ZATERDAGS
BIJVOEGSEL
tijdgeest
Bolkestein
ademt de
17
'Hij beheerst de grondregels
van de retorica'
ZATERDAG 11 MAART 1995
Amper een jaar geleden was in de WD nog de roep om Hans Wiegel te horen. Alleen hij
had voldoende charisma om de liberale boodschap over brede groepen kiezers uitte
dragen. Maar het Orakel van Friesland is in Den Haag slechts welkom als senator. In de
Tweede Kamer, waar dankzij de paarse coalitie het politieke debat weer werkelijk wordt
gevoerd, is maar één aanvoerder: Frits Bolkestein. Zijn suprematie is deze week
onmiskenbaar bevestigd.
DA-fractieleider Heerma heeft
zijn linkerarm voor zich uitge
strekt en lijkt met zijn vinger
een vies plekje op de tafel aan te wijzen.
Hij houdt zijn arm daar, terwijl hij hel
hoofd naar rechts neigt, buurman Bolke
stein schuins aankijkend. De spanning op
de bovenlip trekt even weg. Heerma gaat
een vraag stellen. Een korte ademteug,
dan in één keer die zin. Het is de tweede
keer dat hij deze vraag stelt en nu wil hij
dat Bolkestein antwoordt. Heerma houdt
het hoofd nog iets lager, zijn lippen persen
zich weer samen. Deze keer is de WD-lei-
der wèl bereid Heerma aandacht te schen
ken. Tergend langzaam draait die grote
grijze kop naar links, maar nèt niet ver ge
noeg om Heerma aan te kijken. Bolkestein
smakt, zucht. De minzame glimlach krijgt
ineens iets monters. Hij spreekt vier woor
den. Dat vindt Bolkestein blijkbaar vol
doende. Hij kijkt voldaan en dan even
schuins naar beneden, naar Heerma die
nog nog steeds op het vieze plekje wijst.
Het is een korte maar veel zeggende scè
ne uit het lijsttrekkersdebat van afgelo
pen woensdagavond: Frits Bolkestein als
de superieure politicus. Niet alleen zelf
verzekerd in woorden, ook in zwijgen.
Dan spreekt zijn kracht van wat commu
nicatiewetenschappers aanduiden met 'li
chaamstaal'.
Anne van der Meiden, op de Dag des
Heeren dominee en doordeweeks hoogle
raar communicatiewetenschappen en re
torica aan de Universiteit van Utrecht:
„Lichaamstaal, intonatie en timing zijn
van enorm belang bij het overbrengen van
een boodschap. Wat niet gezegd wordt,
maar wel wordt uitgestraald kan het ver
schil maken tussen geloofwaardigheid en
onbetrouwbaarheid. Al in de bijbel staat
het begaafd spreken omschreven als: 'Het
opdienen van gouden appelen op zilveren
schalen'. Die zilveren schalen zijn in feite
de karretjes waar de woorden op binnen-
De televisie is meedogenloos, weet Wil
lem Bemboom, media-trainer, oud-NOS-
journalist en adviseur van onder meer de
WD. „De camera registreert alles, en is
daarom ook goudeerlijk. Als je gespannen
bent, trek je een beetje bozig gezicht en
dat wordt dan op televisie uitvergroot. Het
geeft iets straks, sombers, chagrijnigs. Als
je een goed verhaal vertelt met een gezicht
van: straks schop ik duizend man de straat
op, dan valt dat voor de TV absoluut in
duigen. Ik zeg bij mijn media-trainingen
dan ook altijd: de presentatie is belangrij
ker dan de inhoud."
Als het gaat over de presentatie van Frits
Bolkestein, zegt Anne Van der Meiden:
„Bolkestein heeft een hele sobere stijl. Hij
is geen man van grote gebaren. Je ziet zijn
handen zelden boven zijn wenkbrauwen
uitkomen. Door zijn handen voor zijn li
chaam te bewegen, in een kleine cirkel,
maakt hij een zakelijke indruk. Gebaren
aan de zijkant van je lichaam leiden af,
Bolkestein gebruikt zijn handen om zijn
betoog te onderstrepen. Het maakt alle
maal een hele authentieke indruk."
Van der Meiden heeft de afgelopen we
ken een kleine studie van de WD-leider
gemaakt. Bolkestein is volgens de hoogle
raar een van de weinige politici die de
gfondregels van de retorica consequent
toepast. „Hij presenteert zijn ideeën vaak
in drie delen. Om een of andere reden
blijft een boodschap die in drieën wordt
gehakt veel beter bij de mensen hangen
dan een betoog dat uit twee of vier delen
bestaat. Het ontwijken of negeren van vra
gen, zijn gehoor in verwarring brengen
om vervolgens zelf een antwoord te for
muleren, al die zaken beheerst hij prima.
