'Dit is het volkomen kampboek'
Een carrière als duizendpoot
Boeken
Opbrengst boek voor feestje Bzztóh
Lubberhuizen een heilige schelm
'Zelfs supporters FC
Den Haag beretrots'
jït nffc ma51t pcklpft
u< VlXnI ?>B MACH"
Ui BKAOTILóB ötvicti:
DONDERDAG 19 JANUAR11995
Jan van der Plas, derde v
muzikant geschreven.
Katwijker Jan van der Plas schreef handboek voor popmusici
tcngids '95 Misset Uitgeverij bv, 49.95
(abonnees van Music Maker krijgen een
tient|e korting)
Alleen de duizendpoten onder
popmuzikanten schoppen het
zo ver dat ze regelmatig voor
publiek optreden of een CD uit
brengen. En dan nog is succes
ver weg, of sterker nog, blijft
volledig uit. Kijk maar naar Kat
wijker Jan van der Plas, auteur
van het onderhavige boek en
zanger/gitarist van de formatie
Een heel cynisch begin van
een stukje over Van der Plas'
debuut als boekenschrijven
Maar het is geenszins hatelijk
bedoeld aan zijn adres, het is
slechts de harde realiteit, l es
Zazous, een van de betere Ne
derlandse popgroepen, is hoog
uit regionaal bekend. De groep
verkoopt geen noemenswaardi
ge aantallen CD's en zal buiten
de Leidse regio niet gemakkelijk
een zaal vol doen lopen.
Aan Van der Plas ligt dat niet.
Hij weet mede door zijn werk
voor het muzikantentijdschrift
Music Maker blindelings de weg
in de studio, hij de media, bij
zaaleigenaren, verzekerings
maatschappijen. platenmaat
schappijen. muzickinstrumen-
tenwinkels, Buma en Stemra,
bij de afdeling 'pop' van de fis
cus, bij de overheid en tal van
andere instellingen waar pop
muzikanten niet omheen kun-
Direct aan het begin stelt Van
der Plas dat zijn 'handboek voor
de popmuzikant' geen handlei
ding tot beroemd worden is.
Succes, aldus de auteur, is een
kwestie van talent, creativiteit,
uitstraling en timing. En dat zijn
zaken die niet in een boek zijn
te vangen.
Van der Plas' boek geeft een
duizelingwekkend overzicht van
de praktische problemen waar
popmuzikanten tegenaan lo
pen. Wonderlijk is dat nergens
zijn irritatie doorklinkt terwijl
hij elke hindernis uit zijn boek
aan den lijve heeft moeten on
dervinden: arrogante popjour
nalisten, foute managers, zaal-
eigenaren als slavendrijvers,
kloterige boekingskantoren en-
Van der Plas benadert de pro
blemen louter pragmatisch. Dat
is de kracht en de zwakte van
het boek tegelijk. Kracht omdat
hij aantoont dat hij niet voor
één gat is te vangen. Zwakte
omdat de popmuzikant die zich
door Van der Plas laat gidsen
wordt geacht zich doorlopend
onderdanig op te stellen.
Popmuzikanten die al bezig
zijn en door willen zetten, heb
ben ontieglijk veel aan deze
gids. Zij die nog twijfelen aan
een loopbaan als popmuzikant,
zien er na lezing direct vahaf.
N HAAG
Jona Oberski staat het begin van zijn nieuwe boek
af aan uitgeverij Bzztóh ter viering van haar 25-ja-
rig jubileum. I)e Ongenode gast, zoals de nieuwe
novelle van bijna honderd pagina's heet, ver
schijnt op 24 februari. Wanneer de 'grote' roman
verschijnt is niet bekend.
Oberski (1938) is van beroep kernfysicus. Na
zijn debuut Kinderjaren in 1978 heeft hij niets
meer geschreven. I let boek gaat over het leven
van een jongetje in een concentratie-kamp en is
inmiddels in 17 talen uitgebracht; 26 keer werd
Mischa de Vreede wist op haar vierde al dat ze schrijfster wilde worden
het herdrukt. De verfilming ervan was vorig jaar te
zien in de bioscopen. De schrijver heeft altijd ont
kend dat het verhaal autobiografisch was.
De ongenode gast gaat over een schrijver die
één boek heeft gepubliceerd; Kind in de Oorlog.
Moewei we niet veel te weten komen over de in
houd, verwijst het duidelijk naar Kinderjaren
Oberski werd in 1938 in Amsterdam geboren als
enige zoon van Duits-joodse ouders. Het gezin
kwam net als de hoofdpersoon in Kinderjaren
met zijn ouders in 1943 via het Nederlandse door
gangskamp Westerbork in Bergen-Belsen terecht.
