'Ik kan meer dan
alleen maar stoempen'
Jenny Gal wil judoën, niet vechten
Sport
Van Geel
definitief
afgehaakt
chterlijn
ZATERDAG 1 APRIL 1995
21
Johan Museeuw kanshebber voor de Ronde van Vlaanderen
,,'t Is gekend meneer. Westvlamingen, dat zijn noeste
werkers een geen diknekken." Patrick Lefevere en Johan
Museeuw zijn twee Westvlamingen. De één is succesvol
sportbestuurder, de ander succesvol renner. De één
houdt vooral ook nog van kunst, de ander van zijn gezin.
Ze zijn voor het derde jaar bij elkaar nu. Hun carrières
houden gelijke tred.
KORTRUK GOVERT VAN VEEN
GPD-VERSLAGGEVER
Het is de dinsdagavond voor De
Ronde. Die ochtend is concur
rent Van Hooydonck niet van
start gegaan in de Driedaagse
van de Panne. 'Ongesteldheid'
beweert het zo verontrust lij
kende kamp van Jan Raas. Lef
evere en Museeuw denken er
het hunne van. „Van Hooy
donck ziek? Dat gelooft u toch
niet? Als Edwig in vorm is moet
hij nu eenmaal veel recupere
ren. En geloof ons, Edwig is in
vorm. Vorige week was hij zoge
naamd ook ziek. Vervolgens
wint hij de Brabantse Pijl."
Museeuw zelf is in de eerste
rit onder ijselijke weersomstan
digheden zojuist op bijna 22
minuten gereden. Maar de
ploegleiding van Mapei/GB
maakt zich geen zorgen. Aller
minst. „Hier mag Johan zich ge
rust in de wielen steken."
„Dat is nou de sterke kant van
Patrick Lefevere," zou Johan
Museeuw, na een snelle dou
che, even later in de lobby van
het Kortrijkse Kennedy-hotel
beweren. „Hij geeft u rust, ver
trouwen, en blijft altijd kalm.
Hij gaat ook heel goed met zijn
renners om, heeft veel contact.
Dat is een eigenschap, dat heeft
u, of dat heeft u niet. Met Jean-
Luc Vandenbroucke (zijn vroe
gere ploegleider bij Lotto-red),
was geen contact mogelijk."
Ideaal
Lefevere op zijn beurt, prijst zijn
oogappel eveneens in alle toon
aarden. „Ze zeggen wel eens dat
hij te bescheiden is, maar daar
ga ik niet altijd mee akkoord.
Wel heeft hij veel voor een an
der over. Binnen de ploeg is dat
ideaal. Zo maakt hij vrienden,
en dat komt altijd terug. Als een
renner die zesde staat op de we
reldranglijst, zich gaat uitsloven
voor een helper, dan gaat die
helper de volgende morgen
voor hem door het vuur."
Want de wielerwereld zit vol
verbonden en verbondjes. Dat
van Lefevere en Museeuw (met
Bomans, Leijsen, Peeters en
Willems in diens spoor) is er
een van. Dat van Lefevere en
sponsorleverancier Noël
Demeulenaere is een andere.
Demeuleneare bracht Lefevere
met de warenhuisketen GB in
contact. Vervolgens ontstond de
succesvolle combinatie met het
Italiaanse MG. En toen MG het
zonder de - overigens in een BV
ondergebrachte - Belgische ren
ners wilde doen, vonden Lef
evere en Demeulenaere Mapei,
dat co-sponsor Clas zag wegval
len, als partner. Het resultaat
was een Italiaans-Belgisch
monsterverbond: een eerste
plaats op de UCI-ploegenlijst,
en de nummers één (Rominger)
en zes (Museeuw) van de indi
viduele wereldranking samen in
een ploeg.
