'Olympische Spelen
halen het er niet bij
De mysterieuze verdwijning van Borja
195
ZATERDAG 8 APRIL 1995
Avontuurlijke prestatietocht als uitdaging
Erik-Jan de Rooij
stopte kort na het
meidkampioenschap
In Australië afgelopen
december abrupt met
hockey. De doelman
van 'Bloemendaal'
oos voor het avontuur
an de 'Camel Trophy',
een zware
prestatietocht in
'jandrovers. Daarmee
zette hij zijn
kandidatuur voor de
Hympische Spelen van
'96 in Atlanta op de
tocht. Na
selectiewedstrijden in
Nederland en
Engeland, knokken
thans in Turkije 80
overgebleven
kandidaten voor 40
daatsen in de Camel
ace die over een paar
Weken wordt gereden
in Midden-Amerika.
Erik-Jan de Rooij is
il goede moed over de
afloop, waarvan hij
hoopt dat die hem
traks in de wedstrijd
imenbrengt met John
Warmerdam, een
loembollenkweker uit-
Noordwijkerhout.
Op een berg nabij Istanbul staat
een Engelsman met een mega
foon in de hand. Hij telt tot drie,
waarna tachtig mannen en vrouwen de vuis
ten omhoog steken en met een overwin-
ningskreet talloze kikkers de struiken injagen.
Een bataljon fotografen schiet gretig de film
rolletjes vol. De wereld van de Camel Trophy
kenmerkt zich door ijzingwekkende discipli
ne en saamhorigheid. Ook als het om iets lu
dieks als een groepsfoto gaat.
Erik-Jan de Rooij, van nature een vrijbui
ter, past zich in deze sfeer moeiteloos aan.
De student antropologie voelt zich in iedere
cultuur thuis. Als je kunt vertellen over nach
ten in een hangmat in de jungle van de Ama
zone, en over bmlapen die de nieuwe dag
aankondigen, dan kijkje bijna nergens meer
van op.
Voor De Rooij is deelname aan de Camel
Trophy een andere manier om de jungle, zijn
grote passie, te bezoeken. Vorig jaar al speel
de hij met de gedachte zich op te geven voor
de Camel Trophy. Maar toen werden de
meeste kilometers van deze avontuurlijke
prestatietocht door de Tacama-woestijn in
Chili afgelegd. En in woestijnen is De Rooij
niet geïnteresseerd.
De Rooij en drie andere Nederlandse kan
didaten (onder wie de Noordwijkerhoutse
bloembollenkweker John Warmerdam) over
leefden twee eerdere selectieronden in Ne
derland en Engeland. De laatste selectie heeft
momenteel plaats in Turkije waar de organi
satoren van 's werelds meest bekende ojf-
road-tocht een vervallen landgoed in Turkije
hebben omgebouwd tot een paradijs voor
padvinders. Tachtig kandidaten uit twintig
verschillende landen zijn van 's ochtends
vroeg tot 's avonds laat in de weer met
boomstammen, touwen en jeeps. Voor
slechts veertig deelnemers is er plaats in de
karavaan die volgende maand gedurende
drie weken dwars door dunbevolkt Midden-
Amerika rijdt.
Zwaar programma
De kandidaten verblijven sinds afgelopen
zondag op de Biluzikci Ranch. De oude paar-
destallen van het heuvelachtige en bosrijke
landgoed dienen als slaapplaats. Het meren
deel van de aanwezigen kruipt overigens 's
avonds in een vijf-sterren hotel onder de wol.
Het zijn de juryleden, oud-deelnemers en
vertegenwoordigers van Camel en Land Ro
ver die zich op deze manier verwennen.
Maar overdag is er geen sprake van onge
lijkheid. Bijna iedereen hult zich in een safa-
ripak, al is het alleen maar voor de vorm.
Want behalve meedoen, is 'erbij horen' hier
het credo. De kameraadschap, het 'ons kent
ons', viert hoogtij. „Padvinderij", zegt Erik-
Jan de Rooij, „maar niet voor kinderen. Daar
voor zijn de gevaren en verantwoordelijkhe
den te groot."
De eerste drie dagen stonden in het teken
van trainingen, daarna werden de deelne
mers vanaf woensdag tot en met dit weekein
de van zes uur 's ochtends tot zes uur 's
avonds afgeknepen. En vaak ook 's nachts.
