Sport 'Op papier hoeft Nederland zich geen zorgen te maken' Voor Arjan van der Laan is een goal een geschenk ZATERDAG 9 DECEMBER 1995 Ruud Gullit denkt dat Nederland meer kwaliteit heeft Ruud Gullit lacht en praat veel. Ontspan nen banjert hij door de gangen en kleed kamers van het stokoude trainingscom plex van Chelsea. Tussen stapels wasgoed door, langs leerling-profs die zijn schoe nen schoon boenen, op weg naar het ka mertje van Glenn Hoddle. De 'boss' van de Londense club wil weten hoe het met zijn Nederlandse vedette gaat. Een kuit blessure heeft Ruud Gullit een paar weken op een zijspoor gezet. Hij stelt de manager gerust en zegt dat hij deze week de trai ning weer zal hervatten. De vrolijke chaos op de 'college fields' van Harlington, een gehucht langs de lan dingsbanen van het internationale vlieg veld Heathrow, steekt schril af bij de orga nisatie en de luxe die de voormalige Oran je-international bij zijn Italiaanse werkge vers was gewend. Maar Gullit beweert er zich niet druk om te maken. Hij is privé en sportief een nieuwe periode in zijn leven begonnen en zegt zich thuis te voelen in Engeland. De tradities van de Britten, zoals hun chaotische voorbereiding en hun afzondering op een kilometers buiten de stad gelegen schoolveld, neemt hij op koop toe. „Het is me echt niet tegengevallen hier. Ik heb weer verschrikkelijk veel plezier ge kregen in het voetbal. Dit is een heel nieu we ervaring en ik geniet van elke dag," zegt Gullit als hij zijn zwemuurtje ('om m'n spieren te laten herstellen') in een na burig bad achter de rug heeft. Hij wilde alles meemaken in zijn carriè re. „Als ik straks stop, weet ik zeker dat ik met een mooi gevoel afscheid neem. Dan ben ik dank zij het voetbal overal in de wereld geweest, heb ik in de mooiste com petities van Europa gespeeld en* heb ik ontzettend veel ervaringen opgedaan." Gullit: „Het ontbreekt me hier aan niets. Ik heb het naar mijn zin. Ik speel en leef met plezier. Iedereen vertelt me dat ik dat ook uitstraal." Bijzonder Oranjes alles beslissende duel in Liverpool tegen Ierland verleidt hem na ruim een jaar tot een bezoek aan het kamp van het Nederlands elftal. Ruud Gullit stapt woensdag in Londen in zijn auto om een paar honderd mijl naar het noorden te rei zen. „Ja, die wedstrijd in Liverpool wil ik zien. Het is .dicht bij huis nu, hè. Nou ja, nog wel een paar uurtjes op de autosnel weg, maar dat vind ik niet erg. Normaal ben ik helemaal geen type dat naar voet balwedstrijden gaat kijken. Maar dit is voor mij als Nederlander toch een bijzon dere wedstrijd." In de ogen van Gullit staan er bij de Ie ren weinig spelers bekend als verfijnde technici. „Als je de elftallen naast elkaar zet, zie je gauw dat Nederland een veel beter team heeft. Ja, in Tilburg vorig jaar, verloor Nederland in een vriendschappe lijke wedstrijd. Maar vriendschappelijk spelen kan Nederland helemaal niet. Die Ieren en Engelsen wel, die hebben een heel andere instelling. Het is typerend dat het Nederlands elftal pas tegen Noorwe gen weer zijn normale niveau haalde. Toen was het erop of eronder." Na vier maanden in de Premier League meent Gullit ook het geheim te hebben ontrafeld waarom het voetbal in Engeland zoveel spectaculairder is voor het publiek. „Dat heeft slechts met één ding te maken. Hier hebben ze echte scheidsrechters! Als ik een vergelijking maak met Nederland of Italië, dan is het spel hier veel en veel snel