'Ik haat de Serviërs, al probeer ik dat niet te doen' 'Overheid is niet meer naïef over immigratie' Feiten &Meningen Revolutie op kousevoeten in gezondheidszorg WOENSDAG 10 MEI 1995 COLUMN De ondernemende medisch specialist heeft zijn langste tijd gehad. Fr grijpt een revolu tie op kousevoeten plaats in de Nederland se gezondheidszorg en wel onder leiding van die aardige, goedogende en dito optre dende mevrouw Borst van D66, minister van volksgezondheid in het paarse kabinet- Kok. Wat Hans Simons niet mocht, mag zij wel. Waar dat aan ligt, is mij een raadsel. De gezondheidszorg wordt de komende jaren feitelijk gesocialiseerd door de verdere ge lijkschakeling van de ziekenfonds- en parti culier verzekerden. Zelfs de premie band breedte van de particuliere ziektekostenver zekeraars zal door mevrouw de minister worden vastgesteld, waardoor elk onder scheid tussen beide verzekeringsvormen- verdampt'. Daar was al weinig van te merken, want je kunt je eerste klas verzekeren voor zie kenhuisopname en gewoon op zaal terecht komen en ook qua voeding en verzorging is er geen enkel onderscheid meer. De daad krachtige mevrouw op Volksgezondheid heeft nu de farmaceutische industrie de wacht aangezegd en dicteert vanaf heden gewoon de prijssom voor geneesmiddelen en voor het einde van het jaar zijn de medi sche specialisten aan de beurt. Er is al heel veel jaren keet rondom de in komens van de medische specialisten. En het moet gezegd, zij hebben het er in het recente verleden ook naar gemaakt. Specia lismen als cardiologie, röntgenologie en oogheelkunde zijn berucht en verdienen de L. PIM FORTUYN medewerker naast deinsde men in die sector niet terug voor zwarte praktijken. Menige ooglens werd aangemeten en verstrekt door lager gekwalificeerd personeel, dat in het ver bond was betrokken, zonder het verstrek ken van rekeningen. De inkomsten waren 'daardoor gewoon netto. Netto voor de oog arts en netto voor zijn bondgenoten in het kwaad. De fiscus had het nakijken. Deze be roepsgroep is daar nooit echt voor gestraft door een stevige aanpak door de FIOD. Dergelijke praktijken en de hoge inko mens van sommige specialistengroepen hebben de beroepsgroep als geheel een slechte naam bij het publiek bezorgd voor wat betreft hun inkomenspositie. Veel Ne derlanders denken nog steeds dat de medi sche specialist een grootverdiener is. De Nederlandse gezondheidszorg be hoort onze gezondheidszorg tot de beste ter wereld. Daarenboven is onze gezondheids zorg daadwerkelijk voor iedereen toeganke lijk. De president-directeur van Philips krijgt in beginsel dezelfde behandeling als de uitgeprocedeerde asielzoeker. Dat is een humaan, maar ook een kostbaar beginsel. Sinds staatssecretaris Hendriks (CDA) in hel kabinet-Den Uyl trachten de politici die kostenontwikkeling in de hand te krijgen. Tot nu toe zonder noemenswaardig resul taat. Oud-Philips-president Dekker kwam er aan te pas en bepleitte een marktwerking, hetgeen betekende meer eigen risico en op draaien voor je eigen beslissingen. Dat was in het egalitaire Nederlandse klimaat on aanvaardbaar. Daarna kwam Simons met zijn plan dat feitelijk neerkwam op sociali satie van de gezondheidszorg. Met z'n allen in één groot staatsziekenfonds en een aan bod dat volledig door de overheid zou wor den gecontroleerd. De staatssecretaris heeft dat politiek niet overleefd. Mevrouw Borst pakt dat anders aan. Zij is zeer wellievend, bedaard en voortdurend in gesprek met het veld, maar gaat ondertus sen keihard haar eigen gang. Die komt er op neer dat het plan-Simons alsnog, maar dan onder andere naam wordt