Mill
1 II 1 1
llll
Redders uit
l««-
n ii H
Leidse regio
Hoogheemraadschap: hulp in waterhuishouding
Een onbewoond eiland voor ruim drie ton
Overstroming? Lenzen vloeistof mee!
Het Gesprek van de Dag
Wubbo Ockels zoekt
horloges en kippeëi
VRIJDAG 27 JANUAR11995
Stel, uw huis loopt vol met wa
ter. Wat is het eerste dat u mee-
ieemt? Een inwoner van Rijns-
twijfelt niet. „Mijn televisie
n mijn stereo-installatie", is
rijn eerste reactie. Bij nader in-
rien zou hij ook zijn vrouw en
anderen meenemen, 'natuur-
ijk'. „En ik zou naar een hoge
jerg gaan", reageert hij. „Het is
och bezopen dat het daar in
Limburg weer gebeurt. De rege-
v ing heeft veel te lang gewacht.
P idukkig woon ik in een flat,
ïoog en droog."
v riet medeleven met de gedu-
jeerden in Limburg is groot. „Ik
rind het hartstikke zielig voor
ze," zegt een Katwijkse. „Als mij
zoiets zou overkomen, neem ik
mijn drie kinderen onder de
arm mee. Mijn kinderen en wat
fotoboeken."
Een Katwijker weet wat het is.
Hij heeft tijdens de overstro
mingsramp in 1953 meegehol
pen in Zeeland. „We deden wat
we konden. Dat heeft me na
tuurlijk wel aan het denken ge
zet. Toen hadden de mensen
niet eens de tijd om hun spulle
tjes bij elkaar te zoeken. Ach, ik
zou het allerkleinste en het al
lernoodzakelijkst meenemen.
Geld, juwelen en waardepapie
ren. Verder heb je toch niJcs no-
dig."
Een Katwijkse zou 'een hele kof
fer vol proberen te douwen' met
haar kleren. „En mijn twee par
kieten zou ik oppakken. Daarna
zou ik bij mijn ouders gaan uit
huilen."
Een woonbootbewoner aan de
Morssingel in Leiden heeft zich
goed laten informeren wat te
doen bij rampen. „Ik zou luci
fers meenemen om vuur te
kunnen maken en levensmid
delen om in leven te blijven.
Verder zou ik het niet weten.
Van foto's hou ik niet. Dan nog
lievermijn lievelingsboeken."
Een winkelbediende zou al haar
spullen boven zetten en dan
naar familie gaan die 'in ieder
geval niet in de buurt woont'.
„Maar wel op het allerlaatste
moment. Ik zou wachten tot het
echt niet anders kan."
„Je weet niet hoe je reageert op
zo'n moment", zegt een Rijns-
burgse klant bij de Katwijkse
Digros. „Je neemt misschien
wel de dingen mee waar je oog
op valt. Plus wat polissen, che
ques en extra kleren. Spijker
broeken, laarzen en truien."
„Eigenlijk zouden we ons beter
op rampen moeten voorberei
den in Nederland. In Japan krij
gen schoolkinderen er zelfs les
in. Wij doen alsof we niet in een
risicoland leven, maar dat is al-,
tijd maar afwachten. Wat doe je
als er toch wat gebeurt? Moet je
dan een verbanddoos bij de
hand hebben of juist niet? Ge
lukkig heb ik altijd mijn man bij
de hand; die werkt om de hoek.
Oh ja, ik zou mijn lenzenvloei-
stof meenemen. Anders kan ik
mijn lenzen niet meer uitdoen."
SANDRA PASSCHIER
gemaal in Katwijk. Met uitzicht op het boezemwater van de Oude Rijn. Het overtollige water wordt de zee in gepompt.
l\ Voorlopig nog geen garnalen in de Oude Rijn
FOTO LOEK ZUYDERDUIN
Ze stonden woensdagavond al
paraat, de reddingsbrigades van
Noordwijk, Katwijk en Wasse
naar. Klaar om bij te springen in
Limburg. Een ploeg van zeven
Noordwijkers, uitgerust met
twee vletten en een Landrover
kreeg gisterochtend om half
twaalf het telefoontje waarmee
ze ingezet werden bij de evacu
atie van Weert en omgeving.
