liltuur Kunst Introdans met levende muziek en tape 1 F. Hermans Instituut er dak bij KB 9Kunstenaar moet schijt hebben aan alles9 meert niet verrassing de eeuw Nog even en Van der Lubbe is weer alleen Vader en zoon van het literaire amusement Foto-expositie Leidse Blues Jazzweek rist The Fortunes overleden In een ziekenhuis in de Engelse plaats Swindon is gi- ïry Pritchard van The Fortunes dinsdagmorgen aan een ft val overleden. Pritchard was een van de oprichters van l! ie jaren 60 en 70 bekende band. The Fortunes hadden s in Europa en Amerika met onder meer You've got lubles', 'Here it comes again' en 'This Golden Ring'. ,tl) rland heeft muziekgeheugen *0 Eindelijk heeft Nederland een colJectief muziekge- Staatssecretaris Van der Ploeg (cultuur) verrichtte giste- pening van het Nationaal Muziekdepot, dat plaats biedt s vvat er in Nederland op plaat verschijnt. De platen- lappijen zorgen voor permanente aanvulling van de ver- g. Ze sturen van elke in Nederland uitgebrachte cd een iar naar het Muziekdepot, overigens niet alleen Neder- *2,'ïo iroducten maar ook buitenlands werk, wat een jaarlijkse n van zo'n 15.000 geluidsdragers oplevert. Lovin' Criminals naar Nederland )e Fun Lovin' Criminals komen binnenkort opnieuw f ojj derland. Zaterdag 3 april treedt de band op in Tilburg maandag 5 april in Utrecht (Vredenburg). Afgelopen ier speelde de formatie twee keer een afgeladen Paradiso 'Klassiekers in muziek en dansmorgen in première op letterkundig gebied in Ne derland te versterken. In dit verband wijst de zegsman on der meer op het Letterkundig museum, het Louis Couperus museum en het literair theater Branoul. Het Instituut gaat boeken van de schrijver publiceren, bestuderen en conserveren. Initiatiefnemer is de stichting Willem Frederik Hermansin stituut, die daartoe een bijdra ge van 10.000 gulden krijgt van de gemeente Den Haag. inklijke Bibliotheek in ag huisvest met ingang 3,oo e maand een nieuw li- istituut ter ere van de ndse schrijver Willem Hermans. „Het Wil- xierik Hermans Insti- een belangrijke en 5^00 0ue aanwinst voor lagzegt een woord - o®: laag verwacht met het instituut haar positie concertgebouw Concertgebouwplein 2-6. Telefoon 671 83 45 het muziektheater Amstel 3. Telefoon 625 54 55. Agendalijn 551 81 00 Moet er een orkest in de bak bij een balletvoorstel ling, of loopt alles veel ge smeerder als er met een geluidsband wordt ge werkt? Dansers en de ge luidstechnicus maken bal let liever met levende mu ziek. De dansers hebben meer voeling met de ener gie die in de muziek zit. De geluidstechnicus heeft het simpelweg gemakkelijker. De choreograaf gunt het publiek de dynamiek van een dansvoorstelling met een 'echt' orkest, maar een dirigent kan ook de hele boel in de war gooien. Van de nieuwe productie van Introdans, 'Klassiekers in muziek en dans', worden negen voorstellingen met orkest gebracht en vijftien met 'tape'. ARNHEM RUK VAN ROTTERDAM 'Klassiekers in muziek en dans' gaat morgen in première in Arnhem, met medewerking van het Nederlands Balletorkest. Daarna is de voorstelling nog in negentien verschillende thea ters in het land te zien, waaron der het Lucent Danstheater in Den Haag. Op het programma staan drie balletten op muziek stukken die sterker zijn geble ken dan de tijd. Er zijn twee premières voor Introdans: 'Pe- troesjka' (Strawinski) van Jorma Uotinen en 'Boléro' (Ravel) van Bernd R. Bienert. 