uitgevoerd. Flet heet dan geen plan meer, maar een sa menstel van evenwichtige op elkaar afge stemde maatregelen, met daarin een over heersende en alles bepalende positie van de zorgverzekeraars. Zij gaan doen wat de overheid niet vermag. Zij bepalen straks wat aangeboden gaal worden en tegen wel ke prijs, natuurlijk in nauw overleg met de politiek. De ondernemende specialist, die zoveel heeft bijgedragen aan een uitstekende ge zondheidszorg, is aan het einde van dit jaar voltooid verleden tijd. Mevrouw Borst heeft op gezag van de commissie-Biesheuvel im mers verordonneerd dat vanaf dan de spe cialist wordt gehouden aan een norm voor zijn omzet. Hij komt niet in dienst van het ziekenhuis, dus blijft in naam zelfstandig ondernemer, mevrouw Borst bepaalt echter wel wat hij mag omzetten. Ze doet dat op basis van de omzet van de specialist in 1993 minus een bepaald percentage. Dat is zijn normomzet. De specialist kan medewerking weigeren, maar de straf is ctyn dat hij van Haar een grotere korting aan zijn broek krijgt. Zo wordt medewerking niet verwor ven, maar ordinair afgedwongen. Hel is hetzelfde indien de kruidenier op de hoek van de minister van economische zaken krijgt te horen wat zijn omzet moet zijn en als hij door zijn eigen inspanningen meer weet om te zetten het 'helaas pinda kaas' is. Een kwijnende winkelsmnd zal bin nen de kortste keren het gevolg zijn. Het zelfde geldt voor de medische specialisten en vooral de ondernemers onder hen. En tussen ons gezegd en gezwegen, de gemid delde praktijkomzet is 300.000 gulden, daar moet alles vanaf, van huur tot en met het salaris van de assistente. Wat overblijft, is de veelal karige boterham voor de specialist en dat na jaren studie en werkweken die in de buurt komen van de tachtig uur. kwalificatie zakken- vullerij ruimschoots. In die sectoren zijn vooral in de jaren zeventig en de eer ste helft van de ja ren tachtig bespot telijke inkomens op gestreken. Met name oogart sen hebben het wel zeer bont gemaakt. Hun assistenten de den veel van het werk en zij streken daarvoor het volle dige tarief op. Daar- West-Slavonië wordt netjes gezuiverd Milan Dobrikovic weet nog exact de dag dat hij zijn huis moest ontvluchten voor de oprukkende Servische troepen. „Dat was op 15 augustus 1991." Nu staat hij er weer. Het is 8 mei 1995. De 32-jarige Kroatische soldaat slikt en zucht. 'Zijn' West-Slavonië is eindelijk heroverd, maar zijn huis is opgeblazen en hij heeft geen geld om het te herbouwen. Voorzichtig loopt hij door het kniehoge gras, alert op achter gelaten explosieven. In de ach tertuin staat een verroest wrak van een personenwagen. Ook het houten huis dat zijn groot vader had gebouwd, bestaat niet meer. „Alleen de fruitbo men zijn nog heel", zegt Milan. Vierhonderd jaar lang heeft zijn familie op dit plekje gewoond, zegt hij. Met de Serviërs. Maar dat samenleven is voorbij, denkt hij. „Ik haat ze, al doe ik mijn best dat niet te doen. Ze zeggen dat de lijd alle wonden heelt. Maar hoeveel tijd hebben we nodig?" Hij wijst. „Mijn va der heeft 45 jaar gewerkt voor dit huis. Ik twaalf jaar, in West- Europa. Allemaal voor niets." Milan Dobrikovic is geen agres sieve man. Hij praat zacht en heeft een sympathieke uitstra ling. Hij heeft een zoon van acht jaar en is waarschijnlijk best een goede vader. „Ik wilde mijn zoon niet meenemen, want hij zou erg schrikken. Hij weet nog precies wat vier jaar geleden is gebeurd. Dat we de herders hond moesten achterlaten, om dat het beest zo dol was van de bombardementen dat we 'm niet meer in de auto kregen." Kan hij zijn zoontje nog zo op