Damesfiets
Soms komen verbondjes ook
niet helemaal uit de verf. Zoals
die keer in Oslo, 'toen Johan
wereldkampioen had kunnen
zijn als Tchmile (vroegere
ploegmakker, red.) wat coöpe
ratiever zou zijn geweest'. Soms
maakt ook Lefevere verkeerde
keuzes. Zoals in Parijs-Roubaix
vorig jaar toen hij zijn bescher
melingen de Hel instuurde op
een soort damesfiets met dub
bele vering en met zwaardere
tubes. Het werd een fiasco. De
fiets van Museeuw bleek ach
teraf op twee plaatsen te zijn
gebroken. „Die hebben we snel
weggestopt, om onze construc
teurs voor de buitenwereld niet
in verlegenheid te brengen.
Maar dit doen we nooit meer."
„Een volledige misrekening,"
geraakt ook Johan Museeuw
zelf in een van zijn zeldzame
kritische buien. „Straks, bij Pa
rijs-Roubaix, doen we weer nor
maal. Want vorig jaar waren we
vergeten dat je op zestig kilo
meter kasseien veel kunt win
nen, maar op de 200 kilometer
vlakke weg voordien, nog veel
meer kunt verliezen."
„Een fiets die gemaakt is voor
de Hel, trapt twee procent
zwaarder op macadam of as
falt," weet ook Patrick Lefevere
nu. „En twee procent op 200 ki
lometer is vier kilometer. Die
verlies je dus in de aanloop naar
de kasseien. Dat betekent ach
terstand of extra krachtinspan
ning. Beide kunnen funest
zijn."
Slapeloos
Maar voor De Hel, volgende
week zondag, is er nu eerst De
Ronde. Een Ronde van Vlaande
ren, die Johan Museeuw al in
'93, na een sprint met de nu af
wezige Frans Maassen, eens
heeft gewonnen. „Het is daar
om dat ik dit seizoen liever Pa
rijs-Roubaix op mijn palmares
bijschrijf, dan nog een keer
Vlaanderen. Maar ik ga hier
toch m'n uiterste best doen.
Vooral na vorig jaar, dat ik
tweede werd achter Bugno. Ik
heb er 's nachts niet van gesla
pen. En dat gebeurt me anders
nooit. Niet slapen van het fiet
sen? Poeh, er zijn toch belang
rijkere dingen. Maar toen, toen
sliep ik niet. De eerste en enige
keer in m'n carrière. Omdat ik
zo kwaad was op mezelf. Kwaad
dat ik zo'n fout had gemaakt,
door het verkeerde wiel te kie
zen."
En weer was het Andrei
Tchmile die, indirect, de oor
zaak was voor Museeuws falen.
De Belg gokte op de daden
drang van de Moldaviër, bleef te
lang in diens wiel zitten, en
werd verrast door de aanval van
Bugno, vanuitvierde positie.
Samen met Maurizio Fon-
driest is Johan Museeuw noch-
thans de beste klassieke renner
van de wereld van dit moment.
Dat blijkt ook uit de wereld
ranglijst. Degenen die boven de
twee staan geplaatst, dat zijn de
specifieke ronderenners.
Vedette
Daarom ook koestert België zijn
vedette. Al is er tegelijk ook een
spoor van kritiek. 'Johan Mu
seeuw? Dat is een topper. Alleen
wint hij zo weinig. Te weinig'.
Als Museeuw niet opppast, dan
krijgt hij nog een stempel, het
stempel van de schlemiel.
En wéér neemt Patrick Lef
evere zijn pupil in bescherming.
„Men heeft toch een verkeerd
beeld van Museeuw. Ze zeggen
dat hij een twijfelaar is, maar
zo'n jongen als Sörensen bij
voorbeeld, als die in de finale
vooruit zit, dan roept hij con
stant de wagen naarvoren. Jo
han doet dat veel minder. Men
vindt het nog steeds evident dat
TILBURG ANP
Martin van Geel zet met onmid
dellijke ingang een punt achter
zijn voetballoopbaan. De 34-ja-
rige middenvelder van Willem II
zou zijn actieve carrière aan
vankelijk aan het einde van het
seizoen beëindigen, maar hij
kan zijn werk als technisch
manager van de club niet meer
combineren met de dagelijkse
trainingen.
