esö Deinende heupen 'Dit is m'n spaarpotje van dertig jaar' zonnig en warm Lieveheersbeestjes en muggen varen wel bij de hete zomer smHET Stoplicht Een echt kanon met spinnewebben Telefoneren is een leuke bezigheid DAG 1 AUGUSTUS 1995 Een fakir ligt het lekkerst op een spijkerbed. Maar wij, Waterkranters, liggen liever op de deining van een waterbed. In Leiden is een zaak waar ze die dingen verkopen. Sleep- trend, heet de winkel, en de man die er ons te woord staat is (let op de middelste letter greep van zijn achternaam) meneer Van Nijnatten. De eerste vraag: wat moet een goed waterbed hebben? Het blijft even stil aan de lijn. Meneer zal toch niet zijn gaan wateren? O, nee, daar hebben we hem weer. „Een waterbed moet een goede tijk hebben die vocht opneemt. Het waterbed is van vinyl en dat neemt geen lichaamsvocht op. Vandaar." „Met deze hitte is een waterbed heerlijk koel. Ik hoef 's nachts nooit puffend op de bedrand te gaan zitten. Ik slaap zelfs nog onder een dekbed. Het zijn echt heerlijke bedden. Je hebt totaal geen druk van de matras, die voegt zich naar je lichaam. Steeds meer dokters en fysiotherapeuten bevelen een waterbed aan." „Er zit zo'n vierhonderd liter water in een waterbed. De mensen denken dan gelijk: als dat maar niet lek raakt, want dan hebben de buren een oceaan in de kamer. Dat kan dus niet. Er zit een dubbele zak om het wa ter heen. Het bed stroomt echt niet leeg. Dat is alleen eens een keer gebeurd in de film 'Schatjes' en dat moeten we nog dage lijks horen." Mooi. Maar hoe zit het met de voortplan ting? Wordt dat op een waterbed niet een aangelegenheid voor acrobaten? „Ik had de vraag verwacht", zegt Van Nijnatten. „Maar alles gaat gewoon beter op het waterbed. Dus ook dat. Het gaat zelfs veel lekkerder." Kunnen we ons ook wel voorstellen. Moet toch een ervaring zijn. Als je ineens weer die soepele deining in je heupen voelt te rugkomen. Iemand de loef afsteken De loef of loefzijde van een schip is de kant van het vaartuig waar de wind op staat. Een schip de loef af steken betekent zodanig ten opzichte van het schip gaan varen dat je het voordeel van de wind hebt. Voorheen werd ook wel gesproken van 'De loef afwin nen'of'afknijpen'. tcern c lezit, r ereld. n Ook uit de slaap gehouden door de muggen, de vol gende dag naar het strand gevlucht, daar dan weer ge pest door de massaal aanwezige lieveheersbeestjes om daarna op een terras welkom te worden geheten door een zwerm wespen? Lijkt het zo, of hangen er dit jaar echt veel meer insecten in de lucht dan gebruikelijk? Jan van Tol, conservator entomologie (insektenleer) van het Nationaal Natuurhistorisch Museum in Lei den heeft maar een half woord nodig als hij over de in- sektenoverlast wordt gebeld. Een plaag wil hij het ver schijnsel niet noemen. Daar is de overlast niet erg ge noeg voor. Maar het is volgens hem inderdaad zo dat er nu erg veel insecten zijn. Dat verschijnsel is niet vreemd bij aanhoudende warmte. „Door de warmte komen veel meer eitjes tegelijk uit, bovendien gaan er veel minder insecten dood. Dat komt bijvoorbeeld doordat het weinig regent. Een vlinder die in een re genbui terecht komt is er al heel snel slecht aan toe. Ook bij andere insecten gaat dat op." Het grotere aantal insecten dat overleeft is boven dien erg actief, legt Van Tol uit. „Dat komt doordat in secten koudbloedige dieren