Levensbehoefte
■Het leven van
|Ko Thijsse
Thijsse-jaar
op Texel
Diep in z'n hart brengt de Hollander z'n vrije
dagen het liefst door in het buitenland. Ver
schillende onderzoeken mogen dan uitwij
zen, dat het weer met het jaar minder in-
vloed krijgt op z'n vakantiegedrag; zo lang
de zon in landen als Spanje en Frankrijk uit-
bundiger schijnt dan in de Lage Landen aan
de Zee, trekt de gemiddelde Nederlander des
zomers bij voorkeur naar het zuiden. Een ob-
stakel slechts lijkt hem van dat voornemen
te kunnen afbrengen: geld. Kostte een bui-
tenlandse vakantie in 1994 gemiddeld 1275
gulden per persoon; in het binnenland hoef
de men vorig jaar niet meer dan 390 gulden
te betalen (Bron: Stichting Continu Vakantie
Onderzoek).
Hoewel de vergelijking hier en daar mank
l( gaat (voor binnenlandse vakanties worden
l< nu eenmaal minder dagen uitgetrokken dan
voor buitenlandse), valt er dus veel te zeg
gen voor een vakantie aan Neerlands blonde
1 kust. Zeker als de hemel net zo blauw blijft
als vorig jaar in juli en augustus. Daar - tus-
sen Cadzand en Rottumeroog - werd door
de strandbazen dan ook nauwelijks gemop
perd over de hete zomer van 1994. Liep het
aantal lange binnenlandse vakanties (exclu
sief de verblijven in stacaravans) in Neder-
land vorig jaar in vergelijking met 1993 te-
rug met zes procent; de belangstelling voor
een paar dagen zon, zee en strand bleef re-
r del ijk constant. Forse klappen vielen er veel
eerder in een traditioneel vakantiegebied als
Zuid-Limburg.
Voor de komende seizoen waren de ver
wachtingen aanvankelijk hooggespannen.
Een mooie zomer - zo leerde de ervaring im
mers - verleidt veel Nederlanders het maar
't weer eens in eigen land te proberen. Maar of
die hoop inderdaad bewaarheid wordt, weet
tot nu toe niemand. De reisbranche wikt; de
vakantieganger beschikt. Slechts voor de ca
tegorie 'ver en vreemd' liep het de laatste
maanden storm. Exotica als Phuket (Thai
land), de Nederlandse Antillen en de rest
van de Caribbean scoorden tot nu toe door
elkaar genomen een 'plus' van 22 procent.
De animo voor 'dicht bij huis' (Nederland en
Europa) daalde daarentegen met 8 procent
(bron: ANVR/NIPO).
Die cijfers dateren van begin april en er zijn
tekenen, die erop wijzen dat de achterstand
op althans het gebied van vliegvakanties
langzaam maar zeker wordt ingelopen Het
slechte voorjaar en de lage dollar fungeren
als motor voor deze aanwakkerende interes
se en daar is dan natuurlijk nog de weten
schap dat vorig jaar ruim driekwart (78
van alle Nederlanders met vakantie ging
(Bron: Stichting Continu Vakantie Onder
zoek), dus waarom nu niet.
Een merkwaardig fenomeen trouwens die
ongehoord hoge Vakantieparticipatie'Ner
gens ter wereld worden zulke cijfers behaald
als in dit land en vier jaar terug wilde het
Nederlands Instituut van de Publieke Opinie
en Marktonderzoek (NIPO) wel eens weten
hoe dat kwam. Vakantie bleek in de Neder
landse gezinnen tot de belangrijkste levens
behoeften te behoren. Achter huisvesting en
voedsel (maar nog voor kleding en auto) ein
digde het op de derde plaats. Gevoegd bij
het feit dat de Wereld Toerisme Organisatie
(WTO) heeft voorspeld dat het aantal toeris
ten zich tot 2010 zal verdubbelen tot 900
milioen, hoeft de reisbranche dus nog niet te
wanhopen.
Rob van den Dobbelsteen
Ijacobus (Ko) Pieter Thijsse werd
■op 25 juli 1865 geboren in Maas-
tricht. Na achtereenvolgens te
nhebben gewoond in Grave ên
Woerden, behaalde hij in 1883 in
Amsterdam zijn onderwijzersdi-
'kploma. Daar ook stond hij voor
?t het eerst voor de klas. In 1890
solliciteerde hij met succes naar
een functie als hoofdonderwijzer
op de Fransche School in Den
eBurg (Texel). Heimwee van zijn
vrouw, met wie hij op 31 juli 1891
trouwde, dwong hem in 1892 te
rug te gaan naar Amsterdam.
Wegens gezondheidsproblemen
verhuisde het gezin (twee kinde
ren) in 1902 naar Bloemendaal
waar hij tot aan zijn dood (8 janu
ari 1945) zou blijven wonen.
