'Ik weet niet wanneer XI ophoudt te bestaan' Kampernoelies 136 ZATERDAG 21 NOVEMBER 1998 Regina Louf schreef'Zwijgen is voor daders' Zij is zonder twijfel de meest mtrouersiële vrouw van België. Bijna tee jaar langde kroongetuige van het onderzoeksteam-Dutroux. Onder ienaam 'XIhet middelpunt van een lts ontziende media-oorlogen bittere strijd binnen de politiediensten. I Eenmaal uit de anonimiteit getreden werd Regina Louf in no-time een Bekende Vlaming. Nu heeft ze haar verhaal, dat zulke heftige reacties oproept, de wereld ingestuurd in het boek 'Zwijgen is voor daders. Woest geblaf in de zoom van een Belgische snel weg. Aan het eind van een doodlopend pad ligt een verzame ling witte gebouwtjes met het opschrift: 'Hondenpension Haegelanden'. Op de deur een gekalligrafeerd "briefje met de belofte dat 's avonds alle viervoeters ge knuffeld worden. Nerveuze kippen scharrelen op het erf, terwijl een Dog met de omvang van een kleine pony pa trouilleert. Dit is het domein van Regina Louf in De Pinte. Een vlekje op de West- vlaamse kaart, dat eind 1996 gepromo veerd werd tot het Zwarte Gat van Bel gië. Zo gruwelijk waren de verhalen die Louf aan haar ondervragers vertelde, dat alle hoop, vertrouwen en geloof leek te worden verzwolgen. Misbruikt vanaf haar tweede jaar, in de hotelvilla van haar grootmoeder waar ze werd 'uitgeleend'. Op twaalfjari ge leeftijd verkocht aan Tony, de min naar van haar moeder, waarna een car rière als kindhoertje tot zijn meest per verse wasdom kon komen. „Als maar een deel waar is van wat deze getuige vertelt, staren we in de afgrond", zei Mare Verwilghen, de voorzitter van de parlementaire onderzoekscommissie- Dutroux nadat hij over het dossier-Xl was ingelicht. Speurders die Regina Louf maandenlang bijna dagelijks ver hoorden, voorspelden een doorbraak in het onderzoek naar machtige pedofi- lienetwerken. Zo groot was de samen zwering, dat de 'hooggeplaatste Belgen' met bussen uit Brussel zouden moeten worden afgevoerd. Getuige XI bleek verbluffende details te kennen van enkele moorden op min derjarige meisjes in de periode '75 - '85. Zo gaf zij een vrij getrouwe beschrijving van de champignonkwekerij waar Christine van Hees werd misbruikt en verbrand en wist ze te melden dat het slachtoffer met 'draad' was vastgebon den (elektriciteitsdraad, bleek uit de ou de processen-verbaal). Wat de onder vragers de koude rillingen bezorgde, was de manier waarop XI Belgisch meest beruchte crimineel Dutroux in dit milieu situeerde. Dutroux zou niet het meesterbrein zijn waarvoor men hem aanzag: XI beschreef hem liever als een kleine kruimelaar, een figurant. Anderen waren nog veel erger. Verhoord wordt Regina Louf inmid dels niet meer, maar daarmee is de aan dacht voor haar persoon nog niet weg geëbd. Het programma Panorama waarin zij voor het eerst uit de anonimi teit trad, werd door 983.000 Vlamingen bekeken. Uit peilingen blijkt dat onge veer de helft van de Belgische bevolking haar verhaal nog steeds geloofwaardig acht. Het medialandschap blijft ver deeld in een kamp 'gelovigen' en 'niet gelovigen'. Haar boek Zwijgen is voor daders, dat volgende week ook in Ne derland ten doop wordt gehouden, bleek een bestseller. In de eerste weken werden er in Vlaanderen al meer exem plaren van verkocht dan van de briljante roman Het goddelijke monster van Tom Lanoye. Woordvoerder „De oplage vliegt omhoog", zegt Louf glimlachend. Ze heeft met opgetrokken benen plaatsgenomen op twee plastic