„Het werk als technisch
manager kost zoveel tijd, dat er
van trainen weining meer te
recht komt", aldus Van Geel.
„Op 10 april beginnen de con
tractbesprekingen. Die moet ik
als techisch manager gaan doen
en dat is moeilijk als ik dagelijks
tussen de jongens op het veld
sta."
In achttien jaar betaald voet
bal speelde Van Geel 426 com
petitiewedstrijden voor Willem
II, Ajax, Roda JC, Feyenoord en
weer Willem II. Bij de officiële
opening van het nieuwe stadion
van de Tilburgse club op 31 mei
speelt de middenvelder zijn af-
scheidswedstrijd.
Dienstverlening
voor Cantona
LONDEN AP
Een Brits hof van beroep heeft
vrijdag de gevangenisstraf van
twee weken waartoe voetballer
Eric Cantona onlangs werd ver
oordeeld wegens het schoppen
van een toeschouwer omgezet
in 120 uur dienstverlening.
Fans van Manchester United,
de club van Cantona, juichten
en barstten in tranen uit toen
de rechter zijn uitspraak deed.
De rechter zei te hopen dat
Cantona zich dienstbaar kan
maken aan de gemeenschap
door 'jonge mensen te helpen
die professionele voetballers
willen worden en anderen, die
het spel alleen voor het plezier
spelen'.
Cantona was, nadat hij op 25
januari tijdens de wedstrijd te
gen Crystal Palce uit het veld
was gestuurd, met twee benen
vooruil over de reclameborden
gesprongen om een kung-fu-
trap uit te delen aan een toe
schouwer, die zelf elf tribune-
treden naar beneden was geko
men om de Fransman te jen
nen.
Johan Museeuw: „Ik win liever Parijs-Roubaix dan de Ronde van Vlaanderen nog een keer. foto cpd
hij de spurt wint. Maar dat is
niet evident, geenszins. Men
moet een ding niet vergeten: Jo
han is niet meer bereid om met
een ticket op zijn voorhoofd
naar de streep te sprinten."
„Ik knijp nu te veel in mijn
remmen om een massasprint
nog te kunnen winnen," erkent
Johan Museeuw zelf ook. „Vroe
ger liet ik het gerust op een
spurt aankomen, nu niet. Twee
jaar geleden veranderde ik m'n
taktiek. Liever laat ik het niet
meer op een massasprint aan
komen. Daarom rij ik in de
koers aanvallender. Dat ze me
viseren (Museeuw bedoelt: op
me letten-red) dat is logisch. Er
zijn ook renners die ik viseer,
zondag ook. Het gaat me niet
meer om de hoeveelheid over
winningen (vorig jaar waren dat
er negen, nu al twee-red), het
gaat me nu veel eerder om de
kwaliteit van de triomf. Ik win
liever één mooie wedstrijd, dan
twintig kleine koersen. Ze zeg
gen dat ik een stoemper ben,
een Flandrien, maar ik kan
méér."
Gold Race
Het is gemakkelijk om de woor
den van Museeuw met praktijk
voorbeelden te onderstrepen.
Dat hij ook op de 'gladdere' en
geaccidenteerde parkoersen tot
zijn recht komt, bewezen zijn
overwinningen in wereldbeker
wedstrijden als Zürich en de
Gold Race. In beide koersen
wetd hij trouwens ook al eens
tweede. „Behalve de Ronde van
l.ombardije, liggen alle klassie
kers binnen het bereik van mijn
mogelijkheden. Al zal ik nooit
de palmares van Merckx, De
Vlaeminck of Maertens kunnen
overleggen. Maar de tijden van
toen en nu zijn niet meer te ver
gelijken."