Om de kandidaten mentaal en fysiek tot het
uiterste te dwingen, werden ze voor een zwa
re opdracht van hun bedden gelicht. Dat alles
ten bewijze van lichamelijke conditie, een
hoofdzaak. Daarnaast telt de kwaliteit van
leiderschap zwaar mee.
Uitdaging
De Camel Trophy als Grote Uitdaging. „Ik
vind 'm belangrijker dan de Olympische Spe
len", zegt Erik-Jan de Rooij, tot voor enkele
maanden hockey-keeper van Bloemendaal
en het nationale team. „De Camel Trophy is
veelzijdiger dan hockey. Als keeper moet je
de bal tegenhouden en wegwerken. In de Ca
mel Trophy moet ik zelfs de blessurebehan
delingen doen. Hockey is leuk, de Olympi
sche Spelen zijn leuk, maar het haalt het niet
bij de de natuur."
Als klein kind bouwde De Rooij hutten in
de bossen rond Bloemendaal. In zijn tiener
jaren liep hij mee in survivaltochten door de
Schotse hooglanden. Eenmaal volwassen
stapte de 30-jarige blonde avonturier de wij
de wereld in. Op zoek naar de jungle. „Vier
jaar geleden is het grote werk begonnen. Op
Palawan, een Filipijns eiland. Lopend door
de bergen, naar de Batak, een nomaden
stam."
Een jaar later stond Borneo op het pro
gramma, maar op het laatste moment wijzig
de hij zijn reisbestemming. „Ik wilde de ech
te jungle in; de Amazone. Vanuit Caracas in
Venezuela ben ik eerst met de bus naar Puer
to Ayacucho, gereisd. Daar hield de weg op.
Na tien dagen vond ik een gids die met mij
verder wilde reizen. Ja, dan ga je... In een hoL
le boomstam de rivier op. Zonder te weten
wat je te wachten staat.
Twee maanden sliep De Rooij in een hang
mat langs de rivieren en moest hij zijn eigen
potje koken, 's Nachts op jacht naar tapirs en
ander wild, overdag stak hij zijn hengel in het
water. „Soms zat je met een knorrende maag
te wachten tot je beet had. Ik kan je verzeke
ren dat dat heel raar is."
Wat de Bloemendaler in de jungle mee
maakte, heeft hij in een dagboek op papier
gezet. Hij zal uit zichzelf nooit over zijn erva
ringen praten. „De meeste mensen begrijpen
het toch niet. Hoe beschrijf je een toekan die
over een rivier vliegt en met zijn grote snavel
een streep door de lucht trekt? Over zoiets
fascinerends kon ik dagen nadenken."
Onderweg passeerde hij indianenstammen
en een enkele missiepost. Het was op een
van die posten waar hij in contact kwam met
een stamhoofd van de Yanomami-indianen.
„Wat hij daar deed weet ik nog niet. Maar het
starphoofd, en zijn gevolg, zijn in mijn boot
naar huis gegaan. Drie weken was ik te gast
in het dorp van het stamhoofd. Een enorm
emotionele ervaring. Ik was er tijdens het
oogstfeest. Heb gedanst: drie stappen achter
uit, drie stappen vooruit. En dat nachten
lang.
De indianen leven in harmonie met de na
tuur en daar ben ik zelf in gaan functioneren.
Heel simpel, primair en puur, naar het ritme
van de dag. Ik heb gezien wat de basis van
het bestaan is. De indianen moeten het met
de natuur" fiksen en hebben uiteraard een
heel ander wereldbeeld. Een leven zonder de
technologie waarover wij beschikken. De
overgang naar Nederland was daarna dan
ook heel groot, vooral omdat ik een dag na
terugkomst een hockeykamp moest leiden. Ik
heb daar nog wel in mijn hangmat geslapen.
Ik ging ook weer terug naar de universiteit.
Doordat ik het zo druk had, heb ik de reis in
de eerste paar maanden niet goed verwerkt."
Het jungle-virus had hem te pakken. Twee
jaar geleden reisde hij voor een antropolo
gisch onderzoek naar Colombia, waar hij te
voet de Cogui-stam bezocht. Dat De Rooij,
mogelijk als deelnemer volgende rnaand in
een terreinwagen door de ongerepte natuur
van Guatemala wil rijden, lijkt echter haaks
op zijn liefde voor het pure leven in de jungle
te staan. „Zo moet je dat niet zien. Ik ver
heerlijk de levenswijze van de Indianen niet.