ler. Dat komt omdat de scheidsrechter niet fluit. Het spel blijft maar doorgaan. In andere landen wordt voor elk wissewasje afgefloten. Als Engelsen Europees voetbal spelen, ergeren ze zich niet voor niets dood aan de scheidsrechters." Thuiswedstrijd Ofschoon hij zelf ruim afstand had geno men van Oranje, bleef Gullit de verrichtin gen van de ploeg in de EK-kwalificatie- strijd intensief volgen. „Ik heb bijna alle wedstrijden gezien. Op papier zou Neder land zich geen zorgen hoeven te maken over die wedstrijd in Liverpool. Het voor deel voor de Ieren is alleen dat het voor hen daadwerkelijk een thuiswedstrijd is. Het is hun klimaat, het veld is niet erg groot, de mensen zitten er dicht op. Dat is precies wat ze willen." „Ik zei al tegen de jongens hier, dat de Ieren geen kans hebben. Omdat ik denk dat Nederland veel meer kwaliteit heeft. Ik heb heel wat keren tegen de Ieren ge speeld. Het zijn altijd moeilijke wedstrij den geweest en dat zullen het blijven. Maar in het verleden hebben de individu ele kwaliteiten ook steeds de doorslag ge geven." „Mijn eerste wedstrijd was begin jaren tachtig in Dublin. We wonnen toen met 3- 2. Daarna kwam ik de Ieren tegen in 1988 op het EK, weer gewonnen. In Italië op het WK werd het gelijk en vorig jaar zomer in Amerika was ik er niet bij. Maar al die duels beschouw ik eigenlijk als ouwe koek. Het voetbal heeft zich enorm ontwikkeld. Iedereen kan tegenwoordig goed verdedi gen. Als je niet kan voetballen, kom je met verdedigen een heel eind. Dat zie je aan die wedstrijd van Ajax tegen Gremio. Ajax had die wedstrijd nog kunnen verliezen. Het beste elftal had bijna niet gewonnen. Zo raar zit voetbal soms in elkaar." Ideale speelstijl Gullit vraagt zich nog altijd af of het Ne derlands elftal de ideale speelstijl al heeft gevonden. Oranje zit vol met Ajacieden, maar dat blijkt in de praktijk niet altijd een voordeel te zijn. „Het ligt er helemaal aan hoe de bondscoach het elftal laat spelen. Als je voor een ander systeem kiest dan wat die 'Ajax-groep' gewend is, dan wordt het al een probleem. Als je exact hetzelfde voetbal kunt spelen als zij gewend zijn, is het pas een voordeel. Maar meestal werd het dus minder bij Oranje..." Volgens Gullit moeten te veel spelers zich aanpassen in de nationale ploeg. „Toen AC Milan op clubniveau de wereld veroverde zaten er ook heel wat spelers bij de nationale ploeg van Italië. Daar han teerde Vicini, die toen nog bondscoach was, een totaal andere speelstijl dan AC Milan. Vicini werkte met een 5-3-2 sys teem. Maar Baresi, Evani, Maldini etc. speelden geweldig bij zowel hun club als de nationale ploeg. Hoe kwam dat? Omdat die spelers in staat waren twee systemen te spelen. Die konden heel makkelijk om schakelen." De Ajax-spelers passen zich minder vlot aan. Eenmaal uit de greep van Louis van Gaal ging er tijdens de kwalificatieperiode veel mis. Gullit: „Het is toch heel merk waardig en tegelijkertijd typerend dat Cla rence Seedorf zich het beste heeft ontwik keld en zo goed speelt bij Oranje sinds hij weg is bij Ajax. Nu hij in Italië speelt komt hij opeens veel beter uit de verf. Dat heeft alles te maken met het feit dat hij niet meer vastgeklonken zit aan de speelstijl van Ajax. Hij kan zich veel beter verplaat sen in de situtie van het Nederlands elftal. Bij Sampdoria speelt hij op een driemans middenveld. Daar moet hij anders werken en heeft hij te maken met andere automa