kantoorstoeltjes, Jhermoskan koffie op tafel. Vorige week was zij nog te zien in 'Jan Publiek', de Vlaamse beschaafde variant op de David Letterman-show. Onder het volkstribunaal dat haar mocht ondervragen, bleken maar enke le sceptici te zitten. De uitzending was een groot succes, vindt Louf. „Als ik met de grond gelijk was gemaakt, waren ook alle andere slachtoffers van seksueel misbruik in België tekort gekomen, zo voel ik dat. Zij zien mij een beetje als hun woordvoerder. Als ik instort, dan krijgen zij ook klappen. Een zware ver antwoordelijkheid." - Waarom na alle heisa ook nog een boek? „Ik wilde beschrijven hoe het komt dat een slachtoffer van seksueel misbruik zo lang loyaal blijft aan de daders. Waarom een kind dat van jongs af aan in eéh netwerk wordt misbruikt, blijft zwijgen en er niet uitbreekt. Je krijgt honderden keren te horen: dit is jouw schuld, het ligt in je aard. Dat geloof je gewoon. En ik had af te rekenen met mijn familie, die niet achter me is gaan staan en met de rijkswachters en magistraten die het onderzoek hebben vermoord omdat ze mij beschouwden als een fantaste. Alle politiemensen die serieus aan het on derzoek hebben gewerkt, kunnen een verdere carrière wel vergeten." - Je wilt graag geloofd worden Schaterlach: „Nee, ik word graag door mijn therapeute en mijn partner ge loofd. Mijn boek biedt de mensen wel een kans om na alle controverses een eigen oordeel te vormen. Héél België kan mij niet geloven, simpelweg omdat het onderzoek naar mijn verklaringen niet fatsoenlijk is afgerond." - Vier magistraten hebben onafhankelijk van elkaar verklaard dat er geen mate riële bewijzen zijn gevonden die jouw verhalen staven. „Iemand heeft ooit gezegd: pedofilie is de meest perfecte misdaad. Als slachtof fer word je nooit geloofd. Hoe gruwelij ker het verhaal, hoe minder je geloof waardigheid. Ik heb inderdaad overwo gen: ik zeg gewoon een paar dingen niet, om die reden. Maar ik zit nu een maal zo in elkaar dat ik graag alles wil vertellen. Ik kan niet kiezen tussen de waarheid en het zwijgen. En er blijven toch voldoende elementen die na verifi catie bleken te kloppen. Hoe had ik an ders twee jaar lang een legertje politie mensen aan het werk kunnen houden?" - De praktijken die jij in je boek be schrijft: babymoorden, het met geweren jagen op kinderen in de bossen, pedofi- lienetwerken, bestaan nog steeds? „Zeker. In 1992 kreeg ik signalen dat-het gewoon doorging in Gent, met kinderen en dezelfde kring van mensen. Ik ben naar de rijkswacht gestapt maar die zei: 'Dit is te groot voor ons, hier willen we onze vingers niet aan branden.' Mijn daders zullen altijd vrij blijven, dacht ik. Tot ik in de zomer van 1996 op televisie beelden zag van twee meisjes die levend uit een cel van Dutroux bevrijd werden omdat de politie één tipgever serieus had genomen. Het was de eerste keer dat er toch 'iets' werd gedaan." - Waarom werd het onderzoek naar jouw verhaal volgens jou gefrustreerd? „België kon zich na het drama Dutroux niet nog eens zo'n affaire permitteren. Ten tweede: een aantal mensen in de politiek, rijkswacht en magistratuur had een hoop te verliezen. Zij hebben aan de noodrem getrokken. Uit angst dat er te veel aan het licht zou komen, is de eerste rechercheploeg van het onder zoek afgehaald." - Dat was misschien niet gebeurd als die speurders bewijzen hadden gevonden. „Ik pretendeer niet dat alles klopt wat ik gezegd heb. Ik heb dingen door elkaar gehaald. In mijn geheugen zijn bepaal de herinneringen vervormd. Mijn tijds besef, het aantal mensen dat ergens bij aanwezig was, dat soort dingen. Maar de feiten zelf, de scènes, bepaalde inte rieurs, staan in mijn geheugen gegrift." Het boek van Regina Louf is ver schenen bij uitgeverij Houtekiet- /De Fontein en kost 34,90 gul den. Hieronder enkele citaten uit het boek. 