Maar eigenlijk zou het toch regenen in januari?
Carnaval zonder hossen en hoempamuziek
Het Gesprek van de Dag
Ver van mijn bed tranen
De vergeten
weerkenner
ENKHUIZER
Theo Bakker
16 ZATERDAG 7 JANUAR11995
De Zangeres Zonder Naam is
er een zonder lied geworden.
Haar troonsafstand als
'Koningin van het levenslied'
wordt gevierd, herdacht, hoe
moet je dat noemen, in de
trouwzaal van het Leidse
Stadhuis. Mary Beij is geboren
stadgenote, vandaar. Haar
liedjes lieten mij altijd koud,
haar afscheid des te minder.
Het begint al bij Mary thuis,
in haar suikerzoet ingerichte
poppenhuis in Limburg. Niet
om wat zij zegt, maar om dat
verstilde beeld van Mary geze
ten op haar Barbiebed.
Woordloze eenzaamheid.
Vanaf dit moment begint het
manmoedig vechten tegen de
tranen. Een verloren gevecht.
Hoe manke Mary op een zetel
van een fauteuil de zaal wordt
binnengereden. Haar toe
schouwerachtige aanwezig
heid. Dat levenslange zak
doekje. Hoe zij aan dat ene
doekje lang niet genoeg heeft
als haar bloemen worden
overhandigd. En de vol dank
baarheid uitgesproken vaar-
welgroetvan Jeroen Krabbé.
'Als je je straks eenzaam zult
voelen, Mary, en je zoekt
troostzet dan een plaatje
op van de Zangeres Zonder
Naam.' Ach, wat mooi gespro
ken. Dat beeld van Mary die
met beverige hand nog één
keer 'Toe vaderlief opzet en
geluidloos de lippen meebe
weegt. Er is geen houden aan,
tegen Mary heb ik geen weer
stand.
Direct na de aftiteling zet ik
de t.v. uit. Van zoveel emotie
moet je nagenieten. Maar dan
valt lurkend aan de koffie
mijn oog op de openingspagi
na van de Volkskrant, op de
foto van een dode Russische
soldaat in Grozny. Onmiddel
lijk is de verwarring daar.
Waarom stroomt mijn traan-
vocht niet nóg harder nu? De
foto toont een verschrikkelijk
beeld. Over eenzaamheid ge
sproken: daar, ver weg van ie
dereen om wie je geeft, op
straat liggen en sterven. Die
laatste seconden, de laatste
minuut en niemand die je kan
vragen om deze kelk aan jou
voorbij te laten gaan. Waarom
brul ik het nu niet uit? Hoe zit
dat met die vermaledijde wa
terlanders van me?
Misschien mag ik wel niks
voelen bij het beeld van deze
vermoorde man. Omdat ik
nooit een vinger uitsteek.
Omdat ik nooit méér doe me
zelf in stukjes als zo begaan
met het wereldleed afschilde
ren. Omdat ik geen ene malle
moer heb gedaan om ervoor
te zorgen dat er ooit ergens
één mens niet zo'n stompzin
nige dood sterft. Waar ik voor
zorg is dat de kleur van ons
nieuwe kleed past bij de rest
van de inrichting, zodatgik in
een stijlvolle huiskamer bij
flakkerend kaarslicht kan grie
nen om de Zangeres Zonder
Naam om vervolgens bij de
Soldaat Zonder Naam niet
verder te komen dan wat dro
ge met moeite opgewekte ver
van mijn bed tranen.
Daarom, voor straf, en omdat
ik nooit mag denken dat mijn
lamzakkige houding ooit te
rechtvaardigen valt, dwing ik
mezelf om te blijven kijken
naar die foto. Dramatische
beelden roep ik op. Ik maak
van mijn onbekende soldaat
een Igor. Draai de foto om zo
dat ik de pijn van zijn gezicht
kan aflezen. Teister mijzelf
met de aanblik van Igor.
