7 'Ik verschuif accenten' 933 ZATERDAG 3 JULI 1999 ïjn voorganger en partijgenoot, Pex Langenberg, manifesteerde I zich als 'bouwheer'. De huidige wethouder kunst en cultuur, Alexander Pechtold, wil zich na het 'stenen tijdperk', waarin Schouwburg, Stadsgehoorzaal, Mu ziekhuis en Lakenhal werden opgelapt, met 'de inhoud' bemoeien. De nota Cultuur als Confrontatie waarin staatssecretaris Rick van der Ploeg (PvdA) een lans breekt voor meer overheidsbemoeienis lijkt hem dan ook op het lijf geschreven. Maar de wethouder is juist kritisch over het stuk. Hij is zeker niet van plan om in op dracht van de staatssecretaris op de stoel van de directeur van welk museum of welk podi um dan ook te gaan zitten. Pechtold: „Thor- becke heeft een aantal behartenswaardige zaken over overheidsbemoeienis gezegd, waaraan ik me houd. Dat Van der Ploeg ach terstandsgroepen meer bij kunst en cultuur wil betrekken, is niet nieuw en doet sterk denken aan de jaren zeventig. Toen moesten de sociale minima het museum en het thea ter in. Dat is nooit echt gelukt. Hoewel Van der Ploeg nu nog een brug verder gaat - hij richt zijn vizier op allochtonen - is het in strumentarium waarvan hij zich bedient - strafkortingen op subsidies en dergelijke - exact hetzelfde. Dat ik directe overheidsbemoeienis met kunst en cultuur afwijs, wil niet zeggen dat ik wil stoppen met nadenken over de inhoud. Het gaat mij om de volgorde. Het is niet goed om eerst te bouwen en dan pas stil te staan bij de vraag wat je in dat gebouw gaat doen. Niet dat ik dat mijn voorganger verwijt. Die moest een noodzakelijke inhaalslag maken want aan de huisvesting van de instellingen mankeerde nogal wat. En als je eenmaal aan het bouwen bent, loop je vanzelf tegen din gen op, die ook nog moeten worden meege nomen. Bij mij begon de schoen te wringen toen de een na de ander kwam met huisvestings wensen, zonder daarbij een duidelijk verhaal over de inhoud te leveren. Een fantastisch voorbeeld is Q-bus, de nieuwe concertzaal in het Muziekhuis aan de Middelstegracht. Die zaal is er gekomen toen Pex nog wethouder was en toen ik aantrad bleek de exploitant, de Leidse Vereniging van Popmuzikanten, zich er geen raad "mee te weten. Gelukkig heeft de gemeentelijke overheid dan midde len om een andere gang van zaken af te dwingen: een horeca- en een milieuvergun ning en de subsidie." - U wilt uw eerstvolgende grote culturele slag slaan met het Aalmarktproject waarvan on der meer de tweede zaal Stadsgehoorzaal en LVC onderdelen zijn, Maar dat is hoogst on zekere toekomstmuziek die in elk geval niet in de lopende bestuursperiode zal klinken. En is de D66'er Pechtold na 2002 nog wel wet houder? „Ik hoef geen 'Pompidou', ik ben niet het ty pe bestuurder dat wapenfeiten eist. Ik ben gelukkig als voor het verstrijken van deze be stuursperiode het besluit is gevallen om het Aalmarkt-project uit te voeren. Dat klinkt alsof ik tot 2002 op de winkel pas, ja. Maar wat is daar mis mee? Hemelbestormers ein digen niet in de hemel, zeg ik altijd maar. Ik ga niet met m'n armen over elkaar zitten. Ik verschuif accenten. Ik ga daarbij uit van een realistisch ambitieniveau. Dat m'n eventuele opvolger na 2002 verzilvert wat nu in gang is gezet, betreur ik geenszins. Iedere wethou der neemt wat mee van zijn voorganger en laat dingen achter voor zijn opvolger. Het Aalmarkt-project is zeer belangrijk voor de stad, een noodzakelijke impuls voor de eco nomie, de cultuur en monumentenzorg. In dat project vallen zo veel dingen samen. Het is ook van invloed op evenementen, terras sen. Ik zou zeer teleurgesteld zijn als het wordt afgeblazen. Maar ik ben optimistisch. Er ligt nu een breed gedragen