'Thème et quatre variations' (Hindemith) van Jean-Christophe Maillot is een reprise uit 1991. Afhankelijk van de mogelijk- heden-van-de-theaters. -worden de stukken uitgevoerd met een gevulde orkestbak, of met een steriele geluidsband. Adrie Vol kers van de technische staf van Introdans: „Vanuit mijn functie gezien heb ik liever een voor stelling met een orkest. Daar hoef ik niets aan te doen, want Introdans repeteert 'Boléro' voor 'Klassiekers in muziek en dans'. ga je een orkest versterken, dan klinkt het niet meer authentiek. Er staan wel microfoons in de bak voor doorgifte van de mu ziek naar de monitoren op het toneel. De dansers moeten de muziek goed kunnen horen. .Maar daar heb ik weinig aan te regelen. Werken we met een ge luidsband, dan zit ik midden in de zaal achter een mengtafel de hele avond aan de schuiven. Zacht gespeelde frasen, zoals het beginstuk van 'Boléro', moeten ook achterin de zaal te horen zijn. Bij harde frasen moet ik aan de trommelvliezen van het publiek denken. Als ik een band niet 'bijstuur', regent het na de voorstelling klachten uit het publiek." „Met boxen hebben we het geluid overigens goed over de zaal en de balkons verdeeld, zo dat het publiek op de voorste rijen bij een plotselinge harde frase niet achterover slaat, ter wijl achterin alles normaal lijkt. Om dat alles te regelen moet je een muziekstuk goed kennen." „Zonder afbreuk te willen doen aan bandmuziek, het pu bliek waardeert levende muziek toch het meest. Al geloof ik dat in de toekomst ook een orkest versterkt zal moeten worden. Van jongere theaterbezoekers komt nu al soms de klacht: 'Je hoort haast niks'. Het zal dan onze taak zijn de techniek zo onopvallend mogelijk te gebrui ken." De Italianen Emanuela Lat- tanzi en Danilo Mazzotta dan sen hun eerste seizoen bij Intro dans. Zij werkte voorheen bij diverse dans- en operagezel schappen in New York, hij bij foto cpd/hans cfrritsen het Operahuis Bonn. Lattanzi: „Geef mij maar een echt orkest. Dat laat eenzelfde stuk muziek steeds weer anders klinken, waardoor er andere energie en emoties bij je bovenkomen. El ke beweging kan zo vanuit een nieuw gevoel komen. Opgeno men muziek is altijd hetzelfde." Mazzotta: „Bij levende mu ziek ben je wel nerveuzer. Je weet niet wat een dirigent gaat doen, hoe zijn interpretatie van de muziek zal zijn. Er moet al tijd wederzijds contact zijn tus sen dirigent en danser. De diri gent moet niet naar zijn blad muziek kijken, maar naar het toneel, naar wat daar gebeurt. En er moet vooraf goed overleg zijn. Een dirigent wil soms iets sneller spelen, maar dat kunnen wij dan niet dansen. Je kunt er zelfs een blessure bij oplopen." Lattanzi: „Daarom moet je over 'sneller' en 'langzamer' al tijd vooraf ruzie maken met een dirigent. Anders krijg je achteraf ruzie. Een dirigent moet een danser volgen en niet anders- De Zwitserse choreograaf Bernd R. Bienert werkte in 1986 al samen met Introdans ('I tra- zoM', Mozart) en creëerde 'Bo léro' oorspronkelijk voor het Operahuis Ziirich met dertig dansers. Nu komt hij met een nieuwe versie voor twintig dan sers. Als je het hebt over zoiets als theatersfeer, dan klinkt een orkest beter bij ballet. Het is te gennatuurlijk om met een band te werken. Een danser voelt zich niet elke dag even snel of lang zaam. Maar met een dirigent kun je ook dat probleem heb ben. In Zürich zette de dirigent 'Boléro' anders in dan we had den afgesproken en toen liep bij de dansers alles door elkaar heen. Zo'n twintig jaar geleden vergat een dirigent in Wenen bij 'Doornroosje' een pauze in de muziek, waardoor het op het podium een warboel werd. In theorie is het prettiger om een band te hebben met altijd sta biele muziek. Voor de choreo grafie is het in elk geval beter. Als ik heel eerlijk ben, werk ik het liefst met 'tape'. 