tismen. Ik wil er het Ajax-systeem niet mee veroordelen. Maar het is en blijft wel heel frappant. De bondscoach moet blij ven zoeken naar een middenweg, al zal dat met zoveel Ajacieden in de selectie heel moeilijk zijn." Ruud Gullit: „ledereen kan tegenwoordig goed verdedigen. verdedigen een heel eind." Arjan van der Laan heeft als voetballer nog steeds van die momenten waarop hij een beetje zweeft. Dan wordt de werkelijkheid een droom, in plaats van andersom. Zoals afgelopen zaterdag, toen hij voor Sparta 1- 1 scoorde tegen PSV. „Dan valt die bal op eens voor mijn voeten en schuif ik hem zo maar in een leeg doel. In die ene seconde dat die bal in de goal rolt, flitst het door mijn hoofd dat het niet waar is. Zo'n vol stadion is dan muisstil'en ik raak in een soort trance. Ik wist bijvoorbeeld pertinent zeker dat ik tegen PSV met rechts had ge scoord, op tv was het gewoon met links." Hij koestert die momenten van totale verrukking en verwarring. Van der Laan speelt al voor het derde seizoen in de ere divisie en toch heeft het op sommige mo menten voor hem nog iets onwaarachtigs. Alsof hij bezig is in een spannend jongens boek, niet als hoofdrolspeler maar als le zer. „Je kunt zo'n goal wel als de normaal ste zaak van de wereld beschouwen, maar dat is het niet." Hij kan nog jeugdig enthousiast zijn en vooral: dankbaar. Alsof elk doelpunt een godsgeschenk is. Het is ook allemaal niet zo vanzelfsprekend. Arjan van der Laan (26) leeft in twee werelden. Van beroep is hij eigenlijk geen voetballer, maar ambte naar. Op de afdeling welzijn van de ge meente Nieuwkoop heeft hij een bijna volledige werkweek. Eredivisievoetballer is hij in zijn 'vrije tijd'. Bij Sparta is hij semi- prof en hij traint alleen 's middags. Een welzijnsambtenaar die op zaterdag avond door de verdediging van PSV sla- lomt. Het verhaal van de voetballer Van der Laan heeft wel meer rare wendingen. Het begint in het schilderachtig mooie Nieuwkoop en waar het eindigt is onge wis. Maar niets staat een schitterend plot van dit jongensboek in de weg, dat is wel duidelijk. Arjan van der Laan komt uit een eenvou dig, warm en katholiek nest. Zijn ouders - hij woont nog steeds in het ouderlijk huis, jriaar gaat binnenkort samenwonen met ^ijn vriendin, die overigens ook voetbalt - hebben hem nooit gepusht als voetballer. Hij moest eerder worden afgeremd, omdat hij - volgens zijn moeder - naar alles trap te wat maar in zijn buurt kwam en enigszins rond was. In de tuin moest hij tijdelijk aan een touwtje worden vastge maakt omdat hij als peuter al een keer in de sloot terecht was gekomen en ternau wernood van de verdrinkingsdood werd gered dooreen voorbijganger. Bij de voetbalvereniging Nieuwkoop za gen ze wel dat Van der Laan net iets meer kon dan de meeste leeftijdgenoten. Maar lange tijd zag het ernaar uit dat hij het ni veau van zijn eerste vereniging nooit zou ontstijgen. Toen besloot Van der I.aan zichzelf maar te scouten. „Ik dacht als ik ooit nog eens wat wil, moet ik iets onder nemen. Ik was al 20 jaar en toen heb ik heb me zelf aangemeld bij zaterdageerste klasser ARC." Vanaf dat moment ging het hard. Hij speelde twee jaar bij de Racing uit Alphen aan den Rijn en de lange middenvelder (1.90) ontpopte zich als een leidende spe ler. Toen Sparta op de stoep stond, wilde Van der Laan wel, maar hij had inmiddels een baan aanvaard bij de gemeente Nieuwkoop. „Ik kon regelen dat ik van 38 uur