voeden dat hij met de Serviërs zal kunnen samenleven? „Ik hoop het. Weet je, die kinderen hebben jaren op radio en TV gehoord dat de Serviërs schul dig zijn. Ook als ze klein zijn, worden ze al erg beïnvloed." Voor het eerst in bijna vier jaar heeft Kroatië een groot militair succes geboekt, na de ongelijke strijd 'van 1991 -1992 tegen Ser vië. Een van de drie gebieden die zich rekenden tot de Servi sche republiek Krajina werd midden vorige week heroverd en hoort weer bij het Kroatische moederland. En Kroatië, dat de afgelopen jaren zware kritiek kreeg over de wijze waarop het met de mensenrechten omging, wil nu laten zien dat de bevrij ding van West-Slavonië een nette actie is. Temidden van de verwoestin gen kortwiekt een grote maai- machine het bermgras langs een weg. Een ploeg wegwerkers dicht gaten in het asfalt. Solda ten delen chocola uit aan kinde ren, zoals de Canadezen vijftig jaar geleden in Nederland. Het postkantoor functioneert en de inderhaast opgezette radiozen derRrrradio Okucani! 93,6 Megahertz bericht over de dagelijkse vooruitgang. Van daag stroom, morgen wordt het water aangesloten. De Kroatische minister van bui tenlandse zaken, Granic, leidt buitenlandse diplomaten rond. Ze zoeven het hele gebied door in hun limousines en zijn onder de indruk. De tijdelijk zaakge lastigde van de Nederlandse ambassade in Zagreb, Scheffers, is overtuigd van de goede inten ties van de Kroaten. „Grosso modo is hier sprake van een keurige operatie", zegt hij. „Ze hebben niet voor niets zoveel journalisten en waarnemers toegelaten." Maar verloopt wat de Kroaten de 'reïntegratie' noemen wel zo keurig? Ligt niet bij talloze hui zen het huisraad op het erf,'in de tuin, op straat? De binnen vallende Kroatische eenheden troffen honderden inderhaast verlaten woningen aan van Ser viërs die op de vlucht waren ge slagen richting Servisch gebied in Bosnië. Ze ontkennen dat er is geplunderd, maar het klinkt weinig overtuigend. De Verenigde Naties en het In ternationale Rode Kruis probe ren nu huis voor huis te regi streren wie er is achtergebleven, of ze worden bedreigd, of ze worden bestolen. Een Neder landse VN-politieman zegt on omwonden: „Er wordt hier wel degelijk gezuiverd. Auto's van Serviërs worden gevorderd, dat is een ander woord voor gejat. De poort naar Bosnisch Servië staat wagenwijd open en de mensen hebben geen aanspo ring nodig om te vertrekken". Volgens hem wachten de vrou wen tot hun mannen worden vrijgelaten door de Kroaten om dan West-Slavonië te verlaten. Vorige week al kregen enkele duizenden Serviërs de kans weg te komen, omdat de Kroaten de enige vluchtweg drie dagen open hielden. De extremistische vleugel van de Kroatische rege ring krijgt nu vanzelf haar zin: een Kroatisch Slavonië, zonder Servische smetten. En niemand zal het etnische zuivering noe men. De weinige Servische achterblij vers zijn ontluisterd en hun -ver bittering is groot. Bijna vier jaar hebben ze armoede geleden in Krajina, het kunstmatige en to taal niet levensvatbare Servi sche republiekje. Al die tijd zijn ze de speerpunt geweest van het grote Servische verlangen naar een sterke Grootservische staat waar ze voor eeuwig vrij zouden zijn van.vreemde on derdrukkers. Bloedstollend was de propaganda. Over de Kroati sche moordenaars en de Servi sche onoverwinnelijkheid. In het nu volledig heroverde Pakrac leunt Milica Sjarcevic op haar tuinhek. Ze is Servische en 43 jaar. De Kroaten hebben haar man gearresteerd; ze weet niet waar hij is. Haar zoon, lid van de Servische militie, is ook spoorloos. Milica Sjarcevic is woendend. Haar boosheid