Oberski was de enige die de oorlog overleefde.
Dat ze schrijfster wilde
worden, wist Mischa de
Vreede al voor de oorlog,
zo klein als ze toen nog
was. Maar de oorlog maak
te haar de schrijfster die ze
werd. Meer dan veertig
boeken schreef ze, proza
en poëzie, fictie en feiten.
En altijd over mensen die
een beetje kapot zijn.
Want: ,,Pas dan zie je hoe
mooi ze zijn."
CAMPERDUIN HANS VISSER
Waar de ruige natuur van dui
nen en bossen raakt aan het
strakke handwerk van de
Hondsbossche Zeewering, daar
woont de schrijfster Mischa de
Vreede. Vier jaar geleden ver
ruilde ze de drukte van Amster
dam voor de leegte van Cam
perduin. „Leegte, daar heb ik
behoefte aan. Ik wil onbekom
merd kunnen lopen. Elke dag
zo'n anderhalf uur. Gek, maar je
ziet dat vaker bij mensen die tij
dens de oorlog in een kamp
hebben gezeten. Nog elke dag
loop ik hier in de duinen inwen
dig te juichen."
In haar werk vallen al snel de
telkens terugkerende thema's
op: haar kindertijd in het Jap
penkamp, het afscheid en in het
verlengde van die twee altijd
weer verhalen over beschadigde
mensen. „Ze boeien mij. Ik
schreef over ernstig zieke kinde
ren en over gestoorde mensen.
Eas door een beschadiging kun
je goed zien hoe mooi iemand
is. Je ziet opeens de structuur,
als bij een huis waarin een gat is
geslagen. Je ontdekt opeens hoe
geweldig het in elkaar zit."
„Veel van mijn werk gaat over
afscheid nemen, vaak geïnspi
reerd door mijn eigen leven.
Maar dat is moeilijk, want je
schrijft over anderen en dan
gaat het erom dat je chique en
kies met ze omgaat. Toch voe
len veel mensen zich gestreeld,
zelfs als ze in je boeken een
minder positieve rol spelen. Het
is voor hen een bewijs dat ze in
ieder geval hebben bestaan.
„Aanvankelijk durfde ik niet
terug te gaan naar Indië, maar
het viel mee. Wel schrok ik de
eerste keer van de armoede,
maar nu ben ik telkens weer blij
als ik daar de vooruitgang zie.
Zo vitaal als door die mensen
aan hun toekomst wordt ge
werkt. Ze heeft de werktafel op
geruimd. Het manuscript voor
een nieuw boek is af, net ingele
verd bij de uitgever. Ze zegt het
Mischa de Vreede schrijft altijd
zijn."
met een zekere opluchting.
„De titel? 'Wat ik nog weet',
met als ondertitel 'Verhalen en
feiten'. Voor mij is dit het volko
men kampboek. Eigenlijk had
het een combinatie moeten
worden van 'Kind in Kamp' en
'Een hachelijk bestaan', maar al
schrijvende kwam er zo veel in
me op. dat er een totaal nieuw
boek ontstond. Heel aangrij
pend. En dat terwijl ik dacht
veel herinneringen kwijt te
zijn.
„Het is zo onvoorstelbaar wat
daar is gebeurd. Daarom kun je
als schrijfster alleen nog de
waarheid betrachten."
Holocaust
„Maar wat is erg? Later, in Ne
derland, leerde ik alles af te me
ten aan de holocaust. Ik moest
leren begrijpen dat wat wij in
het kamp hadden meegemaakt
volgens die maatstaf niet le
vensbedreigend mag worden
gevonden. Er gingen in ons
kamp mensen dood aan slecht
en weinig voedsel en onhygiëni
sche omstandigheden. Maar
omdat er geen vernietigingssys
teem achter zat, was dat dus
'niet erg'. Als je zo redeneert, is
wat er in Bosnië gebeurt dus
ook 'niet erg'. Maar als ik de
vluchtelingen in Nederland uit
grote zakken tweedehands kle
ren zie uitzoeken, dan lijkt dat
toch heel veel op wat wij na de
oorlog hebben meegemaakt."
