Sport is röntgenfoto van de samenleving' Het grote verdriet van Frank Schinkels ATERDAG 30 DECEMBER 1995 Hollandse jongens Waarom nooit een bibliotheca ris? Of een pianostemmer? Hen verzekeringsagent zou eens leuk zijn voor de verandering. Wat weerhoudt de filatelisten? Wie neemt eens de moeite voor eens en altijd na te gaan waar om een grote bevolkingsgroep als die der kandidaat-notarissen te Stiens nooit enig talent heeft voortgebracht? Wanneer breekt de eerste douchegordijnenver tegenwoordiger door? Een marathonschaatser is bijna altijd postbode. Of tuinder. 'n Schaatsende spruitjeskweker, toegestaan. Leesmappenbezor- ger te Roden, niemand kijkt er meer van op. Campinghouders op schaatsen, top! Raar. maar een kapper bijvoor beeld weer niet. Waarom eigen lijk? Beantwoorden coiffeurs niet aan ons beeld van een ech te Hollandse jongen? Dakdek ker. ja. Bloemist, liever niet. Bol- lenkweker juist wel. Hen slagers zoon. uitstekende papieren. Mijnwerker, nee. Ajax-trainer? Nu vraagt u me wat? Ken schaatsende Ajax-trainer - zo iemand dus die al de kriebels krijgt als op een verdwaalde dag eind september de weerman de eerste nachtvorst aankondigt, die zo lang de r in de maand is om de nacht droomt van een aankomst op de Bonkevaart en die al is het ijs nog zo dun voor en na de baas' zijn tijd zijn tijd doorbrengt op meren en sloten, enz... enz. en toevallig van huis uit Ajax-trainer is - lijkt me een moeilijk geval. (Je stelt je voor dat op een dag een anonieme marathonschaatsenrijder, meer dan zijn naam en nummer zijn bij het grote publiek niet be kend, profiteert van de argwaan van de vedelten. Huitema, Stam, Van Benthem en Angen ent houden de benen stil, ver tikken het om het vuile werk voor elkaar op te knappen. De sponsorloze rijder wint. kijkt na de huldiging olijk in de camera van de televisie en geeft be dremmeld als antwoord op de vraag wat hij doet voor de kost dat hij Ajax-trainer van beroep is, de interviewer besteedt er verder geen aandacht aan, de laatste keer dat hij vreemd op keek was toen zo'n zelfde Hol landse jongen doodleuk mee deelde dut hij in het dagelijks le ven leesmappen bezorgde, daar werd even om gegiecheld toen maar inmiddels is het algemeen aanvaard.) Nee. toch niet. Ik denk niet dat een Ajax-trainer gepruimd zou worden. Hen schaatsende Ajax-trainer in het peloton zou even ongebruikelijk zijn als een pianostemmer of kandidaat-notaris zij aan zij met Ubbo Kuper. Maar als die Ajax-trainer nu eens uit Avenhorn kwam? Ia, dat zou een pró zijn. Avenhorn, landbouwgemeente, West Friesland, waterrijke omgeving, tegen de wind in op tie fiets naar school, nooit verkouden, altijd blozende wangen, la, dan dringt toch hel beeld van een oer-Hollandse jongen sterk naar voren, al geloof ik stellig dat Louis geen man is voor- een massaspurt, net als Piet Kleine moet hij alleen aankomen. Ix)uis sla ik van de Nederlandse voetbaltrainers als schaatser het hóógst aan. Dick Advocaat gaat ook nog wel, als stayer dan, type Per Willy Juttormsen. Van Hanegem niet, te kromme benen. Die zie ik geen pootje over doen. Zijn opvolger, I laan? Nee, I laan op schaatsen gaat er bij mij niet in. Haan als orkest leider van een blaaskapel, op een bruggetje bij een stempel post, Berenburg binnen bereik, zou wel goed kunnen. Qua schaatsgehalte is Ajax de onbetwiste nummer éón. De Boer en De Boer, gezonde Hollandse jongens, opgegroeid met boerenkool en worst, kuil tje voor de jus, ja, daar geloof ik in. Op de korte haan is Over mars een troef. Davids, in de wieg gelegd voor shorttrack. De allerbeste, ongetwijfeld Kanu! Vooral qua klunen gaat er met die passen van hem niemand boven Kanu. Misschien dat Ajax van Heerenveen iets te duchten heeft. Maar de rest,.laat maar. Feyenoord is qua schaatsen te afhankelijk van Ronald Koe man. PSV op de schaats, Lins- kens uitgezonderd, nee. Lins- kens sla ik hoog aan als klasse mentsrijder en verder Nilis nog een beetje, als ijsdanser. Ronal do zou in Thlalf al doodvrlezen. Frank Snoeks is verslagge ver van Studio |EF WILLEM SPIERDIJK. 