'Ik moet zoveel geweld absorberen' ZATERDAG 17 APRIL 1999 De boze dromen van schrijfster Patricia Cornwell Hoeveel boeken ze wereldwijd precies heeft verkocht, weet ze niet. Het moeten er vele tientallen miljoenen zijn. Schrijfster Patricia Cornwell is de verpersoonlijking van The \merican Dream. Na een jeugd in een gebroken gezin, haar problematische tienerjaren, een gestrand huwelijk met een 17 jaar oudere hoogleraar, is ze uitgegroeid tot een van de populairste misdaadauteurs van dit moment. Onvoorstelbaar rijk is ze geworden met haar hoeken over de onrecht bestrijdende patholoog- matoom Kay Scarpetta, Maar de roem eist zijn tol, zo gaat dat nu eenmaal. Nachtmerries teisteren haar met regelmaat, ze heeft voortdurend gerechtelijke procedures aan haar broek en bodyguards begeleiden haar bij signeersessies. „Ik krijg meer dan het gemiddelde aantal 'wacko's' achter mij aan. De schrijfster klikt haar horloge los en weegt de blinkend gou den Breitling Aerospace van ruim vier ons met een winkelwaarde van on geveer twintigduizend gulden in haar hand. Ze taxeert het kleinood enige seconden en doceert: „Voorwerpen vertellen iets over de persoon die ze bezit. Daarom verwerk ik ook zo veel merknamen in mijn verhalen." De Zwitserse kostbaarheid rust in de palm van haar hand. „Als ik mijzelf niet kende en ik zag mij dit klokje dragen, dan zou ik denken: die vrouw is stinkend rijk! Ten tweede: ze moet wel een sterke, onafhankelijke vrouw zijn, ze heeft immers een groot herenuur werk om haar pols. Ook heeft ze enige tech nische kennis in huis; het is een pilotenhor- loge, misschien vliegt ze wel? En tenslotte: als zij .precies weet hoe hij werkt, is ze slim mer dan ik, want ik ben er nog steeds niet achter.'! Haar schaterlach weerkaatst in de ruim bemeten werkkamer van een kapitale villa in een van boerenland naar buitenwijk opgewaardeerd deel van Richmond, Virginia. Op audiëntie bij schrijfster Patricia Corn well (42). Het pand waar ze ontvangt, biedt onderdak aan de onderneming Patricia Cornwell Enterprises. De auteur is er vaker niet dan wel, omdat ze voortdurend op pad is om research te doen voor haar boeken. Maar ook tijdens haar absentie worden me dewerkers - secretaresses, boekhouders, een media-adviseur, advocaten - voortdurend aan haar herinnerd. Overal hangen foto's van de auteur. Geportretteerd met gouver neurs en senatoren die haar Patsy mogen noemen. Schouder aan schouder poserend met George en Barbara Bush - de stichting van de ex-First Lady tegen analfabetisme kreeg enkele jaren geleden een miljoenendo natie van Cornwell. In het trappenhuis hebben de ingelijste omslagen van haar boeken een plaats gekre gen. Achter ontspiegeld glas zien we de best sellerlijsten van The New York Times, met op de eerste plaats natuurlijk de romans van Cornwell. Op het toilet hangt een Peanuts- cartoon over het contract ter waarde van een kleine vijftig miljoen gulden dat ze jaren ge leden sloot voor het leveren van drie boeken. Helikopter De schrijfster oogt tengerder dan verwacht. Ze knuffelt even met haar twee Boston terri ers. Het zijn haar kinderen, zegt ze liefko zend, „hoewel ze af en toe meer op 'Boston terrorists' lijken." De kleinste heet Breitling, een drie maanden oude 'watchdog'. Zijn grotere metgezel luistert - meestal - naar de naam Chopper. Genoemd naar de helikop ter, ComweÜs geliefde vervoermiddel. Na het interview vliegt ze samen met een van de National* Guard overgenomen piloot in haar Bell Jet Ranger naar North Carolina om wat rechtszaken bij te wonen en vervolgens naar Washington voor zaken. Op haar kobaltblauwe blouse prijkt een ruitvormig vignet. Een weegschaal en een es- Patricia Cornwell: „Ik ben het verkeerde leven binnengestapt, zeg ik