De reddingsbrigades van
Noordwijk en Wassenaar waren
eind 1993, bij de vorige over
stromingen, ook al paraat. Ze
worden ingeschakeld door de
overkoepelende Koninklijke Ne
derlandse Bond tot het Redden
van Drenkelingen. Oscar Kra
mer van de Noord wij kse briga
de vertelt dat de vrijwilligers na
de oproep binnen anderhalf uur
op pad waren. „Terwijl ze toch
uit Amsterdam en Rijswijk
moesten komen. Ze blijven 36
uur weg en dan volgt een aflos
sing."
De Wassenaarse ploeg was gis
teren nog niet gealarmeerd.
Maar voorzitter Niek van Wijk
gaat er vanuit toch een beroep
wordt gedaan. „Eerder zijn we
bijgesprongen in Dordrecht. Als
het nu net zo erg wordt als de
vorige keer, gebeurt dat weer."
Hoewel Katwijk ook paraat is, is
de kans dat die brigade wordt
ingezet relatief kleiner. Na een
conflict over financiën stapte
'Katwijk' een paar jaar geleden
uit de KNBRD. De breuk heeft
tot gevolg dat ze pas in een heel
laat stadium worden ingescha
keld. Maar voorzitter Kees de
Vreugd is niet wrokkig. „Als het
nodig is, zijn we er. En als ze
ons niet bellen, is er kennelijk
voldoende hulp."
RUDOLF KLEUN
kaden drogen uit en kunnen de waterdruk niet
meer aan. En ga zo maar door."
Vanwaar dan die glimlach? Welnu, zo ver zal het
wel nooit komen. Het hoogheemraadschap heeft
zijn zaakjes uitstekend voorelkaar. Zo sterk zal
het waterpeil nooit zakken. En het peil zal ook
nooit zo sterk stijgen dat de stad en dorpen erom
heen onder water komen te staan. Ook al stijgt
het water in de Maas en de Rijn nog zo drama
tisch.
Van den Hoek geeft de geruststellende uitleg: het
hoogheemraadschap is in staat het waterpeil in
zijn gebied vrij nauwkeurig te regelen. „Het hoog
heemraadschap beslaat ruwweg het gebied tus
sen IJmuiden, Amsterdam, Den Haag en Gouda.
Je moet je het gebied voorstellen als één gesloten
bak, met daarin verschillende rivieren, sloten,
plassen en vaarten. Binnen dat gebied liggen
weer zo'n tweehonderd polders. Allemaal weer
met hun eigen dijken, eigen sloten en eigen ge
malen. Tweehonderd kleinere bakjes eigenlijk in
die grote bak."
Laten we de huidige situatie maar eens bekijken,
die van zware regenval. Hoe gaat het hoogheem
raadschap daar mee om? „Als de regen op het
land valt, stroomt het af naar het water. Daardoor
stijgt het waterpeil. En de regen die op het water
zelf valt, laat het nog iets verder stijgen. Nou, elke
polder maalt het teveel weg."
Maar dat overtollige water moet natuurlijk ook
ergens blijven. „Ja, in de zogeheten boezem van
het hoogheemraadschap. Dat zijn de grote wate
ren. De stadsgrachten, de Oude Rijn, het Spaarne,
de Kaag...In die boezem komt dus het overtollige
water uit de polders. Net als de regen die op het
water van de boezem valt. Het water in de boe
zem stijgt dus. Nou, voor dat overtollige water
hebben we vier gemalen. In Katwijk, Gouda,
Spaamdam en Halfweg. Die pompen het water
buiten het gebied."