071 -5356464, PLV.-CHEF ROB ONDERWATER, 071 -5356463 Hugo Camps schrijft wekelijks over sport. Scherp als columnist van NRC Handelsblad, ietwat mil der als interviewer in dienst van het weekblad Elsevier. Maar het gaat nooit over 4-4-2. De Belgische schrijver, journalist en BRT-pro- grammamaker zoekt naar de mens échter 'de vier' van Van Gaal of desnoods de ziel van de rechtsback van Emmen. Maar absoluut niét die van Erica Terpstra. Achter elke hoekschop, service of knock-out, achter elk succes gaat een hinken de sporter schuil - dét is zijn mot to. Als de schrijver maar genoeg oog heeft voor de details. Op deze plaats dus geen oudejaarsverhaal over 4-4-2 (of toch 4-3-3?), de lin ker van Kluivert of het doelpunt van Youri Mulder - wél over trouw en verraad in de sport, over echt en namaak. Over de stille tranen in 1995, van vreugde en verdriet. „Sport is de röntgenfoto van de sa menleving." Het jaar van Ajax - dat was het met die landstitel, Europa Cup in Wenen, wereld beker in Tokyo. Daar doen de stinkende, justitiële wond van Patrick Kluivert en - op de valreep van '95 - de brancards met Mare Overmars en Martij n Reuser niets aan af. Maar Hugo Camps is het een tik keltje zat, het Ajax-succesverhaal. „Ik ben Ajax-moe geworden. Het is me te voorspelbaar, gestroomlijnd, te gecom puteriseerd geworden. Het is soms prach tig hoor. In die wedstrijd tegen Real Ma drid zag ik de goden voetballen en daar schrok ik toch wel van als heiden. Maar schoonheid gaat vervelen, zeker als zij met een afroepende vingerknip geproduceerd kan worden. Een club moet de pijn en wanhoop van de nederlaag kennen, dan ontstaat er een band met het volk. Van daar dat het Legioen van Feyenoord in trouw niet is te Idoppen. Het mooiste dat Ajax kan overkomen is een 7-0 nederlaag tegen, pak 'm beet, Panathinaikos. Maar dat gebeurt niet, dat weten we." „De vanzelfsprekendheid van het succes roept een bepaald anti-gevoel op. Een groot dieptepunt was de feestvertoning van Louis van Gaal op het Museumplein. Het,had Aad de Mos, de proleet onder de proleten, kunnen zijn die zo stond te schreeuwen. Zoals jij daar staat te brullen, dacht ik toen, zo stond vijftig jaar gele den..." De zin krijgt geen einde. Een paar happen van zijn fazant met witlof later krabbelt hij wat terug. „Natuurlijk weet ik wel dat Louis van Gaal geen foute man is en dat het fout is om hem met vijftig jaar geleden te vergelijken, maar toch. In zo'n moment van glorie ver liest zelfs een vakman als Van Gaal zich zelf. En het wordt getolereerd, want succes kent geen oppositie. Journalisten, politici, de Erica Terpstra's van deze wereld koket teren met het succes. Dat is nog veel on gezonder dan die schreeuwbui van Van Gaal." Hij moet weinig van bondsbestuurders of politici hebben. „De sporters maken het leuk. Ik interview liever de rechtsback van Emmen dan al die mannen in driedelig grijs. Die zijn geoefend in de leugen. Zij zeggen ook altijd dat ze het nooit zo heb ben gezegd als staat afgedrukt. Afstand nemen van het gedrukte, dat kunnen ze goed." „Ik had weinig affiniteit met Jorien van den