Mission Impossible van een hiphop-artiest Vermoeidheid moet gloriëren 136 ZATERDAG 14 AUGUSTUS 1999 'Als ze het hier nou nog niet begrijpen ga ik weg' heette: Miss Woodstock. Miss Woodstock? „Ja, mijn redding. Ik kwam haar de volgende dag in de bus naar het festival te gen." Miss Woodstock blijkt een knappe jongedame te zijn die vijf jaar geleden tijdens Woodstock als bezoeker werd gefoto grafeerd terwijl ze - met ontbloot bovenlijf - op de schouders van haar vriend zat. Die foto is destijds de hele wereld over gegaan. Sindsdien is ze Miss Woodstock. Zo gaat dat in Ame rika. Ten: „Ze was door Fox-television gevraagd om een reporta ge te maken op het festival en daarvoor wilde ze mij intervie wen. Gewoon als bezoeker. Maar toen ze hoorde wat we kwa men doen, besloot ze dat ze me met de camera te gaan vol gen. En zo heb ik de cameraploeg kunnen gebruiken om bin nen te komen. We zijn gewoon doorgelopen." Ten werd, dankzij tussenkomst van Miss Woodstock, zelfs met een karretje het terrein overgebracht. Een gigantisch ter rein, iets van vijf kilometer lang. En voor hij het wist stond de Haarlemse rapper backstage. Drie keer langs de security en niks aan de hand. Clinton, in de kleedkamer en zenuwachtig voor het Wood- stockoptreden, was verbaasd hem te zien. Ten: „Hij had het eerst niet helemaal door, geloof ik. Duidelijk verrast dat ik er stond. Hij zat wat verbaasd te kijken en toen heb maar ge zegd: 'Hé George'. Pas toen reageerde 'ie: 'Cool'. Nog geen half uur later staat Ten op het podium van Wood stock. Met George Clinton dus. En Bootsie Collins, de legen darische bassist die voor het eerst sinds tijden weer 'ns deel uitmaakt van de Funkadelic-Line up. Met gastrapper Humpty Hump ook, van de p-funk-rapgroep Digital Underground. En met alle andere bekenden uit het wereldje. Ten - aan de rechterkant van het podium - deelt de micro foon met Mike 'Clip' Payne. Aan zijn voeten 250.000 poplief hebbers. En via popzender MTV kijkt 'de rest van Amerika' mee. De show duurt anderhalf uur. Ten zingt in het Funkadelic-koor en doet de tweede stem van Humpty. Tot vijf keer toe kunnen de verhitte bezoekers van Woodstock '99 in Rome, New York een Nederlandse rapper in close-up aan het werk zien als zijn hoofd verschijnt op de metershoge schermen aan weerszijden van het podium. Dót beeld: Wood stock '99, de kop van Bootsie Collins op een megascherm en floep... ineens die tronie van Ten. Met z'n hoedje. Belangrijk De merkwaardige reis, waarop alles fout kon gaan, is geslaagd. Wót er mis liep zijn leuke anekdotes geworden. Bijvoorbeeld het verhaal over waarom de foto's van het unieke optreden mislukten. Rolletjes voor de meegebrachte camera - eentje waarmee van die fraaie panoramafoto's kunnen worden ge maakt - bleken in het gehucht Woodstock niet verkrijgbaar. En dus werd uit arren moede een wegwerpcameraatje aange schaft. Zo'n rolletje annex fototoestel. Zonder flits. Tussen de elf afdrukte foto's zitten twee leuke vakantiekiekjes van het dorp Woodstock. Verder veel donkere afdrukken. De beelden in het geheugen zijn scherper. Van het bezoekje aan een Burger King op de terugweg, toen Ten ineens gecon fronteerd werd met vijf giechelende meisjes die z'n handteke ning wilden. „Ze hadden me herkend van tv. Aan mijn hoed. Stond ik daar met een rooie kop handtekeningen uit te delen. In Nederland krijg je reacties als: 'Wel goed, maar...' Ik stond dus te wachten op die 'maren'. Maar die kwamen niet. Ze vonden me gewoon cool." RICHARD STEKELENBURG Een Nederlandse rapper op Woodstock. Aan de zijde van de 'godfather of funk', Mr. George Clinton. Een Kuifje-verhaal van een Haarlemse hiphop-artiest die zich in eigen land vaak onbegrepen voelt, maar die gelooft in eigen kunnen. En, om zijn gelijk te halen, een vooraf als onzinnig te bestempelen reis naar het beroemdste popfestival ter wereld