is veel groter dan haar angst. Ze verwijt de Kroaten dat ze geen informatie geven over het lot van haar man. En ze is ook alle geloof in de Servische propa ganda kwijt. „De Bosnisch-Ser- vische radio zegt dat de Kroaten onze straten schoon wassen, nadat ze met hun tanks over de Servische mannen zijn gereden. Dat is onzin." We moeten bij haar binnen komen en koffie drinken. En ze begint een lang verhaal, heftig gebarend, hard pratend. Haar ouders, zegt ze, vertelden over het Kroatische concentratiekamp, hier niet ver vandaan, waar in de Tweede Wereldoorlog duizenden Ser viërs werden vermoord.. ,,Onze mannen zijn gevlucht, omdat ze bang zijn dat dat weer gebeurt." Haar zwager Vlado neemt het gesprek over. „Als Serviër heb ik me afgevraagd waarop onze po litici al die tijd hebben gewacht. Ze hebben vier jaar lang de tijd gehad alle Servische gebieden bijeen te brengen in één staat. Er is niets gebeurd. We zijn in de steek gelaten." Knin heeft ons genaaid, klinkt het wat grof uit de mond van een oudere Servische vrouw. Knin: het grauwe plaatsje vol extremistische Tsjetniks dat zich als hoofdstad gedraagt van de zieltogende Servische repu bliek Krajina. De vrouw, Sofija Paripovic, is 71 jaar. „De afgelo pen vier jaar zijn we alles kwijt geraakt. En toen de Kroatische soldaten kwamen, zei ik: voor uit, doodt me maar. Ik kende die jongens, ze waren zelf in 1991 uit Okucani gevlucht. Maar ze deden niets." Zoals zovelen weet ze absoluut niet waarvoor de oorlog goed is geweest. Ze vermoedt dat ze zijn misbruikt.voor politieke doeleinden, maar wat voor zin heeft het zich er nog in te ver- diepen? Ze praat tegen de herrie van de grote speakers van Radio Okucani in. Over vóór de oor log, toen het goed ging. Uit de speakers schalt het ene strijd lied na het andere. 'Onze gra ven zullen hen nooit vergiffenis schenken', brult een Kroatische band. „Ze kunnen niet meer stoppen", zegt Sofija Paripovic. PAKRAC-OKUCANIMAURICE WILBRINK Nog maar drie jaar geleden voelde de vreemdelingenpolitie in de grote steden zich in de steek gelaten door de politiek. De immigratieregels waren zo lek als een mandje, er werd bo vendien op vrij forse schaal misbruik van gemaakt en tot overmaat van ramp kampte de vreemdelingenpolitie zelf met een nijpend personeelstekort. Ze voerde, zo leek het, een ge vecht tegen de bierkaai en nie mand luisterde. Maar herkan verkeren. Vorig jaar daalde de immigratie, voor het eerst sinds 1981, met zo'n twintig procent. Want weliswaar nam vorig jaar het aantal asiel zoekers fors toe, op een min stens zo belangrijk immigratie front, dat van de gezinsvorming en -hereniging (het laten over-' komen van familieleden en hu welijkspartners uit het buiten land) blijkt Justitie belangrijke successen te boeken. „Het gaat de goede kant op. De problemen rond immigratie hebben de overheid lange tijd onverschillig gelaten. Dat is ver anderd. De overheid is niet meer zo goedgelovig", constate ren Karei van der Leest, plaats vervangend hoofd van de vreemdelingenpolitie in Rotter- TOM JANSSEN IU Vfteoêsvyp CNW torOl ovsi VAa/ 04(J/ AGfNPAPüNt GÉN H&WZnKihi} VM oi PwrST tnvAL dam, en Huib van der Vorst, plaatsvervangend hoofd van het Bureau Verblijfsregelingen. Eind 1991 waren niet alleen de regels voor gezinsvorming en - hereniging mild, er werd boven dien op steeds grotere schaal misbruik van gemaakt. Schijn huwelijken en vervalste identi teitspapieren waren aan de orde van de dag. Verder konden ille galen op relatief eenvoudige wijze een semi-legaal bestaan in Nederland opbouwen: geen verblijfsvergunning, maar wel een sofinummer, een