- Thijsse, die op grond van zijn ver
diensten in 1922 een eredoctoraat
kreeg aangeboden van de Am
sterdamse Universiteit kreeg zijn
grootste bekendheid als auteur
van een fors aantal Verkade-al-
bums. Maar wellicht belangrijker
s nog dat hij samen met Eli Hei
mans aan de basis stond van de
oprichting van de Vereniging tot
behoud van Natuurmonumenten
n 1905
zomervakantie
Turend naar uiltjes, kluten en andere gevederde vrienden. Texel is een paradijs voor vogelaars. foto's hans van weel
De mooiste begraafplaats van Texel, die van Oosterend.
En overal op Texel piept het witte kerktorentje van Den Hoorn boven
het struweel uit.
•en beetje vreemde snuiter, dr.
Co (Jac. P.) Thijsse. Sjouwde di
eet na aankomst (januari 1890)
n twee dagen heel Texel rond
:n schreef daar in het Handels
tad nog artikeltjes over ook.
daar - dat moest de nieuwe
- ïoofdonderwijzer van de Fran-
iche School in Den Burg on-
niddellijk worden nagegeven -
lij speelde geen toneel. Thijsse
ivas binnen de kortste keren
itapelverliefd geworden op het
jiland. Toen 'de meester' in
1892, na er tweeëneenhalf jaar
e hebben gewoond, terugkeer
de naar Amsterdam (z'n vrouw
ïad heimwee), deed hij dat met
fijn in het hart. Zelfs zevender-
ig jaar later schreef hij in een
ran z'n fameuze Verkade-al-
)ums nog: 'Texelaar zal ik blij
ven tot het eind.'
3e fascinatie die de onderwijzer
ïad voor wat hij noemde 'het
ichoonste en rijkste van alle
Waddeneilanden' zal bij nie-
nand die Texel ooit heeft be
zocht, verbazing wekken. Sla na
iet debarkeren in de veerhaven
icuut linksaf richting Pompe-
vlak en het kan niet anders of er
velt al snel begrip voor die op
iet eerste gezicht misschien
ivat boude bewering van Neer-
ands beroemdste natuurvorser,
dat wandelen over Texel tot de
nooiste 'dingen behoort, die
een mensch op de wereld kan
doen'. Achtereenvolgens doe
men op: natuurmonument De
Petten, waarboven kijvende klu
ten en sterntjes een ware lucht
oorlog voeren: de vochtige,
lontbegroeide duinvalleien
rondom de Mokbaai en tot slot
- als einde van de wereld - de
zenden volgels zouden je bijna
doen vergeten dat er op het
'Gouwe Boltje' ook nog dorpjes
zijn. Zoals Den Hoorn, door zijn
witte, boven bos en beemd uit
piepende kerktorentje baken
voor zowel landrot als pikbroek.
Of - hoewel iets verstedelijkt en
gemarkeerd door een aartslelij-
ke schoorsteen - Den Burg toch
ook, met achter de Oudheidka
mer een kruidentuin waarop
zelfs Thijsse jaloers zou zijn ge
weest. En Oosterend natuurlijk:
gaafste centrum, mooiste kerk
hof, merkwaardigste tuin - die
van de vermaarde jutter Cor El
len.
Die Cor mag zijn bezoek in
hoog-Texels graag vertellen hoe
hij als jongen nog wel eens het
hek opendeed voor de toen al
gepensioneerde Thijsse als die
samen met vogelfotograaf
Adolphe Burdet per automobiel
via de dijk naar de Schorren wil
de. Kreeg hij een cent. Of een
stuiver en soms zelfs wel eens
een dubbeltje. Maarten Mantje
was nog gelukkiger. Hem werd
in z'n vlegeljaren niet zelden
een rijksdaalder in de hand ge
drukt als hij de feugeltjeskiekers
door de sompige gebieden
langs de Waddenzeedijk had
gegidst. Mantje, van 1953 tot
1985 districtshoofd van Staats
bosbeheer, afdeling Texel: „Wat
ik achteraf in Thijsse het meest
bewonder is. dat hij al zo snel in
de gaten had dat het toerisme
de natuur eerder in stand zou
houden, dan vertrappen."
De verbazing moet inderdaad
groot zijn geweest, toen dr. Ko
al in 1935 een lans brak voor
een betere verbinding met de
vaste wal. De bioloog in een
dankwoord dat hij hield omdat
op zijn zeventigste verjaardag
een weidegebied ten noorden
van Oudeschild kreeg aangebo
den Thijsse's Fien wied): „Hoe
meer mensen het zeer bijzon
dere natuurschoon van Texel le
ren kennen en waarderen, hoe
liever mij dat is. Want dan be
staat de beste kans, dat het blijft
behouden."
De bede van Thijsse is ver
hoord. Texel ontvangt per jaar
nu zo'n zeshonderdduizend
gasten (het eiland is na Amster
dam de drukbezochtste ge
meente van Nederland) wat op
een badplaatsje als De Koog ui
teraard een enorme druk legt.
