ZATERDAG S BIJVOEGSEL Nederland: om van te houden - Leidsch Dagblad Vaderlandsliefde in een Euro-jasje Jeffrey Jonkers: 'We zijn zo verdomd trots op onze poldercultus.' we ineens het etiketje 'allochtone schrijvers' opgeplakt. Zoiets geeft mij nou het gevoel dat ik niet geaccepteerd word, dat ik in het hokje 'anders' gestopt wordt. Terwijl ik hier al zo lang woon... Multiculturele samenle ving? Vergeet het" Willem-Paul: „Ja, daar stoor ik me ook aan. Maar waar ik me vaak kwaad over maak is dat alles zo druk en gejaagd gaat. Ik weet niet of het typisch Nederlands is maar als ik zie dat mensen in sommige landen zomaar een hele middag kunnen rusten...." Jeffrey heeft ook een grote ergernis. „Die Ne derlandse hypocrisie, ons overbekende vin gertje. Men klaagt altijd over de Amerikanen, of de Fransen, die zo chauvinistisch zijn. Maar wij in Nederland zijn zelf zó verdomd trots op die hele poldercultus, zo verschrik kelijk arrogant. Zo geweldig zelfvoldaan dat we zo nuchter zijn. Dat idee ook: 'Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg'. Dat komt natuurlijk door onze calvinistische inslag." Tatjana „Ik word hier vaak gezien als dé Duitse. Hokjesgeest dus, heel vervelend. Maar dat is niet typisch Nederlands. In Duitsland waren we altijd dé buitenlanders. Het Nederlands volkslied, dat - als je de on derzoeken mag geloven - bijna niemand meer kan zingen, ontmoet minder weer stand. Jeffrey: „Ik ken het, het eerste en het zesde couplet. Willem-Paul: „Ik ook." Jeffrey: „Je zingt het omdat je blij bent dat Nederland een vrij land is en om mensen te eren die daar toe hebben bijgedragen." Tatjana zal het nooit zingen: „Volgens mij is het toch meer een propagandamiddel, opge legd van boven af. Zoals bij de meeste volks liederen." Jeffrey: „Ja, maar de Marseillaise dan? Dat is van oorsprong een strijdlied van mensen die tegen het regime in opstand kwamen." Tatjana: „Strijdlied, oké. Ik heb het meer over de hymnes, zoals het Wilhelmus." Naima: „Ik herken het Wilhelmus wel, maar ik ken het niet uit mijn hoofd. Waarom ei genlijk het eerste en het zesde couplet? Waarom niet alle coupletten?" Jeffrey; „Dat is toch veel te lang." Is Nederland al met al een land om van te houden of zouden ze liever verhuizen naar elders? Jeffrey: „Ik denk dat ik best in het buitenland zou kunnen wonen. Waar? Nou, in de rest van de wereld. Ik houd bijzonder van reizen. Het is leuk om even een nacht in je eigen bed te slapen. Maar er is niets leukers dan reizen. Natuurlijk ben ik gelukkig in Neder land. Maar ik zou best een tijd in Costa Rica willen wonen - daar ben ik al eens geweest - in Zimbabwe of in India. Of Rusland. Ja, mis schien eerst Rusland, om me voor te berei den op India. Uiteindelijk zou ik wel terugke ren naar Nederland, want hier woont toch je familie." Willem-Paul: „Ik ben nog nooit builen Euro pa geweest. Ik wil in ieder geval nog eens een lange reis maken om uit te zoeken waar ik lang zou willen wonen buiten Nederland." Naima: „Ik voel me hier erg thuis. Maar ik zou best een tijdje in Marokko willen wonen. Een jaar. Niet de rest van mijn leven, want ik denk dat ik er niet echt geaccepteerd zou worden. Jeffrey noemde India, dat spreekt me ook wel aan. Of een land als Argentinië. Ik ben denk ik wel op zoek naar een beetje warmte. En dan heb ik het niet alleen over het klimaat. Ik wil wel naar een land waar de mensen niet zo geremd zijn." Tatjana: „Voorlopig wil ik hier blijven wo nen. In principe vind ik het heel belangrijk om een thuis te hebben, met vertrouwde dingen en mensen om me heen. Dat thuis is nu in Nederland, maar ik weet nog niet of dat zo blijft." Willem- Paul: „Het zit hier goed in elkaar. Maar af en toe ben ik het hier een beetje zat. Misschien dat dat over is na mijn lange reis." Jeffrey: „Ik denk dat je wel heel erg verwend moet zijn als je het hier niets vindt. Je hebt hier zo veel kansen, het leven is hier zo goed..." Tatjana: „Ja, maar dat is de vraag niet. De vraag is of je van Nederland houdt." Jeffrey: „Nou, je zou ook kunnen zeggen dat je van Nederland houdt vanwege de mooie trapgevels. Maar ik houd ook van Nederland omdat het hier zo goed is." ANNET VAN AARSEN ERNA STRAATSMA Naima valt met de deur in huis: „Ik denk dat een heleboel men sen de komende jaren een veel groter gevoel van vaderlandsliefde krijgen. Iedereen is zo bezig nu, met Europa, met dat Euro-gedoe... Maar als ik met leeftijdsgeno ten spreek, merk ik dat ze het gevoel hebben dat er een stukje van hun identiteit wordt weggenomen, van hun cultuur en htm ge schiedenis. Ik ontleen mijn identiteit juist aan de normen en waarden waarmee ik ben groot gebracht, aan mijn geschiedenis.' Ik kan me nog heel veel herinneren van de eer ste jaren van mijn leven, toen ik in Marokko woonde. Dat is voor mij heel