Zijn timing is perfect, al maak ik zelf meer
gebruik van pauzes."
Volgens hoogleraar Van der Meiden is
Bolkestein echt een kind van de televi
siedemocratie. „Hij is meer een televisie
acteur dan een theaterman. Via zijn mi
miek kan hij heel subtiel verontwaardiging
spelen, geamuseerdheid, verbazing. Dat
komt niet over op het podium voor een
zaal vol mensen, maar wel op televisie.
Dat minzame glimlachje heeft hij volgens
mij echt gecultiveerd. Arrogantie is niet
het woord, eerder een lichte hautaine
houding. Een afstandelijkheid die goed
aansluit bij zijn grachtengordel-yuppen -
dialect. Hij doet me denken aan oud-poli
tici als Van Riel of Colijn. Ook met dat tra
ge bewegen van hem laat hij zien: ik be
waar distantie."
Van der Meiden wijst erop dat juist die
afstandelijkheid een van Bolkesteins voor
naamste troeven is. Hij is van de' drie coa
litiepartners de enige politieke leider die
in de Tweede Kamer zitting heeft geno
men. Zo houdt hij ook in politieke zin af
stand tot het paarse kabinet. In woord en
geschrift laat Bolkestein meermalen blij
ken als Amsterdamse koopman geen hoge
pet op te hebben van de Haagse cultuur.
Van der Meiden: „Zijn lichaamshouding
en politieke opstelling sluiten naadloos op
elkaar aan. Hij zit er niet om vriendjes te
maken. Tegelijkertijd weet hij de meest
vreselijke dingen op een zeer gesoigneer
de manier te zeggen. Hij is de leraar ge
schiedenis voor wie je vroeger in de klas
rechtop ging zitten."
'Of ik dat nu zeg of niet, dat doet er niet toe'
rits Bolkestein. Zelfverzekerd, door de
wol geverfd en als produkt van een
mondiale levenservaring (Oost-Afrika,
Amerika, Engeland, Indonesië, Midden-Oosten, Ja
pan, Australië, Frankrijk) ook een beetje op zich
zelf. Een verdwaalde kosmopoliet, terug in de inge
slapen provincie die hij wakker wil schudden.
De WD-leider is op afstand de opinion leader
van deze tijd. Sinds zijn aanvankelijk beruchte en
inmiddels breed onderschreven Luzern-rede over
de noodzaak tot verplichtende integratie van al
lochtonen, september 1991, is het de welbespraak
te Bolkestein die het politiek-maatschappelijke de
bat in Nederland aanvoert. Of het nu om het
vreemdelingenbeleid of de hoogte van de ontwik
kelingshulp gaat, over de Europese integratie of de
toekomst van de sociale zekerheid: Bolkestein is
zijn politieke vrienden en vijanden doorgaans een
stap voor. En hij doet dat vaak nog provocerend
ook, recht op het doel af. Wie niet direct reageert,
zit onmiddellijk in de verdachtenhoek. Daarmee
word je in'bestuurlijk Holland uiteraard niet popu
lair.
Niet dat elke bijdrage uit zijn mond of pen altijd
even behartenswaardig is of doel treft. Maar zijn
inbreng is steevast richtinggevend voor de discus
sie die erop volgt. Frits Bolkestein is de enige poli
tiek leider die, goed getimed en soms op het randje
of nèt iets te populistisch, een breed kiezerspubliek
weet te bereiken.
Dat is niet alleen de vrucht van hard werken, snel
denken en een uitstekend strategisch inzicht. Wie
de groeiende invloed van dit nieuwe liberale boeg
beeld wil terugdringen door hem te beschuldigen
van a-sociaal denken, racistische machtspolitiek en
stemmingmakerij, hanteert de verkeerde tactiek
om Bolkestein de mond te snoeren. Want twee
dingen onderscheiden hem op dit moment beslis
send van zijn concurrenten: hij is zichzelf en hij
staat voor zijn boodschap.
Volle pond
Al is opportunisme op een moment suprème, zoals
op de dagen vlak voor belangrijke verkiezingen,
ook hem als politicus niet vreemd: hij geeft door
gaans dezelfde antwoorden op dezelfde vragen.
Frits Bolkestein is een realist, geen hemelbestor
mer. Hij is als geen ander in stèat helder en com
pact te verwoorden wat veel mensen buiten het
Haagse circuit bezighoudt.
Een recent voorbeeld daarvan is de door hem
geëntameerde discussie over het budget voor ont
wikkelingssamenwerking. Bolkestein vraagt zich af:
waarom moet Nederland daar 0,82 procent van het
bruto nationaal produkt aan uitgeven, terwijl het
gemiddelde in de 24 rijke landen op 0,35 procent
ligt? Natuurlijk zijn de intenties goed, maar de ef
fectiviteit staat steeds meer ter discussie. De inter
nationale afspraak is: 0,7 procent. Dat moet ook
voor Nederland gelden. Het volle pond, maar niet
meer. Dat is tot 1998 ongeveer een miljard minder.