Breng hem tot leven om hem
nog een keer dood te kunnen
laten gaan als een mens van
vlees en bloed die ik gekend
had kunnen hebben. Ik wil
Igor bij me halen, op een af
stand brengen die binnen
mijn traangrens ligt.
Hoe oud ben je Igor? Wat
deed je het liefst, zaalvoetbal
len met je vrienden op zon
dagochtend? Deed je zelfver
zekerd, jongen, toen je af
scheid nam van je vrouw en je
twee kinderen? En toen je
zoontje zei: 'Papa, gaan we
weer voetballen in de gang als
je terugkomt?', heb je toen je
vrouw aangekeken, bij dat 'als
je terug komt?' En wat, als je
moeder deze foto in de krant
aantreft. Nu jij, enig zoon, er
niet meer bent; wie droogt
haar tranen?
Het carnaval is niet meer wat
het is geweest. „De mensen
zijn hoempa-hup-achterme-
kaarlopen zat. Een kieltje aan
en hossen maar, dat willen ze
niet meer." De constatering
is van Lodewijk Kallenberg,
presidentvan carnavalsvere
niging De Hutspotten uit Lei
den. „Echt, we proberen uit
een diep dal te komen. We
hebben veel minder leden en
donateurs dan vroeger.
Het is me de ontboezeming
wel, zo vlak voor het grote ju
bileum van de vereniging.
Vandaag vieren de Hutspot
ten immers hun 22-jarig be
staan. Voor de normale mens
geen leeftijd om speciaal bij
stil te staan, maar voor cama-
valvierders wel. Alles draait
bij het carnaval immers om
het getal elf, het zottengetal.
Zo wordt het feest steevast
begonnen op de elfde van de
elfde om elf over elf. En zo is
er de Raad van Elf. En als dan
juist nu de constatering moet
zijn dat het carnaval niet
meer is wat het is geweest,
dan moet het toch een jubile
um zijn met een zwart rand
je.
Mis! De liefhebber van carna
val is een optimist. „We doen
het nu gewoon anders",
roept Kallenberg strijdlustig.
Minder carnavalsmuziek.
Meer andere muziek. We
hebben op onze jubileum
avond in het Antonius Club
huis een optreden van Gor
don. En we hebben Rossa
Nova, Zuidamerikaanse mu
ziek. Dat spreekt de mensen
meer aan. Ook in het zuiden
is dat te merken. De tijden
veranderen gewoon."
En de carnavalsverenigingen
zullen daar op moeten inha
ken. Kallenberg ziet al een
rooskleurige toekomst voor
zich. „Het gaat lukken. De
avond zelf verwachten we ze
ker vier- tot vijfhonderd men
sen. Omdat men een ander
programma wil en dat krijgt
men. Joh, carnaval kan nog
best leven."
„Stel je bent een jaar of der
tig, veertig, je hebt een paar
kindertjes en je wilt weer
eens een keertje stappen. Er
tussenuit. Maar overal zijn is
keiharde disco en house. Wij
kunnen iets anders bieden:
echt een gezellig avondje
uit."
Voor de goede orde, De Huts
potten organiseren meerdere
feestavonden per jaar. Vanaf
nu dus in een nieuw jasje.
Nou ja, niet helemaal nieuw.
Zo is er vanavond nog genoeg
aandacht voor traditionele
elementen van het carna
valsfeest, zoals de uitreiking
van de Jaarorde aan de Leide-
naar die zich op maatschap
pelijk gebied het meest heeft
onderscheiden, zonder
winstoogmerk. En zal er heus
wel carnavalsmuziek ten ge
hore worden gebracht.
Kallenberg beseft dat dat
moet. „Je moet niet alles wil
len veranderen. In het carna
valsweekeinde zelf hoor je
natuurlijk te hossen. Op car
navalsmuziek. Dat zal ook in
Leiden zo blijven."
Anders is het carnaval er echt
geweest.
Gordon is geen
zanger van het
carnavalsgenre.
Maar hij komt
wel bij De Huts
potten optreden.
Omdat het grote
publiek wel eens
wat anders wil.