naar 30 ging en dus kon ik bij Sparta 's middags trainen." De ambtenaar ging het profvoetbal 'erbij' doen. Bij de Kasteel-club kon hij een jaartje wennen bij de reserves, maar in zijn twee de seizoen kwam hij al in het eerste als rechtsbuiten. Zijn debuutjaar in de eredi visie werd omlijst met 12 goals. „Ik was met Dennis de Nooijer clubtopscorer. Be- Arjan van der Laan, tegenwoor dig centraal op het middenveld: „Rechtsbuiten is nooit mijn roeping geweest." FOTO KEES VANHOOGDALEM halve Overmars van Ajax had geen enkele rechtsbuiten zo veel goals gemaakt." In zijn volgende jaar trok hij de lijn door. Met zeven goals was hij met de win terstop opnieuw de meest produktieve Spartaan. „Maar toen we in januari voor de uitwedstrijd bij Twente ergens onder weg een bespreking hadden, zat mijn naam niet meer bij de elf. Ik schrok me rot toen ik het bord zag. Han Berger had me gewoon buiten de ploeg gezet, ten behoe ve van een nieuw twee-spitsensysteem. Dat moment heeft me enorm gehard en geleerd dat in het betaalde voetbal niets zeker is. Onder Rob Jacobs had ik het een jaar eerder ook al eens meegemaakt trou wens. Die gaf me op vrijdag te verstaan dat ik in de basis stond en zondagochtend kwam hij met de mededeling dat ik reser- Nu is hij onder trainer Henk ten Gate een vaste waarde bij Sparta, dat na de sen sationele 2-1 overwinning bij PSV op de vierde plaats staat. Van der Laan is aan het begin van de competitie van de rechter flank verhuisd naar een plek centraal op het middenveld. „Dat is een verademing. Rechtsbuiten is nooit mijn roeping ge weest." „Het is frappant hoe snel ik deze rol heb opgepikt. Ik weet niet of je dat voetbalin tellect moet noemen of intuïtie, dat zal ik van mezelf niet zo snel zeggen. Feit is wel dat ik me op deze plek veel meer thuis- voel. Ik kan mijn loopvermogen kwijt en het is op de wedstijd tegen Ajax na in bij na elk duel goed gegaan. Wedstrijden te gen Feyenoord, De Graafschap, Vitesse en NEC het ging tot mijn eigen verbazing alsof ik al jaren achter de spitsen liep." „Ten Cate heeft mij enorm onder druk gezet toen hij me deze positie toebedeel de, en terecht, want het is een belangrijke rol. Nee, met die extra druk loop ik dan niet in het veld. Ik ben vrij nuchter. Het eerste wat ik zachtjes in mezelf zei toen ik het hoorde was: okay trainer, je hebt een hele goede keuze gemaakt." Tot op heden was er nooit een andere club geïnteresseerd in Van der I^an, een transfer was nooit aan de orde. De Spar taan haalt zijn schouders op. Hij ziet in de kranten en Voetbal International altijd op geklopte verhalen van voetballers die met grote transfers bezig zijn. Spelers die nog geen twee goals per seizoen scoren, zes gele kaarten halen en regelmatig met de trainer overhoop liggen. Van der Ixtan heeft wel eens zijn bedenkingen. „Zo'n transfer van Van Utrecht naar Padova, ik gun het hem, maar ik begrijp er helemaal „Je zult mij niet horen beweren dat ik een topper ben. Ik denk dat ik een waar devolle speler ben, ook voor de subtop. Ik pik mijn goaltjes mee, lig nooit overhoop met een trainer, scheidsrechter of tegen stander. In mijn hele loopbaan, van Nieuwkoop tot Sparta, heb ik nog geen ge le of rode kaart gehad. Nico Jalink (ploeg genoot van Van der Laan, red.) zei het voor PSV nog: ,je speelt tegen Wouters, nu ga je die kaart onderhand een keer zetten'. Maar ik heb met Wouters geen probleem gehad. Ik ben daar te rustig voor. Ik