Ik verheerlijk geen enkele cultuur. Ik reis
graag, maar ik vind het geen bezwaar om in
Nederland te wonen. De Camel Trophy biedt
mij de gelegenheid te reizen. Dat het nu per
Erik-Jan de Rooij aan het werk tijdens de selectie voor de Camel Trophy.
FOTO GERARD TJEERTSMA
John Warmerdam tijdens een van de proeven op een landgoed bij Istanbul.
FOTO LEE FARRANT
Landrover gaat, doet er niet toe. Nee, het is
niet een milieu-onvriendelijk evenement. Er
wordt over bestaande paden gereden en er
worden geen bomen omgehakt. Al het mate
riaal dat je nodig hebt, ligt klaar. De harmo
nie van de natuur wordt niet verstoord. Maar
het is nou ook weer niet zo dat we om elk
grassprietje heen rijden."
'Mooie combinatie'
Een groot verschil, de verplaatsing met een
holle boomstam en een wedstrijd in een
Landrover. De Rooij: „Het is héél wat anders.
Ik wil nu wel' eens zien hoe het met de auto
is. Ook de uitdaging om in teamverband te
presteren, plannen maken, de lol en de ka
meraadschap spreken mij aan. Die combina
tie met de natuur is heel mooi. Ik wil zoveel
mogelijk combineren. Dat lukt niet altijd,
daarom ben ik tijdelijk met hockey gestopt.
Mijn vriendin zegt dat een dag voor mij 36
uren zou moeten hebben. Misschien dat ik
dan al mijn plannen kan uitvoeren."
In Turkije komt de hyperactieve De Rooij
behoorlijk aan zijn gerief. Hij mag de hele
dag een auto uit de modder of een ravijn
trekken en boomstammen van A naar B ver
plaatsen en weer terug. Chagrijnig wordt hij
er in ieder geval niet van. „Het zijn allemaal
leuke opdrachten. Ik had het eigenlijk zwaar
der verwacht. Het is grappig om de interna
tionale verschillen te zien. De Japanners
doen in de groepsopdrachten precies wat je
zegt, terwijl de Hongaren koppig zijn." Na
twee intensieve dagen, zonder een goede
nachtrust, zegt hij monter: „Ik voel me topfit.
Ik ben gewend om druk bezig te zijn."
Zijn kameraad tijdens de selectieronden is
John Warmerdam, een 31-jarige bloembol
lenkweker uit Noordwijkerhout. Warmerdam
is zijn tegenpool. „De humor en onze sport -
achtergrond komen overeen", trekt Warmer
dam een lijn. „Voor de rest verschillen wij.
Hij studeert nog en leidt een vrij leventje.
Terwijl ik een eigen zaak heb en me met
vrouw en kind heb gesettled waardoor ik niet
aan wereldreizen toekom. Toch klikt het heel
goed samen. Dat bleek al tijdens de vorige
selecties en alle trainingsweekeinden." Vol
gens De Rooij is er sprake van 'magnetisme'.
„Onze manier van denken ligt op één lijn.
Als de keuze aan hen is, bemannen zij ge
zamenlijk vanaf 20 mei de Nederlandse
Landrover in de Mundo Maya '95, het cultu
rele thema van de Camel Trophy in Midden-
Amerika: „Ik kan Erik-Jan wel drie weken
naast me dulden", zegt Warmerdam."
Warmerdam is een kleuner, een persoon
met een winnaarsmentaliteit en altijd op
zoek naar uitdagingen. „Mijn leven lijkt veel
op de Camel Trophy. In mijn werk heb ik te
maken met leiding geven, techniek, weinig
slapen, tegenslagen en hard werken in de
buitenlucht. Dat is allemaal Camel Trophy!
Iedereen die in de land- of tuinbouw werkt is
een potentiële deelnemer. In de Bollenstreek
zitten onder de oppervlakte veel Trophy-rij-
ders. Dat weet ik zeker. Het probleem is de
tijd. Zonder steun van je familie kun je zo'n
opoffering niet maken.
