZATERDAG 21 AUGUSTUS 1999 Ja heeft 130.000 gevangenen, tien rechters en dertig juristen. De meeste gevangenen moeten nog twee eeuwen wachten voor ze aan de beurt zijn om voor de rechter te verschijnen. Extra geld nodig voor Rwanda en Burundi Afrika staat weer in de belangstelling van Nederlandse politici. In het voetspoor van Jan Pronk ging begin deze maand een groep Kamerleden op uitnodiging van kerkelijke organisaties kijken in Sudan, Kenya, Rwanda en Burundi. Dit deel van Afrika is de laatste jaren geconfronteerd met honger en ellende, als gevolg van etnische conflicten en voortdurende strijd. Deze week vechten Rwanda en Uganda opnieuw tegen elkaar, nota bene op het grondgebied van Congo. Het Leidse Tweede-Kamerlid Jan Hoekema (D66) doet verslag van zijn ervaringen en impressies. Ondanks alles is er hoop. Hulp helpt,concludeert hij. FOTO - REUTERS De Tweede-Kamerleden kema (D66), Voorhoeve Van Ardenne (CDA), Koenders (PvdA) en ddelkoop (GPV) hebben aan het einde van hun rondreis door het Grote Merengebied in Afrika norstellen gedaan om te komen tot een stabiliteitspact' voor dit gebied. De regionale samenhang tussen de iflicten betekent dat het zoeken van oplossingen alleen in regionaal en emat ionaal verband zin heeft. Om de negatieve wisselwerking tussen log, genocide, armoede, milieudegradatie en bevolkingsgroei te doorbreken kan zo'n overeenkomst uitkomst "eden. Nederland moet tarbij in de VN en de EU voortouw nemen. De unerleden zijn van plan neer aandacht te vragen van de regering in Den en Afrika ook aan het nenhof op de agenda te houden. nder deze veranda lagen U de mensen in rijen naast elkaar, te sterven." De woorden van de ervaren medewerkster van Unicef laten niets te raden over. We zijn in Wau, een gamizoenstad in Zuid-Sudan, een jaar sinds de grote hongersnood waarbij honderdduizenden stierven. Nederland gaf gul, Nederland helpt en hielp, maar hoe is het nu? Het conflict tussen het noorden en zuiden is nog even uitzichtloos. Het geweld is relatief geluwd, maar de bombardementen gaan door. Onschuldige burgers zijn het slachtoffer. Perspectief op een menswaardig bestaan is er nauwelijks. In al die ellende ploeteren de hulpverleners vg de Verenigde Naties en vele particuliere organisaties door, tegen beter weten in. Ondanks de enorme inspanningen van de hulpactie 'Lifeline Sudan' - zelden is een naam zo letterlijk juist geweest - met in de lucht afgeworpen bakken vol voedsel en an dere levensbenodigdheden, is er weinig of ge%en verbetering te zien. Humanitaire hulp mag en kan immers niet zomaar overgaan in structurele steun voor wederopbouw, dus de schooltjes en ziekenhuizen komen maar mondjesmaat en moeizaam van de grond. Noord en Zuid houden elkaar in een politie ke wurggreep, waarbij geen van beide strij dende partijen zicht heeft op een doorbraak. Grootste supporter Nederland - lees: minister Jan Pronk van ontwikkelingssamenwerking - liep jaren voorop als meest betrokken donor en groot ste supporter van het slepende vredesover leg. Nederland heeft een goede naam en daaraan danken we het dat we als officieuze delegatie met een Cessna-vliegtuigje de li nies over mogen voor deze unieke tocht. Vanuit Wau vliegen we naar het centrum van de 'hulpverleningsindustrie', het Noord-Ke- nyaanse Lokichoggio. Niet minder dan 45 samenwerkende instellingen verlenen veel hulp. De mensheid blijkt idealistischer dan je in Nederland soms vermoedt. In het Rode Kruis-ziekenhuis tref ik een van top tot teen gemotiveerde Nederlandse chirurg, Ben Mak. Vorig jaar heeft hij zijn Nederlandse praktijk in de steek gelaten om zich te wijden aan de noden van de mensen in Sudan en Kenya. „Ik kon niet meer zo ge makkelijk een op het hockeyveld opgelopen kwetsuur behandelen," verklaart hij zijn overstap. Een wereld vol met Maks zou een stuk betere wereld zijn... Na de primitieve bivakken in Khartoem, Wau en Lokichoggio is de Kenyaanse hoofd stad Nairobi een soort verademing. Hier De Congolese heerser Kabila bij de onderteke ning van het vredesakkoord op 10 juli. FOTO AP wordt onze delegatie uitgebreid voor een be zoek aan Rwanda en Burundi, om de proble men van het Grote Merengebied waar ook Oost-Congo en Uganda bij horen, met eigen ogen te zien. Het ene conflict houdt het an dere in stand. Etniciteit wordt misbruikt voor eigen politiek en voor militair en econo misch gewin. Congo is immers rijk aan delf stoffen. Religie wordt, zoals in Sudan, mis bruikt als legitimatie voor slecht beleid. Het maatschappelijk