zeg ook nooit iets in het veld, misschien dat het dan voor tegenstanders niet interes sant is om met mij in de clinch te gaan." Van der Laans ploeggenoot Edward Met god liet zich onlangs ontvallen dat hij 'het wel zou weten als hij de manager van Van der I-aan was'. Alfons Groenendijk, linker middenvelder bij Sparta, is dezelfde me ning toegedaan. De Leidenaar vindt dat er veel clubs zitten te slapen, maar hij zegt erbij dat Van der Laan zelf ook wakker moet blijven. "Arjan is rustig, nuchter en bescheiden, maar hij moet wel oppassen. Hij is 26 en de jaren verstrijken. Een voet baller met zijn kwaliteiten heeft hel in zich om zijn carrière te gelde te maken. Van je ambities moet je nooit een geheim ma ken, dat deed ik ook niet. Ik ben blij dat Arjan bij Sparta zit, maar hij moet uitkij ken dat hij niet een paar lucratieve trans fers en dus een paar ton misloopt." Volgens Groenendijk mag het niet zo zijn dat een van de betere eredivisievoet ballers zijn hele leven, de hele week op het gemeentehuis zit. „Tenzij Arjan dat graag wil, dan houdt het op." Van der Laan zegt dat hij niet zit vastgelijmd op zijn bureau stoel. Een full-profcontract als voetballer, bij Sparta of elders, zal hij niet naast zich neerleggen. „Maar ik heb dat niet voor hel zeggen. Ik kan hooguit zorgen dat ik me nu als schaduwspits wat meer profileer, zodat er misschien andere clubs komen. En scoren natuurlijk. Want ik heb er dan voor Sparta in twee seizoenen wel respec tievelijk twaalf en acht gemaakt, maar ik moet eerst die tien maar weer eens zien te halen deze competitie." Hij staat nu op drie. Het semi-profcontract van Van der Laan loopt in juli '97 af. Voor die tijd moet hij een klapper gemaakt kunnen hebben. Dan kan hij het mooiste hoofdstuk uit dat jongensboek schrijven. Van der Ltan lacht. „Ik laat me door niemand gek ma ken. Vandaag is alles zeker, morgen zit je op de reservebank. Ik spreek uit ervaring." Hij is gelukkig met wat hij heeft. Wat komt dat komt. Dat is geen conservatis me, maar realisme. „Nog niet zo lang ge leden was ik gewoon voetballer bij Nieuw koop, verzamelde voetbalplaatjes en was een fervente Ajacied. Nu zit ik zelf met mijn hoofd in een zakje chips op een Hip po, want dat is geloof ik weer de nieuwe verzameirage. Dat is voor mij nog altijd een vreemd idee. Zoals ik onlangs ook dacht dat het gek was dat ik niet meer voor Ajax mocht zijn. Zeker niet als je er zelf tegen speelt." „Het went wel. In mijn debuutjaar keek ik op tegen spelers van Ajax en PSV, nu niet meer. Het nieuwe is er af en je laat jc minder snel imponeren. Het zal ook wel een proces naar volwassenheid als voet baller zijn. Ik word constanter, heb minder pieken en dalen. Daarbij ben ik minder af hankelijk geworden. Al zeven jaar speelde ik met een shirt van de EK '88 onder mijn voetbalshirt. Bij Nieuwkoop, ARG en nu Sparta. Dat ding bestond alleen nog maar uit een paar draden. Als ik het aanhad, had ik het gevoel van 'alles klopt, ik ga er voor'. Nu heb ik het weggegooid. Mis schien is dat een teken. Ik ben wel bijgelo vig, maar ga me er steeds meer tegen ver zetten. Je mag in het leven niet afhankelijk worden van een kous of een shirt." Bergkamp Vraagt de ober aan een hongeri ge gast die zojuist een biefstuk heeft besteld, hoe deze het wil hebben. 