Nederlandse biologen op zoek naar rotganzen in Siberië 'De mensen vinden het net vakantie en hebben het ontzettend naar hun zin Binnenland DONDERDAG 31 AUGUSTUS 1995 Afzien in de ongeëvenaarde schoonheid van de toendra Rotganzen op de toendra. Als de groene uitgestrekheid begint te verdwijnen onder een dikke laag Het is het eindpunt van de wereld. Als de aarde plat zou zijn, lag hier de afgrond. Het schiereiland Taimyr in Siberië, een overweldigende vlakte van alleen maar toendra. Een schraal begroeid gebied met in de zomer een toch uitbundige bloe menpracht, met meren, rivieren en kre ken. 's-Winters ziet het er heel anders uit, met alleen maar sneeuw en ijs, zware stormen en temperaturen beneden de veertig graden onder nul. In deze onwer kelijke omgeving bestuderen in de zo mermaanden Nederlandse onderzoekers het leven van de rotgans. TAIMYR HALBE HETTEMA Onlangs is in het niemandsland van de toendra, vlakbij het havenstadje Dickson aan de monding van de jenessei, een biologisch onderzoekstation geopend. De Nederlandse ambassadeur in Rus land, baron De Vos van Steenwijk, kwam er voor over uit Moskou. De Britse prins-gemaal Philip, ambassadeur van het Wereld Natuur Fonds, maakte voor de gelegenheid een tussenstop tij dens zijn meerdaagse trip door de arctische na tuurgebieden. Het onderzoekstation kreeg de naam Willem Barentsz. Het zegt iets over de Nederlandse be trokkenheid bij dit project dat in samenwerking met het Wereld Natuur Fonds is gerealiseerd. Het ministerie van landbouw, natuurbeheer en visserij heeft er 130.000 gulden ingestoken. Er staat nu een redelijk geïsoleerd en verwarmd houten gebouw met ruimte voor zo'n twintig on derzoekers. Maar echt veel comfort en ruimte is er niet. De onderzoekers maken zich daar trouwens niet zo druk over. Zij hebben maar één doel: Zo veel mogelijk te weten komen over het leven van de rotgans. De omstandigheden laten hun daar bij Siberisch. Bioloog Bart Ebbinge bijvoorbeeld, die in 1990 voor het eerst in het arctische gebied kwam, weet al niet meer beter: ,,lk had nooit durven dromen dat ik hier ooit zou komen. Na zes jaar voel ik mij hier thuis. In totaal heb ik een jaar van mijn leven in Siberië gewoond. Dan wordt het gewoon." Bernard Spaans, die er ook voor de zesde keer is, heeft dezelfde ervaring. „Ik houd van het leven hier", zegt Ebbinge. Dat klinkt gek. In hun troosteloze onderkomen aan de Pyasina, 250 kilometer van Dickson, hebben de biologen niets. Alleen het gezelschap van nog tien andere onderzoekers, met wie ze het krappe onderkomen moeten delen. Buiten hebben ze wel de ruimte, óp de einde loze toendra, die wolven, poolvossen en ijsberen herbergt. Aan het begin van de zomer, toen er nog aardig wat sneeuw lag, hebben ze nog poot- afdrukken van een ijsbeer gezien. Voor de zeker heid hebben ze een geweer in hun hut. Maar met het groener worden van de toendra trekken de ijsberen verder in noordelijke richting. Hoewel de dikke laag sneeuw en ijs is verdwe nen, is het er nog niet altijd even prettig. Er kun nen plotseling mistbanken ontstaan, die het kilo meters verre uitzicht over de toendra binnen een paar minuten reduceert tot niks. Er kunnen dikke sneeuwbuien vallen en zware sneeuwstormen opsteken. De temperatuur kan binnen een paar uur omslaan van maximaal 28 graden naar het vriespunt. Spaans en Ebbinge waren zes jaar geleden voor het eerst in Siberië, samen met Gerard Boe- re. De laatste is de drijvende kracht achter de ex pedities. Iemand van het eerste uur, die voor het ministerie van landbouw contacten onderhoudt met alle hoeken van de wereld die maar iets met de vogeltrek hebben te maken. Al in 1976 probeerde Boere in Siberië voet aan de grond te krijgen. Het onderzoek naar de rot gans, die op de Waddeneilanden overwintert, zou pas compleet kunnen worden als de omstan digheden in de broedgebieden werden bekeken. De Nederlanders kregen aanvankelijk geen kans om tot de toendra door te dringen. Pas in 1989 mocht de Duitse onderzoeker Peter Pro- kosch, hoofd van het arctisch programma van het Wereld Natuur Fonds, er op expeditie. In 1990 werd het allemaal wat