Herik, maar die mening heb ik juist om die reden gewijzigd. Ik heb hem dit jaar, hier in Antwerpen, geïnterviewd voor Elsevier. Door zijn uitspraken heeft hij la ter problemen gekregen met de KNVB. Een standje van Staatsen. Maar Van den Herik nam geen woord terug en daar heb ik nou respect voor. Ik geef eerlijk toe dat ik die man niet helemaal eerlijk heb be handeld toen ik hem in een paar columns op de hak nam. Ik zag hem als iemand die zijn maatschappelijke status wilde kopen met geld. Een mens met geld, maar zon der het respect van anderen. Dat beeld heb ik moeten bijstellen. Daarom snap ik ook niet dat hij die rampzalige keuze voor Arie Haan heeft gemaakt." Camps maakte de Feyenoord-trainer mee als speler en oefenmeester van zowel Anderlecht als Standard Luik. Hij heeft vaak genoeg scherpe kritieken op Haan geventileerd. Er moet sprake zijn van haat tussen beide heren, opperen we. „Nee, geen haat," zegt hij. „Ik vind alleen dat zijn manier van doen zo'n gebrek aan ni veau heeft, daar krijg ik rillingen van. De eerste verklaringen over het werk van zijn voorganger, van Van Hanegem. Als je op die manier naam moet maken, blijf dan godverdomme in Griekenland!" „Ik heb Haan bezig gezien op feesten van Anderlecht. Dan stond hij daar net zo te balken als op die zaterdag, toen hij door Van den Herik in Stuttgart werd vastge legd. Met het volk, veel bier, proleterig, dom, met een dikke nek. Alles wat je van een kermisbaas verwacht, zie ik beli chaamd in Haan. Hij past niet bij Feye noord." Later, als al lang op een ander onder werp is overgeschakeld, wil Camps plotse ling een officiële verklaring afgeven. „Bij deze nodig ik Arie Haan uit tot een stripte ase van de ziel. Als hij een interview wil, sta ik morgen bij hem op de stoep. En ik zal het eerlijk spelen. In een column ben je vrij, in eep interview ben ik slechts de aangever, de man van de tussenzinnetjes. Of hij op de uitnodiging zal ingaan? Ik denk het niet." In Camps' geest wordt Arie Haan in de zelfde familie opgeborgen als Aad de Mos, ook een prominent aanwezige trainer in Zijn levensverhaal zou verfilmd kunnen wórden. Van de kwajongen Frank Schin kels (32), die als talent opgroeide bij Feye noord op Varkenoord waar hij trainde onder Leo Beenhakker, Wim Jansen, Cle mens Westerhof en Jan Mak en met ploeggenoten als Mario Been en Henk Duut tot vedette in Oostenrijk. Als 18-jarig ventje zocht hij het avontuur bij het Zweedse Halmstad, maar uit heimwee keerde hij na twee jaar terug naar Nederland. Bij AZ '67 kreeg hij de kans in een ploeg met onder anderen Ed dy Treytel, David Loggie, Roelfjan Tiktak en RickTalan. Hij werd uitgeleend aan Ex celsior, waar hij na een half jaar werd ont slagen nadat hij scheidsrechter Luinge uit woede' een schop voor zijn schenen had uitgedeeld vanwege een in zijn ogen onte rechte strafschop. Acht maanden schor sing was zijn straf, waarna hij opnieuw het avontuur zocht en erkenning vond in Oos tenrijk, waar hij nog altijd op handen wordt gedragen. In St. Pölten liet hij vorig jaar een huis bouwen, waar hij met zijn vrouw Esther en zijn vier dochters zijn definitieve be stemming leek te hebben gevonden. „Om dat wij allebei geen broers of zusters had den, wilden we een groot en hecht gezin." Totdat zijn vrouw in maart van dit jaar verongelukte en hij in het 'Viermaderl- haus' met Romy (8), Samantha (6), Kim- berly en Sabrina (beiden 4) achterbleef. „Mama is in de hemel", zo heeft hij het zijn kinderen uitgelegd. Het autowrak in de garage dient als stille getuige. Net terug van een driedaags trainings kamp