'Klassiekers in muziek en dans' met Nederlands Balletorkest onder meer te zien: 15/1 (pre mière) en 24/1 Schouwburg Arnhem, 25/1 Stadsschouw burg Utrecht, 4/2 Lucent Danstheater Den Haag, 5/2 Stadsschouwburg Amsterdam. Zonder Nederlands Balletor kest: 18/3 Stadstheater Zoeter- meer, 25/3 De Flint Amers foort. Cox Habbema volgt Digna Sinke op bij federatie kunstenaarsverenigingen Cox Habbema is de nieuwe voorzitter van de Federatie van Kunstenaarsverenigingen. Het algemeen bestuur wees haar tijdens de jaarvergadering in Amsterdam aan als opvolgster van Digna Sinke, die sinds 1991 voorzitter was. Habbema (54) is een goede bekende in de kunstensector Ze begon haar loopbaan in 1968 als regisseur en actrice bij Toneelgroep Cen trum, werkte daarna vijftien jaar bij het Deutsches Theater in Berlijn en keerde halverwege de jaren tachtig in Nederland terug om aan de slag te gaan als drama-expert bij de NOS en als directeur van Poëzie Hard op. Van 1986 tot 1996 was ze directeur van de Stadsschouw burg in Amsterdam. De afgelopen jaren heeft Habbema zich als producent, regisseur en actrice gemanifes teerd op verschillende plaatsen in de Nederlandse film- en the aterwereld. Daarnaast heeft ze altijd een groot aantal bestuur lijke functies bekleed, zowel in de kunst en cultuur als bij be drijven en non-profitorganisa- ties. De Federatie zegt verheugd te zijn dat iemand met zo'n achtergrond en uitstraling als Cox Habbema haar vaandel drager wil zijn, zeker in een tijd „dat de positie van scheppende en uitvoerende kunstenaars zwaar onder druk staat". De scheidende voorzitter, filmre gisseur Digna Sinke, sprak in haar afscheidsrede haar af schuw uit over de door staats secretaris Van der Ploeg (cul tuur) gepropageerde markt werking in de kunstensector. „Die discussie schampt langs elke essentie heen. Verbazing wekkend is het niet, denk ik in mijn somberste buien: het heeft te maken met een maat schappij waar consumentisme en materialisme de maat der dingen zijn geworden. Sinke vindt dat de kunste naar vrij moet zijn ..om schijt te hebben aan alles". „Het gaat in de kunst om al die unieke, originele, verontrustende, uit dagende, schokkende, smake lijke, esthetische, brutale, per soonlijke visies van mensen in olieverf, kilobytes, letters, no ten, videotape, bewegingen, of wat dan ook. Om passie. En wat mij betreft in een oneindi ge variatie van toegankelijkheid en verkoopbaarheid. 1DAG 14 JANUARI 1999 )E Of' lilharmonisch Staatsor- lin heeft de eer om de 'kleine concertzaal' van rskerk in te wijden. Net e Hooglandse is ook in 'multifiinctional' een ing gecreëerd. Het koor :n min of meer afgeslo- ioorzaal geworden met hoogde houten vloer in- vloerverwarming. De :k is hiermee aanzienlijk rd. )rkest heeft meer ver- an het bedroevend klein mensen dat gisteravond opdagen. Niet dat dit opwindend is, iets te vertellen heeft in pro- akeuze of opvatting, ane kleine Nachtmusik' symfonieën (Haydn en zijn niet de verrassing eeuw. Bovendien heeft lent Benjamin Ashkena- deze 'oude kost' geen iwend recept voorhan- orkest heeft een goede dank, de celli en (vier) lassen zijn prominent de violen overheer st. De blazers daarente gen weinig volume en uwelijks doordringende, 6&8Ü t00n" De Prakt'jk in 25.02 euwe ambiance zal leren minklank' iets te maken et de akoestiek, name de sluitstukken 1 overtuigend gespeeld, orkest maar voluit mag dan wordt het coloriet iveii ansrijk. krijgt expressie s- 'n 4e langzame en in de zachte delen wor- ereb e noten wel keurig ge- enige dynamiek aange- niaar het verhaal loopt uit, heeft geen perspec- Mozarts symfonie in G 0) is het Bulgaarse Staats- 3P z'n best. In een pittig voor het eerst met een voor subtiele timing, is lfk als sluitstuk een ldein punt. Tromboneklanken snijden door de koude lucht boven het Süd- friedhof. de grootste dodenak ker van Leipzig. Een hommage aan Marinus van der Lubbe, de bloedrode rebel die in 1934 in Leipzig zijn jonge hoofd verloor onder de valbijl wegens brand stichting in de Duitse Rijksdag. Kleumende radio- en televisie ploegen en schrijvende journa listen verdringen zich om de steen die het kunstenaarsduo