zijn. In tegenstelling tot mensen die warmbloedig zijn, worden koudbloedige dieren juist actief bij warmte. Insecten gaan dan vlie gen." Het enorme aantal lieveheersbeestjes op het strand verklaart Van Tol door de nabijheid van de dui nen. „Daar zitten altijd al veel lieveheersbeestjes. Met de warmte gaan die vliegen en komen vervolgens bo ven zee terecht. Als ze moe zijn vallen ze in het water en spoelen vervolgens weer aan op het strand." De conservator van het museum ziet overigens meer ontwikkelingen in de insectenwereld als gevolg van de warme zomers van de afgelopen jaren. Ver schillende soorten die eigenlijk thuishoren in zuidelij ke landen worden steeds vaker hier gesignaleerd. Het gaat daarbij met name om libeiles. Onderzoekers veronderstellen nu dat die verhuizing van soorten samenhangt met een klimaatsverande ring. Van Tol: „Maar zo'n verandering is een heel complex proces. Daar spelen veel meer factoren een rol bij. Om dat vast te stellen is meer onderzoek nodig. We hebben daarom een voorstel gedaan voor onder zoek naar het opschuiven van soorten naar het noor den." tot van het Leidsch Dagblad vaart deze week op en rondom aassemermeer. Tips en suggesties voor de Waterkrant kun- echtstreeks worden doorgegeven aan de verslaggevers op de (tel. 06-52801476) of aan de redactie op de wal (tel. toen JS644I>- Aan de monding van de Oude Wetering staat een kanon. Het wijst dreigend naar passerende waterrecreanten die van de Braassem afko men, maar er zit gelukkig een lachende me neer naast. Het is J. van der Kolk, die het oude ding hoogstpersoonlijk naar Oude Wetering haalde. Het gebeurde zo'n twintig jaar geleden. Bij bouwwerkzaamheden kwam het kanon toen letterlijk boven water in Amsterdam. Het sleet zijn dagen namelijk als meerpaal. De loop stond in het water. En door de ring, die bij vi zier en lontgat zit, haalden booteigenaars hun trossen. Van der Kolk gaf het apparaat een kanon waardig bestaan. Hij zette het keurig in de teer en maakte een houten standaard op wielen. Een beetje als in de tijd toen het kanon nog dienst deed op schepen van de Vereenigde Oost-Indische Compagnie (VOC). Schieten zit er alleen niet meer in, weten ook de spinnen die menig web hebben gespannen in de loop. Zoals deelnemers aan puzzeltochten te wa ter moeten weten, stamt het kanon uit 1889 (althans, dat heeft de eigenaar ervan gemaakt toen hij het jaartal probeerde te ontcijferen bij de vondst). De VOC was toen reeds ter ziele. Zeker is wel dat het kanon maar liefst 4490 ki lo weegt. Zoals ook keurig op de zijkanten staat vermeld. Voor degenen die een eigen ka non willen, heeft eigenaar Van der Kolk de volgende tip: „Er schijnen in Amsterdam nog altijd kanonnen als meerpaal te worden ge bruikt." FOTO BEN DE BRUYN De LD-boot vaart nu alweer ruim twee weken en ik ge niet nog steeds met volle teugen. Ik leer elke dag. YVist u dat een stoplicht op het water een geheel andere beteke nis heeft? Geel betekent doorvaren. Tenminste, zo staat dat in de waterwetten geschreven. Vertel het Annemiek, de tweede vrouwelijke redacteur die het lef had de Mistral te betreden. Hoe het met de eerste, Erna, afliep weet u inmiddels: die viel tussen de wal en het schip voordat er een letter was geschreven. We waren bij Annemiek gebleven. Ik weet niet wat dat is met de schrijvende dames van deze krant. De redactie heeft een zeer