„Dat vind ik veel geld. Dat kan gebruikt worden
voor andere doeleinden." Zoals voor defensie,
waarop van de paarse coalitie 250 miljoen minder
bezuinigd moet worden dan de bedoeling was. Hij
kreeg de afgelopen weken een storm aan politiek
protest uit vele hoeken over zich heen. Alle grote
kamerfracties waren het met hem oneens. Hij ant
woordde laconiek dergelijke reacties inmiddels wel
gewend te zijn.
„Ja, dat ïs ook zo. Al die opwinding is tot daar
aan toe, maar de gebruikte argumenten deugen
niet. Zo zegt Wolffensperger (D66): 'We hebben be
lang bij rust en ontwikkeling elders in de wereld.'
Dus hoe meer ontwikkelingshulp erheen, hoe meer
economische opbouw en hoe minder immigranten
naar ons land. Het tegendeel is waar: er komen er
juist meer! Het kennisniveau van meer mensen
gaat omhoog, ze hebben meer geld en er komen
dus juist méér asielzoekers vanuit economische
motieven. Dat beheers je niet via ontwikkelings
hulp.
Dèt heeft niets met de realiteit te maken. Ik ken
de wereld, het buitenland heeft mij tussen m'n
FOTO GPD CEES ZO RN'
dig inzien, worden we door die ontwikkelingen in
gehaald."
Die omwenteling, globalisering van de economie
en flexibilisering van de samenleving, is in de ogen
van sommige Nederlanders een ontwrichtend toe
komstperspectief. Bolkestein, zuchtend: „Ook dat
is typisch Hollands: het denken in sjablonen om
daarvan dan vooral de gevreesde nadelen te be
noemen. Terwijl het natuurlijk om geleidelijke ver
nieuwing gaat, die niet alleen nieuwe gevaren cre-
eert, maar vooral ook nieuwe kansen schept.
Neem de nieuwe CDA-voorzitter Helgers. Die
praat over de '24-uurseconomie' alsof Nederland
de nieuwe duivel in huis haalt. Die het gezin uit
eendrijft, de kinderen het drugcircuit injaagt en de
werknemers de zekerheid van een vaste baan ont
neemt. Maar wie zegt dat alle bedrijven zeven da
gen per week 24 uur per dag open moeten zijn?
Sjablonen! Heeft niets met de werkelijkheid te ma
ken. Ik kan in Frankrijk op zondag warme crois
sants bij de bakker halen, maar is Frankrijk daarom
een a-sociaal land?"
Optimistisch
Als de winkels straks langer open mogen 'een
uitstekend voorstel van D66-minister Wijers' ko
men er banen bij: dóór kunnen we het beter over
hebben. Bolkestein vindt dat Nederland moet op
houden met zeuren.
Hij is van nature optimistisch en gelooft erin dat
Nederland weer massaal aan het werk gaat. Wie
niet kan werken, krijgt in de toekomst een uitke
ring op mimimumniveau, waar je van kunt leven.
Meer niet. Voor het meerdere kan men zich bijver
zekeren. Dat doen de 400.000 zelfstandigen ten
slotte ook. De vroeggehandicapten zitten in het
huidige stelsel ook al op het minimum en dat moet
zo blijven.
Het ontstaan van een onderklasse kan naar zijn
stellige overtuiging alleen effectief worden bestre
den door werk te scheppen, met name in het mid
den- en kleinbedrijf. Vaste èn flexibele banen, in
combinatie met verdergaande lastenverlichting, af
schaffing van het minimumloon en van allerlei be
perkende regels en grotere financiële ondersteu
ning van startende ondernemers.
Bolkestein: „Er is veel te doen. De tijd voor zelf
genoegzaamheid is voorbij. Helaas, maar het leven
is hard."
26ste en 43ste gekleurd. Er leven in Nederland
20.000 vluchtelingen uit Somalië, dat is een geruï
neerd land. Dacht meneer Wolffensperger nu wer
kelijk dat we die migratiedrang afremmen door
daar geld naartoe te brengen? Dat is toch onzin."
Bolkestein zelf maakt nuchter-zakelijk de balans
op van zijn opmerkelijke opmars: hij doet weinig
anders dan de tijdgeest uitdragen. De bijna 62-jari
ge Amsterdamse rechterszoon, die nu tweehon
derd meter van zijn ouderlijk huis in de Concertge-
bouwbuurt woont, roept zichzelf niet uit tot de
motor van het Nederlandse moderniseringsproces.
Nee, la force des choses, dat is de kern van de zaak.