middenveld houdt met moeite stand, mondjesmaat geholpen door Nederlandse instanties als ICCO, de in terkerkelijke organisatie voor ontwikkelings samenwerking. Het vredesakkoord dat op 10 juli in de Zambiaanse hoofdstad Lusaka is gesloten, biedt enige hoop in de eindeloze strijd tussen voor- en tegenstanders van de Congolese heerser Kabila, de landen die hem steunen en bestrijden en de verschillende re bellengroepen. Bij ons vertrek uit Afrika is de strijd echter weer opgelaaid. Volkerenmoord We gaan vanuit Nairobi naar Rwanda, het land van de duizend meren, het Zwitserland van Afrika, maar ook het land van de on voorstelbare volkerenmoord in 1994. Toen zijn er zo'n miljoen mensen systematisch omgebracht. De sporen daarvan, de monu menten maken een diepe indruk. Zo ook de omstandigheden waaronder 130.000 gevan genen - verdachten van de moordpartijen - wachten op hun proces. Rwanda heeft tien rechters en dertig juristen. Dat betekent dat de meeste gevangenen nog twee eeuwen moeten wachten voor ze aan de beurt zijn om voor de rechter te verschijnen. Het is duidelijk dat de buitenwereld moet insprin gen. Ook hier heeft Nederland het niet laten zitten. Sinds het einde van de genocide zijn we met een ruim hulpprogramma nadrukke lijk aanwezig, onder andere ook met justitië le steun. Toch zijn er vragen. Is de rechts gang wel deugdelijk, besteedt Rwanda niet te veel geld aan de oorlog in buurland Congo, hoe staat het met de mensenrechten? Als Ka merleden gunnen we Rwanda het voordeel van de twijfel. Het knappe betoog van sterke man en vice-president, Paul Kagame over tuigt. „Nederland gaat ons toch niet in de steek laten?" vraagt hij. We opteren voor een kritische dialoog en betrokkenheid. Met die tientallen miljoenen guldens hulp per jaar zit het wel goed. Mis schien komt Rwanda bij gebleken braafheid - goed bestuur, geen corruptie, geen oorlog - wel op de erelijst van minister Herfkens. Bij elk gesprek leggen we uit dat Rwanda daar nu niet op staat, dat er dus nog niks is beslist - laat staan mis is - en dat de hulp door gaat. Een geruststellende mededeling voor de in chic Londens maatpak gehulde minister van financiën, van wie ik mij afvraag hoe vaak hij zijn straatarme en hongerende medeburgers onder ogen komt. Maar goed, ook hier geldt misschien: ieder zijn rol. Staatsgreep Buurland Burundi heeft, cynisch gezien, de pech dat het ongeveer hetzelfde heeft mee gemaakt als Rwanda, maar net niet in vol doende mate om de aandacht en de porte monnee van de internationale gemeenschap te raken. Het land moddert dan ook verder in een eindeloze burgeroorlog, die uitbrak na een bloedeloze staatsgreep in 1997. Hier staan de donoren niet in de rij - zoals in Rwanda - om het eigen geweten na de apa thie tijdens de volkerenmoord te sussen. Er komt slechts een beetje humanitaire hulp van een paar landen en particuliere organi saties. Burundi heeft net een embargo achter de rug, als straf voor de staatsgreep. Afrika kan ook tegen een klein land uit eigen kring streng zijn. De blik is gericht op verzoening, wederopbouw en een einde aan het geweld. Met steun van de buurlanden en de Verenig de Naties onderhandelen de Burundezen in het Tanzaniaanse Arusha over hun toe komst. „Heb geduld," zegt de parlements voorzitter tegen mij. En dat moeten we, bij gebrek aan alternatief, maar doen. Kan minister Herfkens misschien niet een paar extra centjes missen, desnoods voor een project 'mensenrechten en vredesop- Vice-president Paul Kagame van Rwanda: „Nederland gaat ons toch niet in de steek la ten?" FOTO REUTERS bouw". Of moeten we, tegen de katholieke kerk in, niet eens wat meer doordouwen bij geboortebeperking. In dertig jaar is de bevol king van dit mini-landje, nu met zeven mil joen inwoners, verdubbeld en nu al is er niet genoeg voedsel om iedereen te voeden. We vergaderen in Bujumbura naar goed Nederlands gebruik tot achter de komma over de tekst van een gemeenschappelijke verklaring als resultaat van onze reis naar dit deel van Afrika. Er komt een 'stabiliteitspact voor het Grote Merengebied' uit voort, met tal van aanbevelingen en ideeën. Van een wapenembargo tot een gecoördineerde, fi nanciële, politieke en zo nodig militaire in spanning om het fragiele akkoord van Lusa ka te helpen uitvoeren. Een tekst die er we zen mag. Afrika is weer terug op de Neder landse politieke kaart. We zijn ondanks alles, stappen verder. Hulp helpt en Afrika behoeft hulp en politiek engagement opdat de lan den daar het