hoog vrouw-gehalte, maar op de boot wit het maar niet lukken. Aan deze kapitein kan het niet liggen. Voor Annemiek bakte ik een uitsmijter, geserveerd op twee verse volko ren-boterhammetjes. Eén dooier heel, de ander kapot, dit allemaal goed doorbakken dus zonder lebberend struif. Ook nog opgediend op een bord, waar de mannen de broodjes verplicht uit de hand moeten eten om afwas te besparen. Ik verwen de vrouwen, ben altijd vriendelijk en als dank maken ze er een janboel van. Iets gehoord over een opstopping van boten en aanvaringen op de Oude Rijn, bij de 's Molenaarsbrug? Dat is te danken aan Anne miek. Die verkeert in de veronderstelling dat een geel licht betekent: stoppen terwijl de boten juist dan moeten doorvaren. Eigenlijk schaam ik me een beetje. De bewuste krant met het gewraakte gele licht-ar tikel heb ik gratis bij Avifauna aan passanten rondgedeeld, dus in feite ben ik de verspeider van het slechte nieuws. Dat durfde ik de brugwachter van de 's Mole naarsbrug niet te vértellen, toen hij zaterdag enigszins aange brand de burelen van het LD belde. Voor hem in de Oude Rijn speelden zich hachelijke tafere len af omdat de mensen op het verkeerde been waren gezet. „Ach ja, we hadden weer eens een vrouw aan boord", zuchtte ik. „Dan weet je het wel. "Aan de andere kant voelde ik begrip. Tsja, Annemiek, om haar is al tijd wel wat te doen. Dan springt ze op rood. Dan springt ze op groen. Van 20 juni t/m 11 juli 1995 ben ik op vakantie geweest in Marmaris, Turkije. Na een dag of drie heb ik daar een ontzettend mooi en heel lief meisje ontmoet. Het was echt van beide kanten liefde op het eerste gezicht. Vanaf dat moment zijn we echt bijna dag en nacht met elkaar opgetrokken, hebben leuke dingen gedaan zoals zwem- m men, winkelen, uitgaan, enz. Wat mij vooral zo ontzet tend aantrekt in haar zijn haar mooie helderblauwe ogen, mooie donkere haren en uiteraard haar uiterlijk. Bovendien is ze ontzêttend lief en heeft ze een heel zacht karakter. Nu ik weer terug ben in Nederland jk denk ik de hele dag aan haar en ik .JflL heb af en toe gewoon moeite om mijn concentratie bij mijn werk te F houden. Op het bureaublad in mijn slaapkamer heb ik in een paar lijstjes een aantal foto's van j haar, waar ik voor het slapen gaan telkens naar kijk. We heb- ben bijna dagelijks telefon isch contact met elkaar en schrijven brieven. Het telefoneren is een hele leuke bezigheid, want het gaat in het En- gels, Turks en een beetje Nederlands. 1 In februari hebben we afgesproken O dat ze voor een periode naar Neder- land komt. Daar verheug ik me enorm N Richard Laterveer, Leiden. Heeft u ook een Zomerliefde beleefd? De redactie van de Waterkrant heeft nog ruimte voor een aantal van deze liefdevolle gebeurtenissen. Inzendingen voor deze rubriek kunnen worden gestuurd aan: de redactie Waterkrant, Postbus 54,2300 AB in Leiden. 