..ARCHIEFFOTO
LOEK ZUYDERDUIN
De weersvoorspellingen van
de Enkhuizer Almanak zijn
wereldberoemd in eigen
land. Maar slechts weinigen
weten dat die prognoses me
de te danken zijn aan een in
middels overleden Voorscho
tenaar: Christiaan Anton
Cornelis Nell.
Zijn naam wordt wel ge
noemd in de inleiding van de
jongste uitgave, maar de be
geleidende tekst is erg sum
mier. Het komt er op neer
dat de Almanak voor zijn
voorspellingen nog steeds
gebruik maakt van de door
amateur-metereoloogNell
ontwikkelde theorie van de
omkeerdagen. Wat die theo
rie precies inhoudt, wil de sa
mensteller niet kwijt. Feit is
in elk geval dat de achterlig
gende gedachte is: al lijkt het
weer nog zo grillig, ovef een
langere periode valt er een
zeker patroon te ontdekken
in ons klimaat. Dankzij Nell.
Die in zijn eigen gemeente
Voorschoten is al bijna weer
vergeten is. Op het gemeen
tehuis zijn nog wel zijn ge
boortedatum (9-5-1875) en
sterfdatum (31-5-1960) te
verkijgen, maar verder reikt
de informatie niet. Stelde het
uiteindelijk dan allemaal zo
weinig voor wat Nell tijdens
zijn leven deed en heeft de
Almanak zijn prestaties een
beetje opgeklopt? „Nee,
hoor. Hij was als amateur-
metereoloog beter dan de
beroeps- metereologen van
Deze opmerking is afkomstig
van zijn zoon D. Nell uit Har
derwijk die een zeer hoge pet
opheeft van de prestaties van
pa. „Met de toenmalige mid
delen kon hij beter voorspel
len dan ze nu met moderne
middelen kunnen."
En hij legde een tomeloze in
zet aan de dag waar het het
bestuderen van weersver-
schijnselen betrof, herinnert
zijn zoon zich. „Meterologie
was eigenlijk ook zijn beroep,
zij het niet officieel. Maar hij
deed voor iedereen waarne
mingen, voor allerlei ver
schillende instanties. Ook het
KNMI in De Bilt."
Dat deed hij in zijn tuin aan
de Papelaan in Voorschoten
waar hij allerlei apparatuur
had staan, van een regenme
ter tot een wolkenharkom
de windrichting te bepalen.
Hij deed dat ook in zijn eigen
weerstationnetje op de
Waalsdorpervlakte in Den
Haag. „En vanuit zijn ballon,
die hij behalve voor de sport
ook voor wetenschappelijke
doeleinden had. Hij zei altijd:
het weer is en blijft moeilijk
en zeker voor dertig procent
onvoorspelbaar."
En dus voor een procent of
zeventig voorspelbaar. Dank
zij het principe van de om
keerdagen. „Maar ik kan he
laas niet zeggen wat dat in
houdt", zegt zijn zoon sip.
„Niet omdat ik niet wil, maar
omdat ik het niet weet."
HERAAAN JOUSTRA
Het dak van kasteel Duivenvoorde in Voorschoten is bedekt met een winters kleed. Zoals het hoort bij januari.
het einde van de maand zullen
er dagen zijn met zacht weer.
Het is vanaf deze plaats uiter
aard moeilijk om te voorspellen
of het weer binnenkort nog om
slaat (sic), maar voorlopig slaat
de Almanak de plank volledig
mis. Natuurlijk, ze stellen zich
daar in de kop van Noord-Hol
land, wel kwetsbaar op ook,
want-een maand als januari
wordt keurig verdeeld in zes
stukken die allemaal hun eigen
voorspelling meekregen. Dat is
vragen om moeilijkheden. Van
het eerste partje - het tijdvak
van 1 tot en met 8 januari -
klopt in elk geval geen deuk.
Het zou betrokken zijn, zacht
en met later opklaringen. De re
aliteit is, zoals U op dit moment
aan den lijve moet ondervin
den, ietsje anders. Het sneeuwt,
het vriest en het is koud.