Sluik-Kurpershoek heeft ont worpen als gedenkteken aan onze Rinus, een gebeurtenis die zowel in Nederland als in Duits land een ware mediahype op gang heeft gebracht. Een onver wacht gevolg van de inspannin gen van de Stichting Een Graf voor Marinus van der Lubbe. Het gedenkteken bevindt zich zo'n 15 meter vanaf de plek waar de resten van Marinus nu al jarenlang sluimeren in een loden kist, temidden van zes andere graven. Zonder zerk. De halfzuster van Marinus van der Lubbe, mevrouw Derix- Sjardijn uit Dortmund, en Eliza beth van der Lubbe, een achter nicht van de jonge Leidse met selaar, kijken bedrukt temidden van de vele hoogwaardigheids bekleders die hier hun woordje moeten doen. Van der Lubbe's halfzuster draagt een wit bont hoedje dat is doorschoten met grijs. De plooien om haar mond verraden ontroering. „Ik geloof nooit dat Marinus welbewust naar Berlijn is gegaan om die Rijksdag in brand te steken. Hij kwam er gewoon langs en toen heeft hij het gedaan. Zomaar. Daar heeft hij niet lang over na gedacht". zegt ze tegen een Duitse televisieploeg. Van ont roering begint ze Hollands te praten. Loco-burgemeester Teschen- se van Leipzig ondersteunt het initiatief van harte. In zijn toe spraak schemert door dat hij Van der Lubbe toch wel een beetje een held vindt. „Hij heeft het koele hoofd geboden aan de nazi's". Een beetje in de trant van: „Gans het raderwerk staat stil. zo uw machtige hand dat wil." Maar voor de voltallige pers wil hij dat niet beamen. Dat ligt toch een beetje te ge voelig. De Leidse wethouder Alexan der Pechtold houdt evenals Te- schense een toespraak bij de steen. Hij eindigt met de veelge- sproken en afgesleten woorden: „Dit mag nooit meer gebeu ren." Maar ach, misschien zijn die woorden in Duitsland nog niet zo bekend. Over een herbe grafenis van Van der Lubbe heeft Pechtold zo zijn eigen ge dachten. „Dat is een zaak van de familie. Ik heb iemand horen zeggen: laat de resten van Van der Lubbe maar in Leipzig blij ven, zodat ze zich daar voor eeuwig kunnen schamen. Tijdens de plechtigheid maakt kunstenaar Ron Sluik be kend dat er een foutje in de steen is geslopen. Het woord 'schlecht' is op zijn Hollands ge schreven. „Maar misschien is dat een foutje dat wel bij Van der Lubbe past." Als het doek over de steen voor Van der Lubbe wordt weg getrokken, beginnen er ergens kerkklokken te luiden. Zo hard dat de sneeuw bijna van de tak ken tuimelt. Leidenaar Ben Walenkamp, een van de drij vende krachten achter dit initia tief, legt samen met wethouder Alexander Pechtold een grote bos bloemen aan de voet van de steen, die een kopie is van de stenen waaruit het Rijksdagge bouw is gemetseld. Op het ge- denktteken is een foto gemon teerd van de Noordzeebran- ding. „Ein bischen Heimweh is nooit weg", zegt kunstenaar Ron Sluik. Een trombonespeler, een man met een grijze paarden staart en een uiterlijk dat vele doorwaakte nachten verraadt, laat een wat strijdbare melodie horen die sommige toeschou wers een glimlach op de lippen brengt. Beetje avantgardistisch. Niet het nummer 'Solitude' van Duke Ellington, zoals is beloofd Na afloop zijn er koffie en broodjes, zoals op een begraaf plaats past. De Lubbe-bus uit Leiden, waarmee zo'n beetje de gehele vaderlandse pers naar Leipzig is gereisd, staat warm te draaien voor de aula. Gsm-toestellen worden uit binnenzakken ge grist, elke sneeuwvlok wordt doorgebeld naar de redacties. Nog even en dan is Van der Lubbe weer alleen. Op de steen die ter ere van hem is geplaatst, ligt een grote doos Zwaluwluci fers. Keep the homefire bur ning, kameraad! Overigens is bijna niets zeker rondom Van der Lubbe. In de documentaire "Water en vuur' van regisseur Joost Seelen lig gen de stoffelijke resten van Marinus op een andere plek dan waar de