joede economie leidt tot nieuwe geboortegolf
]en bonte mengeling
n eendracht
mast elkaar
BODDENS H0SANGWËG
931
ZATERDAG 14 FEBRUAR11998
\jederland beleeft een nieuwe
'babyboom'. Het Centraal
üreau voor de Statistiek gaat
m ieen voorzichtig scenario dit
ar uit van een evenaring van
onverwacht hoge, landelijke
boortecijfer in 1997. Maar de
nwas kan ook groter worden,
iegelen de demografen voor.
Ziekenhuizen, de kraamzorg,
de kinderopvang en de
babywinkels moeten volgens
tt CBS niet raar opkijketi als
it geboortecijfer dit jaar stijgt
tot maximaal 203.000.
Het kind als 'consumptiegoed'
In de grootste broedplaats van Neder
land lacht Roline van Dams om de
vraag. Merkt het hoofd van de kraam-
afdeling van het Sint Franciscus Gasthuis in
Rotterdam dat Nederland op dit moment een
nieuwe babyboom beleeft? „Je zou het wel
denken. Ik heb veertig medewerkers. Van hen
zijn er zeven zwanger. Zoiets heb ik nog
nooit beleefd. Het maakt ons blij, maar het
bezorgt ons ook een probleem. Er moeten
heel veel mensen worden vervangen."
Na een gestage daling tussen 1992 en 1995
werd in het Sint Franciscus de stijgende lijn
in 1996 hervonden. Toen kwamen 2038 kin
deren ter wereld op de vierde verdieping van
het markante flatgebouw langs rijksweg 20.
In 1997 waren dat er 2185. Het Sint Francis
cus behield daarmee zijn unieke positie. Het
is een middelgroot ziekenhuis, maar nergens
in Nederland worden meer kinderen gebo
ren. Het jaar is nog vers, maar aan het eind
van 1998 kan het Sint Franciscus Gasthuis
waarschijnlijk opnieuw groeicijfers produce
ren.
Bij het CBS heeft socioloog en demograaf
Jan Latten een opvallend eenvoudige verkla
ring voor de nieuwe babyboom. „Econo
misch gaat het goed, we beleven al twee jaar
een hoogconjunctuur. Het CBS doet regel
matig onderzoek naar het consumentenver
trouwen. We vragen mensen onder meer hoe
zij hun toekomstige financiële situatie zien.
Als het consumentenvertrouwen stijgt, stijgt
het geboortecijfer, met een vertraging van
één jaar. Dat zien we op dit moment gebeu-
Toch was ook Latten verrast toen hij de cij
fers over 1997 onder ogen kreeg. Mede op
basis van het optimistische gemoed van de
samenleving voorspelde het CBS dat het ge
boortecijfer zou uitkomen op 190.000. Het
werden er zesduizend méér. In 2001 zijn al
leen al driehonderd extra leerkrachten nodig
om de 'onaangekondigde' aanwas op de ba
sisschool op te vangen.
Met een verdere groei houdt Latten dit jaar
serieus rekening. „In december hebben we
het hoogste consumentenvertrouwen ooit
gemeten. Je ziet bij voorbeeld dat het aantal
gezinnen met drie kinderen toeneemt." Meer
dan 200.000 baby's, dat zou een opvallende
voetnoot in de naoorlogse geschiedenis ople
veren. Zelfs in 1991, ook een kinderrijk jaar,
lukte het niet. In 1972 gebeurde dat voor het
laatst, er kwamen in dat jaar welgeteld
214.133 kinderenter wereld.
Oneerbiedig gezegd is een kind een con
sumptiegoed, net zoiets als een nieuwe auto,
zegt CBS-demograaf Latten. Wie promotie
maakt, koopt een nieuwe auto of een huis
met een extra kamer. Of doet aan gezinsuit
breiding. „Maar ik zeg het liever met meer
respect. Mensen denken in de regel niet aan
kinderen als het bestaan onzeker is. Het om
zetten van een tijdelijk arbeidscontract in een
vaste baan kan mensen over de streep trek
ken. Dat zie je op dit moment massaal ge
beuren."
Toch wekt het stijgende geboortecijfer ook
verbazing. Het lijkt in strijd met een aantal
maatschappelijke ontwikkelingen. Neder
landse vrouwen worden steeds later moeder.