gemakkelijker. De door Gorbatsjov ingeluide glasnost (openheid) betekende een ommekeer. Boere, Ebbinge en Spaans trokken samen naar het Siberische schiereiland Taimyr. Op goed ge luk zochten ze een plek om de zomer door te brengen. Waar de rotganzen precies zaten, wis ten ze niet. Maar de biologen troffen het. Ze kwa men in een streek met een paar honderd broed- paren van de rotgans terecht. Na 1990 is er nogal wat gebeurd op het gebied van internationale samenwerking. De contacten met de Academie van Wetenschappen in Mos kou werden aangehaald en het Wereld Natuur Fonds wist in 1993 in Siberië het Groot Arctisch Natuurreservaat te stichten. Dat gebeurde in sa menwerking met Nederland. Van de kant van de Russische autoriteiten heb ben de expedities nog wel te maken met tegen werking. Vooral Vladimir Badukin, de zwaarlijvi ge directeur van het arctische natuurreservaat, ligt geregeld dwars. Maar ondanks Badukin is toch het onderzoek station Willem Barentsz er gekomen. Wat de Russen nu rest, is de zorg voor onderhoud en be heer. Dat kost al gauw 20.000 gulden per jaar. Dat geld is er niet. De Russische autoriteiten hebben hebben laten weten dat de gebruikers van het gebouw de middelen zelf maar moeten opbrengen. Steun van nationale natuurbescher mingsclubs valt er ook niet te verwachten. De in 1993 opgerichte vogelbescherming telt vierhon derd leden. Een organisatie voor dierenbescher ming probeert in Rusland van de grond te ko men, maar verder dan een actie voor het behoud van zeehondjes is die club ook nog niet geko- De hoop dat bijvoorbeeld het ecotoerisme in Taimyr tot bloei zal komen, lijkt bij voorbaat ijdel. De in verval geraakte havenstad Dickson zou er een graantje van mee willen pikken, maar het is er te ver, te koud, te smerig en te duur. In de laatste jaren is Dickson veranderd van een levendige nederzetting in een spookstad. Vijf jaar geleden woonden er nog zesduizend men sen, nu zijn er geen tweeduizend meer van over. De leegloop is een gevolg van de veranderingen in Rusland. In het Sovjet-tijdperk had de stad namelijk een belangrijke militaire functie. Zo was er een vloot van zestien helikopters die af een aan vlogen naar onder andere veertig weerstations. De mili tairen zijn nu verdwenen, het merendeel van de heli's ook en van de weerstations zijn er nog maar een paar over. De helikopters zorgden voor het ophalen van de vis die door de vissers op de toendra werd gevangen. Nu dat niet meer ge beurt, verdwijnen ook de vissers. Wie er nog woont, leeft in armoede. Dickson verpaupert op een manier die voor westerlingen nauwelijks is voor te stellen. Het merendeel van de huizen staat leeg, de rotzooi is achtergelaten. Wie afval heeft, gooit het gewoon naar buiten en laat het liggen. De enkele .toerist die het waagt Dickson te be zoeken, moet tegen een stootje kunnen. Hij moet een enorme afstand overbruggen en bovendien beschikken over een behoorlijk budget, want al leen al de reis naar Dickson kost gauw een paar duizend gulden. Wie wat van de toendra wil zien, moet zich daar heen laten brengen met een heli kopter. Dat komt op 1.200 gulden per uur. Eigenlijk is een stad in deze hoek van Siberië ongeschikt om er te wonen, vooral als in de win ter ook nog eens een stroomkabel breekt. Aan de andere kant is er de ongeëvenaarde schoonheid van de toendra, waar de enorme sneeuw- en ijs vlakte in de zomermaanden verandert in een schitterend natuurgebied, met een zee van bloe men. De toendra heeft de omstandigheden mee. Omdat de reis er naar toe te ver en te duur is en het verblijf te onvoorspelbaar, blijven de mensen weg. En dat is wellicht de redding van het na tuurgebied. Een toren als baken op Uniek 'hotel' voor dementerende bejaarden moet familie ontlasten M BOSCH PETER DE KNEGT „Hoe oud ik ben? Daar moet ik even over nadenken. Nee, ik durf het nu niet te berekenen, maar het moet ergens tussen de zeventig en tachtig zijn. Ik vergeet steeds meer en dat vind ik beschamend." Mevrouw Coebergh heeft net haar middagmaal in het eerste Nederlandse 'hotel' voor dementerende bejaarden in Den Bosch achter de kiezen. Op het 