3 of 4uur varen. Vertrekt uit de haven van Katwijk 3 uur varen- Vanuit, Katwijk naar en over de Kagerplassen via Rijnsburg, Oegstgeest, Kagerplassen, Kagerland, langs Leiden. Afvaart: ma. t/m zondag dagelijks om 14.00 uur. Prijs: volw. ƒ19,50/65 16,50/3 t/m 11 jaar ƒ13,50 Extra afvaart op di., wo., en do. ook om 11.00 uur. 4% uur varen Vanuit Katwijk via de Oude Rijn langs Leiden, Koudekerk, Alphen a/d Rijn, Braassemermeer, Kagerplassen. Afvaart: ma. t/m zo. dagelijks om 12.30 uur. Prijs: volw. 27,-/65+ 23,-/3 t/m 11 jaar ƒ19,- lel Moer- d (rechts) /verfeige- irVan 'jeningen op GT Supers- 3A li Opvallende scheepsbouw bij Van Groeningen Trots toont hij zijn fonkelnieuwe schip, dat hij afgelopen za terdag officieel te water liet. De 50-jarige Leidse timmerman Karei Moerland heeft het vaartuig in de afgelopen maanden voor het grootste deel zelf gebouwd en zal ook de komende maanden nog heel wat vrije uurtjes nodig hebben om dit zogeheten GT Supership te vervolmaken. De geschatte waarde van de boot is circa drie ton. Door de unieke manier van samenwerking bij de Leiderdorpse werf Van Groenin gen is hij maar pakweg de helft van dit bedrag kwijt. „Alles bij elkaar toch een forse investering, en dan tel ik de uurtjes van mezelf - en die van mijn zoons die hebben meegehol pen - niet mee. Maar dit is mijn spaarpotje van 30 jaar", ver telt Moerland. Scheepsbouwer Wim van Groeningen, de laatste telg uit een familie die al sinds 1864 dit werk doet, legt in zijn loods aan de Doeslaan uit wat nou zo bijzonder is aan de manier waarop de schepen van het genoemde type worden ge maakt: „Ik zoek enthousiaste hobbyisten die zo'n schip wil len hebben. Dan zorg ik voor het ontwerp, kies het materi aal, bedenk de bouwwijze en help in de beginmaanden bij het knippen van de stalen platen en het in elkaar zetten van het casco. Voorwaarde is wel dat de nieuwe eigenaars kun nen lassen", aldus Van Groeningen. Als het casco eenmaal staat, gaan de eigenaars zelf verder: in hun vrije tijd en onder toeziend oog van de Leiderdorpse leermeester. De grote winst is natuurlijk het uitsparen van personeelskosten, maar ook het vooruitzicht voor de aan staande kapiteins telt dat ze straks echt op hun éigen boot varen. En aan het 'bootje' van Moerland te zien, is de sa menwerking tussen een zelfbouwer en een ervaren rot die over het bouwproces waakt, een gelukkige. Het Supership van Moerland is zo strak gevormd en gelijnd dat de buiten kant van polyester lijkt te zijn gemaakt. Het is echter louter staal waarin extra grote verzonken ramen zijn verwerkt. Inmiddels zijn in de afgelopen paar jaar al zeven schepen van dit type in het water van De Does gerold en er liggen er op dit moment nog drie waar stevig aan wordt geklust. De methode van werken, met een contract tussen 'raadgever' en helper Van Groeningen en de eigenaar als 'uitvoerder', is ook in waterminnend Nederland niet onopgemerkt geble ven. Het toonaangevende tijdschrift Waterkampioen be steedde reeds ruim aandacht aan de Leiderdorpse werf. Moerland is een schoolvoorbeeld van het soort mensen dat Van Groeningen op het oog heeft. Een timmerman, dus technisch aangelegd, die gek is op watersport. „Met mijn vorige boot lag ik eerst alleen bij 't Vennemeer en De Kaag, maar op het laatst hadden de kinderen daar twaalf vaders en moeders. Toen zijn we in de vakanties door het land gaan varen, en met veel plezier. Er is altijd wel een stad waar wat te doen is, waar bandjes spelen en mooie terrasjes zijn. Nu zijn de kinderen groot en heb ik het laatste schip dat ik had, verkocht om materiaal te kopen voor dit schip. Hier mee ben ik ook van plan tochten te gaan maken, ook al is het interieur nog niet afgewerkt. Ik vaar gewoon en zie wel waar ik uitkom. Op zo'n schip is dat natuurlijk fantastisch." LOMAN LEEFMANS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 9