in Slowakije, even over de grens met Oostenrijk, had hij met wat ploeggenoten nog een biertje gekocht in een plaatselijk café, voordat hij op huis aanreed. Een politie-auto stond hem op te wach ten. Zijn eerste gedachten waren: er zal toch niets met mijn vader aan de hand zijn? De mededeling van de agent viel hem minstens zo rauw op het dak: 'Uw troffen boom nog zichtbaar." Hij schudt zijn hoofd, terwijl weer die allesvragende trek rond zijn mond ver- schijnt. „Hoe heeft het kunnen gebeuren? Pï 4P5 Kwam het doordat mijn neef na zeventien eé I 1 uur rijden uit Nederland te vermoeid was 1 4r il/ °m achter het stuur te zitten? Maar hij had fl./j/l 1 fi hl El mI -:X k even geslapen op de bank en gezegd dat hij wel mee wilde naar mijn koffiehuis in de stad. Hebben ze misschien een konijn willen ontwijken, waardoor ze in de slip zijn geraakt? Gebeurt het een paar meter verderop, houdt dat kleine rijtje bomen op. Dan komen ze in een sloot en is er niets aan de hand. Steeds weer als ik er langs rijd, vraag ik het me af, maar een antwoord zal ik er nooit op krijgen." Het medeleven was groot. Zijn beste vrienden, zoals Mario Been en Jan Mulder, zaten de volgende dag al bij hem thuis. Op de begrafenis waren 1500 mensen. De be nefietwedstrijd drie weken later met alle groten uit het Oostenrijkse voetbal, onder wie Hans Krankl. Zo n 120.000 gulden schopten ze bij elkaar voor een spaarreke ning voor zijn vier dochters, die hij een half jaar lang met zijn overgekomen vader heeft moeten verzorgen, voordat zijn vriendin Romana introk om zich over de vier meiden te ontfermen. „Dan pas besef je pas wat een werk Esther heeft moeten verzetten en dat ik me weinig met de be slommeringen van het alledaagse leventje thuis heb hoeven bemoeien." Tien jaar jaar geleden belandde hij in Frank Schinkels met zijn vier kinderen tijdens de benefietwedstrijd die voor hem werd ge- Oostenrijk. Een schorsing van acht maan- speeld. foto cpd den bij Excelsior, dat hem had gehuurd van AZ '67, bracht hem naar een land, vrouw en uw neef hebben een auto-onge- ding in het niets, van emotie kon hij geen waar de straf niet zou worden overgeno- luk gehad'. Of ik ze kon bezoeken, vroeg woord uitbrengen, de klap moest hij in men. „Ik weet nog dat ik In Oostenrijk aan ik. Maar dat kon niet meer. ze waren bei- stilte «verwerken. Esther, zijn vrouw, zijn kwam met Esther en een hondje. Ik kreeg den al overleden." vriendin met wie hij tien jaar geleden het een contract voor een half jaar voor drie- Zaterdagnacht 4 maart van dit jaar. De avontuur in Oostenrijk was aangegaan, duizend gulden per maand. Het ging ech- sneeuwbuien wakkerden aan, de wegen was niet meer. ter zo goed, dat ineens half Oostenrijk en waren glad. Op nog geen halve kilometer Schinkels was een half uur na het onge- München 1860 achter me aanzat. Ik kon afstand van zijn huis was de Mercedes 190 val nog langs de bewuste plek gereden, overal zo'n 150.000 gulden netto per jaar E enkele malen in het rond getold, voordat „Maar ik heb er niets van gemerkt. Er was gaan verdienen. Ben ik naar Sportclub die met de zijkant tegen een boom tot stil- niets meer van te zien. een nieuwe laag Wien gegaan, waar Krankl en Felix Gasse- stand was gekomen. sneeuw had de sporen klaarblijkelijk al lich speelden. Ik werd twee keer uitgeroe- Als verlamd staarde hij na de onheilstij- uitgewist. Later was het alleen aan de ge- pen tot de beste buitenlandse speler van het jaar en iedereen begon te roepen dat ik me moest laten naturaliseren. Normaal duurt dat vijf jaar, ik was binnen twee we ken