'Zwart, wit of grijs?' Want ja. de jla uwe grappen over de Van der Valken worden uit de mouw geschud of het niets kost. Toch is niet de kwestie- Van der Valk hèt gespreksonderwerp waar Nederland momenteel niet over raakt uitgepraat. He boeren evenmin. l)e schoolstrijd? Vergeet het De politieacties? In mijn keuros sen kring - en die is zo breed dat deze als representatief voor de bevolking geldt - wordt over de politie zelden gesproken. De chaos in Parijs e.o.? Ver van onshed Die club waar Bemhard lid van werd. alleen natuurlijk om zijn vliegbrevet te kunnen halen? Oud nieuws, daarover maken wij ons niet meer druk. Het weer dan? Ja. over het weer wordt flink wat afgepraat. Het is koud. is de algemene mening. Veel te koud. Ellendig koud. Niet goed voor de bollen. Een week geleden maakte geen hond zich nog druk om de bol len. Toen vonden we het met z 'n allen nog te warm voor de tijd van het jaar. Waar zijn ze geble ven. die winters van toen. hoor de je vaak verzuchten. Nee. vroe ger. toen konden wij tenminste nog eindeloos schaatsen op de sloot. Kom daar nu eens om. Ddn is het eindelijk bijna zo ver, vriest het zelfs overdag een graad of wat, begint het er een beetje op te lijken, klagen wij onmid dellijk met z'n allen dat het zo koud is, zo verrekte koud ('en die rotwind er nog bij') en dat dit slecht uitkomt met het oog op de bollen, die namelijk nog de grond in moeten en dat gaat niet nu de grond zo hard is - nee. zeggen wij met z'n allen, wij zul len blij zijn als het kwik weer gauw omhoog schiet en nog blij er zullen wij zijn als het gauw weer zomer wordt, liefst morgen nog. waarna wij over mi week of twee weer om het hardst zul len jammeren dat een witte kerst er weer niet in zit en dal dal vroeger juist vaak voorkwam, een witte kerst, en dat dat zo sfeervol is, met z'n allen binnen om de boom, terwijl het buiten gezellig aan hel vriezen is. 'Toegegeven, hel weer houdt ons bezig. Het weer is dezer dagen in (die lagen van de bevolking gespreks onderwerp nummer één. Op de tweede plaats komen niet de Van der Valken, niet de boeren, niet de grondwet, niet Z.K.H. de prins, maar Bergkamp. Na het weer houdt Bergkamp ons het meest bezig. Moet Bergkamp meedoen legen de leren? Moest Bergkamp über haupt wel worden opgenomen in de selectie-' W ant zeg tlOU Zelf, daar wordt me wat geouwe hoerd over Bergkamp. Berg kamp dit, Bergkamp dat. En wij. u en ik. doen er dapper aan mee. want dat hebben wij toch alle maal, dat wij af en toe even bonclscoachje willen spelen. Ik peilde voor dit stukje de me ningen van enkele amateur- bondscoaches over het punt Bergkamp: 'laat hem lekker in landen blij- 'Bergkamp' presteert al jaren niks. 'Youri in Oranje!' 'Dan kun je nog beter Bogarde 'Bergkamp is een watje. 'Bergkamp zal wel weer gebles seerdzijn.' 'Ajax is er ook op vooruit gegaan zonder Bergkamp. 'Als zelfs die Ratelband hem niet kon motiveren... BergkampZacht FC Utrecht p tptis? )f De Graafschap!' 'Helmond Sport, daar zou hij goed passen. Bergkamp? Dat zou Charlton wel willen.' 'Bergkamp en Sinterklaas, daar geloof ik niet meer in. 'Wat vindt lauis ervan?' 'De laatste keer dat Bergkamp uitblonk in Oranje herinner ik mij nog goed. Dat was op de dag dat Johan van Oldebarnevelt werd opgehangen. Genoeg, genoeg... Ik ben het met alle voorgaande sprekers eens. Daarom zou ik als ik bondscoach was Bergkamp gewoon opstellen. Eens komt na melijk de dag... en die dag breekt woensdag aan. Alle ballen op Dennis! Maar eerst de bollen de grond Studio

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 23