Hun gemiddelde leeftijd is 30 jaar bij de ge
boorte van de eersteling. Daarmee zijn ze de
oudsten van de wereld. De opgelopen achter
stand halen ze nooit meer in.
Mede hierdoor stijgt ook het aantal vrou
wen dat kinderloos blijft spectaculair. Van de
rond 1950 geboren vrouwen werd vijftien
procent nooit moeder. Als de demografen het
bij het rechte eind hebben, blijft van een jon
gere generatie vrouwen (geboren na 1970)
maar liefst één op de vier vrouwen kinder
loos.
De geboorte remmende omstandigheden
zijn duidelijk zichtbaar, zegt Jan Latten. Maar
ze hebben op dit moment alleen niet de
overhand. „Wat opvalt, is dat minder vrou
wen het geboortecijfer op peil moeten hou
den. Je ziet duidelijk een tweedeling ont
staan; meer kinderlozen. Aan de andere kant
zie je dat meer moeders een derde of zelfs
een vierde kindje krijgen."
Gemiddeld blijft het uiteindelijk kindertal,
ondanks de huidige geboortehausse, vermoe
delijk steken op 1,7 per vrouw. Ter vergelij
king: de rond 1930 geboren vrouwen kregen
gemiddeld 2,5 kind. Bij de geboorte van het
eerste kind waren ze gemiddeld 25,5 jaar.
Voor mannen geldt een vergelijkbaar ver
haal. Met name hoger opgeleide mannen sla
gen er volgens de CBS-onderzoeker niet in
hun oorspronkelijke kinderwens te realise
ren. „Deze mannen zijn afhankelijk van hun
partner, die meestal ook hoog opgeleid is. In
verband met studie en het opbouwen van
een carrière stellen zij het krijgen van kinde
ren uit. Verder gaan veel van deze jonge stel
len na een paar jaar uit elkaar. Het gevolg is
dat vier van de tien hoog opgeleide mannen
op hun 35e nog kinderloos zijn."
Ziet demograaf Latten een groeiende twee
deling tussen moeders en niet-moeders, in
de praktijk van het Rotterdamse Sint Francis
cus constateren ze op de kraamafdeling een
ander onderscheid. Nederlandse vrouwen
zijn gemiddeld wat ouder dan hun leeftijdge
noten van buitenlandse origine, bewijst de
praktijk ,Van onze klanten is 64 procent al
lochtoon", zegt Roline van Dams, zelf van
Surinaamse komaf. „Je ziet dat velen relatief
op wat jongere leeftijd kinderen krijgen."
Het Nationaal Instituut voor Budgetvoor
lichting (Nibud) berekende onlangs dat ou
ders vanaf de geboorte tot het 18de levens
jaar een ton aan hun telg verspijkeren. Het
stijgende geboortecijfer belooft gouden tijden
voor de thuiszorg, de basisschool, de dieren
tuin, de babyspeciaalzaak, de zuigelingen
zorg en al die andere bedrijven en instellin
gen die hun bestaan aan het jonge leven dan
ken.
Een kanttekening is echter op zijn plaats.
Ook in babyland groeien de bomen niet tot
in de hemel. In 1999 is het gedaan met de
groei, daar zijn de meeste demografen het
over eens. En in het begin van de volgende
eeuw slaan de gevolgen van de oliecrisis uit
1973 onverbidddelijk en hard toe. Indertijd
leidden oplopende energieprijzen en de hoge
kosten van de welvaartsstaat tot een econo
mische crisis. In het begin van de jaren tach
tig zorgde de recessie zelfs voor een daling
van het nationaal inkomen per hoofd van de
bevolking. In dezelfde periode gingen steeds
meer vrouwen studeren en werken. Beide
ontwikkelingen bezorgden het geboortecijfer
destijds een doodsklap. Werden er in 1970
239.000 kinderen geboren, in 1975 waren dat
er nog maar 177.000.
Deze 'kleine' generatie, geboren in de jaren
'70, neemt begin volgende eeuw in voort-
plantingsland de fakkel over van de kinderen
van de jaren zestig. En omdat ze met weinig
zijn, brengen de 'zeventigers' weinig kinde
ren voort. Enkele prognoses van het CBS voor
de volgende eeuw; in 2011 worden er 169.000
baby's geboren, tien jaar later zullen dat er
177.000 zijn. De conclusie is snel getrokken.
De babyboom van 1997 en 1998 komt mis
schien wel nooit meer terug.
