Een verboden kijk op 'Ons Indië' ZATERDAG 28 JANUAR11995 Het opvallendste-, materiaal in 'Front Indië' komt uit 1946, een jaar vóór de eerste politionele actie. Nederlandse mariniers traden in de zo mer van dat jaar in een drietal snelle opera ties hard op tegen de opstandige Indonesi sche republikeinen. Hugo Wilmar was er als dienstplichtig marine-fotograaf bij, en legde van zeer dichtbij hij was in Amerika opge leid tot combat photographer vast hoe de oorlog in Nederlands-Indië toen eigenlijk al was begonnen. Zijn weinig verhullende opnamen laten dode en gewonde Nederlanders en Indone siërs, platgebrande kampongs en hevige ge vechtshandelingen zien. Ze zouden door tus senkomst van de militaire censuur nooit worden gepubliceerd, tot vooral beroeps matig ongenoegen van Wilmar zelf. Uit een brief aan een vriend: „Wat de publikatie betreft, deze wordt zoveel mogelijk geblok keerd en tegengegaan. Schandelijk! Het Ne derlandse volk leeft daarom in de stellige overtuiging dat we hier mieters rustig in ons mooie Indië zitten en toch maar boffen." Voor de krantelezer van nu, 'gehard' door tientallen in beeld gebrachte oorlogen, zien de meeste foto's van Wilmar uit 1946 er be trekkelijk onschuldig uit. In het Nederland van toen zouden veel opnamen echter onge rustheid en protest hebben losgemaakt. Fo to-historicus Louis Zweers stuitte bij toeval op het werk van Wilmar, en zocht antwoord op de vraag waarom zoveel foto's het dag licht nooit zagen. „We hadden net zelf een oorlog achter de rug, en plotseling zaten we in een koloniaal conflict. Vrijwel iedere mili tair daar was dienstplichtig, en een ongerust thuisfront was het laatste waar defensie op zat te wachten. Daarom moest vooral niet de indruk worden gewekt dat we in Indië toen al een echte oorlog voerden." Omdat het archief van de toenmalige Ma rine Voorlichtingsdienst spoorloos is verdwe nen, kon Zweers niet nagaan welke richtlij nen de militaire censor toepaste. Hij moest het doen met het stempel 'Verboden' of 'Toe gestaan' op de achterkant van de foto's zelf. De rest heeft hij aan de hand van interviews en onderzoek moeten reconstrueren. Hij ont dekte op die manier dat de bemoeienis van de marine zich zelfs tot de buitenlandse me dia uitstrekte. Zo kregen bijvoorbeeld ook de grote Amerikaanse persbureaus alleen goed gekeurd beeldmateriaal. Vrijwel al het werk dat de fotograaf in 1946 maakte, eindigde daardoor direct in de archieven van defensie. Zweers dook het daar pas onlangs weer op. Na zijn tijd als marine-fotograaf was Wilmar nog niet klaar met Indië. Hij ging in 1947 in opdracht van de Haarlemse uitgeverij Spaarnestad terug, samen met de journalist K. Bezemer. Ze zouden de eerste politionele actie volgen voor Panorama en de Katholieke Illustratie, de latere Nieuwe Revu. Beiden wa ren oud-militair, waardoor ze op medewer king van Defensie konden rekenen. Deze keer was er bovendien geen sprake van mili taire censuur: Wilmar stuurde zijn belichte negatieven zonder tussenkomst van derden direct naar Haarlem. Toch haalden opnieuw veel van zijn foto's de bladen in Nederland niet, ondanks het feit dat Wilmar aanzienlijk 'liever' materiaal maakte dan in 1946. Ditmaal zat de censor echter in Haarlem. Zweers: „De meeste Ne derlanders, ook de bladenmakers, waren er toen van overtuigd dat we in Indië iets goeds deden. Televisie was er niet, dus de geïllu streerde bladen waren het venster op de we reld. Maar het waren gezinsbladen en geen Dezelfde marinier en dezelfde gevangenen als op de foto hierboven, maar nu even later gefotografeerd. Wilmar noteerde: 'Met deze dreigdende beweging krijgt men veel vlugger iets los van deze gevangengenomen extremisten.' Ook deze foto mocht de wereld niet in. Louis Zweers noemt het opmerkelijk dat Wilmar bij dit incident en bij vele andere niet heeft vastgelegd hoe het afliep. Of de marinier daadwerkelijk heeft uitgehaald, zal daarom nooit komen vast te staan. foto collectie marine historisch archief opiniebladen. De redacties kozen er daarom voor om het thuisfront gerust te stellen. Har de foto's werden niet geplaatst, en andere opnamen werden door bureauredacteuren zó gebruikt dat ze het beeld van het vredelie vende Nederlandse léger in stand hielden." Zweers leidt uit het materiaal van de eerste politionele actie verder af dat Wilmar, net als andere fotografen, zelf óók koos voor een op bouwende