kunstenaars Sluis- Kurpershoek ze situeren. „Nee hoor, echt, ze liggen hier", zegt René Kurpershoek en hij laat een tekening zien waarop het graf met een kruisje is aangege ven. Dat zou betekenen dat re gisseur Joost Seelen op een ver keerde plek heeft staan filmen. Zelf heeft de begrafenisonder nemer Schmidt mij destijds mee naar het graf van Van der Lubbe genomen. „Maar dat was een vergissing", zegt hij nu en hij maakt zich met een geheim zinnig glimlachje uit de voeten. theater recensie dick van teylincen Voorstelling Rijk en Maarten Regie Mare Nelissen Gezien 13/1Leidse Schouwburg. Steeds vaker laten schrijvers zich strikken voor een tournee langs de podia. Zo komen ze nog eens onder de mensen en en passant strijken ze een aardig aanvullend honorarium op. Ook bij het publiek is de literaire lezing in het theater be hoorlijk populair. Conny Palmen en Adriaan van Dis, Remco Campert en Jan Mulder, Joost Zwa german en Ronald Giphart, Boudewijn Büch, ze trekken allemaal flink gevulde zalen. Daarnaast wordt de grens tussen cabaret en li teratuur steeds vager. Freek de Jonge schrijft ro mans, Youp van 't Hek bundelt zijn stukjes en ook de boekjes met theaterteksten van Herman Finkers worden grif verkocht. Vooral jonge schrij vers willen verhalen vertellen en leuk zijn. Net zoals cabaretiers. Rijk de Gooijer en Maarten Spanjer waaien vro lijk mee met de trend. Ze schreven elkaar brieven in de Nieuwe Revu en hebben een stevige boe kenkast op het toneel staan met een boekje of vier daarin: het zijn dus schrijvers. Ze worden aangekondigd door oppompende muziek, ge juich op de band en 'emeritus predikant Vos': 'Beminde gelovigen, broeders en zusters van Lei den...' Hij kondigt Rijk de Gooijer aan als 'onze eigen Archie Bunker' en 'gretig Viagragebruiker', en Spanjer als 'de aan nicotine en oude vrouwen verslaafde geinponem uit Amsterdam'. Samen 'de vader en de zoon van de Nederlandse amuse mentsliteratuur'. Later zal dominee Vos ('onze chauffeur') nog psalmen zingen, eerst solo en dan 't Hijgend hert in duet met De Gooijer. Die zingt de versie met hele noten, want hij heeft een gereformeerde jeugd gehad en een dwarse vader die nooit aan ritmische nieuwlichterij wilde meedoen. De jeugd is ook hier weer een onvermijdelijke bron van inspiratie. Vakanties, een huisje aan zee. tent opzetten volgens vaders onnavolgbare systeem, slecht weer. moeizame ouders, het zijn bekende onderwerpen. De verhalen moeten het niet heb ben van de literaire kwaliteit - ze gaan vaak uit als een nachtkaars - maar naar de vette anekdo tes is het aangenaam luisteren. De Gooijer vertelt ze als geen ander en Spanjer kan goed meeko men. „Zegt Kraaykamp tegen die man in dat autootje naast hem: 'Tante Greet heeft een tulp in d'r reet', waarop die man zegt: 'Immer gerade aus'." De ingrepen van dominee Vos en de ver haaltjes van de komieken tussendoor blinken niet uit in inventiviteit. Maar ach, daar gaat 't ook niet om. Laat Rijk en Maarten maar vertellen. Ze heb ben er duidelijk lol in. leiden» Weinig licht, een volle zaal en mensen die niet stilstaan. En dan toch proberen dat ene moment, die emotie van de artiest, vast te leggen. Of fotografen van de Leidse Amateur Fotografen Vereniging daar tijdens de vorige editie van de Leidse Blues Jazzweek in zijn geslaagd is te zien in het Stadsbouwhuis aan de Langegracht. Onder de selectie foto's van negen amateurfotografen bevindt zich onder meer die van Mrs Einstein van fotograaf Koos Davidse. Ook tijdens de komende Blues Jazzweek, die morgen be gint, zullen de amateurfotografen proberen net dat ene moment te vereeuwigen. De expositie is tot 28 ja nuari te zien, op werkdagen tussen 8.30 tot 17.00 uur. foto pr/koos davidse

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1999 | | pagina 9