BURGEMEESTER VAN 1928-1935
Rubriek over straten, lanen, stegen, hofjes, grachten en vaarten
in Leiden en omgeving. Bewoners vertellen over de plezierige
kanten van hun woonomgeving, maar ook over grote of kleine
problemen. Vandaag: de Boddens Hosangweg in Woubrugge.
Alle bewoners van de Boddens Hosangweg
in Woubrugge hebben hetzelfde pro
bleem: hoe leggen zij uit waar ze wonen?
Wie bedenkt zo'n onuitsprekelijke naam voor een
dijk die tot en met de laatste oorlog Achterweg heet
te, als tegenhanger van de Voorweg die is omge
doopt in Van Hemessenkade?
Het naoorlogse gemeentebestuur hield oud-bur
gemeester Jacob Eliza Boddens Hosang kennelijk
graag in ere. Nu waren er goede redenen om
Boddens Hosang, destijds de jongste burgemeester
van het land, zijn straat te gunnen. Hij bestuurde
Woubrugge van 1929 tot 1935. „Hij werd niet alleen
gerespecteerd zoals andere burgemeesters, maar hij
was ook geliefd", zegt de 77-jarige bewoonster
Catrien Kinkel. Zij ziet de lange gestalte van de bur
gemeester nog haarscherp voor zich.
Boddens Hosang kwam regelmatig buurten in zijn
oude dorp. „In de oorlog had hij hier zo zijn adresjes
als hij op hongertocht ging", zegt Henk de Jeu (70).
De oud-burgemeester, naar wie ook de Boddens
Hosangstraat in Doetinchem verwijst, ging de boer
op voor onderduikers. Door zijn anti-Duitse opstel
ling was het in 1946 extra gemakkelijk om een straat
naar hem te vernoemen. „Er zal hier niet zo gauw
een Mumsenstraat komen", grinnikt oud-verzets-
strijder Jaap Kinkel (84). Van burgemeester Mumsen
was bekend dat hij in de oorlog samenwerkte met de
Duitsers.
De populatie van de twee kilometer lange dijk be
staat grof genomen uit boeren, arbeiders, handela
ren en nog een enkele middenstander. Nazaten van
bewoners van het eerste uur zijn zich nog altijd be
wust van wie 'goed' en 'fout' was in de Tweede We
reldoorlog. Norbert Schmelzer, de latere minister,
hield zich in de hongerwinter schuil aan de latere
Boddens Hosangweg. Als lid van het studentenverzet
zat hij van oktober 1944 tot mei 1945 ondergedoken
bij de familie Wester, die hij kende omdat de woon
boot van zijn Wassenaarse vriend Dick de Jong voor
hun huis dobberde.
„De familie Wester is mij dierbaar", zegt de 76-ja-
rige Schmelzer, die van 1971 tot 1973 minister van
buitenlandse zaken was. „Bij hen was ik volkomen
safe. Als er gevaar dreigde, verstopte ik me in het
weiland aan de overkant van dat water. Pas als me
vrouw Wester een wit laken uithing, kwam ik terug.
Ook vermomde ik me soms als boer en deed alsof ik
op het land werkte. Na de oorlog heb ik de Westers
nog regelmatig opgezocht. Toen het echtpaar vijftig
jaar getrouwd was, gaven ze mij de stoel waarover ik
als onderduiker mijn kleren hing, een originele tho-
net. Dat vond ik een buitengewoon charmante ges
te."
Tot zijn geluk merkte Schmelzer („Ik wist niet
eens hoe veel onderduikers er bij Wester zaten")
nooit iets van NSB-sympathieën onder de dijkbewo
ners. Henk de Jeu, die bijna zijn hele leven een stra
tegische positie op de kop van de dijk bezette, kan
zich echter de pro-Duitse strijdliederen nog herinne
ren die over de weilanden langs de Achterweg klon
ken.
De gewezen autoverkoper woont al 32 jaar op wat
eens het erf van het hotel (het huidige restaurant Het
Oude Raedthuys) was, vlakbij de brug. Als jongen
groeide hij schuin tegenover zijn huidige woning op
in het dijkhuisje waarin nu zijn zus en zwager leven.