Want het zijn nu de tijden
van de Italianen. „Je kunt er zo
twintig opnoemen die Vlaande
ren kunnen winnen, en dan heb
je ze nog niet allemaal. Bij de
Hollanders zie ik niks, bij de
Belgen verder enkel nog Van
Hooydonck. Maar als ik niet
win, dan liever nog een Italiaan
uit mijn ploeg dan hij natuur
lijk. Dat is logisch. Ik ben zon
dag niet de enige beschermde
renner van Mapei. Bortolami en
Ballerini zijn de andere kop
mannen. De druk wordt ver
deeld. Wij zijn een team, gelijk
Het Volk (waar Ballerini won,
red.) wel heeft bewezen."
Impulsen
De nieuwe combinatie gaf hem
nieuwe impulsen, beweert hij.
Hij schafte apparatuur aan om
de resultaten van de hartslag
meter beter te kunnen analyse
ren, hij startte een spoedcursus
Italiaans. Ze schreven dat hij, na
volgend jaar als het contract
tussen Lefevere/GB en Mapei
afloopt, zou stoppen. Maar Mu
seeuw (29) wil nog minstens
vier jaar koersen. Het liefst in
een ploeg van Italiaanse origine
(„want in Italië is alles perfect
voor elkaar"), onder medische
begeleiding van dokter Van Mol
(„een Belg die het vak in Italië
van Conconi heeft geleerd") en
onder de kennelijk voor hem zo
bezielende leiding van Patrick
Lefevere.
Met hem is afgesproken dat
de ploeg niet langer dan twee
weken van huis weg is. Tenzij er
een grote ronde gereden wordt.
Die afspraak is Johan Museeuw
heilig. „Langer weg, zou bij mij
de goesting in het wielrennen
doen verdwijnen. Nu blijf ik het
leuk vinden, genoeg om door te
gaan met ambitie. Belangrijk?
Wat is belangrijk. Er zijn veel
belangrijkere dingen in het le
ven dan fietsen. Dat weet ieder
een die kinderen heeft of die te
maken krijgt met een ziekte- of
sterfgeval. Zoals Bart Leysen bij
ons in de ploeg, wiens broer
plotseling overleed. Op zulke
momenten stelt het wielrennen
niks meer voor. Nee, ook de
Ronde van Vlaanderen niet."
door: Gert-Jan Onvlee
Anonieme brieven in
het plaatselijke
weekblad en groe
pen morrende supporters ten
spijt, heeft het bestuur van
Rijnsburgse Boys deze week la
ten weten dat trainer Rob Kie-
bert zijn werk gewoon mag blij
ven doen. Het bestuur staat
achter hem en het bestuur be
paalt wat er binnen de club ge
beurt. Zo ongeveer luidde de
motivatie van het besluit en ik
moet zeggen: die bevalt me wel.
Voor sommigen zal de medede
ling van Rijnsburgs wijze man
nen als een verrassing zijn ge
komen. Zeker voor degenen die
in het weekend de kabelkrant
van een aanpalende gemeente
wel eens opslaan en daarop
konden lezen dat Kiebert ont
slagen was en dat Hans Schot
ook niet meer op Sportpark
Middelmors behoefde te ko
men. De doelman zou zich soli
dair hebben verklaard met Kie
bert: 'Rob er uit, ik ook er uit'.
Een reactie waarvan ik overi
gens had kunnen zeggen: die
bevalt me ook wel.
Maar goed, het bleek allemaal
een storm in een glas water.
Kiebert maakt dit seizoen af en
staat ook in de volgende jaar
gang nog aan het roer van de
Rijnsburgse zaterdag-eerste
klasser.
Of ga ik nu te snel. Onderschat
ik de invloed van de ontevreden
supporters? Ontstaat er na een
eventuele nederlaag tegen
Noordwijk (vanmiddag) of - nog
erger - een tweede verlies bin
nen drie zaterdagen tegen
Quick Boys, volgende week,
weer 'een nieuwe situatie'?