Let wel, het afgesloten gebied. Het weggepompte
water kan niet meer terug. Zoals het water dat
door het gemaal in Katwijk de Noordzee in wordt
gegooid. En bij een 'droge' toestand, kiest het
hoogheemraadschap voor een andere benade
ring. Via het gemaal in Gouda wordt water uit de
Hollandse IJssel binnengelaten. Dat geldt niet
voor de gemalen in Halfweg en Spaamdam. Het
water dat daar zou worden binnengepompt zou
een te hoog zoutgehalte hebben. Waarom het ge
maal in Katwijk niet meedoet, kun je dan ook op
je klompen aanvoelen. Dan zou er zout zeewater
de boezem binnenvloeien en zwommen de gar
nalen voor het terras van Annie's Verjaardag!
Het moge duidelijk zijn, het hoogheemraadschap
heeft de zaken onder controle. Bij extreme droog
te zal het oude deel van Leiden niet instorten. En
bij extreme regenval zal de streek niet te leiden
hebben van overstromingen.
HERMAN JOUSTRA
Wubbo Ockels.
FOTO DIJKSTRA
Ruimtevaarder Wubbo Oc
kels is dezer dagen bezig
met een speciale missie in
Limburg. De astronaut is
naarstig op zoek naar enke
le souvenirs van zijn ruim-
tevlucht in 1985. Het gaat
om twee Seiko-horloges en
een verguld kippeëi. Ockels
nam deze persoonlijke spul
len mee tijdens zijn ruimte
reis in de Space Shuttle Dl,
om later een aandenken te
hebben aan zijn unieke trip.
Ze verdwenen echter krap
drie weken na Ockels terug
keer uit de Verenigde Staten
uit zijn toenmalige woning
in Maastricht.
Ockels (48), nu verbonden
aan het European Space
Agency in Noordwijk en
hoogleraar aan de Universi
teit in Delft, betreurt het
verlies van de kleinoden
nog elke dag. De voormalig
ruimtevaarder deed deze
week een oproep in de ad
vertentie-rubriek van het
Limburgs Dagblad. Ockels
heeft zich begin dit jaar vast
voorgenomen de verdwe
nen spullen op te sporen.
„In november is het name
lijk precies tien jaar geleden
dat ik in de ruimte was,"
verklaart hij.
De verdwenen spullen zijn
niet echt kostbaar, maar
emotioneel gezien wel van
onschatbare waarde voor de
Nederlandse astronaut. Oc
kels: „Ik ben erg aan de
spullen gehecht, omdat ze
zijn meegevlogen in de
ruimte, het is puur gevoels
matig."
Het woord 'gestolen' wil de
astronaut niet in de mond
nemen, omdat hij niet weet
hoe de spulletjes zijn weg
geraakt. „Het was een hek
senketel hier, toen ik na
mijn vlucht met de Space
Shuttle weer terugkwam in
Nederland. Iedere krant wil
de me spreken, ik moest op
televisie verschijnen en le
zingen verzorgen. Er was
nauwelijks tijd om mijn
spullen uit te pakken; ik heb
ze achtergelaten in mijn
toenmalige woning in
Maastricht en ben met een
koffer vol kleren begonnen
aan een 'rondje Europa'.
Gedurende mijn afwezig
heid had ik een oppas voor
het huis, die heeft niets
meegenomen, dat weet ik
heel zeker. Maar misschien
zijn er wel feestjes gehou
den en heeft iemand toen
het plastic zakje met de hor
loges en het vergulde ei ge
pakt".
De Nederlandse ruimte
vaarder wilde een van de
unieke Space Shuttlehorlo
ges (Seiko sports 100 met
dubbele tijd) bewaren tot de
achttiende verjaardag van
zijn zoon Martin, nu veer
tien. „Dan heb je het echt
over een persoonlijk ca
deau."
Het andere exemplaar was
bestemd voor zijn vroegere
vlieginstructeur Jack Ele-
ming in Alabama. „Een aan
denken uit erkentelijkheid,"
zegt Ockels. Het ei, Ockels
éigen herinnering aan zijn
bijzondere, achtdaagse trip,
had een speciale betekenis.