Na een telefoontje weet hij het oude adres weer:
Achterweg A 103. „Hier stonden nog allerlei winkel
tjes, maar die hebben het hoofd niet boven water
kunnen houden. Verder heeft de tijd hier bijna stil
De Boddens Hosangweg. Bewoners vormen een bonte mengeling, in eendracht naast elkaar.
gestaan." Hans van der Wereld beaamt dat. Hoewel
hij in Alphen woont, kent de amateur-historicus het
dorp Woubrugge als zijn broekzak. „Maar op de
Boddens Hosangweg heb ik niets te zoeken. De an
dere kant van het dorp, zeg maar de westkant, heeft
zich veel meer ontwikkeld."
Als laatste der Mohikanen houdt melkboer Kees
van Klaveren zijn winkel aan de Boddens Hosang
weg draaiend. ,A1 doet hij dat eigenlijk meer met
zijn rijdende winkel", zegt echtgenote Co van Klave
ren, „waarmee hij het hele dorp afrijdt. Ik ken ieder
een uit onze straat - die ook wel goudkust wordt ge
noemd - maar lang niet-iedereen koopt bij ons."
Voor een impuls langs de dijk was de Alphense
scheepswerf De Dageraad verantwoordelijk. Om
personeel te paaien liet de directie in een grijs verle
den her en der huizen bouwen. Zo verrees naast de
ouderlijke woning van De Jeu een blokje van drie
huurhuizen voor Dageraad-personeel. Jan van Oos
tende is één van de laatste Dageraders die, jaren na
sluiting van de werf, nog een arbeidershuisje aan de
dijk bewoont. „Ik wil hier niet weg", bromt hij.
„Moet je eens kijken wat een ruimte." Daarmee
doelt de 69-jarige Woubruggenaar niet op de rom
mel in zijn kleine woonkamer, maar op zijn uitzicht
op de akkers achter zijn huis, richting Ter Aar. Voor
dendert een vrachtauto over de Boddens Hosang
weg, maar Van Oostende merkt het niet eens meer.
De wekker hoort hij 's morgens ook niet altijd. Dat
was vroeger wel anders. „Als dan de fluit van de (Na
bijgelegen) Dageraad ging, sprong ik op mijn brom
fiets en verscheen ik precies op tijd op mijn werk."
Van Oostende was dan niet de enige, want ook zijn
buren stonden bij De Dageraad op de loonlijst.
Hoewel Van Oostende bij zijn straatgenoten de
deur niet platloopt, voelt hij zich op zijn plaats tus
sen de boeren, de burgers en buitenlui die de dijk
bevolken. Op zijn beurt houdt overbuurman De Jeu
een oogje in het zeil bij Van Oostende, die je met
zijn onafscheidelijke bromfiets kon uittekenen. „Jan
kwakkelt een beetje nadat zijn vrouw vorig jaar is
overleden." Ook Bouw van Wijk, van de in Wou
brugge wereldberoemde jachtwerf, leeft met de oud-
Dagerader mee. „Jan moest beter uitkijken als hij in
het donker met zijn hond over de weg loopt. Dat
wordt nog eens zijn dood."
Hij heeft het nog niet gezegd of een vogel vliegt
zich te pletter tegen één van de kraakheldere ramen
van zijn stulpje aan de T-kruising van Woudwete
FOTO HIELCO KUIPERS
ring, Wijde Aa en Paddegat. Kans om de klap te
overleven krijgt het vinkje überhaupt niet, want de
kat heeft hem al tussen zijn kaken geklemd. „Dat is
nu eenmaal de natuur", verzucht Van Wijk.
In de geschiedenis van de Boddens Hosangweg
was echter niet uitsluitend sprake van 'een natuurlij
ke dood'. Niemand spreekt er graag over, maar was
het toeval dat in betrekkelijk korte tijd drie dijkbe
woners ontijdig aan hun eind kwamen? Kan het spo
ken op de donkere hoeven die de bewoners soms
welvaart en rust maar soms ook angst en verderf
brachten? Henk de Jeu en zijn echtgenote Corrie leg
gen zelfs verband tussen de oorlog en de drie (zelf-
)moorden, die de geschiedenis van de Boddens
Hosangweg inktzwart kleurden. ,,Als ik vroeger wel
eéns collecteerde", zegt Corrie de Jeu, „voelde ik me
soms zo opgelaten bij die boerderijen. Net of men
sen wat te verbergen hadden. Ik mocht er nauwelijks
aanbellen. Ik was altijd weer blij als ik thuis zat."