Wie het weet, mag het zeggen.
Duidelijk is wel dat de stem van
supporters ook in de praktijk
van het amateurvoetbal geen
onbelangrijke is. En dat het voor
Kiebert en het bestuur van
Rijnsburgse Boys het beste zou
zijn als de spelersgroep de ko
mende weken nu eens wel
brengt wat verwacht mag wor
den. Een serietje van vier, vijf
overwinningen en iedereen op
en rond Middelmors is weer te
vreden.
Een zware opgave? Vast wel.
Maar geen onmogelijke. Rijns
burgse Boys heeft dat wel vaker
gepresteerd. Sterker nog: de
ploeg slaagde er in het seizoen
1983-1984 zelfs in om dertien
maal op rij te zegevieren. Een
nog altijd bestaand record in de
eerste klasse, waar de serie van
elf van Katwijk maar armzalig
tegen afsteekt.
Zo bezien is vier, vijf toch niet te
veel gevraagd?
H.™
dat het de KNVB in
derdaad ernst is bij
het aanpakken van de voetbal
vervuiling in het algemeen en
van het geweld op het voetbal
veld in het bijzonder. Deze
week hoorde het Amersfoortse
APWC vanuit Zeist dat het eer
ste elftal voor de rest van dit sei
zoen uit competitie is genomen.
De aanleiding daarvoor is de tik
archieffoto die de scheidsrechter op 12
maart van een speler van APWC
kreeg tijdens het duel met Her
cules. Een maand eerder (bij de
ontmoeting tegen DOS) was de
zelfde zondagderdeklasser al in
opspraak geraakt nadat een
speler en een supporter de
scheidsrechter hadden gemo
lesteerd. De straf, waardoor de
vereniging naar de vierde klasse
afdaalt, komt mij niet onlogisch
voor. Dit soort misstanden kan
niet hard genoeg worden aan
gepakt. En de bewijzen liggen in
dit geval voor het oprapen.
Hetgeen echter niet betekent
dat APWC grootmoedig schuld
bekent. Het verhaal wil immers
dat de scheidsrechter bij APWC-
Hercules een Surinaamse speler
discriminerend heeft bejegend
en dat daarom de reactie was
zoals ze was. De club heeft in
middels meester Eric Vilé (goed
voor al uw zaken tegen de
KNVB) in de arm genomen om
de straf aan te vechten. Tevens
heeft APWC aangifte gedaan bij
de Amersfoortse politie. Het is
derhalve nog even afwachten
welke uitkomst en uitspraak er
nu definitief uitrolt.
Zoals het voor het Alphense
ARC nog even afwachten is hoe
het hoger beroep uitpakt dat de
zaterdag eersteklasser heeft
aangespannen naar aanleiding
van de schorsing van Frank
Bloemheuvel. De Alphense ver
dediger kreeg twee maanden
aan zijn broek naar aanleiding
van het uiten van racistische
taal tijdens het uitduel met
Zwart Wit '28. Want ook die
vorm van verbaal geweld wordt
door de KNVB tegenwoordig
fors aangepakt.
Op zich niets op tegen, maar je
mag in dit soort zaken van Zeist
op z'n minst enige zorgvuldig
heid verwachten. En ik heb
sterk de indruk dat daarvan in
dit geval nauwelijks sprake is.
Als grensrechter, scheidsrechter
en ploeggenoten ontlastende
verklaringen afleggen, zoals in
het geval van Bloemheuvel,
mag je je als KNVB immers best
afvragen of je een speler wel
kunt straffen.
Het pleit voor de vereniging
ARC dat dat hoger beroep in
middels is aangespannen. Het
enige dat mij verbaast is dat
voorzitter Terpstra en de zijnen
niet onmiddellijk de burger
rechter hebben ingeschakeld,
maar die stap pas zullen zetten
als de KNVB in hoger beroep bij
haar standpunt blijft.