benadering van de politionele ac ties. Hij maakte eenvoudigweg geen foto's waarvan hij wist dat ze niet in dat beeld pas ten. De fotograaf bezorgde Spaarnestad ove rigens nog wel een wereldprimeur. Hij wist op een Amerikaanse perskaart als enige Ne derlandse fotograaf door te dringen tot het republikeinse hoofdkwartier in Djocja, waar hij met grote vrijheid mocht werken. Om de positie van Wilmar niet in gevaar te brengen, werden de exclusieve foto's zonder naamsvermelding afgedrukt in de Katholieke Illustratie. Ook dit materiaal werd gekuist: fo to's van excercerende republikeinen mèt pri mitieve wapens werden afgedrukt, opnamen van Indonesiërs met modern wapentuig ver dwenen in het Spaarnestad Archief. Zweers haalde ze daar na bijna vijftig jaar uit de ver getelheid, samen met vele andere historische beelden. Kort na zijn bezoek aan Djocja ver liet Wilmar het strijdgewoel. Hij maakte voor Spaarnestad nog tientallen reportages op de rustige eilanden van de Indonesische archi pel en vertrok daarna naar Amerika. Daar werkte hij korte tijd als filmer voor Walt Dis ney, voor hij in 1957 op 34-jarige leeftijd om kwam bij een treinongeluk in de Andes. Zweers: „Het is eigenlijk vreemd dat zo'n produktieve fotograaf, die zo'n belangrijke periode in onze geschiedenis heeft vastge legd, volledig is vergeten. Dat heeft veel te maken met het feit dat het foto-historisch onderzoek in Nederland nog in de kinder schoenen staat. Het belang van de foto als historisch document wordt helaas nog steeds sterk onderschat." 'Front Indië - Hugo Wilmar, ooggetuige van een koloniale oorlog', door Louis Zweers. Uit geverij Walburg Pers, 29,50. De foto's van Wilmar zijn vanaf vandaag tot en met 5 maart te zien in het Nederlands Foto Instituut, Witte de Withstraat 63 in Rot terdam, dagelijks geopend van II tot 17 uur, behalve op maandag. Daarna reist de exposi tie door het land. i Wilmars foto's die wèl werden gepubliceerd in de Katholieke Illustratie, met als oorspronkelijk bijschrift: 'Een ka nuur als bed. Vaak ziet men kleine uitgeputte paupertjes langs de straat op de stenen liggen slapen. In het lawaai van verkeer slapen zij rustig door.' De opname werd door de redactie gebracht in het kader van een reportage over Indisch derleed, leed dat volgens het blad 'natuurlijk' vooral werd veroorzaakt door de republikeinen. Dat hele gebieden door Nederlanders werden afgesloten voor voedsel- en medicijntransporten, werd niet vermeld, foto collectie e.f. bezemer •r geeft gecapituleerde repu blikeinen in een sawah nabij Soeraba- ja het bevel te gaan zitten. Het is augus tus 1946, ruim voor de eerste politionele actie. Achterop de fo to schreef Wilmar: 'Uit deze greppel werden de mariniers door de sawah trek kend hevig onder vuur genomen. Na een stormaanval ge ven de nog overle vende extremisten zich over.' Deze foto mocht niet worden gepubliceerd, foto collectie marine historisch archief -a Augustus 1946, omgeving Soerabaja. Nederlandse mariniers voeren de operatie 'Quantico' uit. Achterop deze door de mi litaire censor verboden foto schreef Wilmar: 'Een extremist, die vanuit een greppel zoéven nog op de mariniers vuurde, trachtte de benen te nemen, maar werd direct door een marinier van de voorhoede gegrepen. Zo mogelijk maken de mari niers het liefst gevangenen voor inlichtingen omtrent de vijand.' foto collectie marine historisch archief Foto's waarop vernielingen waren te zien, werden door de redacteuren bij Spaarnestad meestal aan de kant gelegd. Ze werden over het algemeen alleen geplaatst als duidelijk vaststond dat de republikeinen verantwoordelijk waren. Ook deze opname van Javanen bij hun volledig verwoes te huis in Tjilatjap haalde de bladen niet. foto spaarnestad fotoarchief De strijd om Nederlands-Indië is voor velen nog altijd een open wond. Want verrichtten 'onze jongens' er goed werk of voerden ze er een ordinaire koloniale oorlog? Midden in de opgelaaide discussie over het afscheid van Nederlands grootste kolonie verschijnt vandaag 'Front Indië' van foto historicus Louis Zweers. Een boek vol vaak niet eerder gepubliceerde, onthullende foto's van de strijd in de Oost. Ze werden gemaakt door de vergeten fotograaf Hugo Wilmar, grotendeels in opdracht van de Haarlemse uitgeverij Spaarnestad. Gecensureerd fotomateriaal eindelijk gepubliceerd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1995 | | pagina 35