wel eens tegen mezelf. Dit moet een vergissing zijn. Het mooiste wat mij zou kunnen gebeuren, dacht ik, is dat ik een boek schreef dat iemand zou willen lezen. Het kwam nooit bij me op dat ik er geld mee zou verdie nen. Laat staan dat ik een bestseller zou scoren." foto peter kuijt culaap vormen de achtergrond bij een hoofdletter S. De S van de bloedserieuze pa tholoog-anatoom Kay Scarpetta, de heldin die met haar angstaanjagende avonturen Cornwell zo veel roem en fortuin heeft ge bracht. De schrijfster heeft zojuist het manu script van haar tiende Scarpetta-thriller, Black Notice, naar de uitgever gestuurd. Het boek komt in juli in de Verenigde Staten uit. Cornwell verwacht dat er in haar land min stens een miljoen hardcover exemplaren zul len worden verkocht. Daarnaast werkt ze aan de meer hilarische romanserie over de poli tie in Richmond, om te laten zien dat ze ook nog gevoel voor humor heeft, er komt een kinderboek van haar uit en op verzoek van veel fans heeft ze een boek geschreven met recepten van Kay Scarpetta. Ze verbaast zich nog steeds over de enor me rijkdom die ze met haar boeken heeft vergaard. „Ik ben het verkeerde leven bin nengestapt, zeg ik wel eens tegen mezelf. Dit moet een vergissing zijn. Het mooiste wat mij zou kunnen gebeuren, dacht ik, is dat ik een boek schreef dat iemand zou willen le zen. Het kwam nooit bij me op dat ik er geld mee zou verdienen. Laat staan dat ik een bestseller zou scoren." Ruth Graham Het was de echtgenote van de befaamde evangelist Billy Graham die bij Cornwell het smeulende schrijversvuurtje tot een flinke brandhaard aanwakkerde. „Toen ik zeven was verhuisde ik met mijn moeder en twee oudere broers van Miami naar Montreat, North Carolina", herinnert de als Patricia Daniels geboren auteur zich. „Mijn ouders waren kort daarvoor gescheiden. In dat klei ne stadje kwamen we niet ver van Billy en Ruth Graham af te wonen. Ruths moeder, die ik als mijn oma 'adopteerde', bezocht ik vaak om er mee te kaarten en te praten. Ruth wist dat ik korte verhaaltjes schreef. Ze wilde ze ook lezen. Op een dag nam ze me mee uit lunchen en gaf me een in rood leer gebon den dagboek, Zwitsers fabrikaat. Ze zei: 'Ik wil dat je gaat schrijven'. Dat heeft me seri eus aan het denken gezet over wat ik later wilde worden. In mijn tienerjaren was ik behoorlijk onge lukkig. Ik had geen doel in het leven. Ik spij belde van school, leed aan anorexia. De ten niscarrière die ik ooit ambieerde, kon ik door die eetstoornis wel vergeten. Op een gegeven moment woog ik nog maar 45 kilo. Ik was negentien en werd in elkaar geslagen door brugklassers." De schrijfster slikt even, haar stem trilt, maar ze herstelt zich snel. „En dan komt er zo'n geweldige persoonlijkheid als Ruth naar je toe, die interesse in je heeft! Eenieder zou alles geven om maar vijf minu ten in haar omgeving te verkeren, maar zij zocht mij op!" Het eerste boek dat Cornwell zou publiceren, was A Time For Remem bering, de biografie van Ruth Graham. Tijdens haar afstuderen aan het Davidson College in North Carolina voltooide ze haar eerste roman. Na haar studie trouwde ze met haar zeventien jaar oudere docent Engels, Charles Cornwell, en ging werken als mis daadverslaggeefster bij The Charlotte Obser ver. In 1981 verhuisde het paar naar Rich mond, omdat haar man daar verder kon stu deren. Ze vond werk bij de pathologisch- anatomische dienst van Virginia als compu terdeskundige. In dit centrum verwerkte ze als systeemanaliste de dossiers van de sec ties die werden verricht op overledenen. Het echtpaar scheidde in 1989, nadat Charles Comwell had aangegeven priester te willen worden. Bedankbriefje De eerste drie boeken die Patricia Cornwell schreef, werden door uitgevers met