„Levensbedreigend als criteri
um... Toen de val van Japan in
zicht kwam, liep voor ons alles
toch echt heel snel naar het ein
de. Je krachten raakten op. Een
paar meter lopen, je ene been
voor het ander zetten, was een
inspanning. En dan je plaats als
kind: je was niets waard. Moe
ders in een kamp hielden niet
van kinderen, omdat ze die niet
goed konden verzorgen. Er
werd bijna niet geknuffeld, er
was geen vrolijk onderling con
tact. Intussen verlangden die
moeders naar hun man."
„Als domineesdochter had je
het extra moeilijk. Je moest uit
blinken, maar mocht daarmee
geen aandacht trekken. In een
van mijn verhalen staat hoe een
psycholoog tégen mijn moeder
zei dat ik zo'n intelligent kind
was. Ze antwoordde: Dat kan
wel waar zijn, maar dat hoeft z
zelf niet te weten'. Ik was vit
toen ik vanuit een warme Indi
sche tuin in het kamp werd ge
tild. Daar leerde je als kind bui
gen voor Japanners, terwijl je
inwendig overeind moest blij
ven."
Geen belijdenis
„Het kamp heeft me er voor
hoed te worden opgenome
een systeem. Daarom stapte ik
al jong buiten de maatschapij.
Zo heb ik geen belijdenis ge
daan, ofschoon ik als dochter
van een dominee Nederlands
hervormd ben opgevoed. Ik ben
nog wel naar kathechesatie ge
weest, maar na een paar keer
bad ik het wel gezien. We heb
ben daar thuis verder nooit i
gesproken. Ik ben geïnteres
seerd in religie, niet in het sys
teem. Ik heb dan ook respect
voor de bijbel en alles wat
christendom heeft bijgedragen
aan de westerse cultuur."
Mischa de Vreede besloot al
op haar vierde schrijfster
worden. „Mijn moeder leerde
mijn broertje al vroeg lezen t
schrijven, want een kind dat iets
kan, is wat. Ik zat dan naast
hem en leerde vanzelf mee.
doende las ik al op mijn vierde
'Het huisje in de sneeuw'
moest daar erg om huilen e
ontdekte dat boeken iets teweeg
kunnen brengen. Dat zou ik la
ter dus ook moeten gaan doen.
En ik schreef dat in 1945
mijn oma. in mijn eerste brief
nadat ik uit het kamp kwam.
Mijn ervaringen uit de oorlog
waren vervolgens bepalend
voor het soort schrijfster dat ik
ben geworden."
„Ik blijf in het schrijven dicht
bij de realiteit. In mijn fictie ben
ik zelfs autobiografischer dan i
mijn autobiografisch werk. Ik
ben dan ook een vertelster
dat is heerlijk. Want het vertel
len van een verhaal is het liefste
wat je iemand kunt aandoen.
En als het goed is, gaat het va
zelf. Ik zet wat personages ne
geef ze een leeftijd mee en e
gegeven: dan doen ze voor r
de rest. Je ziet plotseling de
menhang der dingen. Dat is
heel mooi. maar ook heel t
Van Mischa de Vreede
scheen het afgelopen jaar de
verhalenbundel 'Een engel a
zee'. Binnenkort verschijnt
'Wat ik nog weet'. Uitgeverij
Atlas, Amsterdam.
Zoon Lubberhuizen geeft boek over vader uit
Ongekend succes voor 'Haagse Harry
Schelden is Harry's idee van een goed gesprek.
AFBEELDING GPD
DEN HAAG GPD
Den Haag had hij al veroverd,
maar in nauwelijks twee maan
den begint heel Nederland te
vallen voor de grofgebekte
Haagse volksjongen 'Haagse
I larry'. De debuutstrip van Mar-
nix Rueb (39) breekt alle ver
kooprecords. Inmiddels zijn er
in twee maanden bijna 40.000
van verkocht en stripwinkels
zitten te springen om een vierde
druk. Het succes van 'Haagse
Harry' ligt in zijn taalgebruik:
grof en met een onvervalst
Haags accent dat fonetisch is
opgeschreven.
Het begon drie jaar geleden
onschuldig met een illustratie in
de gratis Haagse stadsgids
DOEN. Huis-illustrator Mamix
Rueb van DOEN Promoties liet
bij een artikel over de Haagse
nacht van de poëzie een typisch
Haagse volksjongen opdraven.
Hij las in plat Haags voor uit
me laaste bundel 'ut plèn bë
nach' ut erautiese gedich:
'KanktïhoeAh!'.."
Rueb tekende het figuurtje in
zijn vrije tijd al langer. „Na al
die keurige dingen die ik moest
doen voor illustratie- en recla
me-opdrachten was het leuk
om je af te reageren met zo'n
mannetje dat in plat Haags
staat te schelden", zegt Rueb.