ondernam. Rockattack Ten zag Woodstock, en Woodstock zag Ten. Rockattack Ten. „Voor zover ik kon nagaan, ben ik de eerste Nederlander op het podium van Woodstock'. foto united photos de boer rob hendriks Iwan van Amersfoord (27), beter bekend als rapper Rockattack Ten (kortweg: Ten), heeft eindelijk het idee weer eens wat erkenning te krijgen. Het gevoel dat er nieuwe wegen open gaan. Dat heeft lang geduurd. Licht aan de horizon dankzij een optreden op Woodstock. Hoeveel Ne derlandse popartiesten kunnen het hem nazeggen? Ten: „Vol gens mij niemand. Ik heb in de boeken gekeken en voor zover ik kon nagaan, ben ik de allereerste. En dus de enige in deze eeuw. Daar ben ik wel trots op." Met de Haarlemse p-funk/gogo-groep Gotcha! behoorde Ten begin jaren negentig tot de voorhoede van een sterke nieuwe Nederlandse poplichting. De band maakte drie cd's, trad veel vuldig op in binnen- en buitenland en leek een uitstekende toekomst voor zich te hebben. Maar het liep anders. Onder linge ruzies deden de groep ontploffen en ieder ging zijns weegs. Voorman Ro(nald Krom) richtte de band Paradise Funk op en trok daar redelijk succesvol mee door het land. De gebroeders Smeenk stortten zich op hun opnamestudio. Drummer Homie - Martijn Bosman - ging in zee met de jonge Haarlemse zangeres Bloem. Ten koos voor de underground - met de Haarlemse hiphop- groep Poodle Naked en later met Nicotine en ook solo. In die zelfde underground oogst hij nu al een paar jaar veel lof. Zijn onlangs verschenen soloplaat In my own world kreeg tot in Frankrijk buitengewoon mooie kritieken. Ten neemt binnen de Nederlandse hiphop een geheel eigen plaats in. Waar het gros meedeint op wat Amerikaanse voorbeelden voorschote len, heeft hij een eigen geluid en een eigen boodschap. Tegelijkertijd echter voelt Ten zich regelmatig onderschat of op zijn minst onbegrepen. Er is -geen Nederlandse platen maatschappij die wat in hem ziet. Om zijn materiaal uit te kunnen geven, moest er in Haarlem zelfs een platenmaat- schappijtje worden opgericht(I). Hoe het komt weet hij niet. Hij heeft toch bewezen wat hij kan? Heeft toch met 'de.grote jongens' gespeeld! Met George Clinton nota bene, de 'godfather of p-funk', die ook een gast- bijdrage leverde aan de Nicotine-cd Double Penetration en die zich meermalen positief over hem uitliet. Nu heeft Ten met dezelfde Clinton op Woodstock gestaan. De rapper: „Als ze het in Nederland nu nog niet begrijpen, dan weet ik het niet meer. Dan ga ik hier weg. Naar Amerika. Dan heb ik er hier al les aan gedaan." Er valt veel voor zijn zienswijze te zeggen. Wat moet je méér bereiken om opgemerkt te worden? Optre den met George 'Dr. Funkenstein' Clinton op Woodstock - daar zou menig Amerikaanse rapper een moord voor doen. Prestigieuze titel Het contact tussen Ten en Clinton bestaat uit de tijd van Got cha!. Clinton was indertijd behoorlijk onder de indruk van het geluid van de jonge Haarlemse band en bood aan een bijdra ge te leveren aan de debuutplaat van de groep, Words and music from da Lowlands. De Amerikaanse funkgrootheid met de bontgekleurde dreads kwam er indertijd speciaal voor naar de Haarlemse opnamestudio Bananas. Ten en Clinton bleven contact houden. Zo toerde de Haar lemse rapper vorig jaar met Clintons band Funkadelic mee door Canada en Clinton bezocht andermaal een Haarlemse studio. Dit keer om er een single met Ten op te nemen. Rock attack mag zich bovendien 'P-Funk All Star' noemen - een binnen funk-kringen zeer prestigeuze titel die aangeeft dat hij officieel lid is van Clintons entourage. In die hoedanigheid trof hij George Clinton begin deze maand, toen de Amerikaan een concert gaf in het Amster damse Paradiso. In de kleedkamer werd de basis gelegd voor Tens meest memorabele optreden. Ten: „George vroeg me of ik langs wilde komen. Hij vertelde dat hij een paar dagen