Ockels: „Dat ei heb ik voor
mijn vertrek naar Amerika
gekocht in de Kl.M-shop op
luchthaven Schiphol. Het is
op zich niets bijzonders; ge
woon een uitgehold ei, dat
later is verguld. Ik dacht
daarbij aan het beroemde Ei
van Columbus. Volgens de
overlevering kon deze ont
dekkingsreiziger een ei op
tafel zetten, zonder dat het
omviel. Ik was ook een ont
dekkingsreiziger en wilde de
zwaartekracht op het ei los
laten."
MONIQUE PARREN
Een speurtocht naar witte zandstranden, palmbomen en een blauwe baai
Zeker nu vergt het veel van het voorstellingsver
mogen, maar probeer het toch maar eens. Sluit
de ogen en denk aan het zonnetje dat op het wa
ter van de Leidse grachten schijnt. Het is warm,
J ropisch warm. Al maandenlang is er geen drup
pel regen gevallen. Het waterpeil in de grachten is
dramatisch gezakt. Wel twintig, vijfentwintig cen
timeter. Een landschap van roestige fietssturen
wordt zichtbaar.
Dan ineens begint de wereld te kraken. Scheuren
de walkant van het Rapenburg. Stukken straat
vallen met donderend geraas in het water. En in
k de verte begint de toren van de Pieterskerk te
j kapseizen. Oud Leiden stort in!
,Dat is logisch." Hans van den Hoek, voorlichter
van het Hoogheemraadschap van Rijnland, zegt
iet met een vette glimlach. „De koppen van hei-
e* palen komen boven het water uit. Als het maar
>t lang genoeg duurt, breken ze door de ouderdom
uiteindelijk af. Funderingen zullen verzakken. De
odekoning Theo Sijthoff, gevlucht voor 'ambtelijke paardelullen, belastinglullen en creditcards'.
FOTO CPD/FRED ERNST
Wordt het u ook wel eens te
veel? Die drukte, dat lawaai, die
verschrikkelijke belastingaangif
ten en de verstikkende ambte
narij? En verlangt u dan ook zo
hevig naar een onbewoond ei
land? Want op zo'n onbewoond
eiland loopt niemand voor je
neus, zoals Kinderen voor kin
deren jaren geleden al zongen.
Toch voegen we maar zelden de
daad bij het woord. De Rotter
damse mode-koning Theo Sijt
hoff (57) - de man die zowel Va
nessa, Lee Towers, de Zangeres
zonder Naam, Ria Lubbers als
vele buitenlandse ministers
kleedde - is echt een uitzonde
ring.
Gelukkig ook maar, want het is
helemaal niet zo makkelijk om
een onbewoond eiland te ko
pen. Zelfs internationaal opere
rende makelaars weten ons niet
op weg te helpen. De reacties
variëren van 'hahahahaha' (Jo
nes, Lang Wootton) tot 'geen
idee waar u het zou moeten
zoeken' (Haeley Baker).
Volgens een woordvoerder van
Zadelhoff vrèagt er ook nooit ie
mand naar een onbewoond ei
land. Mocht er wel zo'n vraag
komen, dan hoopt hij wel dat
de klant ongeveer weet waar-ie
wil zoeken: „Ik neem tenminste
niet aan dat er een lijst is van al
le onbewoonde eilanden ter we
reld."
Zelfs onze 'eigen' Harry Mens
heeft zich nooit in onbewoonde
eilanden verdiept. Al geeft de
Lissese makelaar onmiddellijk
toe dat er best momenten zijn
geweest waarop hij naar zo'n
rustig plekje onder de zon ver
langde.
En dus bellen we maar wat lan
den die over onbewoonde ei
landen lijken te beschikken. Al
lereerst de Solomon-eilanden,
iets ten noorden van Australië.
De woordvoerster van de am
bassade in Brussel 'weet het
niet precies': „En er is hier ver
der niemand. Ik kan u wel het
nummer geven van het ministe
rie van toerisme, maar het is
daar wel tien uur later."