DOEN kreeg juichende reacties
en uit drie illustraties ontstond
de eerste 'Haagse Harry'-strip.
Tapijt nek
'Haagse Harry' is grof, spon
taan, ongenuanceerd, heeft een
'tapiitnek', loopt op gympies en
als hij zijn mond open doet
klinkt het of hij ruzie zoekt.
„Maar dat is niet echt zo", zegt
Rueb. „Een 'Haagse Harry' is
weinig genuanceerd, staat'snel
met zijn oordeel klaar, maar is
niet direct gewelddadig of cri-
De formule werkte. Den Haag
vermaakte zich kostelijk en
Haagse Harry werd een begrip.
Eind vorig jaar bezweek DOEN
voor de roep om de strips in een
album uit te geven. Er lagen
zo'n 25 pagina's klaar en Rueb
tekende er voor het album nog
zo'n twintig 'gags' bij.
Het materiaal voor de per pa
gina afgeronde 'gags' baalt
Rueb uit zijn directe omgeving.
„Ik woon aan de rand van de
Schilderswijk (Haagse volks
wijk). 'Haagse Harry is een
weergave van wat ik om me
heen zie. van wal ik de werke
lijkheid noem." Die werkelijk
heid is sterk gekleurd door taal,
het plat Haags. Rueb schrijft het
consequent fonetisch op: de
spelling van de woorden is zoals
ze uitgeproken worden.
Dit maakt 'Haagse Harry'
waarschijnlijk tot het eerste
stripboek met een gebruiksaan
wijzing: de strip komt het best
tot zijn recht door de tekst
hardop te lezen. 'Auk u ken bin-
ne ein uah Haags lere!', zo be
gint het album. Harry doceert:
„Les ein: hagtop leizeü" Lui de
onderkaak laten hangen wil wel
helpen. Wie eenmaal in de ga
ten heeft hoe het werkt spreekt
vanzelf plat Haags, belooft
DOEN Promoties. Achterin het
album is zelfs een verklarende
woordenlijst ('Wotïhdelés') op
genomen.
Het verbale geweld en de on
genuanceerde taferelen sloegen
massaal aan bij het publiek. Di
rect na de grondige lancering
van de strip op 3 november in
theater Diligentia, liep het al
bum als een trein. De eerste op
lage van 1 l.(MK) exemplaren was
in drie dagen uitverkocht. De
tweede druk twee weken later
van 13.000 exemplaren was in
een week weg. Inmiddels is ook
de derde druk (15.000) uitver
kocht. Een vierde druk van
20.000 exemplaren is in voorbe
reiding.
laatbloeier
DOEN was er van uit gegaan
dat de strip het vooral van pu
bliek in de Randstad moest
hebben. De strip is dan ook kos
tenbesparend uitgebracht met
steunkleur. Het succes verraste
ook de tekenaar. „Op school
wilde ik al striptekenaar wor
den, maar daar valt geen droog
brood mee te verdienen dus
werd ik freelance-illustrator. En
nu ineens gebeurt het toch. Ik
ben een laatbloeier". Volgens
Betapress. die de strip op meer
dan 2000 verkooppunten uitzet,
volgt 'Haagse Harry' het succes
van EricSchreurs 'loop Klepzei
ker'. zijn Amsterdamse tegen
hanger. Een ongekende presta
tie voor een debuutstrip. „Dit
heb ik in de stripwereld nog
nooit meegemaaktzegt Ingrid
Merks van Betapress.
Net als 'Klepzeiker' heeft
'Haagse Harry' ook die morsige
stijl en de ruwe grappen. Daar
houdt de vergelijking op. Rueb:
'Klepzeiker is meer een schle
miel. 'Harry' blaakt van zelfver
trouwen".
Tegenstanders ergeren zich
vooral aan het veelvuldig ge
bruik van het woord 'kanker'
(lees 'kankah'). „Schelden is
Harry's idee van een goed ge
sprek en 'kanker' ligt hem voor
in de mond. in de meest onwe
zenlijke variëteiten.
'Kankahoeah!' is populair. Het
kan bij Harry zowel een poëti
sche uiting zijn van lentekrie
bels. de titel van een 'erauties
gedich' of gewoon een variant
op 'takkevvèf, 'ettahbak' of 'te
ringsnol'. Maar Rueb zegt niet
te willen provoceren.
BOEKEN
RECENSIE «JOS DAMEN
Wim Wennekes Geert Lubberhuizen, uit
gever Het Mystene van de Van
Miereveldstraat. Uitgeverij Bas Lubberhui
zen/Bezige Bij fl 39.50.