later op Woodstock zou spelen en dat hij bovendien die week jarig was. Als ik zin had, was ik wel kom." Verder werd niets afgesproken. Het gaat er in deze kringen doorgaans niet zo concreet aan toe. „Clinton geeft me met zoiets een kans. Het is aan mij om die aan te grijpen. Maar dan moet ik het verder wel zelf regelen. En betalen ja! Dat had ook de nodige voeten in de aarde. Maar goed, als je naar school gaa't betaal je toch ook je eigen boeken?" En zo werd in twee dagen tijd een plan in elkaar geschroefd. Dynamax, een Amerikaanse mc/dj met wie Ten momenteel werkt en die een tijdje bij hem logeert zou meegaan, evenals Tens manager Roger Verhaart. „Dynamax wilde naar het Rocksteady-festival in New York, dat ter gelegenheid van 25 jaar hiphop werd gegegeven, ik zou naar Woodstock. We spra ken af dat we de reis zouden aangrijpen om ons eigen werk te promoten. We zijn bezig om onder de naam 'Produced by The World' rappers, dj's, mc's en dat soort mensen dichter bij elkaar te brengen. Ik heb goede contacten binnen de P-funk en Dynamax binnen de hiphoporganisatie Zulu Nation van Afrika Bambaataa. Wij willen die twee muzikale oer-families verenigen." Het zou een merkwaardige reis worden. Een reis die eigenlijk alleen maar kon mislukken. Ten had geen toegangskaarten voor het festival, laat staan backstage-passen. En George Clin ton noch een van zijn bandleden was ervan op de hoogte dat Ten de uitnodiging ook daadwerkelijk had aangenomen. De kans dat Ten op een podium van Woodstock zou geraken, wa ren bij het vertrek op Schiphol realistisch gezien nul. Hindernissen Het werd ook een lange reis. Eenmaal in New York zou de trip naar Woodstock gaan - niet naar het festival, maar naar het plaatsje. Omdat Clip, een van de bevriende Funkadelic-leden, daar woont en in het Amerikaanse dorpje dus wel een slaap plaats te regelen moest zijn. Maar goed, als 250.000 mensen op dat moment weg zijn naar een popfestival dat Woodstock heet, dan kan het best gebeuren, dat een Newyorkse bus chauffeur een stel Nederlanders niet zo snel begrijpt. En zo strandden Ten en zijn manager die avond laat in Albany, mij len uit de richting, zonder dat er nog een bus terug ging. Maar soms zit het mee. „In een bar ontmoetten we een stel Funkadelic-fans. Toen die hoorden wat we kwamen doen, bood een van hen aan ons een lift te geven. In ruil voor een cd-tje! Even ter verduidelijking: dat is dus hetzelfde als dat ie mand mij 's avonds laat even van Haarlem naar Maastricht wil brengen." Daarmee waren er echter nog geen toegangsbewijzen voor het festival. Maar nogmaals, soms zit alles mee. Tens geluk 'Voor den dag ermee!' Fatigatio: vermoeidheid. Een van de laatste taboes in de westerse samenleving. Ongepast in gezelschap, niet te verkopen aan de baas, 'politiek incorrect'. Maar ook: tegenpool van vitaliteit en sluimertoestand waarin door de geschiedenis heen de grootste ontdekkingen zijn gedaan. Noord-Hollander Willem Dijkhuis wil het taboe doorbreken door op 28 en 29 augustus in de Prinsentuin van Leeuwarden 24 uur lang onafgebroken over vermoeidheid te praten. e mens ziet bij de gratie van het U contrast. Wie geen weet heeft van vermoeidheid, kent ook geen vitaliteit. Daarom, voor den dag ermee!" Aan het woord: Willem Dijkhuis uit Anna Pau- lowna, docent bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, schrijver, radiopresen tator, maker van de eeuwigdurende kalender, na tuurkundige, erudiet en onvermoeibaar voor vechter van de levenskunst. Als hij eind deze maand in de Prinsentuin te Leeuwarden een etmaal lang de fatigatio laat re geren, komt literator Kees Fens langs om met Dijkhuis te praten over dit onderwerp. En Philip Mechanicus, niet alleen fotograaf, maar tevens 'een groot kok voor het aanschijns des Heren', die zal spreken over het fatigeren van sla: het aanma ken van de juiste saus. Historicus