Net als de Enkhuizer Almanak
poogt ook de regionale weer
man Bas Schijff het onmogelijke
mogelijk te maken door het
weer op langere termijn te voor
spellen. Een techniek die hij af
keek van de in Frankrijk rond
trekkende Vogezenboeren, of
wie dat dan ook zijn moge. Tus
sen Kerst en Driekoningen, in
die twaalf dagen zijn de volgen
de twaalf maanden te vervatten.
Zoiets dergelijks.
Gevoed door deze informatie
beweerde Schijff, de vaste weer
man van Radio Rijnsburg en de
VLOK (Vereniging Lokale Om
roep Katwijk), deze week nog in
het Leidsch Dagblad dat januari
vooral grijs en grauw, kwakke
lend en regenachtig zal worden.
„Een natte januari-maand met
af en toe nachtvorst", glimlach
te hij ons vanachter zijn pc-tje
vriendelijk toe. Zoals gezegd,
het kan natuurlijk nog omslaan,
maar dan moet het wel vlug ge
beuren anders gaat ook Schijff
volledig de mist in met zijn
voorspelling.
Nog even terug naar het jubile
rende Orakel van Enkhuizen.
Weliswaar voorzag de huis-me
teoroloog dan louter regen en
wind in het nieuwe jaar; zijn
collega van de grafische afde-
FOTO LOEK ZUYDERDUIN
ling was het óp de voorhand
duidelijk niet met hem eens.
Niks geen kwakkel weer op zijn
prent boven de tekst die daar
wel over repte. In plaats daar
van het 'standaardplaatje' van
eerlijke Hollandse ijspret op de
plas waar schaatsers, een slee
en een heuse koek- en zopie het
beeld bepalen. Enfin, zo onge
veer als het er nu in werkelijk
heid in het oosten van het land
ook uitziet. En'zoals het er mis
schien over een paar dagen ook
hier bestaat. Tenzij het weer na
tuurlijk omslaat. Want niets is
immers zo onvoorspelbaar als
het weer...
AD VAN KAAM
Je hebt men
sen die het
maar een la
chertje vin
den, je hebt er
ook die er hei
lig in geloven.
De Enkhuizer
Almanak is al
400 jaqr om
streden voor
wat betreft de
betrouwbaar
heid van zijn
spellingen. En
.het kan na
tuurlijk ook
haast niet, wat
de makers be
ogen. Als het
KNMI in De
Bilt of meteo-
goeroe John
Bernard - no-
tabene met
hulp van de
modernste
middelen -
niet verder
vooruit kun
nen kijken
dan hun neus
lang is, hoe is
het dan mo
gelijk dat de
Enkhuizer Al
manak het
weer voor een
heel jaar tege
lijk kan voor
spellen?
Natuurlijk, je
kan met aan
zekerheid
grenzende
waarschijn
lijkheid wel
vaststellen dat
het in juli en
augustus re
delijk weer is
en dat het in
december
buiten kouder
is dan binnen.
En zo zijn er
nog wel een
paar gemeen
plaatsen te
noemen, want
in de herfst
vallen de
blaadjes en in
de lente groeit
het gras. Dat
het in januari vooral regent, dié
stelling hoort uiteraard niét in
dat rijtje thuis.
Wel dus, volgens de 400ste edi
tie van de Almanak. Die het zich
wel heel moeilijk maakt dit
keer, want je kunt natuurlijk op
je tien vingers natellen dat de
kans op vorst in januari bedui
dend groter is dan de kans op
regen. Niet dus, want doodleuk
laten ze ons vanuit Enkhuizen
weten dat het in de eerste
maand van 1995 vooral guur,
winderig en wisselvallig is, om
eens een paar trefwoorden over
te nemen. Waarbij de gemiddel
de temperatuur zo rond de 3,5
graad boven nul schommelt.
Ook zullen er weinig dagen
voorkomen met meer dan mati
ge vorst En aan het begin en