uiteindelijk zelf doen. Onze Taal In het juninummer van het tijd schrift 'Onze Taal' stond een inte ressant artikel van Hans Van de Velde: 'Een taal, twee uitspraaknor men'. Hij heeft, samen met ande ren, onderzoek gedaan naar de waardering van het taalgebruik van nieuwslezers. Nederlandse en Vlaamse nieuwslezers door elkaar, en ook Nederlandse en Vlaamse proefpersonen. En daar komt uit dat Vlamingen de Nederlandse nieuwslezers maar slordig en lelijk vinden praten, terwijl Nederlanders weliswaar een lichte voorkeur heb ben voor hun eigen nieuwslezers, maar toch de Vlaamse lang niet slecht vinden. Helaas besluit Van de Velde zijn mooie artikel met een conclusie. Ik bedoel: een conclusie die er volkomen naast is. Dit is zijn conclusie: 'Op dat vlak lijkt er zich een omwenteling te voltrekken. Nederlanders lijken méér waardering te krijgen voor het taalgebruik van Vlamingen dan andersom.' Om van een omwenteling te kunnen spre ken, moet de toestand vroeger helemaal anders geweest zijn. De tegenwoordige toe stand heeft Van de Velde secuur en weten schappelijk onderzocht. De vroegere toe stand zuigt hij uit zijn duim. Dat is niet zo mooi, want nu is het net alsof ook die con clusie min of meer voortvloeit uit zijn dege lijke onderzoek. Niets is minder waar. Het is nu 32 jaar geleden dat ik voor het eerst met een Vlaming sprak. Ik weet nog waarover. Het ging over taal, en het was in een café in Antwerpen. Ik had al heel wat van onder anderen Louis Paul Boon gelezen, van wie ik ook het taalge bruik bewonderde. Dat kon ermee door. Het was niet goed, volgens mijn gespreks partner, maar altijd beter dan het Holland se Nederlands. In de daaropvolgende 32 jaar heb ik vele Vlamingen gesproken en ook veel van hen gelezen. Ik woon er nu ook enkele jaren, en zeer tot genoegen, want België is een gastvrij land. Ik ken hon derden en honderden Nederlanders die mijn waardering voor het Vlaamse Neder lands delen, maar ik ben in al die 32 jaar nooit ofte nimmer EEN Vlaming tegenge komen die ook maar in de verste verte een vergelijkbare waardering voor het Neder landse Nederlands had. Altijd is er wel dit of dat aan te merken. Te slordig, te hard, te veel Engelse leenwoorden. Veel Vlamingen, waaronder taalkundigen, menen dat de Nederlanders het Nederlands niet goed uit spreken. Dat is net zoiets als de Spanjaar den die geen goed Spaans kennen, of de Polen die je met het Pools niet kan vertrou wen. Nu hebben Vlamingen ook erg veel op elkaar aan te merken, dus Nederlanders moeten het zich niet al te zeer aantrekken. Toegegeven, Willem Frederik Hermans heeft wel eens onaardige dingen over het Vlaamse Nederlands gezegd. Maar die kunnen we moeiteloos wegstrepen tegen een lange traditie van Guido Gezelle tot en met Kas Deprez. Het gaat nu niet om de vraag hoe dit komt. Er zijn verklaringen voor te geven. Bovenal waarschijnlijk de hardhandige wijze waar op generaties (Vlaamse!) leerkrachten en taalpolitici hebben gemeend de Vlamingen het noordelijke Nederlands te moeten op dringen. Was ik onder die omstandigheden opgegroeid, ik zou er allicht dezelfde nega tieve uitspraken over doen. Het heeft ertoe geleid dat de meeste Vla mingen van mening zijn dat het Hol landse Nederlands 'eigenlijk' beter is. Ei genlijk. Maar het is ermee als met de wet of met de Paus. Eigenlijk zou dit moeten, of eigenlijk zou dat niet mogen. Eigenlijk. Maar diep in hun hart heeft het Hollandse Nederlands hun liefde niet. Verre van dat. En zo komt het dat de officiële norm wel de officiële norm is, maar in de praktijk toch weinig aantrekkingskracht heeft. Bij veel Nederlanders is het precies andersom. Wat afwijkt van de standaardtaal zoals ze die kennen, vinden ze 'eigenlijk' fout, waaron der veel van wat in België gangbaar is, jaze ker, maar kom, het klinkt heel goed, het heeft wel wat. Veel Nederlanders hebben een heimelijke of zelfs openlijke liefde voor het Vlaamse Nederlands. Deze toestand bestaat al tientallen jaren. Die omwenteling van Hans Van de Vel de, daar geloof ik dus helemaal niets van. Er is 'op dat vlak' niks omgewenteld. Zijn uitkomsten verbazen me niet, want hij toont aan wat inderdaad zo is en volgens mij al decennialang zo is. Misschien nog wel heel veel langer. De Nederlander heeft veel meer waardering voor het Vlaamse Ne derlands dan de Vlaming voor het Holland se Nederlands. Iedere Nederlander weet dat. Maar het is natuurlijk goed dat Van de Velde het nu eindelijk ook weet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 43