'Ik ben bang dat als ik ga huilen, ik nooit meer kan ophouden, dus huil ik niet. Ik ben bang dat als ik ga haten, ik nooit meer ophoud te haten, dus haat ik niet. Zij (moeder) mocht vaak kiezen wie me het eerst mocht nemen en ze voerde die opdracht gretig uit. Ze schonk me weg, applaudisseer de als ze me op de tafel legden. 'Het spel ging vlot door, de man nen amuseerden zich prima en ik werd angstiger dan ooit tevoren. Toen de meisjes hun kleren alle maal kwijt waren begonnen ze te mikken. Bewust schoten ze naast hen, joegen hen op, en lachten om hun angst. 'De andere man. kleiner en dik ker, schopte mijn benen uit elkaar terwijl hij zijn rits opende. Ik hoorde het geluid. 'Neeeeü'gilde ik terwijl de gil gesmoord werd in de handpalm van de grote man. 'Ik was vier' roep ik tegen mezelf, ge luidloos. 'Ik was vier, want er stond nog een stuk taart in de ijs kast, de taart die 's middags was uitgedeeld, en ik had de kaarsjes uitgeblazen'.' - U lijdt aan wat een 'versplinterde per soonlijkheid' wordt genoemd. Volgens de vakliteratuur is een van symptomen dat realiteit en fantasie met elkaar verward kunnen worden. De ploeg psychiaters die u onderzocht, kwam tot de conclusie: ge tuige XI moet serieus worden genomen. Maar zij kan gebeurtenissen in haar ge heugen hebben gecreëerd. Feiten uit boe ken, verhoren, therapie-sessies, voor waar zijn gaan aannemen. „Ik ben dertig uur lang getest en de con clusie was: Regina is wel érg nuchter. Ik weet heel duidelijk wat mijn herinne ring is. Ik ken perfect het verschil tussen dromen en herbeleving. Ik heb echt niet mijn nachtmerries aan de politie ver teld! Het is waar: ik heb lang therapie gevolgd, maar ik ben daardoor een sta biele persoon geworden. Hypnose-ses- sies heb ik bijvoorbeeld altijd gewei gerd: wat ik mij gewoon herinner, is al gruwelijk genoeg. - U was niet de enige 'X'-getuige. Ande ren, met soortgelijke verhalen, vielen al snel door de mand omdat zij er aan toonbaar op los fantaseerden. Er zijn ook mensen die heilig geloven dat zij door UFO's on woerd zijn en slachtoffer wer den van buitenaardse medische experi menten. „Klopt. Het is vaak zo dat patiënten met persoonlijkheidsstoornissen dingen door elkaar halen. Het werkt een beetje als een spons: men zuigt alles op. Bij mij is dat niet gebeurd. Ik weet ook niet wat het verschil heeft gemaakt. Ik was een onverwoestbaar kind. Beter bestand te gen de druk. Ik probeerde mezelf bij voorbeeld mentaal gezond te houden door boeken stuk te lezen over onder werpen als archeologie en paleontolo gie. Daardoor werd ik niet helemaal door het seksueel misbruik beheerst. Maar ik geef toe: het is een beetje a-ty- pisch." - Ooit gemerkt dat mensen dachten: die Regina Louf is zo gezond, wat zij beweert kan ze nooit zelf hebben meegemaakt? „Ja, vooral de tweede groep speurders was vreselijk. 'Je ziet er veel te gelukkig uit' zeiden ze. 