Voor Warmerdam is het dan ook een een
malige poging. „Mocht ik onverhoopt de fi
nale van de Camel Trophy niet halen, dan
peins ik er niet over om het het volgend jaar
opnieuw te proberen. Dat kan niet ten op
zichte van thuis. De weekeinden ben je so
wieso kwijt. Nee, het is geen ramp als ik het
nu niet haal, hoewel dat betekent dat ik de
Trophy nooit zal rijden. Dat is een teleurstel
ling, meer niet. Als je nu afvalt, ga je een zwa
re maand tegemoet. Je neemt dan plaats in
een reserveploeg, waardoor je verplicht bent
tot een dag voor de start in Belize te blijven
trainen. Je wordt zelfs ingeënt, terwijl je bijna
zeker weet dat je niet zal afreizen."
Over de kansen van De Rooij bestaan nau
welijks twijfels. De Bloemendaler heeft met
zijn veelzijdigheid ook bij de andere landen
een sterke indruk achtergelaten. Na twee van
de vier dagen ging hij er van uit dat hij gese
lecteerd zou worden. Daarom blaakt hij van
het zelfvertrouwen. Mocht de uitslag voor
hem negatief zijn, dan zal de klap hard aan
komen. „Ik ben iemand die alleen voor goud
gaat. Als we aan het hardlopen zijn en er rent
iemand voor me, dan heb ik daar de pest
over in." Zoals ook het WK hockey, waar hij
een reserverol vervulde, voor hem persoon
lijk minder prettig verliep. „Ik heb een knauw
gehad. Niet omdat ik zo weinig speelde, maar
omdat ik niet op mijn specialisme ben ge
bruikt." Zijn specialisme is het stoppen van
strafpushes. En de finale tegen Pakistan .werd
door Oranje verloren na strafpushes.
De Rooij weet niet of hij volgend seizoen
alles op alles zal zetten om zich toch nog bij
de Olympische hockeyselectie te voegen.
„Misschien heb ik er alles al uitgehaald en zit
er niet meer in."
Hij heeft wel een alternatief voor Atlanta.
„Ik moet nog steeds naar Borneo."
een glaasjes wodka, maar hele
i I flessen tegelijk bestelde Boris
Fastovski (Borja voor zijn vrien-
n) in de Amsterdamse Russky-Club. Die
ssen belandden met een enorme klap op
houten tafel. Zijn Armani-pakken kocht
in de sjieke PC Hooftstraat. Een kleine
an met gedrongen hoofd die alles groots en
ur aanpakte. Met de export van de Russi-
ie volksdrank vergaarde hij rijkdom en vij
lden.
Hij was 27 jaar toen hij bijna drie maanden
leden in Amsterdam verdween. Hij werd
ig steeds niet opgespoord. Vermoedelijk is
'ris dood. Zekerheid daarover bestaat er
e theorie: een vliegtuig van de Russische
Aeroflot vertrekt zondagmiddag 9 januari
St. Petersburg: bestemming Amsterdam,
ider de passagiers bevinden zich drie Rus
met een moordopdracht. Drie dagen la-
stapt Boris Fastovski in zijn Mercedes 600
'die voor zijn luxueuze appartement in
Amsterdam-Buitenveldert staat geparkeerd.
Hij heeft een afspraak met de Vreemdelin
gendienst. Boris loopt regelrecht in de armen
van de Russische maffiosi, wordt geliqui
deerd en begraven. Een paar uur later slaat
een van zijn Russische vriendinnen alarm.
Op dat moment stijgt vanaf Schiphol een
Russisch vliegtuig, op met bestemming Pe
tersburg. De ldus is geklaard.
De Russische vrienden van Borja houden
er serieus rekening mee dat het op deze ma
nier is gegaan. Borja had vijanden in zijn ge
boorteplaats St. Petersburg. Hij liet zich te
veel in met getrouwde vrouwen, was succes
vol en eigengereid en weigerde protectiegeld
te betalen. „Die woensdag was Boris net een
paar dagen terug uit St. Petersburg. Hij had
weer enorm veel lol gehad met vrouwen en
drank. Hij wandelde altijd over het randje."