„Alle signalen gaan in de richting van het libera
lisme. Of ik dat nu zeg of niet, dat doet er niet toe.
Geen enkele politieke partij kan die ontwikkeling
weerstaan: het collectivistische tijdperk, dat zeven
tig jaar heeft geduurd, is definitief voorbij. We gaan
onvermijdelijk terug naar de open markt. Niet door
toedoen van de WD, het is de lijn der geschiede
nis. Ja, noem het evolutie. Maar doe in elk geval
niet net of je daar niets mee te maken hebt, zoals in
Nederland nog altijd bon ton is. Alsof je dat proces
kan stoppen door net te doen of het aan jouw deur
voorbijgaat. Bespottelijk en kortzichtig!'
Maar waarom gaf de filosoof, classicus, jurist en
econoom Bolkestein zijn succesvolle carrière bij
Shell dan in 1978 op om de mensen over te halen
een proces te volgen dat zich ook zonder hem wel
zal voltrekken?
'Nationaal belang'
„Neen, zo werkt dat niet. De dingen gebeuren uit
eindelijk wel, maar er zijn toch mensen nodig die
de ommezwaai actief bewerkstelligen. Ik bedoel:
wij mensen, en vooral wij Nederlanders, moeten
niet de arrogantie hebben te menen dat we de ge
schiedenis in een richting kunnen sturen die wij
wensen. We moeten haar op juiste waarde schatten
en bij de hand nemen, er vorm aan geven en er
binnen de grenzen van het beïnvloedbare ons
stempel op drukken."
Bolkestein: „Dèt is wat ik met 'het nationaal be-'
lang' bedoel. Dus niet terug naar nationalistische
ressentimenten, integendeel: naar buiten gekeerd,
geen protectionisme en geen muren om het land
heen, óók niet voor politieke vluchtelingen. Maar
wel opkomen voor je eigen belangen. Stevig onder
handelen, je niet de kaas van het brood laten eten
door andere landen. En dat doet Nederland helaas
wel."
Zijn kritiek op de Nederlandse belangenbeharti
ging is hard. Vooral binnen Europa laat Nederland
zich aftroeven en 'schurkt het aan' tegen de Frans-
Duitse as. Mede daardoor wordt het in 1998 de
grootste nettobetaler in de Europese Unie: Neder
land brengt 'schoon' meer geld naar Brussel dan
het via de subsidiekanalen terugkrijgt en spant
daarin in de unie de kroon.
Bolkestein: „Nederland heeft op de Europese
topconferentie in Edinburgh bijzonder slecht on
derhandeld. Minister Van Mierlo kan nu wel zeg
gen dat wij nettobetaler worden door de met name
voor ons land negatieve uitwerking van het McS-
harry-akkoord (dat sanering van de torenhoge Eu
ropese landbouwsubsidies beoogt HW), maar
dat is geen excuus. Dan had je je daar niet bij moe
ten neerleggen. Het wordt tijd dat Nederland een
assertiviteitscursus neemt: waarom zou die alleen
maar goed zijn voor huisvrouwen?"
Ook PvdA-fractieleider Wallage moet het in dit
verband ontgelden. 'Wallages verweer tegen mijn
kritiek is: Nederland heeft alle belang bij open
grenzen. Natuurlijk, ik heb nooit anders beweerd.
Maar dat argument ontzenuwt mijn punt niet. We
gaan buitensporig veel betalen, daar verzet ik mij
tegen. Ook wordt gezegd: maar we hebben al jaren
financieel geprofiteerd van Europa. Ook dat ontken
ik niet. Het doet hier alleen niet terzake, omdat de
afdracht aan de unie naar verhouding buitenpro
portioneel is. We moeten gewoon beter uit onze
doppen kijken. Maar ja, dat zeggen we als Neder
landers niet graag van onszelf."
Gebrek aan zelfkritiek gaat in Nederland vaak ge
paard met misplaatste hoogmoed, vindt Bolke
stein. Alsof wij, dat kleine landje aan de Noordzee,
veel beter zijn dan de hele wereld om ons heen.
„Die combinatie van zelfoverschatting en wereld
vreemdheid werkt passiviteit en inactiviteit in de
hand. De Nederlandse variant van de verzorgings
staat is op deze mythe gebouwd, maar ze wordt in
middels gelukkig ontmaskerd. Ons land dreigt zich
met haar naïeve houding immers buiten het we
reldgebeuren te plaatsen. Dat is niet alleen dom,
maar ook levensgevaarlijk. Want de sociale en eco
nomische omwenteling op mondiale schaal is on
omkeerbaar en niet afhankelijk van de vraag of 'de
Batavieren' daar in participeren. Als wij dat niet tij-
Frits Bolkestein. „Er is veel te doen. De tijd voor zelfgenoegzaamheid is voorbij. Helaas."