Geld, drank en vrouwen: twintig
jaar geleden ging het voetbal
van Ajax er volgens George
Knobel aan kapot. Geld, drank
en vrouwen: literatuur kan niet
zonder.
Geert Lubberhuizen, uitgever,
stierf in 1984. Het onlangs ge
publiceerde boek van Wim
Wennekes is een grafmonu
ment voor de man, die veertig
jaar lang uitgeverij de Bezige Bij
leidde en personifieerde.
"Een heilige schelm" was de
titel die Harry Mulisch aan dit
boek gegeven zou hebben. Het
heilige staat dan voor het vol
gens Mulisch onnozele en tege
lijkertijd aardige karakter van
Lubberhuizen. De schelm was
Lubberhuizen omdat hij zijn in
telligentie paarde aan een ge
wiekst zakelijk inzicht. Zijn op
vattingen zette hij, zelfs bij een
'schrijverscorporatie' als de Be
zige Bij, gewoon door. Diezelfde
eigenzinnigheid toonde hij ook
in de liefde, en behalve zijn vier
echtgenotes verraste hij diverse
vrouwen met zijn aandacht.
Wie denkt met die paar ken
merken uitgever Lubberhuizen
te kenschetsen, zit er naast.
Lubberhuizen was een gecom
pliceerd persoon, die volgens
sommigen niet te doorgronden
was. Wim Wennekes gaf zijn
boek niet voor niets de onderti
tel 'Het mysterie van de Van
Miereveldstraat' mee (naar de
standplaats van uitgeverij de
Bezige Bij). Wennekes maakt op
een heldere manier duidelijk
wat er waar is van die gecompli
ceerdheid, en laat de achter
grond van Lubberhuizen zien
(zoon van ingenieur, moeder na
1 1/2 jaar overleden, studie
scheikunde in Utrecht, illegaal
uitgever vanaf 1943). Wennekes
liet met zijn eerdere boeken
zien dat hij op een mooie ma
nier ingewikkelde geschiedenis
terug kan brengen tot goed
leesbare verhalen (zie 'De aarst-
vaders' waarin de l okkers en
Philipsen tot leven komen). Dat
heeft hij met Lubberhuizen ook
gedaan.
In het boek geen roddels,
maar een smeuïg verhaal gaat
Wennekes niet uit de weg. Hij
doet dat bijvoorbeeld handig
met een passage over de auto
biografische roman 'Eindelijk
mezelf* van Mischa de Vreede.
een boek waarin ze in 1977 haar
relatie met Lubberhuizen uit de
doeken deed. In drie bladzijden
schetst Wennekes het verhaal,
dat hij begint met de opmer
king: "Zo trouw als Geert Lub
berhuizen aan zijn auteurs was.
was hij niet aan zijn vrouwen."
Maar ook de successen èn de
conflicten binnen de uitgeverij,
de relatie met de schrijvers en
de financiële positie van de Be
zige Bij (en van Lubberhuizen
zelf) komen uitgebreid ter spra
ke. Omdat de Bezige Bij een
baanbrekende uitgeverij was
met veel belangrijke auteurs,
wordt dit boek meer dan een
beeld van Lubberhuizen en de
Bij. Lees de handige index in dit
boek en zie de stoet schrijvers
voorbijtrekken: Mulisch. Remco
Campert, Hugo Claus, lan Cre-
mer. Bert Schierbeek, Jan Wol
kers. Simon Vestdijk. Simon
Vinkenoog. En lan Campert.
wiens gedicht 'De achttien
dooden'. in 1943 verschenen als
illegale rijmprent, het begin
markeert van de Bezige Bij.
In de jaren tachtig stierven
twee beroemde uitgevers, alle
bei sterke persoonlijkheden
maar onvergelijkbaar: Geert van
Oorschot en Geert Lubberhui
zen. Het wachten is op een
nieuwe heilige schelm.
"Geert Lubberhuizen, uitge
ver" is een inhoudelijk interes
sant goed leesbaar en mooi
vormgegeven boek. De leuke
anecdotes kruiden een prachtig,
breed verhaal over een uitgever
uit één stuk. Het boek. duur
maar mooi en zonder een enke
le drukfout is uitgegeven door
twee uitgevers: de Bezige Bij en
Bas Lubberhuizen - jawel, de
zoon.
s, was hij niet aan
ARCHIEFFOTO ANP
"Zo trouw als Geert Lubberhuizen aan zijn auteurs
zijn vrouwen."