De 27-jarige Boris komt uit een geslacht
van Russische joden. Pa Fastovski is een ver
mogend man die een enorme supermarktke
ten bezit in Rusland. Boris heeft een techni
sche opleiding achter de rug en maakte groot
geld in de glasnostjaren '89 tot '92 met de
import van computers uit Singapore. Rus
land stond nog op de zwarte handelslijst en
handel met Moskou in electronica was ver
boden terrein. Twee jaar geleden kwam hij
met een dikgevulde portemonnee naar Ne
derland en kocht zich met 500.000 dollar in
bij zijn neven Finkelstein en Finkelstein. Sa
men vormden ze de Russische handelson
derneming LDF aan de Generaal Vetterstraat
in Amsterdam. Een sjofel onderkomen in een
bovenwoning op een miserabel industrieter-
reintje. Versleten bureaus en -stoelen, een
uitstalkast met de eigen produkten en tien
tallen telefoons, computers en faxen.
Boris kreeg de export van 'Russische' wod
ka in zijn portefeuille. Een enorme afzet
markt in zijn thuisland waar voor eigen ge
bruik alleen nog maar rommel werd gepro
duceerd: veel water en (te) weinig alcohol.
Nederlandse bottelarijen gooiden voor Boris
water en alcohol bij elkaar en bedachten het
etiket. Boris verscheepte de Nederlands-Rus
sische volksdrank met namen als Trojka en
Czaar Peter naar zijn thuisland. Tachtigdui
zend flessen per week.
Het boterde niet binnen de firma. De ne
ven beschuldigden elkaar van klaplopen. De
handelsonderneming LDF werd opgesplitst
in twee nieuwe bedrijven: de Finkelsteins
gingen verder met Infin Galda en Boris zette
zijn handel in hetzelfde pand voort met twee
landgenoten in het bedrijf Olympic Interna
tional Trading.
Borja was een grappenmaker zeggen zijn
vrienden. Borja was echter ook onvoor
zichtig. Hij leefde groots en meeslepend,
smeet met zijn credit cards, kocht een Mer
cedes voor twee ton en rekende cash af. Al
hoewel hij officieel getrouwd was met Maria,
viel daar weinig van te merken. Borja visi
teerde regelmatig de rosse buurt en nam bij
voorkeur landgenotes mee naar zijn luxueuze
appartement aan het Hoogvliet in Amster
dam-Buitenveldert. „De Russische gemeen
schap in Amsterdam sprak er schande van en
bovendien haalde hij zo de ogen en oren van
de maffia binnen", menen intimi.
Een dag na de verdwijning van Boris staan
pa en ma Fastovski al op de stoep van het
bureau in Amsterdam. Met de credit cards
van Fastovski is dan al 3800 gulden opgeno
men. Die dag biedt een Engelssprekende
man een fax aan op een postkantoor in Am
sterdam voor een Luxemburgse bank. In die
fax, ondertekend door Boris Fastovski, wordt
een overschrijving van een paar ton gevraagd
op naam van een Rus die eveneens in Am
sterdam zaken doet. Alhoewel op dat mo
ment 1,3 miljoen gulden op de rekening staat
wordt de transactie geblokkeerd, zo weten
ingewijden. De politie formeert een opspo
ringsteam en laat zo ongeveer de hele Russi
sche zakenwereld in Amsterdam schaduwen.
Telefoontaps worden geplaatst en onder de
bolides van de Russen worden zendertjes ge
plakt.
Op maandag 16 januari wordt de Mercedes
teruggevonden op een parkeerplaats bij
Schiphol. Als een week later blijkt dat een
Russische tolk heeft gepraat over de verden
kingen, grijpt de politie in. Op vrijdagmiddag
tussen 17.00 uur en 19.00 uur doen recher
cheurs 'met getrokken pistolen' invallen in
Amsterdam, Enschede en Losser. Dertig Rus
sen worden aangehouden, administraties in
beslag genomen. Van de 30 belanden er 27 in
de cel. Onder hen een nicht van Boris (die
eveneens handel drijft vanuit Amsterdam) en
zijn oude handelspartners. Geen van de Rus
sen zegt van iets te weten.
Bijna drie maanden na de mysterieuze ver
dwijning van Boris zit het onderzoek
muurvast. Van de 27 verdachten zijn er 26
vrijgelaten. Er is een metersdik dossier, maar
concrete aanknopingspunten geeft het niet.
De ouders van Boris zijn nog steeds in Am
sterdam. „De hele familie is op zoek naar de
daders." Moeder Fastovski gaat het proberen
met oproepen via de televisie. Maandag
beurt dat in het programma Opsporing Ver
zocht het ook nog een keer.
Intussen probeert de Russische gemeen
schap in Amsterdam weer tot rust te komen.