legale baan of een uitkering. „De me dewerkingvan andere over heidsinstanties, als de burgerlij ke stand of de sociale dienst was ook minimaal. Ze werden vaak belemmerd door toenma lige regels. Men kwam op voor de klant. Nu is de samenwer king prima. Bestanden zijn of worden gekoppeld, de gege vensuitwisseling is sterk verbe terd. Men ziet daar ook in hoe vaak men is belazerd", aldus Van der Vorst. De vorig jaar van kracht gewor den legitimatieplicht blijkt een sterke troef te zijn bij het afslui ten van voorzieningen voor ille galen. Er staat nog een intensie vere koppeling van gegevensbe standen op stapel. Zeer belangrijk is de vorig jaar van kracht geworden regel die er in grote lijnen op neerkomt dat alleen mensen die in hun ei gen onderhoud kunnen voor zien nog huwelijkspartners of gezinsleden mogen laten over komen. Uit oogpunt van immigratiebe perking is deze nieuwe regel zeer effectief. Buitenlandse ge zinsleden en huwelijkspartners van bijstandsgerechtigden ko men nu immers niet meer voor een verblijfsvergunning in aan merking. Het aantal schijnhu welijken loopt hierdoor terug, omdat het juist vaak de minst bedeelden met de Nederlandse nationaliteit waren die in ruil voor een bom duiten bereid wa ren zo'n huwelijk met een vreemdeling aan te gaan. In de strijd tegen de schijnhu welijken werd vorig jaar ook de maatregel van kracht dat een ambtenaar van de burgerlijke stand pas een huwelijk tüssen een Nederlander en een vreem deling mag sluiten als de vreemdeling vooraf toestem ming van de politie heeft gekre gen. Een derde, zeer belangrijke maatregel tegen de schijnhuwe lijken betreft de eveneens vorig jaar ingevoerde maatregel dat een aanvraag voor een verblijfs vergunning pas in behandeling wordt genomen als de vreem deling beschikt over een mach tiging tot voorlopig verblijf. De clou is, dat zo'n 'MW' alleen kan worden aangevraagd bij de Nederlandse ambassade in het land van herkomst. Illegalen of vreemdelingen met een toeris tenvisum die hier voorheen op zoek gingen naar een huwelijks partner, vervolgens trouwden en bijna automatisch een ver blijfsvergunning kregen, moe ten nu eerst weer terug naar het land van herkomst voor een machtiging. Loopt dan nu alles geheel op rolletjes? Nog lang niet, stellen Van der Leest en Van der Vorst. Het vereiste om zo'n machti ging in het land van herkomst aan te vragen, is kortgeleden door de vreemdelingenrecht bank in de prullenmand ge gooid. De vreemdelingendienst merkt het onmiddellijk aan een op nieuw stijgend aantal aanvra gen om een verblijfsvergunning. „Dat kost ons zeer veel tijd, om dat we die aanvragen nu weer inhoudelijk moeten behande len", aldus Van der Vorst. Het wachten is op het kabinet, dat studeert op verbeterde maatre gelen. Tijdelijk probleem is ook dat het nog wel twee jaar duurt voordat de huidige zeer fraudegevoelige verblijfsdocumenten ('vodjes') allemaal zijn vervangen door fraudebestendige pasjes. Het ef fect van die nieuwe pasjes is nu al grandioos, zegt Van der Vorst, maar vooralsnog zijn er nog ve len die met een vervalst oud vodje van allerlei voorzieningen gebruik kunnen maken. Het allergrootste probleem voor de vreemdelingendienst is ech ter het nijpende gebrek aan cel len. En verder leidt het dichten van gaten in regelgeving tot het creatief zoeken naar andere mazen, net als bij de belasting wetgeving. „Dat hou je altijd, dat is ook het spel." DEN HAAG HARM HARKEMA Servische burgers, klaar om Pakrac te verlaten en naar het Servische gebied in Bosnië te gaan. FOTO EPA JOEL ROBINE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 2