Jan Bremer zal verhalen van Doms Rijkers en de ondergang van de 'Rebound'. Elfstedentochtwinnaar (1954) Jeen van den Berg, met 7 uur en 35 minuten de snelste tot Van Benthem, komt zelfs twee keer: eenmaal om zes uur 's morgens, het tijdstip waarop zijn noren in de winter van 1954 bij de start vanaf de Prinsentuin het ijs raakten, en om tien minuten over twee, de tijd waarop hij juichend over de eindstreep gleed. Willem Dijkhuis deed het al eens eerder, zo'n marathon, alleen toen solo. „In januari 1989 vier de schrijversschool Het Colofon het derde lus trum. Mij werd gevraagd dit enige luister bij te zetten, wat ik geprobeerd heb door 24 uur achter een te spreken over het magistrale gedicht 'Een winter aan zee' van de nu miskende, onvergelij kelijke Adriaan Roland Holst. De sessie begon met ongeveer veertig toehoorders, die zich desge wenst mochten neervlijen op een stretcher of konden laten kneden door wat tegenwoordig een traumateam zou heten. Na 24 uur waren er nog zes mensen over. En toen mijn vrouw en mijn Willem Dijkhuis: „Als je geen vermoeidheid kent, weet je evenmin wat vitaliteit inhoudt." fotoipr dochter mijn stoffelijke resten bijeen veegden, kon ik niet anders dan denken: 'Arm gedicht. Dit is niet aan de maat. Niet gepast Belichaming Een paar weken na de extravaganza van 'Een winter aan zee' reeds, speelde Dijkhuis met het idee het nog eens te doen. Maar waarover zou het dan moeten gaan? Welk onderwerp zou staande blijven, ja zelfs gloriëren als de vermoeidheid zou toeslaan? Alleen de vermoeidheid zelf. „De groot ste filosoof van deze eeuw is zonder twijfel Witt genstein, die ooit heeft gezegd: 'Je kunt de waar heid niet kennen, je kunt haar alleen belicha men'. Strak parallel daaraan is de gedachte dat je vermoeidheid nie,t kunt kennen, maar haar slechts kunt belichamen. Natuurlijk, je kunt in een interview tussen tien en kwart over elf 's morgens, uitgeslapen en met een kopje koffie erbij, praten over fatigatio. Maar in die stralende toestand kun je haar niet belicha men. Dat gebeurt pas na misschien zestien of twintig uur. als men al lang niet zo fris meer is als aan het begin." Tien jaar later biedt salon 'De Ko peren Tuin' in de parkachtige Prinsentuin in Leeuwarden, Dijkhuis de tijd en ruimte zijn oude plan uit te voeren. Het gaat Dijkhuis niet om Endemol-achtige glamour. Hij streeft geen hoog gehalte aan beken de Nederlanders na „Waar het wel om gaat, is de vermoeidheid uit het verdomhoekje te halen. Laat de ontluistering maar zien die uitputting met zich meebrengt. Toon de flitsende jongens en pit tige meisjes dat het niet erg is om moe te zijn. Want als je geen vermoeidheid kent, weet je evenmin wat vitaliteit inhoudt Het zijn eeneiige tweelingbroertjes, verwanten opgebouwd uit het zelfde genetische materiaal, net als geboren wor den en sterven. Wie goed kijkt, ziet altijd twee kanten: rijkdom en armoede, vreugde en verdriet, leven en dood. Neem een van die polen weg en ook de andere verdwijnt, omdat de mens ziet bij de gratie van het contrast. Of, zoals Nietzsche zegt: 'Wie niet liegen kan, weet niet wat waarheid is'." Toch is dat wat dé westerse samenleving doet: vermoeidheid niet tolereren of zelfs ontkennen. „Als ik mijn baas vertel dat ik het rustig aan wil doen omdat ik zo moe ben, vertelt hij mij onge twijfeld dat ik daar niet voor ben ingehuurd. Dat ik maar in mijn eigen tijd moe moet zijn. 