Maar twee kilometer verderop
slechts- in een van de vele
bochten van het Waal- en Bur
gerdijkje - gaat een uil bij het
naderen van een eenzame fiet
ser pas op het laatste moment
in alle rust op de wieken. Daar
mee de juistheid van Thijsse's
stelling nog eens extra onder
strepend.
'"44
De aanleiding is wat mager, maar
dat zal Texel een zorg zijn. Toeris
ten - zo is de laatste tijd duidelijk
geworden - zijn nu eenmaal dol
op 'themajaren'. Vandaar dat het
Waddeneiland de vijftigste
sterfdag van de onderwijzer/bio
loog/auteur dr. Jac. P. Thijsse
heeft aangegrepen 1995 uit te
roepen tot Thijsse-jaar. De feeste
lijkheden worden min of meer ge
opend met een Thijsse-kampeer-
weekeinde van 12 tot 14 mei
(kamperen met het hele gezin
voor 25 gulden) en de afsluiting
vindt plaats op 22 oktober
(Herfstwandeltocht). In de tussen
liggende periode worden aan de
befaamde natuurvorser gewijde
tentoonstellingen georganiseerd,
is er een grootscheepse manifes
tatie van 25 (Hemelvaartsdag) tot
28 mei en kan er worden deelge
nomen aan speciale Thijsse fiets
en wandeltochten.
Informatie: VVV Texel,
telefoon 02220-14741.
brede zandvlakte van de Hors
waaróp zo perfect valt te zien
hoe duinen ontstaan.
Geboetseer
Toen Thijsse hier aan het eind
van de vorige eeuw voor het
eerst met z'n leerlirtgen wandel
de, stond de Geul nog in open
verbinding met het Marsdiep.
Nog geen vijfentwintig jaar later
was de inham, door het eeuwi
ge geboetseer van wind en wa
ter een binnenmeertje gewor
den. De onderwijzer in zijn Ver
kade-album 'Texel' (1927): 'Ik
zal niet licht vergeten hoe mooi
het hier was in den zomer van
1925. Een groot deel van het
water was sneeuwwit door de
overvloedig bloeiende waterra
nonkels De enkele plekken,
waar ze niet bloeiden, zagen
helder blauw, waar 't water de
hemel weerspiegelde en
rondom lagen de heuvelen en
duinrijen dicht groen begroeid
of met bloemen bespikkeld.
En langs den waterkant en in
het zomersche warme water za
ten honderden gestreepte pad
den, die op de eilanden zoo veel
voorkomen en gemakkelijk te
herkennen zijn aan het fijne
heldergele streepje midden over
den breeden rug. Ze zaten te
vreden te knorren.'
Een van de lievelingsplekjes van
Thijsse, Texels zuidpunt. Net als
de Hoge Berg trouwens, die vijf
tien meter hoge, door schuiven
de gletsjers opgestuwde bult,
aan de rand van Den Burg. Zelfs
in het hoogseizoen valt hier
nauwelijks een toerist te beken
nen. Terwijl het eiland zich van
deze plek toch op zijn aanvallig-
ste wijze laat zien. Holland in
een notedop. De heuv'lende
weiden (afgezoomd door dicht-
bekroesde tuinwalletjes), de
schapenschuren (met de kont
naar het zuidwesten en de toe
gang aan lijzijde), de grote, fris
geverfde boerderijen ook.
Hier, over de Hoge Berg en
langs de flanken ervan, lopen
wellicht Texels mooiste wandel
paden: de Groene Weggetjes.
En als ze dan niet de mooiste
mochten zijn, dan zijn ze in elk
geval de stilste. De gemiddelde
toerist immers tijgt liever duin
en strandwaarts. Waardoor de
Zandkuil, niet ver van de Jeugd
herberg, zonder ordeverstorin
gen kon uitgroeien tot het enige
insectenreservaat van Neder
land. Thijsse had in zijn Verka
de-album 'Texel' (1927) aan vijf
dichtbeschreven pagina's nau
welijks voldoende om die paar
vierkante meter te beschrijven.
Urenlang bestudeerde hij hier
op z'n knieën het leven van - we
doen maar een greep - zwarte
graafbijtjes, behangersbijen en
harkwespen. 'Het kan w&t heet
zijn in dien zandkuil', schreef
hij. 'Menigmaal ben ik er met
een rooden kop uit gekropen,
om boven op den berg in het
frische koeltje weer wat bij te
komen. Maar dan ging ik toch
gauw weer omlaag, want wat
daar in die kuil te zien valt, is
beter dan een heele kast vol
boeken over het Jeven der in
secten.'
Gewriemel
De voornaamste rendez-vous't-
jes van Ko Thijsse: Texels zuid
punt, de Zandkuil en - halver
wege het eiland; rondom de
Molen van het Noorden - de
van kluten en rotganzen verge
ven Bol en het Waaeeiot. Het