Dan de Seychellen maar, een ei
landengroep voor de kust van
het Afrikaanse land Kenya. Vól
gens een zegsman van het con
sulaat zijn de onbewoonde ei
landen in zijn land 'waardeloos
om op te wonen': „Nogal rots
achtig, met koraal bedekt. En
hoe kom je aan zoet water?
Hoewel het er tropisch is, vraag
ik me af hoeveel water op zo'n
klein eiland valt."
Zo komen we nooit aan ons ei
land. Ten einde raad maar met
Theo Sijthoff himself gebeld, die
druk bezig is met het uitverko
pen van 'de mooiste collecties
van 's werelds grootste ontwer
pers'. Voor de helft van de prijs,
in zijn koetshuis te Oud-IJssel-
monde. Zijn tip? Contacten. Al
leen contacten kunnen je een
eiland bezorgen, zonder dat je
daar blauw voor hoeft te liggen.
Want mensen, Sijthoff kocht
zijn eiland in de Stille Zuidzee
voor slechts 350.000 gulden, via
de bemiddeling van een minis
ter uit dat land. Die minister
kocht vaak kleren bij hem. En
voor wat hoort wat.
Wat de top-couturier voor zijn
geld krijgt? Een eiland zoals we
dat uit de Bounty-reclame ken
nen: witte zandstranden, palm
bomen, een kleine baai waar de
helikopter kan landen, een zoet
waterwei èn een huis dat bijna
is afgebouwd door de vorige ei
genaren, twee Zwitsers: „Het is
niet helemaal klaar, maar wel
bewoonbaar. Er is zelfs een ge
nerator."
Er zijn andere eilanden in de
buurt. Maar, zo verzekert de
modekoning, vanuit zijn eiland
zijn die niet met het blote oog
te zien. Hij ziet alleen maar zee
en eens in de drie weken een
'postboot'. Naar de plek van het
eiland laat Sijthoff ons het liefst
een beetje gissen: 'Aloha, meer
zeg ik niet'.
Omdat het er altijd zomer is,
nemen de Rotterdammer en
zijn vrouw vooral hun badcol-
lecties mee. Kleinkinderen en
andere familie mogen best een
keertje overwippen. En met Ju
les Deelder wil Theo een boek
gaan schrijven op zijn nieuw
verworven stukje aarde. Maar
verder: niet te veel bezoek. Na
alle drukke jaren, eerst als wiel
renner en later als stylist-impor-
teur-ontwerper-modedetaillist,
wil hij nu eens rust. En vooral
geen 'ambtelijke paardelullen,
belastingaanslagen en credit
cards'. Vissen en kreeften van
gen en een beetje op zijn
strandje rennen: „Al ben je er
natuurlijk vrij snel uitgerend."
„Zo wil ik ook wel op een ei
landje wonen", zegt de Leidse
persoonlijkheidspsycholoogP.
Moormann. „Dat is gewoon een
luxe-oord, waar je je afschermt,
maar niet echt isoleert. Als je
onder de mensen wilt zijn, pak
je gewoon je helikopter of nodig
je nog wat mensen uit. En dan
heb je eigenlijk je eigen stam
metje om je heen."
„Nee, als je echt op jezelf wil te
rugvallen, moet je schipbreuk
lijden, aanspoelen en zelf in je
levensonderhoud voorzien."
Tenminste, dat is zijn persoon
lijke indruk. Echt wetenschap
pelijk onderzoek is er volgens
hem niet naar gedaan: „Het
komt ook niet zo vaak voor, ligt
ook niet zo voor de hand."
„Al kun je je wel voorstellen dat
sommige mensen van nature
meer behoefte hebben aan een
onbewoond eiland. De introver
ten bijvoorbeeld, die wat sneller
overvoerd zijn met prikkels en
zich eerder willen terugtrekken.
Of goeroes, die een hoger be
wustzijn willen halen. Of socio-
paten: kille en koele mensen die
andere mensen niet echt nodig
hebben, maar ze vooral willen
manipuleren. Aan de andere
kant: op een eiland hébben ze
niemand om te manipuleren."
PAUL VAN DER KOOU