'Dijk huis', zal hij zeggen, 'dit is een vitaal bedrijf, dus vermoeidheid daar gaan wij niet voor!' Maar daarmee wordt gemakshalve vergeten dat de grootste ontdekkingen door de wetenschap niet zijn gedaan dank zij vastberaden planning, maar in een toestand van afgeknoedeldheid. Bij extre me vermoeidheid kunnen kennelijk dingen ge beuren die anders niet voorkomen." Dijkhuis heeft daar wel een verklaring voor. „In het dagelijks leven maken we doorlopend onder scheid: hier zit ik en daar zit de ander. We zijn doorlopend doende onszelf knap te presenteren. Trachten indruk te maken op de ander, nemen tal van normen en vormen in acht En evalueren dat vervolgens: 'Nou Willem, dat heb je niet slecht gedaan. Je hebt je niet misdragen en er is nie mand uitgescholden'. Het is eigenlijk een milde vorm van schizofrenie. Bij vermoeidheid valt dat onderscheid echter weg. We raken in een zijnswijze waarin we ons zelf niet meer kritisch kunnen beschouwen. Er is geen ruimte meer voor een rollenspel en we wor den dus ook niet meer afgeleid, waardoor de con centratie toeneemt. Het is zoals de Hongaarse schrijver en socioloog Gyrgy Konrad zei: 'Alles dat de moeite waard is, wordt geboren in een roes'." Deskundigen Anders dan 'Een winter aan zee', door Willem Dijkhuis alléén belicht, wordt de Fatigatio in het laatste weekeinde van deze maand met tal van deskundigen besproken. Deskundigen volgens de letter der wet. „Rob Weller is een van de laatsten van de generatie van algemeen chirurgen, die zo wel je neus kunnen rechtzetten als je oog opere ren. Hij zal ingaan op de vraag hoe het kan dat een mens soms twaalf uur lang aan de snijtafel kan staan, om de daarop volgende twaalf uur al leen nog maar beter te gaan werken." Maar er zijn vooral ook ervaringsdeskundigen: de huisarts die al vijftig jaar lang van patiënt naar patiënt trekt en vermoeidheid 'als zijn knoken kent", de commando die ter training tweemaal 24 uur met bepakking sjouwt, de schaatser die de pap in benen vreest. „Jan Bremer zal vertellen over Dorus Rijkers, die steeds maar weer mét zijn reddingsloep door de branding beukte, op weg naar de gestrande 'Rebound'. Zijn roeiers wissel den keer op keer, omdat zij kapot waren, maar Rijkers bleef op zijn post. In zijn verhaal komt vermoeidheid niet voor!" Langer dan een halfjaar al bereidt Dijkhuis zich voor op Fatigatio. Hij speurt in zijn eigen univer sum van schakers en filosofen, van schrijvers en beschrevenen, van componisten en kompanen. En alles en iedereen krijgt een plek in dit heelal van de vermoeidheid. Vanzelfsprekend Vesldijks 'De Koperen Tuin', die speelt rond 1899 in de zelfde Prinsentuin waar ook de Fatigatio-sessie gaat verglijden. De roman is overigens precies een halve eeuw geleden geschreven. Maar ook de 'Stars and stripes forever', even voor 1899 door John Philip Sousa gecomponeerd. En Rilke's 'Das Stunden-Buch', waarvan het eer ste deel op de kop af een eeuw oud is. In goed ge zelschap overigens van Cesare Pavese's 'Gesprek ken met Leuco'. Dijkhuis: „Het zijn gesprekken met min of meer mythologische personages, die Pavese beschrijft. Zeven van die dialogen gaan tussen man en vrouw en alle zeven hebben als thema fatigatio. Dat is toch heel merkwaardig." Bovendien is er een nachtelijk concert met de pianiste Ellen Dijkhuizen. De door haar vertolkte Bach-Goldbergs variaties, geschreven voor een aristocraat die leed aan slapeloosheid, nemen in her programma een belangrijke plaats in. Net als het bijbelboek Prediker, waar de vermoeidheid des vlezes centraal staat. En Dijkhuis zelf, zal hij het volhouden? „Het zal een hele zit zijn, maar ik ben er de Figuur niet naar om halverwege de rit te zeggen: 'Ik heb geen zin meer, u kunt uw geld terugkrijgen bij de kas sa'. Ik kan het nooit meer overdoen. Indien het mislukt, dan is het over en uit. Maar als het lukt, dan zijn er zondagsmiddags om vier uur wellicht nog tien mensen over, die zullen zeggen: 'Er was een bestaan voor Fatigatio en een bestaan erna'. En misschien wordt het wel het mooiste millen niumfeestje." JURRIAAN GELDERMANS Fatigatio; Salon De Koperen Tuin in park De Prinsentuin. Leeuwarden; zaterdag 28 augus tus 16.00 uur tot 's zondags 16.00 uur; voor nadere informatie tel. 058-2131100.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 47