belangrijk. Als ik nu om me heen kijk, krijg ik het gevoel dat de politiek in Europa met alle kracht bezig is om die belangrijke zaken weg te gooien, waarden te vervlakken. Daarom vermoed ik dat dat als reacüe weer een hang naar het ei gen land zal gaan oproepen." Dat is een statement, dat aan tafel direct de gemoederen verhit. Tatjana is het er abso luut niet mee eens, hoewel ze zelf evenmin weinig ziet in Europa. „Mijn identiteit heb ik nooit laten bepalen door het land waar ik ge boren ben. Een land is een kunstmatige poli tieke eenheid. Hoe kan ik me daar nou bij horen voelen? Ik definieer me als mezelf en mijn relaties. Ik houd van landschappen, niet van landen. Ik kan me niet vóórstellen dat ik mijn identiteit verlies als een land zich aansluit bij Europa." De stellingen zijn betrokken. De strijd gaat vooral tussen Tatjana en Naima. Jeffrey denkt dat het zo'n vaart niet loopt. „Natuur lijk blijven wij een Nederlandse cultuur hou den, de Duitsers een Duitse en de Fransen een Franse. De afgelopen weken waren voor mij een bewijs. In Frankrijk reageerde ieder een heel luchtig op dat gedoe van Cresson. In Nederland niet, in Duitsland en Engeland ook niet. De normen en waarden verschillen per land, en dat zal wel zo blijven." Tatjana, die 'niet zo veel met landen op heeft', vreest niettemin het tegendeel. Ze ziet het al voor zich: een enorme continentale eenheidsworst die bij iedereen met gladde reclametechnieken door de strot wordt ge duwd. „Ze willen nu dat iedereen zich Euro pees gaat voelen. Niemand voelt zich Euro pees. Maar over tien jaar, als de mensen ge wend zijn aan het euromuntje, als ze het eu ro-volkslied uit hun hoofd kennen... Ach, het is allemaal marketing", zegt ze. Ondanks haar weerzin tegen kunstmatige grenzen, zoals ze landsgrenzen noemt, is Tatjana nieuwsgierig. Ze wil van Naima we ten wat zij als haar vaderland ziet. Marokko of Nederland. Naima: „Op dit moment weet ik het eigenlijk niet, heel moeilijk. Ik heb veel ideeën vanuit mijn Marokkaanse achtergrond. Maar ik heb ook een heleboel dingen opgepikt uit de Ne derlandse samenleving. Mijn ouders ook, trouwens. Misschien horen zowel Marokko als Nederland bij mij. Ik heb geen Neder landse normen en waarden, maar ik voel me wel Nederlands." Jeffrey: „Heb je dan het idee dat je moet kie zen?" Naima: „Dat wordt me in ieder geval heel vaak gevraagd, kiezen." Ze houdt van Nederland, maar soms haat ze het ook. „Wat ik het meeste haat, is de hok jesgeest waarmee Nederlanders behept zijn. Toen een paar jaar geleden mijn roman ver scheen en een aantal andere Marokkaanse schrijvers ook boeken uitbrachten, kregen ders niet zo over vaderlandsliefde nadenken. Ikzelf ook niet. Maar ik voel me wel een beet je trots-tijdens feestdagen." Tatjana: „Ik kan er niet trots op zijn. Ik heb niets met landen, ik blijf het herhalen. Ik houd van mensen. En ik houd van land schappen. Ik houd van het Nederlandse landschap omdat ik hier zo veel van de he mel kan zien." Jeffrey: „Is vaderlandsliefde niet een vorm van zelfbewustzijn? Het heeft denk ik niet zo veel met normen en waarden te maken. Nor men en waarden zijn geprogrammeerd, die hebben niets met liefde te maken. Ik voel me Nederlander door de taal. Zo voel ik me bij Nederlanders betrokken." Willem-Paul: „Ik kan me écht niet verbon den voelen met iedereen in Nederland. En ach, die taal. Ik stelde* me laatst voor dat ie dereen overal Engels zou spreken. En eerlijk gezegd werd ik blij bij de gedachte aan alle voordelen daarvan." Jeffrey: „Dat is toch zonde. Vergelijk taal met 930 ZATERDAG 17 APRIL 1999 Meer en meer mensen noemen zich wereldburger in plaats van Nederlander, Amerikaan of Engelsman. En de globalisering leidt er toe dat jongeren in Tokyo er precies zo bijlopen als hun leeftijdsgenoten in Amsterdam of New York. Nederland gaat op in een verenigd Europa en de gidden wordt verruild voor de euro. Is vaderlandsliefde nog wel van deze tijd? Vier jonge mensen buigen zich over deze vraag. Naima el Bezaz (24, geboren in Marokko) is rechtenstudente en schrijfster; ze woont sinds haar vierde in Nederland. Een paar jaar geleden kwam haar eerste roman 'De weg naar het noorden' uit. Jeffrey Jonkers (19) is student bestuurskunde en bestuurslid van de JOVD, afdeling Leiden. Willem-Paul de Mooy (20) studeert eveneens: aan de School voor Journalistiek in Utrecht. Tatjana Visak (24) is in Duitsland geboren en kwam vier jaar geleden naar Nederland. Ze studeert politicologie en is verbonden aan Eurodusnie, een actie-collectief dat zich onder andere verzet tegen de 'kapitalistische geldeconomie' en de 'uniformisering van de samenleving'. Ze noemt zichzelf anarchiste. FOTO'S HENK BOUWMAN Tatjana Visak: 'Ik houd van landschappen niet van landen.'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 41