'Te perfect. Je zult er wel veel plezier aan hebben beleefd'. Ze duwden me tot de rand. Bijna heb ik toen schreiend al mijn verklaringen in getrokken. Ik heb toen echt op mijn tan den moeten bijten." Licht verontwaardigd: „Ik kan het ook niet helpen dat mijn therapie inmiddels is afgerond, dat ik weer gevoelens heb en weer kan lachen. Zo zijn er ook slachtoffers die relatief goed functione ren ondanks jaren in een concentratie kamp." - Toen de politieteams elkaar in de ha ren waren gevlogen en het onderzoek naar jouw getuigenissen leek vast te lo pen, heb je de publiciteit gezocht. Dat heb je wel geweten. „Ik dacht eerlijk gezegd: het zal de men sen nauwelijks interesseren. Maar er stak een storm op. Ik had het gevoel: ik ben op oorlogsgebied beland. In de me dia ontbrandde een strijd die vooral ging om de vraag: wie krijgt er gelijk? Nu nög is het voorpaginanieuws als mijn ouders met een verklaring komen die mijn vriend in een slecht daglicht stelt. Dan denk ik: zijn er geen belangrijker zaken aan de hand?" - Nooit spijt gehad? „Niet over het feit dat ik mijn anonimi teit heb opgegeven. Het heeft me om te beginnen van mijn familie verlost. Ik er vaar het als een enorme bevrijding dat die banden nu zijn doorgesneden. Zij hebben niet mijn kant gekozen, maar die van de daders. Het heeft me jaren gekost om dat in te zien. Ik heb veel te lang met ze gedweept. Als ik nu de fo toalbums van mijn jeugdjaren zou krij gen, zou ik ze meteen op de brandstapel gooien. Het kind dat daarin staat, dat was ik niet. Ik ben een wees." - Uw ouders hebben ervoor gezorgd dat uw boek één dag uit de handel werd ge haald. „Ja, het gevolg was dat nu nog meer mensen mijn boek willen kopen. Bijko mend voordeel is dat ik nu mijn dossier mag inzien. Echt, als je dat leest... Met mijn advocaat en enkele journalisten ploegen we de stukken nu door. Over een jaar komen we naar buiten met het gedocumenteerde verhaal dat het on derzoek systematisch is vermoord. En de hetze die mijn ouders nu via de me dia tegen mij voeren... Ach, het feit dat ze met modder gooien, kan alleen maar bijdragen aan hun ontmaskering." Lacht: „Ze verdienen echt een Oscar in de categorie drama." - Komt er ooit een eind aan de publieke figuur XI? Voor het eerst in het gesprek is er een lichte aarzeling. Dan zegt Regina Louf: „Ik weet niet wanneer XI ophoudt te bestaan. Het zal me nog lang achtervol gen. Mijn job als getuige zit er in elk ge val op. Nou ja, als de eerste dader uit het pedofilienetwerk waarin ik als kind meedraaide, aangehouden wordt... Dan gaat XI echt de kast in." PAUL KOOPMAN en MARC PEEPERKORN Onze Taal Ik werk in een studentenstad. Er zijn allerlei mensa's, gaarkeukens of studentenrestaurants. De meeste heten hier Alma, wat niet handig is maar ondervangen wordt doordat de Alma's genummerd zijn. Ik eet wel eens in de Alma-1. Het eten is er lang niet slecht, het is hier vlak om de hoek en men treft er geregeld leden van het Comité 'Ei zo na'. Vo rige week stond er een gerecht op het menu met kampernoelin. Ik had daar nog nooit van gehoord, van kampernoelin, en bestelde om zeker te zijn iets anders. Wat de boer niet kent, dat eet hij niet. Mijn Vlaamse collega's kenden het woord wel, maar ze zeiden er meteen bij dat champignons toch meer gebruikelijk was. Er moet een purist in de keuken van Alma-1 zijn. Niet om puree te maken, maar om Franse woorden van het menu te ver vangen door Nederlandse, want zoveel is zeker dat de champignon van Franse af komst is. Dat het woord kampernoelie weinig meer gebruikt wordt, ook in Vlaanderen, blijkt ook hieruit dat het wel vermeld staat in het 'Zuidnederlands Woordenboek' van Walter De Clerck (1981) maar niet is opgemerkt door Ton van der Wouden in zijn 