Oostenrijker. Eerst kwam ik in het olympische elftal en later heb ik nog zeven interlands gespeeld, waaronder die tegen Nederland in Sittard, toen ik scoorde met het hoofd." „Daarna kwam Austria Wien met Pro- haska, maar dat was achteraf een verkeer de keus. Ik raakte geblesseerd aan mijn lies. maar dat kwam kennelijk nogal onge loofwaardig over. Heb ik moeten procede ren voor mijn geld." Zijn volgende club werd Voest Linz, waar Willy Kreuz trainer was. Vervolgens ging hij naar St. Pölten en daarna naar Casino Salzburg. „Maar dat ging niet. Ik was in St. Pölten blijven wo nen en dat was te ver weg. Ben ik weer te ruggegaan naar St. Pölten, de club waar ik vorig jaar na een financieel geschil ben ge stopt. Ik kon het ook geestelijk niet meer opbrengen. Ik ben nu trainer/speler van Sturm 19, een klein clubje hier uit de stad." Schinkels kocht vorig jaar een koffie huis, waarmee vooral zijn vrouw Esther zich bezighield. Hij vernoemde het naar de toto: één, twee, X. „Als een extra bron van inkomsten, want veel méér dan voet ballen kan ik niet. Maar dat koffiehuis heb ik een paar maanden geleden moeten sluiten. Omdat ik vaak moet trainen of spelen kon ik er niet altijd zijn, maar in tussen liep het personeel voortdurend te pikken. Daar heb je dan geen zicht op." Tussen alle ellende door brak toch ook even de zon weer voor Schinkels door. „Ik heb wel eens gedacht, welke vrouw wil nou zo'n idioot met vier kinderen, twee honden en twee katten? Ik praat niet zo vaak meer over het ongeluk. Ik ben een binnenvetter, ik vreet alles op, ik verzet mijn zinnen. In het begin niet zo, toen probeerde ik het een beetje te verstoppen, maar ik betrap me erop dat ik er de laatste tijd steeds meer aan denk. Vaak 's nachts als ik in bed lig. Op die manier probeer ik het te verwerken. Maar het moet slijten, zeggen ze." '95. „Haan is een kloon, zo niet een broer van Aad de Mos. Die man is de proleet on der de proleten, volstrekt onbetrouwbaar. Ik zal niet zeggen zo betrouwbaar als de neten, want dan krijg ik problemen. Maar het gaat die richting uit. Wat De Mos dit afgelopen jaar over zich heen heeft gekre gen. dat heeft-ie over zichzelf afgeroepen. Hij is een oorlogshitser, de strateeg van de intrige." „Maar erger nog, hij heeft zich in België altijd gedragen als een parvenu. Nou weet ik wel dat veel trainers graag op witte sok ken rondlopen en nog wel meer wan smaak tentoon spreiden, Maar Aad de Mos was de echte super-parvenu, die na een overwinning koketterde met de winst die hij dan zelf opstreek en bij een neder laag het vingertje hief naar die sukkels van spelers." „Ik ben altijd op zoek naar mensen die hulpeloos zijn door talent. Dat zag je bij Neeskens. Binnen het veld ging alles goed. daarbuiten alles fout. Joop Zoetemelk zonder fiets? Niemand neemt voor hem z'n hoed af. Maar nu kennen ze hem. Een held van het volk, tegen wil en dank. Dédr zoek ik naar. Ik ben mijn leven lang een dissident van mezelf geweest. Dus met sporters die dat ook hebben, praat ik ge makkelijker. Zoals Orlando Trustful!, die weet met zijn eigen klasse en geluk ook geen raad. Een tedere en kwetsbare jon gen, voor hem kom ik op. Wie geharnast en gepanserd door het leven gaat. zoals Haan en De Mos, heeft mijn pen niet no dig." Middeleeuwen Herbert Neumann had dat wel, maar sneuvelde toch. De gestileerde Duitser vloog na drie nederlagen op rij op de Brusselse keien. Zo kort had nog geen trai ner gediend bij Anderlecht. Hét schandaal van het jaar, noemt Anderlecht-watcher Camps het congé van Neumann. „Hij is vanaf dag één geboycot door de