een be dankbriefje teruggestuurd. Een redacteur bij een uitgever die nog de meest vriendelijke afwijzing stuurde, adviseerde haar om Kay Scarpetta, die tot dan toe een bijrol vervulde, tot hoofdpersoon te promoveren. „Maar mijn vierde boek, Post Mortem, werd op nieuw door zeven uitgevers terzijde gelegd. Toen dacht ik: ik ga weer de journalistiek in, schrijven voor kranten die niemand leest. Tot op een dag op mijn antwoordapparaat was ingesproken dat mijn manuscript was gekocht." Ze grijnst: „Voor het astronomi sche bedrag van 12.000 gulden." Post Mor tem won belangrijke literaire prijzen, werd een bestseller en het begin van de Cornwell- successtory. De schrijfster heeft flink moeten wennen aan haar plotselinge financiële welbevinden. „Na mijn derde boek was ik rijk en beroemd en ik vond dat ik me ook rijk en beroemd moest gedragen. Ik ging wonen in Malibu, kocht dure kleren, leefde opzichtig. Maar ik voelde me miserabel. Het beste wat me toen overkwam, was een ernstig auto-ongeluk. Ik was dronken en reed mijn Mercedes total loss. Toen ik uit het wrak kroop, was het eni ge dat ik dacht: waar ben je in godsnaam mee bezig? Mijn hele leven was door die sterstatus op hol geslagen. Het heeft me een belangrijke les over roem geleerd. Faam wordt je opgelegd door buitenstaanders, het zit niet in je. Mensen die beroemd willen worden, zullen nooit beroemd genoeg zijn. Dat zie je aan al die obsessieve, egoïstische en narcistische figuren in Hollywood. Echt beroemd zijn de mensen die er niet voor gaan, zoals Anthony Hopkins." Autopsie Ze kan zich nog goed de eerste autopsie die ze bijwoonde voor de geest halen. „Het was een demonstratie voor de politie, waar ik als vrijwilliger werkte. Het ging om een oude vrouw, die was overleden zonder dat er een medicus in de buurt was. Volgens de staat moet er dan een lijkschouwing worden ver richt. Ze zag er in haar paarse nachtgewaad zo fragiel uit. Toen het begon was ik bang dat ik onderuit zou gaan. Ik redde me door te kijken door de ogen van de lijkschouwer. Waarom doet ze dit, waar zoekt ze naar? Ik zocht heel clean naar het doel, terwijl ande ren alleen maar dachten: gedver! Agenten vielen bij bosjes flauw, de mannen overigens vaker dan de vrouwen." Ook nu nog bezoekt ze ten behoeve van haar boeken regelmatig het mortuarium. De secties op slachtoffers van geweldsmisdrij ven zijn van een heel andere orde. „Ik zie steeds de gezichten van de slachtoffers voor me. Het is elke keer een schok. Ze brengen een lijk binnen, het laken wordt weggeslagen en daar ligt een vrouw, naakt, gewurgd, haar neus gebroken. Je ziet de kleine dingen: ze had juist haar benen geschoren. Misschien wel een paar uur voordat ze door haar moor denaar werd overmeesterd. Dat soort beelden maakt me nog steeds van streek. Ik kan me niet herinneren wan neer ik voor het laatst een leuke droom heb gehad. Het zijn altijd nachtmerries vol angst en geweld, dingen knallen op elkaar. Ik weet wel hoe dat komt: tijdens de research voor mijn boeken is er zo veel geweld dat ik moet absorberen. Ik laat het mijn normale leven niet beïnvloeden. Maar als ik slaap, gaat er in mijn verbeelding een deurtje open en komen de monsters naar buiten." Het is de prijs die ze voor haar roem moet betalen, beseft Cornwell, terwijl ze aan een flesje mineraalwater (merk: Evian) lurkt. „Mijn leven is goed, dus ik loop er niet gede primeerd bij. Maar het eist zijn tol. Ik ben erg schrikachtig: als ik hoor dat iemand mij van achteren nadert, draai ik me meteen om om te zien met wie ik van doen heb. In mijn ach terhoofd spelen zich constant 'worst case'- scenario's af. Twee jaar geleden kocht ik in een toegeeflijke bui aan mezelf twee Merce- dessen cabriolet. Met een twaalfcilinder mo tor, net zoals in Ferrari's. Fantastische wa gens. Anderhalf jaar lang reed ik in wat ik me wenste. Maar op een dag reed ik op de snel weg, passeerde een grote truck en ter hoogte van zijn wielen sloeg dc 'wat als'-vraag toe. 