Dit soort veroordelingen reikt
immers zo veel verder dan het
voetbalveld, dat ze maar beter
heel snel en heel erg officieel uit
de wereld kunnen worden ge
holpen.
Voorhout, Nieuw
Vennep, Leiden en
nu dus Rotterdam.
De handballende vrouwen van
Foreholte, De Bollenstreek en
TKS-Saturnus heten volgend
seizoen Ancora. Tenminste, dat
denk ik. De fusie tussen TKS Sa-
turnus en de Rotterdamse ver
eniging van die naam wijst in
elk geval in die richting.
Dat samengaan was noodzake
lijk geworden omdat de hand-
balbond met ingang van de vol
gende jaargang geen samen-
werkings- of andere noodver
banden meer accepteert. Het
Leidse Saturnus en de vrouwen
van het niet-Leidse Saturnus die
vorig jaar tot een vorm van sa
menwerking hadden besloten,
moesten derhalve fuseren of uit
elkaar gaan. De echte vereni
ging (het Leidse Saturnus van
voorzitter Rob Otten dus) zag
bij elkaar blijven niet zitten,
waardoor het aangewaaide
TKS-Saturnus (van begeleidster
An Plug, zeg maar) iets anders
moest. Dat werd Ancora. Maar
het had voor hetzelfde of iets
meer geld een club in Den
Haag, Maastricht of Purmerend
kunnen zijn. Want echt hangen
aan een plek of een thuishaven,
dat doen die speelsters van De
Bollenstreek duidelijk niet.
Toch benieuwd in welke hal die
handballende vrouwelijke zwer
vers na volgend seizoen spelen.
Een slechte gedachte, ik geef
het onmiddellijk toe. Maar ik
kan me echt niet voorstellen dat
het daar in Rotterdam wel lan
ger dan een jaar goed gaat...
De twee vlechtjes dansen weer.
House op het achterhoofd. Ze
zijn weer het symbool van on
geremde vrolijkheid. Heel lang
zat er geen muziek meer in. De
staartjes leken ijspegels. Het
hoofd zat vol twijfels, de zenu
wen legden het lichaam lam. Ze
verloor, verloor nog eens en
raakte haar vertrouwen kwijt.
„Ik vroeg me echt af waar ik nog
mee bezig was. Wat moet ik
nou?"
Jenny Gal leverde vooral een
strijd met zichzelf. Het moeilijk
ste gevecht uit haar judocarriè
re. Eerst onderuit op het EK in
Gdansk in 1994, later in het jaar
werd ze op het NK zelfs geklopt
door de Tilburgse Nancy van
Stokkum. Velen schreven haar
af. De wisseling van de wacht in
de klasse tot 61 kilogram leek
aanstaande.
„We zijn het kruispunt van
onze carrières gepasseerd",
sprak de triomfator destijds.
„En ik ben haar nu voorbij."
Van Stokkum tekende in het
luchtledige nog twee denkbeel
dige lijnen. Die van Gal was da
lende, die van haar stijgende.
Ben je besodemieterd, dacht
bondscoach Cor van der Geest,
tevens coach van de oudste Gal.
„Ze verloor een keer op een NK*.
Dan zet je haar toch niet
meteen bij het grof vuil."
Inmiddels is de 25-jarige Am
sterdamse, die dit weekeinde op
de mat komt bij het open NK in
Den Bosch, er weer van over
tuigd dat topjudo een belangrijk
deel van haar leven is. Ze heeft
immers nog doelen. „Eerst het
EK, dan het WK en dan Atlanta.
Ik weet niet of ik wereldkam
pioen kan worden, maar ik weet
wel dat ik heel wat goede judo
ka's eraf kan halen. Ik kan na
melijk gewoon goed judoën."