verwende jongetjes in de klas, die hij had verteld dat ze nog héél wat hadden te leren. Dat pik ten die salonjonkers niet. Dat was hun in geen jaren verteld. Vijftig dagen en dan buiten, dat zijn de Middeleeuwen. Neu mann was te intellectueel voor An derlecht, voor die zieke club. Het zijn wel chique meneren daar, die weten hoe zij zich moeten gedragen in een twee ster ren-restaurant, maar in hun eigen huisje zijn het rauwdouwers, machtswellustelin gen." „Jan Boskamp heeft wel succes bij An derlecht en dat verbaast me niets. Hij zoekt de spotlights niet. hij mijdt ze liever. Dat komt de Anderlecht-leiding goed uit, dan komen zij in het licht. Maar Boskamp kan niet genoeg worden geprezen. Hij heeft genoeg zelfrespect, want hij slaat zo een vet contract van Anderlecht af. Hij heeft geen persoonlijke ambities, hij wil bovenal gelukkig zijn en een beetje lol ma ken." Van Hanegem misschien, opperen we. „Een schat van een man, ook ai heeft hij eens wat neerbuigends over mij gezegd Hugo Camps: „Alles wat je van een kermisbaa past niet bij Feyenoord." toen ik 't voor Trustfull had opgenomen. Een superieure uitgave van 1 lappel op die bank, een monument van roerloosheid. Van binnen verlicht, aan de buitenkant zag je niks. Het drama van Van Hanegem is dat hij waarschijnlijk net zo functioneert bij een club zoals hij woont: in een rijtjes huis. Jongens onder elkaar, gezelligheid, dat is net iets te weinig voor een trainer van een topclub. Vroeg of laat moest de hakbijl vallen. Het is alleen doodzonde dat Willem zich nu in de woestijn zit te verge ten en het is waarschijnlijk niet eens zijn eigen keuze. Want ik weet dat Van Hane gem voor de eerste keer in zijn leven een beetje geld verdient." Sportmonient De fazant is verorberd. Tijd voor koffie. Wat is hét sportmoment van 1995? Eerst noemt hij de almacht van Miguel Indurain in de Tour de France, die hij enkele dagen bezocht. „En dan was er dat afscheid van Marco van Basten in San Siro. In zijn bur gerkleren, nog één keer langs het volk. Zijn Utrechtse hart moet gehuild hebben, die avond. Zoals trainer Capello deed op de bank. Waarom kan men in Nederland niet zó afscheid nemen van zijn helden. Waar om niet het Olympisch Stadion afgehuurd met Mieke Telkamp, Babettc van Veen en nog een paar van die smartlapzangeres- verwacht. zie ik belichaamd in Arie Haan. Hij foto g pd sen? Het afscheid van Marco. Het gebeurt in Engeland, Frankrijk, waarom niet in 1 lollend?" „Het meest schandalige moment in dit Ajax-jaar was dat feest in Wenen, na de verovering van de Europa Cup. Alle nota belen waren er op het champagnefeest, de Sylvia Tóths, alle I^e Towers-achtige schimmels van de voetbalwereld. Maar Piet Keizer zat op een barkruk in het hotel, alleen te wezen met zichzelf. Hij mocht niet aan de dis. Op dat moment was mijn liefde voor Ajax over. Dat pardonneer ik niet." Hé Dickie! Eén van 's mans mooiste columns dit jaar ging over Annette van Trigt. „Een meid om van te houden," vindt Camps, maar het NOS-meiske bestond het wel om in de kou van het Weeser-stadion, na Werder- PSV (0-0), Dick Advocaat aan te spreken met Dickie, jongen. De nekharen van de Belg stonden subiet recht overeind. Camps: „Dat is de stijl van het dorpsprole- tariaat, die steeds meer in de benadering en de taal van bepaalde journalisten te rugkeert. Van 1 rigt riep ook Ouwe taaie naar Jan Wouters. Zo spreek je een man als Wouters niet aan. Dat stoort me mate loos. Sport is niet de Academie Fran^aise, maar ook niet de wereld van I lé, Dickie!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 17