'Vlaamse taai-eigenaardigheden' (1998). Het Franse champignon, vroeger ook 'champegnuel', is een vervorming van het Latijnse '(fungus) campagniolus', ofte wel: veldpaddestoel. Dat is niet speciaal on ze champignon, maar in 't algemeen: eet bare paddestoel. In het middeleeuwse Ne derlands is dat overgenomen als 'comper- noel', 'campemoel', en sedert de 16de eeuw als 'campernoelie'. Het is dus eigenlijk een beetje vreemd om het Franse champignon te willen ver mijden ten gunste van het 'Nederlandse' kampernoelie, want kampernoelie is even zeer aan het Frans ontleend, alleen een paar honderd jaar eerder. De vorm kamper noelie is er sedert de 16de eeuw, de vorm champignon sedert de 18de eeuw. liet laat ondertussen wel zien dat leenwoorden, als ze maar lang genoeg in onze taal voortle ven, hun vreemdheid verliezen en zo ge woon kunnen worden dat ze als purisme te genover een jonger leenwoord gesteld kun nen worden. Ik ontdek ook dat het woord kampernoelie destijds niet beperkt was tot de Vlaamse gebieden, en evengoed in Nederland het gewone woord is geweest. In de 19de en 20ste eeuw is het meer en meer vervangen door champignon. Dat het in het Zuiden wat langer gebruikt werd, zou kunnen ko men doordat men er wat meer geneigd is Franse woorden te vermijden. Ik geef toe: uiterst selectief, maar toch. In het algemeen ben ik geen voorstander van purismen. Ik beschouw het als een vorm van xenofobie, vreemdelingen-angst, een niet ongevaarlijke ziekte die snel kan omslaan in vreemdelingen-haat. De purist van de puree is me aangenamer dan de pu rist van de purismen. Woorden als duim- spijkertje voor punaise of stortbad voor douche doen mij gekunsteld aan. De kam pernoelie heeft bovendien nog het nadeel zelf ook niet van vreemde smetten vrij te zijn. Het is dus niet omdat ik van purismen houd. dat ik toch de kampernoelie wel mag. Het woord hééft wat. Het heeft iets sympathieks. Het klinkt bepaald beter dan sjampiejon, en verdient mijns inziens een tweede leven. Ik zal er een goed woordje voor doen in het Comité, ook al moeten we voorkomen dat het voortaan het Kamper noelie- Komitee wordt. En ik neem mij voor om zelf van nu af aan van kampernoelies te spreken, als het zo uitkomt. Weg met de champignons. Toen mijn kinderen vijf en zes waren, hadden zij een vreselijke hekel aan 'pad destoelen' in hun eten. Die aten ze niet, on der geen beding. Een tijd lang wist ik dat te omzeilen door te zeggen: Welnee, het zijn geen paddestoelen, het zijn champignons. Champignons aten ze wel, ofschoon met te genzin, zolang maar zeker was dat het geen paddestoelen waren. Dat ging een hele poos goed. Totdat mijn dochter op zevenja rige leeftijd ontdekte dat champignons wel degelijk paddestoelen waren. Toen was de beer los, ik viel door de mand als een be drieger en het heeft meer dan tien jaar ge duurd voordat er weer eens af en toe cham pignons op tafel kwamen. Had ik destijds het woord kampernoelies gekend, ik had wellicht nog mijn gezicht kunnen redden. Ik had kunnen zeggen: O, bedoel je kam pernoelies? Had dat dan meteen gezegd! Volgens de nieuwe spelling blijft de pad destoel overigens een paddestoel. Het is maar dat u het weet. Het is geen padden stoel geworden. Althans in de editie van het Groene Boekje die ik heb, want ze verande ren die geloof ik drie keer per jaar. Louf: „Ik pretendeer niet dat alles klopt wat ik gezegd heb. FOTO C PD PETER-VINCENT SCHULD

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1998 | | pagina 51