voorstel dat ook instemming van de WD krijgt, de groot ste oppositiepartij. Voor een project als dit is de steun van alleen de coalitiepartijen een zwakke basis." -Mocht het Aalmarktproject van de haak val len, dan blijft u met lege handen achter. Ster ker nog, dan gaat u de gechiedenis in als de wethouder die moest afzien van de uitbrei ding van de De Lakenhal en die niet wilde dat Leiden, ondanks het geslaagde festival Leiden Cultuurstad in 1997, een permanent festival krijgt. In omliggende steden lijkt het ambitieniveau hoger. Zo had Haarlem z'n ei gen toneelgezelschap, Het Haarlems Toneel. „Een eigen gezelschap betekent niet zozeer een aanwinst als wel een extra zorg erbij. Die moet je aankunnen. Bovendien bevindt Lei den zich op een kwartier afstand van alle be langrijke randstedelijke culturele instellin gen. In zo'n situatie moet je je eerder onder scheiden. in datgene waarin je goed bent, dan de concurrentiestrijd aangaan. Directeur Petra Unger van de Stadsgehoorzaal heeft het slim aangepakt. Die huurt Nieuw Sinfo- nietta Amsterdam in als 'Ensemble in Resi dence'. Zo heeft Leiden wel de lusten maar niet de lasten. Maar ik besef ook wel dat als Leiden een kwartier van Den Haag rijden ligt, dat omgekeerd ook het geval is. Welnu, voor De Dageraad van de Moderne Kunst in de Leidse Lakenhal komen, ze heus de Resi dentie wel uit." -Dat is meer uitzondering dan regel. De stroom naar Leiden, met de op één na groot ste historische binnenstad, waar de helft van het nationale museumbezit is ondergebracht in zestien musea, waar tweeduizend monu menten staan en ook nog eens de Hortus Bo tanicus is te vinden, zou toch veel groter moe ten zijn? „Zeker, maar voor het uitventen van het cul turele profiel van de stad is altijd weinig aan dacht geweest. Leiden laat nog veel te weinig zien wat hier kan, was en is. We zijn daarin te bescheiden geweest, maar in de barre tij den van de artikel 12-status had het stadsbe stuur dan ook wel wat anders aan zijn hoofd. De jaren daarna hebben we vooral gebruikt voor het herstel van de stad, inclusief de cul Cultuurwethouder A. Pechtold past tot Aalmarktproject op de winkel Van de Leidse wethouder van kunst en cultuur, Alexander Pechtold (D66), werd van meet af aan veel verwacht. Hij studeerde kunstgeschiedenis, was als suppoost in dienst bij Stedelijk Museum De Lakenhal en gaf voor het wethouderschap zijn baan als veilingmeester op. De juiste man op de juiste plaats. Maar kort na zijn aantreden, ruim tivee jaar geleden, moest hij de langverwachte uitbreiding van diezelfde Lakenhal afblazen en wilde de PvdA van het Centrum voor de Beeldende Kunst af. Ook kreeg hij het aan de stok met het al jarenlang krakkemikkig gehuisveste LVC. Vervolgens bleek de dienst cultuur en educatie onder financieel wanbeheer gebukt te gaan en moest hij noodgedwongen een subsidiestop afkondigen. Wat is er nog over van zijn ambities? tuurpaleizen. Nu is het tijdperk aangebroken om met ons aanbod de boer op te gaan. Leidsch Dagblad schreef laatst gekscherend 'Pechtold kiest voor de yen'. Ik denk dat de redactie zelf niet door had hoezeer daarmee de spijker op zijn kop werd geslagen. Ik hoop trouwens wel dat de yen bijtrekt. Toch is er in de tussentijd heel wat verbe terd. Ik woon sinds 1985 in Leiden en ik weet nog wel dat je in die tijd op zondag een ka non in de stad kon laten afgaan. Er was geen donder te beleven. Moet je m'n agenda van nu eens zien. Die is op zondag nog voller dan doordeweeks. Dat komt niet door mij of door een andere bestuurder of een andere partij. Zulke ontwikkelingen voltrekken zich alleen als je met z'n allen het gevoel hebt dat culturele activiteiten belangrijk