'menu stonden een pasteitje met visragout, bami met saté en een puddinkje. „Weer heel smakelijk hoor", vertelt de voormalige onderwijzeres. Ze zit nu tien dagen in het hotel en heeft het er uitstekend naar haar zin. Het is helemaal niet moeilijk om even van huis te zijn en dank zij dit hotel konden twee vrien dinnen en een nichtje die veel voor haar doen ook even met vakantie. Tegenover haar trekt een 91-jarige man aan zijn si garet. „Nu ik hier zit, heeft mijn vrouw even rust en ik ook. Ik kook niet hoor, dat doet mijn vrouw altijd, maar dat is een grapje." De man verhaalt over de oorlog, over koeien en ooievaars, de Betuwelijn, Praag en Venetië. Allerlei verhalen door elkaar heen en steeds weer opnieuw opgedist. Het Bossche hotel vindt hij een prima idee. „Ook de kok is goed, alleen laat hij teveel pitten in de tomaten en dqar kun je kanker van krijgen. Dat is niet goed." Je moet er 65-plus voor zijn, dementerend en je mag maximaal drfe weken blijven. De voordeur zit op slot, de stopcontacten zijn beveiligd. Verder is er alles wat een hotelgast zich maar kan wensen: een natje en droogje, kamer met douche en een heuse lounge. Wandelen in het aangrenzende parkje kan ook, maar dan gaat er wel een begeleidster mee. Het hotel draait nu enkele weken en projectleidster Karin Maas is heel tevreden over de eerste resultaten. „De mensen vinden het net vakantie. De eerste dag is meestal wennen, maar daarna zie je ze ontdooien en hebben ze het ontzettend naar hun zin. Ook de verzorgers die het vaak moeilijk vinden hun partner, vader of moeder los te laten reageren positief. Het is heel intensief om voor dementerende ouderen te zorgen. Uiteindelijk komt het erop neer datje als ver zorger dag en nacht aan huis bent gebonden. Dat is een hele grote belasting en op deze manier nemen wij voor een tijdje die zorg over." Het hotel kun je zelfs boeken voor een uurtje als de echtgenoot of het familielid even naar de stad wil of bij wijze van spreken wil gaan kaarten. Maar het is ook mogelijk te blijven overnachten. De kosten be dragen voor een dag en een nacht 25 gulden, inclu sief eten en drinken. De werkelijke kosten liggen op 182 gulden per etmaal, maar de provinciale- en rijks overheid en samenwerkende instellingen zijn zo en thousiast over het project dat geld wordt bijgelegd uit de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten). Het Bossche zorghotel, met de afmeting van een ruime villa, is gebouwd achter een serviceflat en een verzorgingstehuis. Daar komt ook het eten vandaan en wordt de vuile was gedaan. Het hotel kent vijf nachtplaatsen en tien dagplaatsen. Dat lijkt weinig, want alleen al in de regio Den Bosch zijn 1.910 de menterende ouderen bekend. „Maar voor de meneer die even uit wil of voor de kinderen die op vakantie willen, is het heel veel waard", meent Maas. Ze heeft al uit verschillende de len van het land wagen gekregen van families die va der of moeder een tijdje in Den Bosch willen laten lo geren. Maar dat kan niet. Het hotel is alleen voor ou deren uit de directe omgeving. Na het eten en het sigaretje gaat de 91-jarige oud sergeant-majoor even rusten in een grote fauteuil. De aria's en Hollandse smartlappen worden zacht ge draaid. Als de man weer wakker wordt, merkt hij de wijd openstaande deur naar het terras op. „Spinnen, muggen, motten, bijen, ratten. Alles komt binnen door de open deur. Op een kiertje vind ik goed, mt dit is te gek", moppert hij. Vlak daarna besluit hij e onduidelijke klacht bij het CDA te gaan indienen, gaat hij op zoek naar een telefoonboek. „En alle c ken van auto's moeten worden witgelakt, dat tri geen warmte aan." Mevrouw Coebergh waagt aan Maas hoelang nog in het hotel mag blijven logeren? Over ruim e week blijkt ze er drie weken te zijn en wordt er u gecheckt. „Daarna mag ik op zijn minst toch n weieens zwaaien?", waagt mewouw Coebei enigszins ongerust. „Ja hoor. U mag zelfs nog eens een keertje terugkomen", zegt Maas gerustst lend. En dat wordt een uurje later met enige trots meld als haar twee wiendinnen op bezoek komen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 6