Jaap en Catrien Kinkel herkennen dat beeld van
de stugge Woubrugse boeren, maar geloven niet dat
de bewoners van de Boddens Hosangweg veel te
verbergen hadden. „In de oorlog was er één groep in
het dorp niet te vertrouwen", zegt Jaap Kinkel,
„maar die zat niet aan de Boddens Hosangweg." Wel
noemt hij het een verademing om bij zijn werk als
veerbaas aan het Paddegat ook mensen uit Roelo-
farendsveen over te zetten. „Die mensen zijn zo har
telijk. Als wij het alleen van Woubruggers hadden
moeten hebben, hadden wij er wel mee kunnen uit
scheiden."
Toch overwoog Kinkel, die zich toen hij trouwde
'inkocht' in de veerfamilie (Van der Lip) van zijn
vrouw, nooit naar de overkant te verkassen. De her
vormde kerk en de 'school met den bijbel' van Wou
brugge trokken meer dan de verleidingen van het
rooms katholieke Roelofarendsveen. „Jammer dat de
school weg is", zegt Kinkel. „Ik vond het weliswaar
geen mooi gebouw, maar wat er nu voor in de plaats
gekomen is, vind ik helemaal afschuwelijk."
Over de opvallende houten woningen waarop Kin
kel doelt, zijn de meningen verdeeld. In de volks
mond heten zij wel de 'Bonanza-woningen'. Aan de
even kant van de dijk, de waterkant, zijn er nog wel
meer nieuwe woningen gekomen. In één daarvan
woont Bouw van Wijk (64), die sinds zijn geboorte
steeds verder opschoof naar het verste puntje van de
Boddens Hosangweg, waar de Kinkels hun domicilie
hebben. Het voetveer is in alle opzichten het einde
van Woubrugge, ook al is er met de ontsluiting van
de Zwetweg een sluiproute naar Rijnsaterwoude
ontstaan.
Zoals anderen van de wind leven, leeft Van Wijk
van het water. Hij werd geboren op de werf van zijn
vader Gert, pal naast de voor Boddens Hosang ge
bouwde ambtswoning 'Jacobswoude'. Later schoof
Bouw van Wijk op naar Huis ter Aa en onlangs heeft
hij op de plaats van de boerderij van Den Hertog een
nieuw huis laten bouwen. Van Wijk heeft met zijn
plezierjachten (de Wibo's) en sloepen altijd goed ge
boerd, maar voelt zich niets meer dan zijn minder
gefortuneerde straatgenoten.
Leven en laten leven lijkt het credo van de bewo
ners van de Boddens Hosangweg. Dat is geheel in de
geest van Boddens Hosang. Toen hij als 28-jarig
broekie werd aangesteld als burgemeester van Wou
brugge, noemde hij 'oud en jong, rijk en arm' in één
adem. Zijn woorden bleken bijna profetisch, want de
straat die zijn naam kreeg groeide inderdaad uit tot
een bonte mengeling van oud en jong, rijk en arm
die in eendracht naast elkaar wonen.
Wat alle bewoners van de Boddens Hosangweg
gemeen hebben is die onuitsprekelijke straatnaam.
Henk de Jeu, jarenlang voortrekker van de plaatselij
ke schaatsclub, moest tot vervelens toe aspirant-Je-
den toespreken: Bod-dens Ho-sang-weg. Kranten
man Van Oostende maakte er voor het gemak
Hosangweg van. Bouw van Wijk liet soms secretares
ses BH-weg noteren. „In die tijd kregen zij daarvan
nog blosjes op hun wangen."
Boer Maarten Angenent, vader van de Elfsteden
tocht-winnaar, heeft daarentegen totaal geen moeite
met de naam. „Ik heb Boddens Hosang goed ge
kend", zegt Angenent, die de spruiten even laat voor
wat ze zijn. „Hij kwam hier in de oorlog aan huis.
Mijn vader heeft als wethouder nog voor de Boddens
Hosangweg gestemd.
De volgende bewoner van de boerderij van An
genent, zoon Henk, hoeft zich van de hele straat
naam niets aan te trekken. De Alphense Woubrugge
naar, die volgend jaar met zijn ouders van woning
ruilt, is na zijn gedenkwaardige schaatszege zo be
kend, dat hij zelfs post bezorgd krijgt die als volgt is
geadresseerd: Henk Angenent, Nederland.