zijn." -Maar vinden de leden van de raadscommis sie cultuur dat dan? Welke bruikbare voor stellen heeft u allemaal al binnengekregen? PvdA er Ed van der Veen zei onlangs in een debat dat hij vindt dat de inititieven van de wethouder cultuur en zijn ambtenaren moe ten komen en niet één van de aanwezigen sprak hem tegen. „Hadden de organisatoren van dat debat, Groen Links en de PvdA, mij maar moeten uitnodigen. Dan was er tenminste een debat geweest! Ik zou dan, op het gevaar af het me zelf als wethouder moeilijk te maken, heb ben opgemerkt dat ik de fractiespecialisten veel te passief vind. Ze luisteren alleen maar naar de plaat die op staat en buitelen over el kaar heen van enthousiasme voor bijna elk initiatief vanuit de burgerij. Kom nou zelf eens met iets! Er zijn er maar twee die echt met hun punten komen. De ene is diezelfde Van der Veen, die zich zelf echt tekort doet als hij zegt dat hij op mij zit te wachten. Volgens mij leest-ie zijn stuk ken niet eens. Toch brengt hij zijn punten vlijmscherp naar voren. Dat is ook leuk voor de publieke tribune. Als die altijd maar leeg zou zijn, zegt dat toch ook wat over het cul turele klimaat in de stad. De ander is Alexan der Geertsema van de WD. Diens sterke punt is juist dat hij de stukken door en door kent en ze corrigeert tot achter de komma nauwkeurig. Die twee maken het me moei lijk maar zorgen er tegelijkertijd voor dat ik beter kan functioneren als wethouder. Toen ik zelf 'gewoon' raadslid was, merkte ik al dat weinigen echt geïnteresseerd zijn in kunst. Een oordeel daarentegen hebben ve len. Vpor het Leidse cultuurbeleid zitten er 39 specialisten in de gemeenteraad. Kom daar bij financiën en welzijn maar eens om! Een begrijpelijk fenomeen, want bij cultuur gaat het dikwijls om dingen die in het oog springen. Dat maakt haar kwetsbaar. Wille keur ligt daardoor op de loer. De grootste zottigheid komt dan op je af, ook vanuit de gemeenteraad. Bijvoorbeeld het voorstel om de btw-winsten van de Schouwburg in te -Van der Ploeg lijkt in kunst en cultuur ma nieren te zien om de samenleving te verbete ren en u benadrukt, ook in dit gesprek weer, juist de economische waarde ervan. „Als bestuurder merk ik dat er vooral de slagroom op de taart in wordt gezien. Je steekt er als eerste je lepel in, het is als eerste weg, sterker nog, taarten zonder slagroom bestaan ook. Het beste om kunst te verdedi gen, is de economische waarde ervan aanto nen. Dat heeft meer effect dan allerlei zware termen in stelling brengen. Door m'n achtergronden (Pechtold heeft kunstgeschiedenis gestudeerd, was veiling meester en suppoost bij de Lakenhal, red.) verwacht men dat ik verheven over kunst praat. Maar al m'n portefeuilles, dus ook sport en milieu, zijn als kinderen voor me: ze zijn me allen even lief. Ik zou niet alleen cul tuur willen doen. Het is sowieso niet goed om lang op één beleidsonderdeel je stempel te drukken. Je kunt namelijk ook te veel we ten. Als ik in 2002 al dóór mag als wethou der, opteer ik voor andere beleidsonderde len. Specialisten behoren op een ander dan het bestuurlijke niveau te zitten. Bestuurders moeten vooral managen, ervoor zorgen dat het juiste voorstel er op het juiste moment doorheen komt." Hoe tevreden bent u over de bezoekcijfers van de culturele instellingen? „Zonder dat ik welke instelling dan ook een verwijt wil maken, vind ik die absoluut onvoldoende. De Schouwburg zit geregeld goed vol maar er is dan ook maar plaats voor vijfhonderdvijftig bezoekers. Daarvoor zou je hem nu niet meer bouwen. Voor minder dan achthonderd zitplaatsen zou je dat nu niet meer doen. Heel prettig voor de Schouwburg is dat artiesten het prachtig vinden