Waarschuwing
Dat is de taal van een topper.
Het NK is allang vergeten. Zand
erover, concurrentie eronder.
„Die nederlaag kan me weinig
meer schelen. Het enige gevolg
was dat Nancy en ik het op een
aantal toernooien moeten uit
vechten. Nou, ik draai stukken
beter dan zij." Want Gal won
glorieus in Budapest, terwijl
Jenny Gal: „Ik ging er niet altijd honderd procent voor." foto gpd
Van Stokkum anoniem bleef.
„Maar wat concurrentie is niet
slecht voor me. Het houdt me
scherp. Nancy heeft me met de
neus op de feiten gedrukt. Het
was een waarschuwing."
De wekker is afgegaan. Gal is
klaarwakker. Relativeren kan ze
ook weer. Dat was in haar
meest donkere periode haast
onmogelijk. Ze viel hard, dacht
zelfs aan stoppen („dat gevoel
duurde zo'n twee weken"),
maar kwam uiteindelijk uit de
verwurging die de liefde voor
het judo dreigde te vermoor
den. En Gal is nu strijdbaarder
dan ooit. Uiteraard zijn er nog
weieens twijfels, maar die heeft
iedere topsporter. Het is vaak
balanceren tussen hoop en
vrees, succes en tegenslag. Ze
heeft ermee leren leven. „O ja
hoor, ik kan dat nu heel goed,
relativeren. Je moet me eigenlijk
vragen, waarom ik judo. Waar
om ik judo? Nou, gewoon om
dat ik het leuk vind. En als het
straks allemaal niet lukt dan ga
ik gewoon verder met andere
leuke dingen. Ja, nu kan ik dat
weer gemakkelijk tegen mezelf
zeggen."
Vermoorden
Heel lang was dat niet het geval.
De studente bewegingsweten
schappen kon de klappen niet
meer alleen opvangen. Ze had
iemand nodig om uit het nega
tieve toch weer iets positiefs te
halen. Cor van der Geest ging
het gevecht met de gevoelige
Gal aan. Een strijd, soms op le
ven en dood. De coach: „We
hebben een heel proces achter
de rug. Dat is al zo'n drie, vier
jaar geleden begonnen. Jenny is
een heel goede, technische ju
doka, maar voor een echte top
sporter miste ze wat. Ze is een
lief meisje, geen vechter. Bij de
dames zijn de tijden van lekker
judoën échter voorbij. Er wordt
veel harder gevochten. Jenny is
niet de gemeenste, de hardste,
de sterkste. Maar de toppers ko
men de mat op om iemand te
vermoorden. Daar ging zij aan
tenonder."
Gal geeft toe. „Ik wilde ju
doën, niet vechten. Ik wilde ie
mand vastpakken op techniek.
Maar er is inderdaad wat veran
derd. Het was voor mij öf mee
vechten öf stoppen. Ik heb be
sloten om mee te vechten. Ik
had daar in het begin heel veel
moeite mee, want ik kon hele
maal niet vechten. Dat klinkt
stom ja, maar zo was het. Ik zag
er de lol helemaal niet van in en
weigerde aanvankelijk ook in te
zien dat het nodig was." De
topper was ook te gemakzuch
tig. „Ik ging er niet altijd hon
derd procent voor en dan dacht
ik achteraf: let op als ik honderd
procent geef, dan lukt het wel.
Nee, ik hield mezelf niet voor de
gek; ik had het gewoon niet in
de gaten."
Van der Geest wel en hij
greep in. Op zijn manier. De
vraag luidde: „Wil je naar de top
of niet? Als je niqt wilt, dan ga je
lekker naar je vriend in Italië en
word je Mama. Dan komt Cor
op bezoek met een groot ca
deau, met een fraaie strik erom,,
en krijg je vijfentwintig kussen
van me. Maar wil je bij de top
van de wereld horen, dan moet
er wat gebeuren met je karak
ter."