'Het is wellicht de veiligste cabrio, maar als die truck ook maar even afwijkt, vlieg je te gen de vangrail en ben je dood. Ook al heeft - ie een goeie kooiconstructie. En met de kap naar beneden kan iedere crimineel bij mij in de auto springen als ik voor het stoplicht sta.' Ik heb dezelfde dag nog die twee auto's ingeruild voor van die verdomde slagsche pen. Geen lolletje om in te rijden, maar 'safe as heil'." Bodyguards Cornwell vermoedt dat ze de enige schrijver is die zich tijdens signeersessies laat beveili gen door bodyguards. „Ik moet wel. Als ik hier in Richmond signeer, komen er twee- drieduizend mensen op af. Ze dringen naar voren, je moet mensen hebben die ze terug duwen. Daar komt nog bij dat je niet weet of zich een gek, een 'wacko', in de rij heeft op gesteld. Mijn mensen hebben een man met een pistool opgepakt, een ander had een mes bij zich. Tot dusver heeft niemand me iets aangedaan, maar wat je niet weet is wat je hebt voorkomen door die beveiliging daar neer te zetten. Ik krijg meer dan het gemiddelde aantal 'wacko's' achter me aan", weet de auteur. „Ik ben een relatief jonge vrouw, ik schrijf over een krachtige, vrouwelijke persoonlijk heid. Dat lijkt voor sommige mensen bijna een uitdaging om me voor het gerecht te da gen." Er worden voortdurend procedures te gen haar aangespannen. „In dit land kun je van alles beschuldigd worden. Jij kunt mij bijvoorbeeld aanklagen omdat ik schim melkaas eet en jij daar emotionele schade van ondervindt. Als je rijk genoeg bent, zijn er genoeg advocaten om tegen je te procede ren. Ze denken namelijk dat je niet van die rompslomp houdt, bereid bent tot een schikking, zodat zij er een flink bedrag aan overhouden. Maar ik schik nooit ofte nim mer. Ik zou een T-shirt moeten dragen met de tekst 'Schikken? Nooit!' Ik ga jou niet be talen om mij te kunnen beroven. Een werk neemster die ik heb moeten ontslaan omdat ze lui was, spande eens een zaak tegen me aan. Ze beschuldigde me van seksuele inti midatie. Ik heb ruim een half miljoen gulden uitgegeven aan advocatenkosten voor een zaak die compleet verzonnen was. Een jaar lang hebben we geprocedeerd, maar we heb ben de zaak gewonnen. Als iedere rijke Ame rikaan, en er wonen genoeg van in Holly wood, zou weigeren te schikken, dan zou die onzin wellicht stoppen." Er zijn veel hebzuchtige, onbetrouwbare en gewelddadige mensen 'out there', verze kert ze. „Ik ben niet paranoïde, of gek, maar echt vriendelijke personen zijn eerder uit zondering dan regel. Al het kwaad in het le ven komt eigenlijk neer op machtsmisbruik. Of het nu Serviërs zijn die Kosovaren het land uit jagen, of een baas die zijn secreta resse intimideert. Vorige week woonde ik een civiele rechts zaak bij. Het ging om een arme, zwarte vrouw die een straatverbod eiste tegen haar gewelddadige vriend. Ze was bang dat hij haar zou vermoorden. Ik zag haar en dacht aan wat er straks op de snijtafel terecht zou kunnen komen. Met kogelgaten en al. Maar het duurde nog tien dagen voordat de rech ter met een uitspraak zou komen. Ik dacht: in de tussentijd helpt die vent haar gewoon om zeep. Dus ik stap na afloop op haar af en duw haar een enveloppe met honderden dollars in haar handen. Om onder te duiken in een hotel. Nee, ik weet niet of ze dat daad werkelijk heeft gedaan. Misschien heeft ze er wel cocaïne voor gekocht." PETER KUIJT De boeken van Patricia Cornwell wor den in Nederland uitgegeven door Lui- tingh-Sijthoff.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 45