om er hun première te doen. Maar zelfs al speelt Youp van 't Hek er, tegen een aangepaste uitkoopsom, dan boekt directeur Bart van Mossel nog maar weinig winst. De Stadsgehoorzaal draait goed en ik heb er het volste vertrouwen in dat als die tweede zaal een feit is en er dubbel kan worden ge programmeerd de exploitatie meer dan ge zond zal zijn. Het Centrum voor de Beeldende Kunst moet kostendekkend draaien en dat is nage noeg het geval. Maar het blijft een redelijk kwetsbaar instituut. De discussie over ophef fing, aangezwengeld door de PvdA, is afge wenteld maar er zijn toen wel dingen gezegd die eraan zijn blijven hangen." Pechtold wil zeggen dat het Centrum een zorgenkindje blijft. „De lakenhal trekt jaarlijks tussen de 35 50.000 bezoekers. Vind ik ook te weinig. Maar aan een substantiële groei gaat een lang traject vooraf. Nodig is een goed en hel der concept. Voor De I^akenhal is dat er nu. Dat is een lokaal-schuine-streep-regionaal museum dat bij tijd en wijle een nationale en zelfs internationale allure kan hebben. Hoofdzaak zijn de Leidse schilders en land schappen. Dat is allemaal geen nieuws maar het is nu wel luid en duidelijk uitgesproken. Binnen dat concept is er ruimte om te ver breden en drempels te slechten. De tentoon stelling over de Zangeres zonder Naam vind ik een goede ontwikkeling, een manier om te laten zien dat het ons museum is, met niet alleen maar kunst met een grote 'K'. Dat we ook dit soort zonen en dochters waarderen. Ik hoop van ganser harte dat het een kitsche rige bedoening wordt, met veel gouden jur ken en dito platen. Rick van der Ploeg mag de tentoonstelling komen openen!" -Directeur Jetteke Bolten zei onlangs in een debat over de nota van Van der Ploeg dat haar onmogelijk kan worden verweten dat ze elitair bezig is want ze heeft de deuren van De Lakenhal dagelijks wagenwijd openstaan. „Ze heeft voor een deel gelijk. Want wat is nu elitair? Heeft dat met inkomen te maken? Zonder stropdas mag je zo De lakenhal bin nen, hoor. Aan de andere kant: de deuren van mijn stembureau tijdens de verkiezingen voor het Europees parlement stonden ook wagenwijd open en er kwam geen hond. De conclusie was toch dat de boodschap ver keerd is verkocht. Ik wil hiermee niet zeggen dat je koste wat het kost voor elkaar moet krijgen dat iedereen altijd overal naartoe gaat. laagdrempeligheid kan ten koste gaan van de mystiek. Van der Ploeg heeft daar geen oog voor. Toch waardeer ik hem. Hij maakt de tongen los en bij mij heb je direct een streepje voor als je de knuppel in het hoenderhok gooit." -Een methode waar u zelf ook niet vies van bent. Neem de manier waarop u de discussie over een samengaan van Stedelijk Museum De Lakenhal en het Centrum voor de Beel dende Kunst aanzwengelde. U uitte die wens in deze krant. Daarna hebben we er nooit meer wat van gehoord. „Toch is de interne discussie nagenoeg afge rond. Na de zomer volgen concrete stappen. Ik kan daar nu niet veel meer over zeggen. Het heeft me wel wat uitleg gekost waarom ik deze onorthodoxe zet heb gedaan. Ik vond het wel een gewaagde, maar spijt heb ik er niet van. Op een andere manier kreeg ik de directeuren en andere betrokkenen niet aan de praat over dit onderwerp. Ik heb maar één foutje gemaakt en dat is dat ik dat inter view bij de twee dames had moeten aankon digen. Na publicatie bleef aanvankelijk een reactie van de twee directeuren uit. Die kwam wel toen de krant een foto van ze plaatste met afgeplakte monden. Toen na men de dames de handschoen op." WIM KOEVOET Alexander Pechtold: „Ik ben niet het type bestuurder dat wapenfeiten eist." foto henk bouwman

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 49